"Calvinistisch verzet"
„Wat ook niet altijd ons helder voor de geest staat, is dit: dat het doel en de zin van ons leven niet is aards geluk te smaken, en dat in het vooruitzicht van ongestoorde rust, maar heel anders: den Heere te dienen in de omstandigheden, waarin Hij geëerd en gediend wil worden". Deze woorden schreef dr. R, J. Dam, een van de leiders van het verzet in Kampen in 1944 aan de vrouw van een der Kampense politiemannen, die weigerden de vijand te gehoorzamen.
De naam van dr. Dam, de man die vele jaren rector was van het Gereformeerd gymnasium in Kampen, blijft naast die van de banketbakker Hilbert van Dijk, de kandidaat -notaris Jac van der Horst en anderen voortleven in de geschiedenis van het verzet in Kampen. Het verzet tegen de Duitse overheersing in de jaren 1940-1945 was in Kampen vroeg begonnen en dr. Dam nam daarin een centrale positie in, zo vertelde ons de heer G. Spanhaak, directeur van Wegeners Courant en Concern N.V. te Apeldoorn, die zelf destijds als journalist te Kampen veel met dr. Dam in het verzet heeft samengewerkt.
KRACHTCENtRUM
In de stad aan de IJssel werd het verzet een krachtcentrum, dat tot ver buiten Kampen zijn invloed deed gelden. Er waren sterke KP (Knokploegen) en LO-afdelingen (Landelijke organisatie voor hulp aan onderduikers); in het huis van mevrouw Eibers aan de Oudestraat zijn bijvoorbeeld vaak 's nachts de topvergaderingen van de LO gehouden. Men is daar ook op het idee gekomen om de onderduiker een zelf samengesteld boekje mee te geven bij zijn doortrekken. Dit is het beroemd geworden zgn. VVV-boekje, waarin voor de „gastheer" in een bepaalde code gegevens werden vermeld over de onderduiker, die zich kwam „aandienen". Reeds vroeg — in 1941 — werden in Kampen allerlei geschriften verspreid, waarin vooral op de geestelijke zijde van de strijd van het verzet tegen het nationaal socialisme, werd gewezen en het is in sterke mate mede vanuit Kampen geweest, dat het verzet in protestant schristelijke kring een principiële basis heeft gekregen. Dr. Dam was de man, die persoonlijk opdracht heeft gegeven tot de staking in Overijssel in 1943, waarover hij een verslag, heeft geschreven, dat zelfs illegaal in het Ruhrgebied is verspreid; het is daar 's nachts op de zitplaatsen in kerken neergelegd.
BONKAARTEN
De verzetsmensen in Kampen hebben op allerlei wijze de bezetters dwars gezeten. Er werd brand gesticht in het bevolkingsregister, waarin de VVV-direoteur K. Kruithof een belangrijk aandeel heeft gehad. In het gemeentehuis te IJsselmuiden werden bonkaarten gekraakt. „Kampen" heeft ook de stoot gegeven, zo vertelde de heer Spanhaak, voor een landelijk distributiesysteem van in den lande buitgemaakte bon(levensmiddelen)kaarten. Tevens wist men op een slinkse manier extra bonkaarten in handen te krijgen. Er waren vertrouwde ambtenaren op diverse distributiekantoren die bij het CDK (Centraal Distributiekantoor in Den Haag) extra bestellingen opgaven, die door een eveneens in de arm genomen ambtenaar van het CDK werden uitgevoerd.
STRIJDEND NEDERLAND
„Strijdend Nederland", in de oorlogsjaren een illegaal blad is „geboren" in Kampen, dat daarmee een eigen illegale pers bezat. Dagelijks werd het blad met mededelingen over, het verloop van de oorlog en zgn. verzetsberichten verspreid. Was Arend Scholten de sigarenmaker, die door zelfstudie is opgeklommen, de man van de verspreiding, de journalist Spanhaak zorgde
Aan „Strijdend Nederland" blijven de namen verbonden van Toon Slurink, Jacobus de Goede, Roelof Schraa en Hendrikus Hulst, die allen in het illegale perswerk zijn gevallen. Naast het perswerk was de groep van Strijdend Nederland ook bij andere verzetsactiviteiten betrokken; zij werkte nauw samen met KP, waarin weer een andere bekende Kampenaar, Jan Kroeze, een rol speelde, en de LO. Die samenwerking ontving na de bevrijding haar bekroning in een herdenkingssamenkomst van LO, KP en „Strijdend Nederland" op 31 mei 1945. Het zijn zo maar enkele grepen uit het verzetswerk in Kampen, die in het kader van deze pagina over de IJsselstad waard waren te worden belicht. Behalve de personen wier namen hier genoemd zijn, hebben tal van jongere en oudere inwoners en inwoonsters zich aan het verzetswerk gegeven, zo bijvoorbeeld meisjes, die het dikwijls gevaarlijke koerierswerk verrichtten, met name mevrouw Heij-Pel, echtgenote van de Amersfoortse predikant, ds. J. F. Heij.
GEDICHTEEN
„Strijdend Nederland" heeft eind maart van het oorlogsjaar 1945 nog een bundeltje van tien gedichten uit de laatste bezettingstijd doen verschijnen onder de titel „Tussen hoop en herinnering". Zij zijn geschreven in de donkerste maanden, die ons volk sedert eeuwen heeft gekend.
Zij geven weer de geest van het verzet, zoals die in Kampen werd gevonden, „een typisch calvinistisch verzet", zoals de heer Spanhaak het noemde, o.m. met deze woorden in „Gebed" van Evert J. Pot:
"En wees het volk van Holland goedertieren,
al hebben duizenden Uw Naam miskend.
Er zijn ook velen die Hem daag'lijks vieren"
en
„Want mijn geloof is als een wankel wulp
en kan zulk klein geloof verhooring hopen?
Heer, kom Gij Zelf mijn ongeloof te hulp".
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 4 september 1971
Reformatorisch Dagblad | 14 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 4 september 1971
Reformatorisch Dagblad | 14 Pagina's