Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De ezel van Bileam heeft nooit gesproken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De ezel van Bileam heeft nooit gesproken

Ds. A. Hofman liet met zijn 'schriftkritiek' de studenten schrikken

6 minuten leestijd

Stelselmatig worden passages uit de Schrift ontkracht, ontkend, geloochend. "Adam is bedacht", kopte een landelijk dagblad vorig jaar boven een interview met ds. N(ico) M. A. ter Linden. Soms komt schriftkritiek van ongedachte zijde. Ds. A. Hofman (1912-1990), lid van het curatorium van de Gereformeerde Gemeenten, liet de studenten schrikken.

Weet u hoeveel bladzijden uw Bijbelt telt? U zult het vast niet uit uw hoofd kunnen zeggen. En het hangt natuurlijk van een aantal factoren af: welke uitgave, welke druk, welk formaat. In mijn zakbijbel eindigt Openbaring 22 bij bladzijde 1362. In oude Statenbijbels hebben alleen de rechterpagina's bladzijdenummers. Links werd niet meegeteld. Het Oude Testament is afzonderlijk gepagineerd, evenals de profeten, het Nieuwe Testament en de apocriefe boeken. Maar er zijn mensen bij wie de Bijbel steeds dunner geworden is. Die hebben eruit gelaten wat ze niet konden begrijpen, wat niet strookte met hun opvattingen. En dan blijft er niet zo heel veel over. Dr. J. G. Geelkerken (1879-1960), de man van de Gereformeerde Kerken in Hersteld Verband, verkondigde op zondagavond 23 maart 1924 in de Schinkelkerk aan de Amstelveenseweg te Amsterdam afwijkende opvattingen. Hij gaf in zijn preek ruimte aan hen die de historiciteit van Genesis 2 en 3 -de schepping van de mens, het proefgebod en de zondeval- niet konden onderschrijven. Heeft de slang werkelijk gesproken? Was dat "zintuiglijk waarneembaar"? Gemeentelid H. Marinus diende daarover een klacht in. Via classis en particuliere synode kwam deze kwestie op de agenda van de synode van Assen in 1926. De historiciteit van de Heilige Schrift was in het geding. Geelkerken moest het onderspit delven; hij richtte gedesillusioneerd met enkele gelijkgestemden een eigen kerkverbandje op, dat tot 1946 in leven bleef.

De historische betrouwbaarheid van de Bijbel had in de Gereformeerde Kerken gezegevierd en niemand minder dan dr. H. M. Kuitert nam in 1966 nog krachtig stelling tegen mannen die de wonderen in Gods Woord niet als historische feiten konden zien.

Van kaft tot kaft

Het geloven van de bijbelse waarheid van kaft tot kaft heeft altijd al onder druk gestaan. Het ogenschijnlijk subtiele verschil van opvatting "de waarheid is in de Bijbel te vinden" versus "de Bijbel is de waarheid" heeft tientallen meters boekenkastvulling opgeleverd. Aanvankelijk alleen bij de vrijzinnigen. Later helaas breder. Wat niet aanvaardbaar was voor het verstand werd weggeëxegetiseerd. Hoe is het verklaarbaar dat Jezus op het water liep? Ds. G. Schipaanboord, van 1969 tot 1973 predikant van de gereformeerde gemeente van Rotterdam-Zuid, zei eens kernachtig dat de Heere Jezus daarmee de wet van de zwaartekracht tenietdeed, een wet die Hij Zelf had ingesteld. Maar hoe kan water uit een steenrots vloeien? Er zijn spitsvondige verklaringen voor geleverd. Er zou zich regenwater hebben opgehoopt, dat vermengd met gruis en stof op een gegeven moment geen uitweg meer wist te vinden in het rotsmassief en dat zich ophoopte op een plateau van een rots of samenvloeide in een holle plaats. En dan zou een klap met een stuk hout ineens het berggevaarte daveren doen zodat het opgehoopte vuil loskwam, waardoor het water zijn vrije loop weer hervond.

Natuurlijk was de jongeling van Naïn slechts schijndood, evenals de al riekende Lazarus. Die ontbindingsgeur was van eerder begraven lichamen en hing nog in de grafruimte.

Jona

En dan moet bij velen ook Jona eraan geloven. Er wordt vaak een vermeende tegenstrijdigheid tussen "grote vis" (Jona 1:17) of "walvis" (Matthéüs 12:40) aangevoerd om uit te laten komen dat de bijbelschrijvers er ook geen raad mee wisten, terwijl het een het ander niet uitsluit, maar zelfs aanvult. Bekend is het verhaal van een modern predikant die aan het eind van de negentiende eeuw een beroep aannam naar een gemeente waarin nog een bevindelijke onderlaag te vinden was. Vol goede moed begon hij de gemeenteleden te bezoeken om met zijn schapen nader kennis te maken. Zo kwam hij in een eenvoudige woning terecht. Onaangekondigd. De oude weduwe, die alleen het huisje bewoonde, trof hij aan tafel aan, lezend in haar Bijbel. Belangstellend en tevens blij al meteen een aanknopingspunt te hebben gevonden voor een pastoraal gesprek, vroeg hij wat ze las. "Van Jona, dominee, dat hij overboord moest. Hij dacht om te komen, maar de Heere beschikte een grote vis. Hij moest drie dagen in de buik van die vis blijven en daarmee is hij een type van Christus geworden." "Maar vrouwtje, dat moet u niet zo letterlijk opvatten", klonk het terechtwijzend.

"Trouwens, biologisch gezien kán het ook helemaal niet. Juist van een walvis is bekend dat zo'n beest maar een klein keelgat heeft. En stelt u zich eens voor, Jona had natuurlijk geen zuurstof in de maag van de vis, dus u moet dat mythologisch zien. Anders zou hij zeker gestikt zijn." De weduwe legde haar handen op Gods Woord en diende deze zielenherder resoluut van repliek: "Dominee, al stond er in plaats van dat de vis Jona had opgeslokt dat Jona de vis had ingeslikt, dan had ik het nóg geloofd, want het staat in Gods Woord en dat kan niet liegen!" De dominee droop af. Aan zo'n ziel was geen eer te behalen.

In dit verband komt een andere versie in mijn gedachten, die ik onlangs gehoord van een predikant die zijn wortels in Katwijk heeft liggen. "As ter eskreve sting dat het gien walvis was, mèr een hèring, dan had ik er nog niet an etwijfeld" ("Als er geschreven stond dat het geen walvis was, maar een haring, dan had ik er nog niet aan getwijfeld!"), zo citeerde hij een oude ziel in zijn vroegere woonplaats.

Bedacht

Stelselmatig worden passages uit de Schrift ontkracht, ontkend, geloochend. "Adam is bedacht", kopte een landelijk dagblad vorig jaar boven een interview met ds. N(ico) M. A. ter Linden. Zijn broer, de emeritus ds. C. A. ter Linden van de Kloosterkerk in Den Haag, onder wiens gehoor Hare Majesteit koningin Beatrix nogal eens te vinden was, maakte het even bont door dit jaar rond Pasen de opstanding een "legende" te noemen. In een tijd waarin een huilend Mariabeeld ergens in een Limburgs dorpje tal van bedevaartgangers trekt, worden de grondwaarheden van Gods Woord ondermijnd en wordt het fundament onder het Evangelie ondergraven door ongekend hevige schriftkritiek. Maar soms komt deze van ongedachte zijde.

Ds. Hofman

Het gebeurde eind jaren tachtig. Op de Theologische School van de Gereformeerde Gemeenten in Rotterdam was het pauze. Enkele studenten hadden zojuist een les gevolgd waarin de schriftkritiek aan de orde was gekomen. Ze herkauwden een aantal voorbeelden met betrekking tot de historische werkelijkheid die hun zojuist waren voorgehouden. Hun gespreksstof betrof het voorbeeld van Bileam. "Dat er vooraanstaande theologen zijn die aan de sprekende ezel van Bileam twijfelen", zei een van hen. Juist op dat moment kwam ds. A. Hofman (1912-1990) binnen, lid van het curatorium. Hij viel midden in de discussie. "Maar ook ik kan niet geloven dat de ezel van Bileam gesproken heeft. Daar geeft de Schrift geen enkele grond voor!" sprak hij. Grote vertwijfeling. Wat nu? En dat uit de mond van een curator van een zeer schriftgetrouwe opleiding? Ds. Hofman genoot zichtbaar van hun verbazing. "Nee broeders, géén sprekende ezel. Beslist niet! Goed lezen wat er staat. Het was namelijk een ezelin!"

Rotterdam, 1980.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 juni 2001

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's

De ezel van Bileam heeft nooit gesproken

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 juni 2001

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's