Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

'Wanneer de grondslagen vernield zijn...' (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

'Wanneer de grondslagen vernield zijn...' (2)

Overwegingen bij de discussie over het herstel van normen en waarden

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

In dit artikel probeer ik te peilen welke de krachten zijn, die onze samenleving hebben gemaakt tot wat ze is, en die ook tot de heel bepaalde problematiek hebben geleid, zoals die momenteel speelt. Dat houdt in, dat Ik me niet beperk tot gisteren en vandaag, maar verder terugga. De bewegingen in de samenleving hebben nu eenmaal een lange aanloop, en ze werken ook veel verder door dan we ons vaak realiseren.

Over één ding zullen we het snel eens zijn: er is vandaag waarlijk wel iets aan de hand. De roep om een debat over normen en waarden komt niet uit de lucht vallen. De bouwfraude staat niet op zichzelf, verzekert men ons. Het komt dus meer voor, dat mensen anderen proberen te paaien, door wel eens wat geld of leuke dingen onder de tafel aan hen toe te schuiven, of hen een avond mee uit te nemen, waarbij je maar vurig moet hopen dat hun vrouwen nóóit te weten komen waar ze geweest bent. Tussen haakjes: wie denkt eigenlijk aan al die vrouwen, die nu ineens een bang vermoeden krijgen?
Als ik deze dingen opschrijf kan er geen sprake van zijn dat we onszelf buiten schot houden. Het gaat mij erom onze tijd te leren begrijpen, de mensen om ons heen, en ook onszelf. Hoe kon het zo ver komen?

De omslag
Midden in de vorige eeuw was daar de grote cesuur van de Tweede Wereldoorlog. In die periode is onze wereld ingrijpend veranderd. In de jaren vijftig leek het nog alsof we konden doorgaan bij waar we gebleven waren. De kerken waren de oorlog goed doorgekomen, hadden zelfs respect gewonnen. De eerste tijd moesten de handen uit de mouwen worden gestoken, om Nederland economisch gezien weer wat overeind te helpen. In de jaren zestig veranderde het levensgevoel. Ineens zat het in de lucht: het gevoel dat de wereld vooruitging. Jongeren roerden zich, die de oorlog niet of niet bewust hadden meegemaakt, en toen de babyboomgeneratie ging meepraten - de studentenopstanden van 1968! - stak er helemaal een andere wind op. Men ontdekte, dat de wereld niet slechts twee blokken kende. Oost en West, maar ook een 'Derde Wereld'. Het besef drong zich op dat de wereld niet rechtvaardig in elkaar zat en dat de kerk aan deze vragen niet voorbij mocht gaan. Het was de tijd van de idee van de 'maakbare samenleving'.
Ook geloof en theologie dienden daarop afgestemd. Mevrouw Dorothee Sölle bracht de omslag op de laatste bladzijde van haar boek Plaatsbekleding, met de ondertitel: Een hoofdstuk theologie na de 'dood van God', treffend onder woorden. 'God heeft lang genoeg iets voor ons gedaan - het is tijd dat wij iets voor God doen.'
Wat ze daarmee wilde zeggen was nog heel wat radicaler dan het op het eerste gezicht al leek. De God die iets voor ons deed, de God van de klassieke of orthodoxe christelijke theologie had afgedaan. Een ander godsbeeld en een andere theologie bepleitte zij, waarin wij mensen onze verantwoordelijkheid op ons nemen en zelf ter hand nemen wat God heeft nagelaten te doen.
Met dat andere godsbeeld, dat cirkelde om de mens en dat God deed vervagen, correspondeerde de nadruk op de autonomie, de ethische zelfbepaling van de mens. Zeker, er klonk een klemmende roep om gerechtigheid, en de bijbelteksten waren niet van de lucht, maar als het zicht op Gods handelen verdampt en alle gewicht komt te liggen op de mens die de hoge normen moet verwerkelijken, kent diezelfde mens zichzelf ook een sleutelrol toe bij de interpretatie van Gods geboden. Al gauw kwam de aap uit de mouw: diezelfde mens, die zo fel was op rechtvaardigheid op wereldschaal, wilde voor zichzelf vrijheid. De kerk moest vooral niet wagen deze autonome mens tegen te spreken. Dat deed ze meestal ook niet - theologen moedigden het eerder aan. De bijbel ging naar de achtergrond en moderne inzichten zetten zich door, want iedereen vond dat het moest kunnen - op een paar mopperaars in de achterhoede na. Het ging hard. Vrouwen werden verklaard baas te zijn in eigen buik.
Op seksueel gebied ging het erom welk taboe dan ook te doorbreken. De drang naar individuele vrijheid won het van de roep om rechtvaardigheid.
Zo is met een veranderd zicht op God een heel normen- en waardenpatroon gaan schuiven. Toen deze geest een maal uit de fles was, wilde hij er niet meer in.

Ik-cultuur
De jaren tachtig braken aan, de bevlogenheid maakte plaats voor een ik cultuur. Mensen gingen leven voor het genieten, en durfden zichzelf te 'verwennen'. Eerst met die leuke keurige vakantie of een gezellig avondje uit.
Maar het gaf zeker jongeren uiteindelijk onvoldoende kick. Er moest alcohol bij, en waar dat niet het gewenste genot gaf boden drugs de uitkomst. In de vakantie ging men tot het uiterste, vlak langs de rand van de dood. Buiten de vakanties om 'verbouw' je met elkaar een stadion en je laat je vooral door niemand op de vingers tikken. Dat is een instelling, die kenmerkend is geworden voor onze samenleving. Er werken krachten, die verhinderen dat hier verandering in komt.
Kort geleden las ik een schrijnend voorbeeld van hoe de 'groep' werkt. Een man van midden veertig staat in het gangpad van een volle tram, naast vier opgeschoten jongens die duidelijk bij elkaar horen en tegenover elkaar zitten. Geen van hen staat voor hem op. Dat hoeft ook niet voor een man van midden veertig. Dan stapt er een hoogzwangere vrouw de tram binnen, die duidelijk moeite heeft zich in het geslinger door de straten, het remmen en weer optrekken, staande te houden. Geen van de jongens maakt aanstalten zijn plaats af te staan. Toen de man van midden veertig één van hen vroeg of de zwangere vrouw op zijn plek mocht zitten, stond die jongen onmiddellijk op. De man vroeg zich af waarom die jongen dat niet uit zichzelf had gedaan. Hij vroeg het hem, buiten gehoorsafstand van de anderen. Zijn antwoord was veelzeggend en ontluisterend: 'Ik was bang dat de anderen me uit zouden lachen, me een watje zouden vinden...'.
Onthullend. Dat je dat kunt: blijven zitten, ja, maar onderschat u de druk van de groep niet, en evenmin die van de massa. Nu zullen de meeste Wekker-abonnees wel opstaan in de tram, en mogelijk hebben ze ook zelden of nooit een stadion van binnen gezien, laat staan dat ze het hebben 'verbouwd'.
Gaat het dan niet aan ons voorbij? Ik ben bang van niet. Datzelfde koersen op eigen gevoelens en inzichten tekent zich ook af in de soaps, die dag in dag uit op het scherm komen en trouw bekeken door ouders en grootouders. In die soaps komen we vooral mooie, sympathiek overkomende mensen tegen, gekweld door tegenslagen, maar dan ook voortgestuwd door diepe liefdesgevoelens, zeker - maar ondertussen hoereren ze in de loop van de soap wèl van de een naar de ander. In hoeveel gezinnen vormen soaps de enige dagelijkse - uiterst effectieve - portie voorlichting over huwelijk en seksualiteit? Zo gaan normen- en waardenpatronen geruisloos aan het schuiven... Betonrot in de fundamenten.
Het gaat er mij niet om even een paar sneren uit te delen. Het gaat erom onze tijd te begrijpen. De leegte - de gapende leegte van binnen. De boze geest die uitgedreven is, maar terug komt, als het er daarbinnen leeg, geveegd en op orde uitziet. Konden we nu maar zeggen, dat het aan ons voorbijgaat...

De wal en het schip
Dat het niet goed gaat, dringt tot ons door. Pim Fortuyn verwoordde het nodige, en hij zei wat veel mensen dachten. Bood hij ook oplossingen? Als we de lijn die ik heb geschetst voor ogen houden, dan is de vraag: deed hij ook iets aan die doorgeschoten en ongebreidelde drang om 'gewoon mezelf te kunnen zijn'? Ik denk het niet. Hij zei hardop wat iedereen wist: de onveiligheid op straat, misbruik van voorzieningen enz.. Maar hij ging met een boog om het lek heen. De moderne verworvenheid om ongebreideld jezelf te kunnen zijn en ontplooien stelde hij niet aan de aak. Integendeel - hij verheerlijkte het en bracht het in praktijk. H. Boutellier heeft in zijn recent verschenen boek De veiligheidsutopie betoogd dat onze samenleving zoekt naar een vierkante cirkel. We willen kost wat kost vasthouden aan het recht op zelfontplooiing, en niet minder ook kunnen toegeven aan de directe bevrediging van eigen wensen en verlangens. De daarmee gegeven drang tot maximaal uitbuiten van het persoonlijke levensproject botst op de wensen en verlangens van anderen, van mensen die weinig of niets hebben, van mensen die aan de rand staan. Ze nemen het niet langer, en dat roept weer bij hen die aan de 'goede kant' van de streep zitten het verlangen naar totale veiligheid en bescherming op.
Fortuyn beloofde die roep om individuele vrijheid enerzijds en de beperking ervan ter wille van de veiligheid anderzijds te verbinden, maar het was eenvoudig onmogelijk. Hij bood dan ook geen oplossing van de problemen van vandaag, maar hij bracht ze onder woorden, en uiteindelijk verhevigde hij dus de kernproblematiek van onze huidige samenleving alleen maar. Al met al heeft het er veel van dat de grondslagen van de samenleving vernield zijn. In Psalm 11 klinkt dan de vraag: 'Wat kan de rechtvaardige dan doen?' Die vraag mag ons wel zeer bezig houden.

G.C. den Hertog

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 november 2002

De Wekker | 16 Pagina's

'Wanneer de grondslagen vernield zijn...' (2)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 november 2002

De Wekker | 16 Pagina's