De kraamkamer van miljoenen kuikens
Broederij Het Anker heeft door spreiding activiteiten minder last van problemen in sector
OCHTEN - Het blijft een wonderlijke gebeurtenis hoe een kuiken zich al pikkend uit zijn eigen eierschaal bevrijdt. Op kuikenbroederij Het Anker in Ochten komen ze aan zulke bespiegelingen echter niet meer toe. Jaarlijks kruipen daar ettelijke miljoenen kuikens uit het ei en bij dergelijke aantallen verlies je de neiging om de geboorte van een kip bijzonder te vinden.
Het uitbroeden van eieren is de hoofdactiviteit van Het Anker. De eieren van gespecialiseerde vermeerderingsbedrijven worden bij aankomst eerst ontsmet. „De kuikens zijn te vergelijken met pasgeboren baby’s en de broederij met de kraamkamer van een ziekenhuis. Je moet dus erg oppassen met ongewenste bacteriën”, zegt Jan Vroegindeweij, die samen met drie broers, een zwager en zijn vader de dagelijkse leiding in handen heeft en zelf verantwoordelijk is voor de planning. Dat laatste luistert nauw, want in een sector met geringe marges is het volledig benutten van de capaciteit van vitaal belang.
Seksemethode
Het voorbroeden van de eieren duurt achttien dagen en vindt plaats in machines, waarin de temperatuur en de luchtvochtigheid nauwkeurig door computers worden gestuurd. Het nabroeden neemt drie dagen in beslag en vereist weer andere condities. Vandaar dat hiervoor andere machines in gebruik zijn.
Als alle kuikens van één inleg zijn uitgebroed, is het tijd voor het seksen, het scheiden van de hennetjes en de haantjes. Bij het onder pluimveehouders populaire ras ISA brown -95 procent van alle broedkuikens op Het Anker is van dat ras- kan een kind de was doen. De jonge hennetjes hebben een bruin verenkleed, terwijl de haantjes licht zijn. Bij de lichte rassen geeft de stand van de veerpennen uitsluitsel over het geslacht. Deze seksemethode is niet voor 100 procent waterdicht. De onnauwkeurigheid van een op de duizend neemt Jan Vroegindeweij echter voor lief.
Na nog een enting zijn de eendagskuikens klaar voor transport naar een opfokbedrijf. Dat wil zeggen de hennetjes; de haantjes zijn voor de legsector niet interessant en vinden na vergassing hun weg naar de petfood-industrie. De henkuikens verblijven zeventien weken in een opfokbedrijf en kunnen daarna beginnen aan een leven als leghen op een batterij of in een scharrelstal, al naar gelang de vraag van de klant.
Toonaangevend
Het Anker in Ochten behoort tot de zes toonaangevende broederijen in ons land die gezamenlijk 95 procent van de leghennenhouders in Nederland van nieuw materiaal voorzien. M. Vroegindeweij legde in 1967 de basis voor een bloeiend bedrijf, dat werk biedt aan zo’n 35 mensen, onder wie zes van zijn vijftien kinderen en drie schoonzoons. Hij was destijds de laatste nieuwkomer onder de legbroederijen, waarvan er eind jaren zestig zo’n dertig waren. Nu zijn er nog zes. „Dat zegt iets over onze sector”, zegt Jan Vroegindeweij, „en we groeien nog. Dat zegt ook iets”.
Het opzetten van bedrijven in de gehele keten is een weloverwogen keuze geweest. Alleen op die manier lukte het een sterke positie in de Nederlandse pluimveehouderij in te nemen. De familie is niet scheutig met aantallen, namen en vestigingsplaatsen. „Het staat zo dik, dus we zijn wat terughoudend”, luidt de verklaring. Het Anker heeft twee vermeerderingsbedrijven met in totaal 27.000 moederdieren die broedeieren produceren. Daarnaast worden broedeieren via Isacom BV betrokken. Samen met nog drie andere kuikenbroederijen participeert Het Anker in Isacom.
De werkwijze is een waarborg voor een constante aanvoer van eieren van het populaire ras Isabrown. Jaarlijks vinden vijf miljoen henkuikens hun weg naar eigen of gecontracteerde opfokbedrijven, terwijl ook enkele leghennenbedrijven en een pakstation voor consumptie-eieren deel uitmaken van het bedrijf De export is niet noemenswaardig.
Slecht jaar
„Van de kuikens en hennen gaat 90 procent naar klanten. De rest houden we zelf aan. We kunnen de kostprijs van de kuikens en de jonge hennen alleen laag houden bij een volledige bezetting. Dat betekent dat de dieren die overblijven naar de eigen legbedrijven gaan, zodat we de klant zo optimaal mogelijk kunnen bedienen. Zonder eigen legbedrijven zouden we zeker niet tot de top-zes behoren”, verklaart verkoopmanager Eddie Vroegindeweij.
Na een paar goede jaren was 1994 voor de legsector een opvallend slecht jaar. Het verwachte prijsherstel wilde en wil maar niet komen. „Als het zo doorgaat, vallen er klappen”, weten de broers Vroegindeweij. Ook Het Anker zal niet aan de gevolgen ontkomen. „Wij zijn bang dat de afzet van jonge hennen onder druk komt te staan”, aldus Eddie Vroegindeweij. Hij tekent erbij aan dat Het Anker zijn risico’s redelijk heeft kunnen spreiden door zijn activiteiten te verdelen over de sector. Het bedrijf is niet louter afhankelijk van de afzetontwikkelingen van de gangbare eieren.
Het Ochtense pluimveebedrijf levert ook volop aan de scharrelsector en op die deelmarkt zijn de marges en daarmee ook de toekomstperspectieven beter. Gevraagd naar andere sterke punten vult broer Jan aan: „We hebben de laatste jaren funk geïnvesteerd en we kunnen rekenen op de inzet van de familie en het personeel. We hebben in de afgelopen 25 jaar door kwaliteit en service met veel vaste klanten een goede relatie opgebouwd. Daarnaast is ons bedrijf dermate groot, dat we de grootste leghennenbedrijven van kuikens kunnen voorzien”.
Wateroverlast
Het Anker heeft de evacuatie in verband met de wateroverlast begin februari redelijk doorstaan. Meer dan een miljoen broedeieren en 150.000 kippen moesten naar veiliger oorden evacueren. In afwachting van de definitieve schadeafwikkeling draait het bedrijf inmiddels weer op volle toeren en vinden de jonge hennen hun weg naar de opfokbedrijven.
Jan Vroegindeweij: „Alleen bij de moederdieren hebben we al zo’n 100.000 gulden schade. Deze kippen zijn tijdens de evacuatie van de leg geraakt en het duurde wel even voordat ze weer op het oude legpercentage van 90 procent zaten. In het begin hadden veel dieren op het evacuatieadres moeite hun ei in het nest te leggen, maar aan grondeieren hebben we niets. Een broedei moet zuiver zijn”.
Met de opmerking over de zuiverheid van broedeieren geeft Jan Vroegindeweij aan dat kwaliteit het uitgangspunt is. Alleen door een strenge selectie van de broedeieren kan Het Anker leghennen afleveren die garant staan voor de produktie van uniforme eieren van een constante kwaliteit. De zorg voor een goed eindprodukt vertaalt zich ook in een intensieve begeleiding van de bedrijven die voor Het Anker de kuikens gedurende de eerste zeventien weken opfokken. Vaste klanten kunnen rekenen op bijstand van de eigen materiaalservice van Het Anker.
IKB
Zowel voor de aankoop van de broedeieren als de opfok van de kuikens doet Het Anker zaken met vaste partners, wat een grote mate van betrouwbaarheid garandeert. Door deze werkwijze en eigen scherpe regels loopt het Ochtense bedrijf behoorlijk voorop met de richtlijnen die volgens het Integraal Ketenbeheer (1KB) worden ingevoerd.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 3 april 1995
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 3 april 1995
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's