Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Geref. Bijbelstichting hield twaalfde toogdag

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Geref. Bijbelstichting hield twaalfde toogdag

Ds. Van Haaren: satan zaait tweedracht

9 minuten leestijd

UTRECHT — Onze tijd kent ontzettend snelle en verwoestende wapens. De wereld leeft vlakbij de verwoesting. Maar het wapen van Gods Woord is sterker. Daardoor doet God Zijn koninkrijk komen en verslaat Hij de satan. Aldus ds. C. Harinck, predikant van de Geref. Gemeente te Dordrecht, zaterdag tijdens de twaalfde toogdag van de Gereformeerde Bijbelstichting die in het Utrechtse ,,Tivoli" gehouden werd.

Ds. J. van Haaren, de voorzitter van de GBS, had in zijn openingswoord bijzondere aandacht gevraagd voor de nieuwe brochure van rev. Brown van het Trinitarian Bible Society „God is geopenbaard in het vlees". Tevens wees hij op de verschijning van „Door het heilig Woord", het derde deel uit die serie. Het werk van de GBS vraagt — zeker in verband met het verschijnen van de heren- en dameszakbijbels - nog steeds grote financiële steun.
Ds. Van Haaren, predikant van de Geref. Gemeente te Amersfoort, las de door rev. Brown namens de TBS verzonden groet voor aan de geheel bezette zaal van Tivoli. Het is meer dan ooit noodzakelijk dat diegenen die de Heilige Schrift hoogachten als Gods gezaghebbend woord, pal staan tegenover de opkomende vloed van vrijzinnigheid en oecumenisme, aldus Brown. Dat kan niet gebeuren in samenwerking met hen die de goddelijke oorsprong van de gehele Schrift loochenen.

Tweedracht
Ds. van Haaren heette bijzonder de jonge mensen zeer welkom. Wij luisteren zo gemakkelijk naar satans leugens. Hij weet echter dat zijn tijd kort is en wil als een engel des lichts zelfs de uitverkorenen verleiden, hij zaait twijfel, wil ook Bijbelgenootschappen misbruiken.

Ds. Van Haaren waarschuwde ernstig tegen de nieuwe versie van de Statenbijbel die het Nederlands Bijbelgenootschap als vervolg op de uitgave „Terstond" van het Marcus-evangelie gaat uitbrengen en noemde het een pseudo-statenbijbel. Het is, aldus de Amersfoortse predikant, de eerste stap op weg naar een nieuwe vertaling. Hij verwees daarbij naar de kritiek die in „Standvastig" het maandblad van de GBS is geleverd op „Terstond".
Uit de geschiedenis van Jeremia 36: het boek der profetieën van Jeremia door Baruch opgeschreven, wordt door de koning verbrand, toonde ds. Van Haaren aan, dat het niets nieuws is dat de satan tweedracht zaait, bressen wil schieten. Waarom sneed koning Jcóakim de rol waaruit werd voorgelezen stuk? Die stelde hem als een zondaar aan de kaak.
Met het Woord in aanraking komen kan twee dingen tot gevolg hebben, aldus ds. Van Haaren. Of het brengt ons op de knieën, óf wij verharden ons hart en zo kunnen we er zelfs vijandig tegenoverstaan als we het verbreiden.

Waarheid
Ds. S. de Jong, Hervormd predikant te Ouddorp sprak naar aanleiding van Johannes 17 vers 17b over „Gods Woord is de waarheid". Het is nooit te begrijpen dat God nog zorg gedragen heeft dat aan zulke diep gevallen Adamskinderen het Woord werd toevertrouwd. Er staat zo duidelijk in wat voor ons nodig is te leren kennen om getroost te leven en eenmaal zalig te sterven. Gods goedheid is onbegrijpelijk, dat hij nog liefdevol vermanen en lokken wil. De waarheid van Gods Woord heeft echter het dierbaar bloed van Gods Zoon gekost.
Wij zijn, aldus ds. De Jong, in onze natuurstaat verslaafd aan de leugen. Waarachtige wedergeboorte is nodig om rechtvaardig voor God te kunnen verschijnen en om de leugen „gij zult de dood niet sterven" uit te bannen. Van buitenaf worden op de zuiverheid van het Woord vele aanvallen gedaan, maar als, aldus ds. De Jonjg, de noodzaak van Gods onderwijs gevoeld wordt, dan wordt het nodig wat God zelf zegt: Ik zal maken dat hun werk in der waarheid is. Dat we, aldus de predikant, maar veel onze knieën mogen buigen om te vragen of de almachtige en vrijmachtige God de waarheid van het Woord op het hart mag binden. De waarheid van het Woord zal blijken. Hier, als er geloof mag worden geoefend en troost en kracht uit geput wordt, óf in het eens verwezen worden naar de plaats van eeuwige duisternis.

God zoekt
Ds. Joh. van der Poel, predikant van de Oud Geref. gemeente te Ede sprak over „De Brief des Almachtigen", naar aanleiding van Openbaring 22, de verzen 17 en 18. Johannes, aldus ds. Van der Poel, had nooit gedacht dat de hemel op Padmos zo wijd zou open gaan. Maar Gods kinderen mogen in de grootste druk menigmaal het zoetste van Gods tegenwoordigheid ervaren.
De gehele Bijbel zou samengevat kunnen worden in enkele woorden: God zoekt de zondaar. Adam en Eva zochten niet meer naar God. Er zijn geen woorden voor hoe diep de geestelijke doodsstaat is van de mens. Maar het Verbond der genade werd uit Gods welbehagen vandaan opgericht. Dat is een schenkend, een gevend Verbond. Dat gaan zij ervaren die het moeten zeggen: waarom was 't op mij gemunt daar er zoveel gaan verloren die Gij geen ontferming gunt. God zoekt de zondaar en daarin zegt Hij: Ik wil en zij zullen en dat door een weg van recht en gerechtigheid.
Ook Adam, aldus ds. Van der Poel, leerde het recht kennen. Hij beleed: Ik heb gegeten. Dat is kort, dat geeft niet, als 't maar echt is. Toen kon God zijn Zoon kwijt. Hij is ervoor aan een dwarsbalk gespijkerd. Gods Woord nu, aldus ds. Van der Poel, waarin dit alles is geopenbaard, is naar Johannes getuigenis volmaakt. Dat lezen we in Openbaring 22. Een arm mens dan die daartoe doet: verleider en misleider. Wie eraf doet — men loochent de verkiezing, de doodsstaat en de soevereiniteit Gods — zijn deel zal buiten de stad zijn. De gestolen Jezus zal eens afgegeven moeten worden. Wij hoeven, aldus ds. Van der Poel, niets anders: geen andere God, geen ander Woord, dan Hij ons gaf. Maar o God, geef ons niets anders.

Zwaard
In de middagvergadering sprak allereerst ds. C. Harinck, predikant van de Gereformeerde gemeente te Dordrecht over „Het zwaard des Geestes", naar aanleiding van Efeze 6 vers 17. Een christen heeft de strijd tegen dat wat achter vlees en bloed staat; de geestelijke macht. Paulus roept op te strijden in de wapenrusting Gods en niet in eigen kracht. Het schild is een verdedigingswapen en het zwaard een aanvalswapen. Het Woord Gods is sterker dan alle aanvalswapens van onze tijd. God bedient er Zich van ter uitbreiding van Zijn koninkrijk.
In het vrije westen, aldus ds. Harinck, gebruikt de duivel andere methoden dan in het Kremlin: het vervalsen van vertalingen om het zwaard bot te maken. Want God bindt Zich aan dat Woord. De kracht van de kerk is de prediking. Zo ook triomfeerde in de eerste christengemeenten de Geest over de Griekse wijsheid en de Romeinse staatkunde.
De vraag, aldus ds. Harinck, die ik u en mij aan het hart wil leggen is, of het zwaard des Geestes ons al overwonnen heeft. Van nature — hoewel we denken God en Jezus goedgezind te zijn — zijn we des Konings vijanden. Maar God maakt van vijanden vrienden. Luther zei: een gebroken en verslagen hart doet meer pijn dan een gebroken been. Heeft het zwaard ons met de snede van de wet al getroffen? Dan verstaan wij psalm 38: 'k ben door Uwe wet te schenden krom van lenden. Het Woord heeft ook een helende werking. Wanneer de beloften van het evangelie in het hart vallen, dan wordt dat Woord zoet. Christus is in dat Woord. Het zou een leeg Woord zijn, als Hij, Zijn bloed, gerechtigheid en offer, er niet in was. Het Woord geneest, God giet de balsem van Christus' zoen en kruisverdiensten in de wonden die de wet heeft geslagen. In al onze ijver mogen wij niet vergeten dat wij door de kracht van het Woord ook zelf tot God bekeerd moeten worden.
Ds. A. van den Berg, predikant van de Geref. gemeente in Ned. te Gouda, behandelde 's middags het thema „Een kracht Gods tot zaligheid", naar aanleiding van Romeinen 1 vers 16. Het Woord is een kracht Gods tot zaligheid, de Heere zal er Zelf plaats voor moeten maken in de vijandschap van mensen die het betuigen aan de kennis van Zijn wegen geen lust te hebben. En er zal geen plaats zijn voor het evangelie voordat, aldus ds. Van den Berg, het God behaagd heeft ook zijn wet te doen kennen. De wet is echter geen kracht Gods tot zaligheid. Als onder Gods recht en majesteit alles afgesneden wordt, zal er een ogenblik aanbreken dat het evangelie van Gods kant ontsloten wordt.
Paulus leerde die les en mocht het uitdragen. Niet het evangelie voor de wet, maar de wet als een tuchtmeester tot Christus. Het gaat nu in de arbeid van de GBS niet om het ijveren op zichzelf, maar om de zuiverheid van het Woord en werk van God. Moge het dan ook, aldus ds. Van den Berg, onderwerpelijk waar worden. De Goudse predikant waarschuwde zeer voor schijnbeleving en schijnbekering. Alji Gods Woord onderwerpelijk weiar wordt komen wij er inderdaad achter dat het evangelie een kracht Gods tot zaligheid is voor een uitgewerkt mens.

Slotwoord
Ds. E. du Marchie van Voorthuysen sprak als tweede voorzitter van de GBS zoals gebruikelijk het slotwoord. Hij behandelde „Het slotwoord van de langste psalm", het laatste vers van psalm 119, en stond stil bij een belijdenis, een smeking en een geloofsgetuigenis. David was kind en knecht. Wat moet er iets ontzaggelijks gebeurd zijn aan zo iemand. Nebukadnezar was knecht zonder kind. Wat een oordeel. Hulpelozer is er niet als een schaap. Zo had David gedwaald. Maar op rechts- en liefdegronden was hij met God verzoend.

Zijn smeking doet het kennen: ik heb geen kracht. Van mijn kant zal ik God nooit meer vinden, zoek Uw knecht. Opdat hij zijn kind— en knechtschap weer beleeft. In zijn geloofsgetuigenis zegt David vervolgens: Uw geboden heb ik niet vergeten. Hij zegt niet: van uw geboden heb ik niet afgedwaald. Dan zou deze Statenvertaling een leugenvertaling zijn. Gods Verbond was Davids heil en lust, gefundeerd in de Christus. U weet, zei David, dat ik U, hoewel mijn huis alzo niet is bij God, toch liefheb. Als u, aldus ds. du Marchie van Voorthuysen, waarlijk kind mag zijn of worden, dan zal de Heere u niet vergeten. En eens zal het geloven overgaan in aanschouwen.
De totale opbrengst van de collecten, inclusief de opbrengst van de verkoop van Bijbels en brochures, liep tegen de dertigduizend gulden.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 22 augustus 1977

Reformatorisch Dagblad | 8 Pagina's

Geref. Bijbelstichting hield twaalfde toogdag

Bekijk de hele uitgave van maandag 22 augustus 1977

Reformatorisch Dagblad | 8 Pagina's