Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kerken positief over orgaandonatie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kerken positief over orgaandonatie

Huisarts-ethicus dr. Pranger inventariseerde standpunten in onder meer RD en Terdege

5 minuten leestijd

De Nederlandse kerken, inclusief die van de gereformeerde gezindte, staan positief ten opzichte van de verworvenlieden van de transplantatiegeneeskunde, zo blijkt uit een onderzoek van de Niersticliting Nederland. Het onderzoek werd eind 1992 uitgevoerd door dr. D. Pranger, huisarts-ethicus in Wormer. Ondanks de positieve houding van de kerken leggen zij echter wel een kritische vinger bij een aantal gevoelige punten.

In ons land zijn er een kleine 1500 nierpatiënten die wachten op een niertransplantatie. Jaarlijks komen er slechts ongeveer 300 donornieren beschikbaar. Daardoor sterven elk jaar vijftig nierpatiënten die menselijkerwijs hadden kunnen worden gered door een niertransplantatie.

De Nierstichting Nederland behartigt op veel terreinen de belangen van deze patiënten. Zo benaderde zij ook de Nederlandse kerken met de vraag om hun leden te overtuigen van de wenselijkheid een codicil te dragen.

De reacties van de kerken bleven uit. Daardoor ontstond de indruk dat er binnen kerkelijke kringen een aantal weerstanden tegen orgaandonatie bestaat. Dit zou dan vooral het geval zijn in de zogeheten behoudende kringen.

Met het rapport "Zo spreken de kerken over orgaandonatie" wil de Nierstichting met de kerken in gesprek gaan. De stichting wil hen proberen te overreden om hun leden te wijzen op de morele plicht om een codicil te tekenen. Daarbij wordt gedacht aan een uitspraak van gezaghebbende kerkelijke autoriteiten. Zij wil bovendien de christelijke politieke partijen ertoe aanzetten zich nog eens te bezinnen op de voorgestelde Wet op de orgaandonatie.

Allereerst gaat dr. Pranger in op de komende wetgeving. Daarin gaat de staatssecretaris uit van het zogeheten "toestemmingssysteem": als een potentiële donor zijn wil niet heeft vastgelegd in een codicil, heeft de familie het volle beslissingsrecht.

De Nierstichting vreest dat daardoor organen verloren zullen gaan. Familieleden zullen, overmand als zij zijn door het plotseling overlijden, niet ook nog eens de gedachte kunnen verwerken dat er organen worden verwijderd voor transplantatiedoeleinden. Daarom pleit de stichting ervoor dat nabestaanden niet behoeven te beslissen in de plaats van de donor.

Vervolgens worden de standpunten van de grote kerkgenootschappen (rooms-katholiek en Samen op Weg) beschreven. Om de achterban van deze kerken te peilen is een analyse gemaakt van de verslaggeving in Trouw, de Volkskrant en het Katholiek Nieuwsblad; daarna komt het standpunt van het CDA.

In het derde hoofdstuk gaat het om de orthodox gereformeerde kerkgenootschappen: Gereformeerde Bond binnen de Nederlandse Hervormde Kerk, de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt), de Christelijke Gereformeerde Kerken en de Gereformeerde Gemeenten. Die tellen in totaal ongeveer één miljoen leden. In dit hoofdstuk wordt gebruik gemaakt van artikelen uit het Reformatorisch Dagblad, het Nederlands Dagblad, Terdege en Het Richtsnoer. Verder wordt ingegaan op de standpunten van GPV, SGP en RPF, van de Nederlandse Patiënten Vereniging en het Lindeboom Instituut voor medische ethiek. Uit de Nederlands Gereformeerde Kerken zijn geen opiniërende artikelen over de transplantatieproblematiek gepubliceerd.

Vervolgens kunnen we lezen over verklaringen van de Duitse Bisschoppenconferentie en van de Raad van de Evangelische Kerken in Duitsland.

In het vijfde hoofdstuk werkt dr. Pranger de verkregen gegevens verder uit. Hij laat daarin zien hoe de kerken denken over de verschillende aspecten van de transplantatiegeneeskunde in het algemeen en van de orgaandonatie in het bijzonder. Dan gaat het ook over gevoeligheden en standpuntbepaling rond de Wet op de orgaandonatie: hersendood en criteria voor het vaststellen daarvan, verdere verzorging van de donor, afscheid nemen, wie beslist? Welke organen wel en welke niet? Verdeling van beschikbare organen.

Orthodoxie

In 1990 hield de NPV een enquête onder haar leden. Daaruit bleek dat 77,5 procent positief stond tegenover orgaantransplantatië en dat 96 procent het ontvangen van bloedtransfusie positief beoordeelde. Het Lindeboom Instituut heeft in het boek "Christelijke oriëntatie in medisch-ethische onderwerpen" (1992) een hoofdstuk gewijd aan de transplantatiegeneeskunde. Van dit hoofdstuk geeft dr. Pranger een uitgebreide samenvatting.

Vervolgens vat hij samen wat prof. dr. J. Douma schrijft over het afstaan van organen in zijn boekje "Rondom de dood". De vraag of een christen kan meewerken aan Orgaantransplantatie kan slechts in zeer algemene zin worden beantwoord met een beroep op het liefdegebod en de plicht tot barmhartigheid. Pogingen om bijbelteksten rechtstreeks met orgaandonatie te verbinden „mislukken bij voorbaat".

Prof dr. W. H. Velema heeft bij verschillende gelegenheden gepubliceerd over het onderwerp orgaantransplantatie. Hij acht het van belang dat ook kerkleden zich inzetten voor orgaandonatie. Het transplanteren van dierlijke organen wees hij in het RD (1984) van de hand.

Uit het Reformatorisch Dagblad worden diverse artikelen uit de jaren 1988-1992 geciteerd. Dr. Pranger gaat ook in op twee artikelen van dr. W. J. op 't Hof in Terdege (1990). Die heeft ernstige bezwaren tegen postmortale orgaandonatie. Meer uitvoerig citeert Pranger uit het vraaggesprek dat Terdege had met de heren Van den Berg, Huisman en Seldenrijk (1991). De vraag bij het tekenen van een codicil luidt: „Hoe zal je houding zijn als je zelf in een situatie terechtkomt dat je een orgaan nodig hebt?"

Samenvatting

Uit de korte samenvatting blijkt dat de kerken een grote betekenis hechten aan het nemen van een persoonlijke beslissing. Het afstaan van organen draagt het karakter van een gave, zoals het offer van Christus. Dit gave-karakter betekent dat elk gemeentelid persoonlijk, in alle vrijheid en in gebed, dient na te denken of hij/zij zich hiertoe geroepen voelt. Dit vraagt om een zuiver-beslissysteem. De vinger wordt gelegd bij een aantal pijnlijke kanten van orgaandonatie. Daardoor kan voor nabestaanden het leed worden vergroot en de verwerking van het geleden verlies worden bemoeilijkt. Er is dus ook sprake van een offer van de zijde van de nabestaanden. Die verdienen dan ook bijzondere pastorale aandacht.

In hun spreken over orgaandonatie leggen de kerken te weinig nadruk op de verantwoordelijkheid voor de naaste, zo concludeert dr. Pranger. Volgens hem moeten zij hun leden voorhouden dat orgaandonatie meer is dan een louter vrijwillig geschenk: het is een daad van christelijke liefde.

Er wordt een voorzet gegeven tot een gesprek tussen de kerken en de Nierstichting. De kerken dienen hun leden te wijzen op hun christelijke verantwoordelijkheid. De kranten moeten het publiek goede voorlichting geven en de problemen rond orgaandonatie niet verdoezelen. De politieke partijen worden opgeroepen zich te bezinnen op het tot stand komen van wetgeving die de individuele vrijheid en ieders verantwoordelijkheid aanvaardbaar samenbrengt.

Naar mijn mening heeft dr. Pranger een waardevolle studie verricht. Het resultaat is het overwegen meer dan waard.

Het rapport "Zo spreken de kerken over orgaandonatie" (66 blz.) is gratis verkrijgbaar bij de Nierstichting, Postbus 2020, 1400 DA Bussum. Tel.: 02159 150.57.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 26 mei 1993

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's

Kerken positief over orgaandonatie

Bekijk de hele uitgave van woensdag 26 mei 1993

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's