Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Naar Jeruzalem

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Naar Jeruzalem

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wij gaan op naar Jeruzalem. Marcus 10:32

Wie zijn bijbel kent weet onmiddellijk wat er met deze woorden bedoeld wordt. Het gaat om het gaan van Jezus naar Jeruzalem om daar te sterven en zijn leven te geven voor zondaren. Jezus heeft het gaan naar Jeruzalem uitdrukkelijk gewild ... Er is bij Hem geen moment van aarzeling geweest of Hij deze weg wel gaan zal. Marcus vertelt ons dat Jezus vóór zijn discipelen uit ging. En Lucas vertelt ons dat toen de dagen van zijn opneming in vervulling gingen, dat Hij zijn aangezicht richtte om naar Jeruzalem te reizen ... Dat was bepaald geen feestgang.
Toch gaat Hij. Hij wil en kan niet anders dan gaan ... Wat zien we in dit alles?
Dit: Hij ging zelf naar het kruis. Hij kiest zelf de dood. Zeker, achter zijn gaan staat het paradijs - staat ook het goddelijk moeten. Maar Jezus aanvaardt alles gewillig. Geen mens dwingt Hem. Geen duivel houdt Hem van het kruis af. Jezus gaat zelf.
Zijn lijden is een daad. Hij gaat in tot zijn verzoeningswerk. Daarvoor geeft Hij zichzelf. De liefde voor zondaren doet Hem zijn offer brengen. Hij wil dat offer ongedwongen.

Mijn ziel U opgedragen
Wil U alleen behagen
Mijn liefd' en ijver brandt.

Zijn daad is een daad van majesteit. Wij zien hier de hoogheid van de koning. Zelfs in zijn lijden heerst Hij over zijn vijanden. Hij is geen speelbal, van wie dan ook ... Hij, Jezus voert de scepter. Johannes zei in zijn evangelie: wij hebben zijn heerlijkheid gezien. Nu, die zien we ook hier. Telkens wordt die heerlijkheid zichtbaar.
In de Paaszaal zegt Jezus tot Judas: wat ge doet, doe dat haastig. In Gethsemane vallen de vijanden van Jezus ter aarde. Deze koning regeert blijkbaar: zonder leger ... De bende valt machteloos ter aarde.
In de rechtzaal zegt Jezus: van nu aan zult gij de Zoon des mensen zien, gezeten aan de rechterhand van de macht en komende op de wolken des hemels... Tot Pilatus zegt Hij: Gij zegt dat Ik een koning ben. En aan het kruis beschikt Hij koninklijk dat een moordenaar in het paradijs komt... Zeker het spreekt alles van lijden. Maar ook van overwinning. De kruisweg schijnt dood te lopen maar de werkelijkheid is dat Jezus op de derde dag zal opstaan. De smartenweg wordt een feestweg. In het voorgaan van Jezus is rust, ook de kalmte van de beslistheid, het tempo van de zekerheid. Naar Jeruzalem dat houdt ook in dat Jezus plaatsvervangend gaat lijden en sterven ... Hij moet het kruis alleen dragen. Wij kunnen niet voorgaan op de kruisweg. We zouden in de doodsdiepten omkomen. Wij kunnen Hem niet eens ter zijde staan.
Daarom gaat Hij. Alleen. Helemaal alleen ...
En toch, toch, toch ...
Toch zegt Hij: wij gaan op naar Jeruzalem. Wij! In zijn lijden en sterven is Hij nooit zonder de zijnen ... De volle werkelijkheid is: wij gaan op weg naar Jeruzalem. En Paulus zal later zeggen: ik ben met Christus gekruisigd. Want Hij ging als borg voor ons ... Hij nam ons mee in zijn lijden en sterven ... Wat een troost mag dat zijn voor schuldbewuste zondaren ... Want zij gaan verstaan dat zij onmachtig zijn om de schuld weg te nemen ... Dat kan benauwen. Maar daar staat dan het woord van Jezus. Wij gaan op naar Jeruzalem. Hij, de koning gaat voorop. En we mogen schuilen bij Hem. Wij, die zo zelden koninklijk onze weg gaan ... Maar Jezus leefde uit de zekerheden Gods. Niet wij maar Hij is koning. En wij mogen gaan met Hem. Wie dat alles bedenkt wordt stil, ziende op deze Heiland. Dat Hij dit alles wilde doen. Wat een opoffering. Wat een liefde. Onbegrijpelijk. Toch waar. Van ons wordt gevraagd te volgen. In blijde ootmoed. In stille verwondering.
Daarom: vestig al uw hoop op Hem.
Dat ieder 't aangezichte
ginds naar de Godstad richte.
Daar ligt Jeruzalem.

K.J. Velema

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 maart 1993

De Wekker | 16 Pagina's

Naar Jeruzalem

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 maart 1993

De Wekker | 16 Pagina's