Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

"De ene plant is leuker dan de andere"

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

"De ene plant is leuker dan de andere"

Schilder Westra bekroond voor vastleggen hele Nederlandse flora

6 minuten leestijd

Op zijn 55e sprong hij in het diepe en "begon aan een nieuw leven" als kunstenaar. Rein Westra (1915) is de enige Nederlandse schilder die álle planten van ons land natuurgetrouw heeft vastgelegd. Voor die enorme klus krijgt hij vrijdag de Heimans en Thijsse Prijs 1998: "vanwege zijn uitzonderlijke verdiensten voor de veldbiologie".

Westra vindt "het wel mooi" deze bekroning op zijn levenswerk te ontvangen. Al houdt de natuurschilder er niet van in de hoogte gestoken te worden. Hij betreurt het niet persoonlijk op het feest aanwezig te kunnen zijn vanwege zijn Parkinson-ziekte. "Vooral voor die mensen die het allemaal georganiseerd hebben".

De Heimans en Thijsse Stichting reikte de prijs sinds 1955 al veertig keer uit. J. Heimans en Jac. P. Thijsse waren twee bevriende natuurbeschermers van rond de eeuwwisseling. De Hilversumse kunstenaar krijgt de prijs samen met het Voerman Museum in Hattem.

Menukaart

De in Amsterdam geboren Westra ging na het doorlopen van de hbs, van 1933 tot 1937 naar de kunstnijverheidsschool, "de voorloper van de Rietveld-academie". "Ik volgde de opleiding voor reclameontwerper". Dat leidde uiteindelijk tot de start van een klein, eigen reclamebureau, zo vertelt de nu in Hilversum woonachtige kunstenaar.

"In mijn ontwerpen verwerkte ik veel natuurtaferelen. Ik probeerde bij het determineren van de planten die ik tegenkwam wel eens een flora te gebruiken, maar die gidsen zijn zo moeilijk te hanteren. Ik ben overigens niet de enige die dat vindt. Toen nam ik me voor: als ik ooit tijd over heb, stel ik een mooie, begrijpelijke flora samen". Het duurde tot 1985 voordat het werkelijk zover kwam.

In 1970, op 55-jarige leeftijd, waagde Westra de stap naar het kunstenaarschap. "Dat laatste woord gebruik ik liever niet. Ik zie mijzelf meer als beoefenaar van een ambacht".

Het eerste boek dat de aquarellist maakte, was -mede dankzij de steun van Natuurmonumenten- erg succesvol. In een serie van drie boeken met de titel "Wilde Planten" tekende Westra zeer gedetailleerd een groot deel van de Nederlandse plantenschat. "Bij voorintekening werden er al 10.000 exemplaren van verkocht. Later volgden er nog eens 90.000 series van de drie boeken". Met "Wilde Planten" verscheen het eerste gemakkelijk toegankelijke plantenoverzicht voor Nederland. Het eerste deel is bekroond als een van de best verzorgde boeken van het jaar. Met deze boeken legde Westra de basis voor de "groenboekerij" in Nederland.

Ontdekking

"Toen die boeken af waren, groeide het idee om een serie boeken te maken over planten in hun landschap, hun eigen omgeving en cultuur". In de vijf boeken van de bekende "Ontdek-serie" legde Westra de flora van de Veluwe, Noordwest-Overijssel, de Duinen, het Mergelland en de Achterhoek vast.

De prijswinnaar vormde vanaf die tijd samen met twee zoons het trio Westra. "Mijn zoon Chiel heeft zich toegelegd op de fotografie. Hij legt de planten in hun natuurlijke omgeving vast en reist daarvoor het hele land af. Door goede contacten met deskundigen en mensen in het veld weten we waar bijzondere planten zijn te vinden. Chiel zorgde ook dat ik aan mijn planten kwam. Hij bracht ze met kluit en al hier naartoe. Beschermde planten moest hij soms de volgende dag terug brengen om ze weer te poten. Mijn andere zoon, Tako, heeft de insecten getekend", vertelt Westra, die in een inspirerende omgeving woont: in een oude boerderij aan de rand van het bos. Zijn atelier is ruim, door de grote deuren van de voormalige stal valt veel licht op zijn werkplek. Het uitzicht is rondom groen. Een ideale plaats voor een natuurminnende tekenaar.

Ook de "Ontdek-serie" werd een groot succes. Met aquarellen van planten, foto's van het landschap, insectentekeningen en een beschrijving door deskundigen krijgt de lezer een compleet beeld van de landschappen.

Flora

"In 1985 begonnen we aan de echte flora, waarin alle planten die in Nederland voorkomen, zijn opgenomen". Een enorme klus, waaraan Westra tien jaar werkte: twee jaar per boek. Ondanks dat hij zo'n 1400 planten aquarelleerde, hield de kunstenaar "er plezier in". "De ene plant is leuker dan de andere. Er zitten ook eentonige soorten tussen. Zo heb ik twee weken varens zitten tekenen, blaadje voor blaadje. Het meeste plezier heb ik gehad van de roggelelie en de orchideeën met hun schitterende bloemen".

De drukste periodes voor de Westra's vormden de zomermaanden, van mei tot en met augustus. "In die periode tekende ik bijna zeven dagen per week van 's morgens vroeg tot 's avonds laat. Plant na plant. Mijn zoon zorgde steeds voor aanvoer van de planten. Per boek heeft hij zo'n 75.000 kilometer gereden".

Westra heeft altijd 'verse' planten op aquarel vastgelegd. "Ik heb nooit foto's gebruikt, want dan verlies je scherpte en diepte. Ik wil de plant in mijn hand kunnen houden, zodat ik hem van alle kanten kan bekijken". Wie de schilderijen van Westra ziet, komt onder de indruk van zijn techniek. Westra weet diepte in zijn werk te brengen. De tekeningen nodigen uit om ze te betasten: ligt dat takje nu óp het papier of niet ? Westra schildert zo natuurgetrouw mogelijk en heeft geprobeerd zo min mogelijk eigen expressie in zijn werk te brengen.

In 1995 voltooiden de Westra's uiteindelijk "De Nederlandse oecologische flora". Voor de deskundige en informatieve tekst zorgde de bioloog drs. E. J. Weeda. De expositie die destijds ter gelegenheid van de voltooiing te zien was, is vanaf half oktober in het Fries Natuur Museum in Leeuwarden te bezoeken.

Niet beven

De natuurschilder doet het nu wat rustiger aan. Lange dagen als vroeger maakt hij niet meer: "Met mijn Parkinson en op deze leeftijd gaat dat niet meer". Westra is verwonderd dat hij ondanks de aandoening toch nog kan schilderen: "Als ik een penseel vastheb en geconcentreerd bezig ben, kan ik mijn hand gelukkig stilhouden. Van andere patiënten weet ik dat dat ook anders had kunnen zijn. Ik moet wel steeds rust nemen en doe dagen over een tekening, maar dat geeft ook niet".

Westra tekent geen 'verse' planten meer -"dat moet snel gebeuren"-, maar houdt zich nu bezig met 'dode' boomschors. Ook van dat stukje natuur geniet Westra. De natuur is hij nooit gewoon gaan vinden, integendeel. "Het is een geweldig wonder. Het is onbegrijpelijk hoe die planten zo kunnen groeien. De natuur is een bron van verwondering die iedereen aan het nadenken zet. Ik voel me dan ook buitengewoon bevoorrecht dit werk te kunnen en te mogen doen".

De schilder is bezorgd over de bedreiging van natuur en milieu, omdat dat ook "ons welzijn en welvoelen aantast". "Het huidige gedrag is een belediging van de schepping".

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 22 september 1998

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's

"De ene plant is leuker dan de andere"

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 22 september 1998

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's