Rechtzinnig predikant mag beroep naar noorden niet voorbij gaan
DS. VAN OOSTEROM OVER GEREFORMEERDE PREDIKING
„In Drente zijn hele geslachten opgegroeid die niet van een gereformeerde prediking afwisten. In de negentiende eeuw lag Nederland en vooral ook Drente immers verzonken in het modernisme. Maar als er gereformeerde prediking gebracht wordt, zou er dan geen verandering mogelijk zijn?" Aan het woord is ds. P. van Oosterom uit Tiendeveen en Nieuw Balinge. Wie deze plaatsen op een kaart gaat opzoeken vindt ze eigens in de buurt van Hoogeveen.
Diverse kerkelijke gemeenten zagen in het afgelopen jaar hun voorganger vertrekken. Dat wij naar een tweetal van hen zijn toegegaan om naar hun ervaringen in Drente te vragen is niet voor niets. De heer H. N. van Rheenen nam na 44 jaar als voorganger de hervormd-gereformeerde evangelisatie van Vledderveen (bij Frederiksoord) te hebben gediend afscheid. Ds. P. van Oosterom maakte In Tiendeveen-Nleuw Balinge bijna 28 jaar vol. Met de Drent is heus wel iets te beginnen. Als men onder het gezag van Gods Woord komt is er een kerkelijk leven op te bouwen. In dit opzicht is ds. Van Oosterom het niet eens met de heer N de Vries uit Een. Enige tijd geleden gaven wij via een interview zijn mening over de stand van zaken in en buiten de Drentse kerken. De heer De Vries gaf een vertekend beeld, meent ds. Van Oosterom. Bovendien bestaat in Drente minder vrijzinnigheid dan in Groningen, zo zegt hij. Er zijn meer midden-orthodoxe en confessionele predikanten.
NIET BEPERKEN
Er ligt een grote schuld bij de voorgangers, aldus Van Oosterom. Hij hoopt dat als een beroep op predikanten van de Gereformeerde Bond gedaan wordt in het noorden van het land, deze niet nee zeggen. „Je moet er wel op uit". Als je bij gezinnen van communistische richting komt zeggen ze allemaal nog wel: kom erin. Maar zij moeten aangesproken worden in hun eigen taal. Een voorganger moet zich niet beperken tot de zorg over degenen die uit zichzelf komen.
„Ik geloof wel dat er geestelijk iets gebeurt. Maar als de Drent alles gezegd heeft, houdt hij tweederde nog binnen. Hij is bijzonder gesloten. Wij hebben een prediking te brengen die schriftuurlijk-bevindelijk is. Daarbij zullen wij hopen dat de dag der eeuwigheid openbaar maakt dat er meer zijn dan wij weten".
In 1946 begon ds. Van Oosterom als evangelist - dus niet als predikant in Tiendeveen en Nieuw Balinge, twee wijken van de Hervormde gemeente van Nieuweroord te arbeiden. Dit werd hem voornamelijk door financiële bijdragen van de IZB mogelijk gemaakt. De moedergemeente Nieuweroord was al wel begonnen af en toe diensten te houden. Met de komst van de heer Van Oosterom begon men regelmatig in elke plaats een dienst te houden.
Zo begon er enig kerkelijk leven op te bloeien. Een eigen kerk was er in geen van beide plaatsen. Van Oosterom had een opkomst van 40 tot 60 mensen in Tiendeveen en 25 tot 30 mensen in Nieuw Balinge. De wens om het lokaal van de openbare school te verlaten en in een eigen kerkgebouw onderdak te vinden was niet vreemd: er begonnen steeds meer mensen te komen. De moedergemeente Nieuweroord vond het echt mooi genoeg: de oude mensen en de kinderen moesten maar in de school ter kerke blijven gaan, de anderen konden naar het kerkgebouw in Nieuweroord komen. Van Oosterom kreeg moeilijkheden en ontslag. In 1953 werd hij echter weer in het gelijk gesteld. In die tussenliggende periode hield men diensten als evangelisatie.
NIEUWE KERKEN
Pas in 1969 werd Van Oosterom weer in rechten hersteld. In die tussentijd gebeurde er echter nogal wat. In 1954 kwam voor Tiendeveen een eigen kerkgebouw klaar en in 1955 in Nieuw-Balinge. Tevens bouwde men een pastorie. Van Oosterom begon in beide plaatsen twee diensten te houden. Het aantal kerkgangers groeide gestaag.
In deze zelfde periode is de heer Van Oosterom predikant geworden. De bekende ds. Van Welzen uit Gouda bevestigde hem.
De voorganger moet voorop gaan, meent ds. Van Oosterom, ook in bijdrage aan financiële acties. Ook als het tractement dat eigenlijk niet toelaat. Op die manier ontstaat een hechte band met de dominee. Over de hele linie van het kerkelijk leven worden veel klachten gehoord over het catechisatiebezoek. Onder de 150 lidmaten, 800 doopleden en 300 geboorteleden die ds. Van Oosterom kreeg waren het laatste seizoen 86 catechisanten. De voorganger moet echter de zaak stevig aanpakken, studie maken van zijn catechetisch onderwijs voor vertolking en verwoording in de taal van vandaag. Dan blijkt dat ook voor de catechismus en de Ned. Geloofsbelijdenis nog wel aandacht bestaat.
KENTERING
Alles samen genomen heeft zich in Tiendeveen en Nieuw Balinge een kentering voltrokken. Twee gemeenten waarin eertijds ongeïnteresseerdheid en onkunde de belangrijkste bestanddelen van het kerkelijk leven vormden, kunnen - financieel gezien als eerste klas gemeente - een eigen predikant gaan beroepen.
Voor het oog minder florissant ziet het kerkelijk leven in Vledderveen eruit. Ook hier is strijd en ongenoegen in het verleden niet onbekend. De predikant van Vledder, waaronder Vledderveen ressorteerde was meestal vrijzinnig. Een predikant uit een nabijgelegen plaats gaf de stoot tot de oprichting van de Hervormde evangelisatie „Eben Haëzer" in 1926 te Vledderveen. Men begon met een Bijbelcolporteur. Deze ontmoette de heer Van Rheenen op een conferentie. Vandaar dat deze in 1930 in Vledderveen terecht kwam.
Een kranteartikel van 21 november 1936 geeft enige indruk van de toen heersende omstandigheden. Aan het woord is de gereformeerde evangelisatie-predikant ds. J. D. van Ginhoven uit Vledder, in de kolommen van „De Rotterdammer".
GODE-VIJANDIG
„Toen ik er kwam vond ik een kleine zwaar hulpbehoevende gemeente, verzameld in een allerjammerlijkst kerkgebouwtje. Wat in de naaste omgeving van het kerkje woonde was nog min of meer trouw, doch vrijwel slapend, zielloos en futloos. Wat verder af woonde was weggezakt. Bij mijn zoeken naar allen die tot de kerk behoorden, al waren zij zich dat niet meer bewust kwam ik zo met van alles in aanraking en zo stippelde het werk zich vanzelf uit. Het gebied van mijn gemeente is ongeveer net zo groot als het eiland Walcheren. Van de zes Hervormde kerken die er slaan, zijn er vier puur modern. In Noordwolde staat een predikant die vurig propagandist voor het socialisme is. De absolute Gcdsdienstloosheid is hier echt schrikbarend, terwijl het voortwoekeren van socialisme, communisme en revolutionair-socialisme almaar de geest van besliste vijandschap doet groeien, De jeugd is al voor een groot deel ongedoopt. Zij wordt op de openbare scholen stelselmatig gedrenkt in Gods-vijandige geest. De ellende hiervan tekent zich nu reeds duidelijk af".
Toen Van Rheenen in Vledderveen begon kreeg hij tien tot 25 mensen in de kerk. Hoewel er een periode is geweest van enige bloei zijn er nu niet veel meer dan 30. Op een vaste voorganger is voorlopig geen kijk. Er gaan - zoals regelmatig in „De Waarheidsvriend" te lezen is - diverse predikanten voor. Ook de importbevolking, zo meent de heer Van Rheenen, al behoort men wellicht tot de Gereformeerde Bond, gaat van lieverlee naar de grote kerk. Men sluit zich gemakkelijker daarbij aan dan dat men naar een klein gebouwtje gaat.
BEREIKBAAR
In het begin van de dertiger jaren vond men in Vledderveen heidepaadjes en modderwegen en nog niet zoals nu allemaal boerderijen. In de tijd dat er kleine hutjes waren, dat er gebrek was, dat men thuis mandjes maakte en op de aardappelakker de overgeschoten kleintjes ging zoeken, bestond er meer genegenheid om te luisteren, meent Van Rheenen. In die tijd - er waren zelfs nog plaggehutten - waren de mensen in zekere zin geestelijk beter te bereiken.
De omstandigheden verschilden geweldig met die in Tiendeveen-Nieuw Balinge. Toch heersten ook in Vledderveen nogal wat misverstanden met de plaatselijke Hervormde gemeente. Zo dat de classlcale en de provinciale kerkvergadering eraan te pas moest komen. De kerkbode voor de Hervormde Gemeente Vledder „In en om de Johannes de Doper kerk" bevatte op een ogenblik „een Bijbels vermaan" onder de teksten „want God is geen God van wanorde maar van vrede" en „laat alles betamelijk en in goede orde geschieden". Het lijkt erop dat men de evangelisatie voelde als een bedreiging voor de „rust" en „vrede" in het kerkelijk leven. In de laatste jaren zijn de omstandigheden sterk verbeterd.
„Ik heb slechts te zaaien", aldus de heer Van Rheenen na zijn 24-jarig verblijf in Vledderveen. „De inhoud van de prediking bij mijn komst was dezelfde als nu: een rijke Christus voor een arme zondaar"
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 februari 1975
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 februari 1975
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's