Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

"Hij bleef zo arm als de mieren"

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

"Hij bleef zo arm als de mieren"

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Bar veel strijd heeft Dirk Monster gehad met hetambt van predikant. Pas twee jaar voordat hij zichmeldde bij de commissie van onderzoek van de OudGereformeerde Gemeenten vertelde hij het aan zijnvrouw, W. Monster-van Oostende. „Toen begreep ikdat hij sinds zijn bekering altijd heeft geweten dat hijpredikant zou worden. Hij wilde daarin een eerlijke,ordelijke weg gaan. Dus eerst diaken, dan ouderling,daarna predikant.

Mevrouw Monster (81) woont in de oud gereformeerde woonvoorziening ’t Achterdorp in Barneveld. Vanuit haar woonkamer heeft ze uitzicht op de kerk, waar haar man zeventien jaar het Woord heeft bediend. Naar buiten kijkend zegt ze: „De herinneringen aan mijn man zijn goed, heel erg goed. Maar daarom is het gemis ook zo groot.”

Levendig schildert ze de dag waarop haar man zich meldde bij de commissie van onderzoek. „Het was ingrijpend, van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat. Je kon er met geen mens over praten, want niemand wist ervan. Ik wist dat hij om twee uur werd verwacht. De hele middag heb ik als een gekooide vogel heen en weer gelopen. Om vijf uur ging de telefoon: Aangenomen! We mochten er eindelijk over praten, maar dan weet je van verwondering weer niet wat je zeggen moet.”

Willemtje Monster groeide op in Ooltgensplaat, op Goeree- Overlakkee. Ze was de op één na jongste in een gezin van acht kinderen. „Vader was een echt bekeerde man, dat wist iedereen. Op 27-jarige leeftijd werd hij krachtdadig tot God bekeerd.” Het ouderlijk gezin behoorde kerkelijk tot de hervormde evangelisatie in het naburige gehucht De Langstraat. Daar sprak oefenaar Vetter zondags tweemaal een stichtelijk woord. „Die man kende een ander leven. Daar kon mijn man goed onder kerken.”

In de oorlogsjaren werd het gezin Van Oostende geëvacueerd. „De Duitsers hadden gezegd dat ze Flakkee onder water zouden zetten. Eerst vertrokken we naar Rotterdam, later gingen we de Maas over, naar Veen in Noord-Brabant. We kerkten daar bij de Gereformeerde Gemeente. In Veen woonde veel geoefend volk van God, zoals kreupele Betje en ouderling Bertus Schreuder. Als Schreuder de preek las, verlangde niemand naar een predikant.” Na terugkomst op Flakkee, in september 1945, richtte vader Van Oostende samen met een vriend de Oud Gereformeerde Gemeente te Ooltgensplaat op.

Dirk Monster (1930) kwam uit Puttershoek (Hoeksche Waard), waar hij eerst diaken, later ouderling was bij de Oud Gereformeerde Gemeente Puttershoek-Zijdewinde. „Hij dreef een handel in orgels en harmoniums. Ik ontmoette hem nogal eens als hij daarvoor in Ooltgensplaat kwam. We wisten vrij snel dat we voor elkaar bestemd waren, maar het duurde nog wel een paar jaar voordat daar iets van kon komen. Dirk had zijn oude moeder beloofd tot aan haar einde voor haar te blijven zorgen.”

Drie maanden na het overlijden van de moeder van Monster, op 30 november 1976, traden Dirk Monster en Willemtje van Oostende in het huwelijk. Hij was 46 jaar, zij 45. Hun huwelijk werd bevestigd door ds. L. Gebraad, met de tekst uit Spreuken 3:26: ‘Want de Heere zal met uw hoop wezen, en Hij zal uw voet bewaren van gevangen te worden.’

John Warburton

Dirk Monster had in zijn jeugdjaren één grote hobby, orgelmuziek, zegt zijn weduwe. „Toen de Heere in zijn leven kwam, werd het hem allemaal tot zonde. Opeens was de glans ervan af. Mijn man kon zelf ook goed orgelspelen, heel gevoelig. Na zijn bekering wilde hij bijna niet meer achter het orgel kruipen. Hij wist dat hij zich dan helemaal zou laten gaan. Daar had hij dan weer last van.”

In de Oud Gereformeerde Gemeente te Puttershoek- Zijdewinde las ouderling Monster vrijwel uitsluitend oudvaders, zoals Van Lis, Vermeer, Smijtegelt, Comrie en Beukelman. Een heel enkele keer las hij een preekje van ds. Joh. van der Poel. „Eigenlijk is hij vanaf het begin van zijn verandering met het predikambt bezig geweest. Hij kon zo genieten van de levensbeschrijving van John Warburton, “Weldadigheden van een Verbondsgod”. Hij lag eens op zijn knieën te bedelen: Heere, mag ik bekeerd worden zoals Warburton. En mag ik dan ook Uw knecht worden, net als hij?”

De goede weg

Als proponent preekte Monster eens een zondag in Oosterland. „Hij was bijna wanhopig, zó werd hij bestreden. Het ging ’s morgens ook niet. De hele middag liep hij maar heen weer te zuchten. ’s Avonds zag hij er niet meer doorheen. In de consistorie zei hij tegen ouderling Van der Zande: ‘Lees jij maar een preek, want ik ben ongeschikt.’ Waarop Van der Zande een klein gebedje deed, of de Heere wilde uit- en doorhelpen. Na het amen zei Van der Zande: ‘De Heere zal er wel voor zorgen, hoor.’ Onderaan de kansel zei Van der Zande nog eens: ‘De Heere zal ’t wel maken, hoor.’ En mijn man mocht die avond met veel opening het Woord bedienen. Later zei m’n man wel eens tegen mij: Als de Heere helpt, is het maar voor een keer tegelijk.”

Toen Monster in 1989 beroepbaar werd gesteld als lerend ouderling, kwamen er achttien beroepen. Het moest Barneveld worden. „Ik vond alles goed. De weg die de Heere met mijn man ging, was voor mij de goede weg. Ik wist nauwelijks waar Barneveld lag, maar het was mij goed.” Lerend ouderling D. Monster werd op 1 augustus 1989 in Barneveld bevestigd door ds. A. van der Meer. Op 10 juli 1991 werd hij daar, ook door ds. Van der Meer, bevestigd als predikant.

De Oud Gereformeerde Gemeente te Barneveld maakte in die tijd nog maar enkele jaren gebruik van een nieuwe kerk aan de Koterweg. Tijdens de periode van ds. Monster groeide de gemeente sterk. Inmiddels telt de Oud Gereformeerde Gemeente te Barneveld meer dan achthonderd leden en doopleden.

Ook in zijn Barneveldse tijd kreeg ds. Monster vele beroepen. „De Heere had hem eens laten zien dat er een beroep uit Kampen zou komen. Op een maandag zei m’n man tegen mij: ‘Vrouw, deze week komt er een brief uit Kampen, maar daar hoeven we niet heen.’ Toen de post op zaterdagmorgen was geweest, was er geen brief uit Kampen gekomen. Dus ik zei: ‘Man, zou dat van Kampen nou niet waar geweest zijn?’ Hij zei: ‘Vrouw, wees niet ongerust, de dag is nog niet voorbij.’ ’s Avonds werd de brief uit Kampen gebracht. Maar, het was zoals mijn man zei: We hoefden er niet heen.”

„Wij zijn des Heeren”

Begin 2006 werd ds. Monster ziek. Hij was nooit zo sterk geweest, zegt zijn weduwe. De neuroloog had een agressieve hersentumor geconstateerd, waar niets meer aan te doen was. Op 5 februari 2006 preekte hij over Mattheüs 25:31-46: ‘En dezen zullen gaan in de eeuwige pijn; maar de rechtvaardigen in het eeuwige leven.’ Het was zijn laatste preek. ’s Avonds ging het niet meer. Rond tien uur in de woensdagmorgen van 5 juli 2006 overleed ds. Monster. „Hij had altijd zo tegen de dood opgezien. Hij had zich al zo vaak afgevraagd of het allemaal wel waar was geweest in z’n leven, of het wel van de Heere was geweest, of hij niet zelf was begonnen. In alle rust is hij heengegaan. Gesproken heeft hij niet veel meer. Het was ook niet nodig.” Ds. D. Monster werd op 10 juli begraven op de algemene begraafplaats te Barneveld. Op de grafsteen staat geschreven: „Hetzij dan dat wij leven, hetzij dat wij sterven, wij zijn des Heeren”.

Hoe zou mevrouw Monster haar man willen typeren? „Hij was een mens als ieder ander. Maar hij was ook erg eenvoudig en oprecht. Om eerlijk te zijn: Het was altijd waar wat hij zei.” En dan zegt ze: „Na de begrafenis zei ouderling Klok: ‘Het was een lieve knecht en hij bleef zo arm als de mieren. Weet je waarom? Die man had zoveel ontdekking, dat hij meer onbekeerd was dan bekeerd’.” Was mevrouw Monster-van Oostende in Barneveld echt de domineesvrouw? „O, nou, voor mezelf niet, hoor. Voor de mensen misschien wel, want ja, de vrouw van de dominee, hè. Maar voor mezelf heb ik er nooit wat mee kunnen worden.”

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 7 november 2012

Terdege | 108 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van woensdag 7 november 2012

Terdege | 108 Pagina's