Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

omgang jongen - meisje

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

omgang jongen - meisje

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Aarzelend begin.

Indertijd is ons gevraagd eens samen te praten over de omgang jongen - meisje. Een vraag van de jeugd! Maar dat niet alleen. In een van de brieven over het reizen op zondag stond aan het eind: „Nu heb ik nog iets heel anders, n.1. kan er niet eens voorlichting gegeven worden over de omgang van verloofden? Ik weet dat dit een heel teer punt is, maar toch geloof ik dot het zeer noodzakelijk is. Zelf heb ik die voorlichting gemist en dan is het zoveel moeilijker. Toen ik trouwde ben ik met m'n meisje getrouwd. Het was voor mij zonde tegen God, maar de strijd was zwaar. En zwaarder omdat de voorlichting ontbrak. Wat ik toen zo als een gemis voelde is, dat 's zondags in het ambtelijk gebed nooit de verloofden werden opgedragen. Ook ik had dit zo nodig. En al ben ik nu al meer dan dertig jaar getrouwd, toch vind ik dit onderwerp brooden broodnodig, vooral in onze kringen". Een vraag dus van jong èn oud!

Weken geleden hebben we al gevraagd om brieven. De enkele reakties zijn aarzelend. Op een van de jeugdverenigingen hebben ze er zelfs over gediscussieerd, maar „laten we eerlijk zijn: het ging over het algemeen wat stroef. Onwennigheid om over dit onderwerp te praten heeft hier een belangrijk aandeel in gehad". En een van de jongens begint zijn brief met: , De reden dat mijn reaktie nogal laat gekomen is, ligt in het feit clat het moeilijker is dan ik dacht om over dit onderwerp wat op papier te zetten. Zondagavond kon ik er met een paar jongens tot in de nacht over praten, maar schrijven viel niet mee". En een meisje zegt: „geen gemakkelijk onderwerp om over te schrijven, maar ik geloof toch dat het goed is dat er in uw rubriek over gesproken wordt, omdat het voor velen van ons een probleem is".

Inhoud?

Kortom, men vindt het fijn als we het hierover hebben, maar tot-nu-toe zijn we hoogstens tot een aarzelende poging gekomen. Elke serieuze brief hierover, met welke inhoud ook, is welkom. Hoe dit gesprek zal verlopen weten we helemaal nog niet. Dat zal vooral van de reakties afhangen. Maar we willen alleen geen technische en zuiver biologische voorlichting geven. Mocht dat de bedoeling van iemand zijn, dan antwoorden we liever in een persoonlijke brief. Daarnaast en daarmee samenhangend leven er echter nog zo onnoemelijk veel vragen, dat we voorlopig nog niet uitgepraat hoeven te zijn. Hierbij denken we ook aan problemen die je alleen zelf maar weet, omdat je er voor geen geld met een ander over durft te praten.

Vroeger.

Oudere mensen hebben soms de neiging hun eigen jonge tijd te idealiseren. Vroeger was dit zus en deed ik dat zo. Als jongere voel je je dan soms geërgerd. Zou dat allemaal werkelijk waar zijn? Je gelooft er niets van. En het is ook niet allemaal waar. De herinnering vertekent sterk en dikwijls wordt alleen het mooie onthouden. Maar ook niet alle mensen praten zo. „Ik geloof wel dat alles heel anders is dan zo'n veertig jaar geleden, toen ik zelf nog jong was. Ik vind clat van nu veel mooier. De jonge mensen zijn nu veel openhartiger en praten over hun problemen". Toen ons blad pas bestond had men zich niet kunnen voorstellen dat we hierover nog eens zouden praten. Gelukkig is er veel ten goede veranderd. Vroeger moest je maar zien hoe je deze dingen te weten kwam. Over gesproken werd er niet. „Toch doen zich nog veel problemen voor (zegt een jongen). Ik ben het helemaal eens met degene, die zegt dat het een grote winst is dat wij willen afrekenen met de preutsheid en de taboes van vroeger. Maar, zoals dat meestal het geval is, de reaktie is vaak net zo extreem als de bestaande toestand of die van vroeger. Wij hebben te zoeken naar de gulden middenweg. Dat betekent overtollige en waardeloze tradities en volkomen inhoudloze geboden en verboden geleid e 1 ij k overboord zetten (geen smijtwerk!). Wat wij - door Gods verlichting - dienen over te houden is een gezonde en bijbelse beschouwing en beleving betreffende het omgaan met een jongen of een meisje. Dat houdt voor ons, leden der Christelijke gemeente, ook in een duidelijk nee zeggen tegen wereldse (extreme) opvattingen over b.v. de voorechtelijke geslachtsgemeenschap". Nü slaat men door

naar de andere kant en wordt er zo over gemeenschap gesproken dat het mooie en intieme, ja het heilige aan deze gave van God wordt ontnomen.

Nog even terug naar het verleden. „Vroeger ging je met je elfde jaar van school, maar dan hadden we toch ook al vaak een schoolvriendje. Nou, dat vond je als meisje reuze leuk als zo'n joch dan voor je opkwam. Maar daarna ging je allemaal een andere kant uit. De jongens mochten nog wel eens verder leren, maar de meisjes in geen geval, tenminste op het platteland. Naar catechesatie gingen toen jongens en meisjes apart. Dus dan ook geen contact. Toen ik vijftien jaar was, mocht ik naar zang. Dat was dan gezamenlijk. Nu, dat was een belevenis! Hoewel de omgang eerst heel schuchter was, werd het toon wat gewoner toen we elkaar elke week ontmoetten. Wij meisjes vonden dat die jongens niet moesten denken heel wat meer te betekenen. Dus toen durfden we al eens met elkaar te praten. Maar als een jongen je dan eens thuis wilde brengen, dan was het „nee hoor, dat mag niet van vader". Maar zelf had je het dolgraag gewild. Nu mijn kinderen groot zijn is dat allemaal zo heel anders. En dikwijls ook beter. Neem b.v. het verenigingsleven en de zomerkampen. Je ziet nogal eens dat daar een paartje van komt en dat vind ik een prachtige herinnering".

Nu.

„Bij de grote vlucht van cle welvaart in onze samenleving is er, dacht ik, ook een achteruitgang op te merken in het geestelijk welzijn van deze maatschappij. Door het verlaten van Gods wegen is er niet alleen een achteruitgang in het geestelijk, maar ook in het zedelijk leven. De gevolgen hiervan tref je overal aan. Het gezin, dat de belangrijkste eenheid is, brengt in onze samenleving vaak wrange vruchten voort. Ook het voorleven van onze ouders is een onderdeel van onze vorming. Een goed voorbeeld doet goed volgen!"

Enerzijds is er veel ten goede veranderd: openheid, mogelijkheid tot gesprek, werkelijk contact tussen ouders en kinderen, dat tot gehoorzaamheid in de ware betekenis leidt, in plaats van een streng-autoritaire opvoeding, die hoogstens afgedwongen volgzaamheid oplevert. De veranderingen hebben echter ook een andere zijde, slaan dikwijls door naar het andere uiterste.

In welke tijd leven wij? Ons land telt ongeveer dertien miljoen inwoners. In 1967 zijn ruim 115.000 huwelijken gesloten, terwijl er 7500 in datzelfde jaar ontbonden zijn. Hierbij zijn dan nog niet eens de ruim duizend gevallen van scheiding van tafel en bed gerekend.

Een ander voorbeeld: in de jaren '59, '60 en '61 zijn in totaal 240.000 kinderen geboren. Daarvan is het aantal eerstgeborenen ruim 75.000. En van deze 75.000 zijn er ruim 44.000 te vroeg geboren, d.w.z. eerstgeborenen uit een gedwongen huwelijk.

We gaan nog even terug naar 1967. Laten we op grond van die 240.000 kinderen in drie jaar eens veronderstellen dat er in 1967 70.000 kinderen zijn geboren (we houden het met opzet aan de lage kant om niet te overdrijven). In dit jaar zijn er van de 1000 kinderen 21 buitenechtelijk geboren, d.w.z. 1470 kinderen die dat jaar zonder vader op de wereld kwamen. Dat betekent dat er per dag vier ongehuwd e vrouwen moeder worden. Misschien duizelt het je een beetje, al die cijfers. Maar laat dit eens goed tot je doordringen: in ons land op één dag twintig echtscheidingen, veertig gedwongen huwelijken en vier vrouwen die ongetrouwd een kind op de wereld brengen.

En dan nog de vele mogelijkheden om kinderen krijgen te voorkomen. Er staan nieuwe wetten op stapel voor de verkoop van anti-conceptionele middelen: vrije verkoop mogelijk maken van anti-conceptiva voorzover ze geen medewerking van een arts vragen, zonder leeft ij dsgrens! „Wat moeten wij met het sexuele leven en alle daarop inwerkende faktoren aan? " hebben velen zich in het verleden al afgevraagd. Zo is o.a. de Protestantse Stichting ter bevordering van Verantwoorde Gezinsvorming (P.S.V.G.) ontstaan. Deze vereniging heeft een eigen blad en gaat ook in op vragen van jongens en meisjes. „Tot hoever mogen we gaan? " Daar komt het meestal op neer. Veel antwoorden worden gegeven en verschillende wegen gewezen, maar waar gaat het om? Dit vroeg ook een gereformeerde kerkeraad zich af door te schrijven: „Is het wel juist aan verloofden aanwijzingen te geven en hen op weg te helpen naar de sexuele omgang voor het huwelijk? " Maatschappelijke ontwikkelingen, zoals een vaak langdurige studie, en de spanningen van het enerzijds steeds meer naar elkaar toegroeien en anderzijds nog moeten wachten, zijn zeker niet te verwaarlozen, „maar zullen niet juist echte liefde en eerbied voor elkaar de bron zijn tot het gebed, de spanningen opheffen en het verlangen bewaren naar het gelukkig huwelijk? "

G. en S. T. v. Malkenhorst, Bleulandweg 298, Gouda.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 januari 1969

Daniel | 16 Pagina's

omgang jongen - meisje

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 januari 1969

Daniel | 16 Pagina's