Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

MILJOENENPROCES TEGEN ACCOUNTANTS EN BESTUUR VAN MULDER-VOGEM

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

MILJOENENPROCES TEGEN ACCOUNTANTS EN BESTUUR VAN MULDER-VOGEM

Rijke oliesjeiks gokten mis in Nieuw-Vennep

2 minuten leestijd

DEN HAAG — Het miljoenenproces van „Kuwait Foreign Trading Company" tegen de accountants, de directie en de commissarissen van het drie jaar geleden failliet verklaarde bedrijf Mulder-Vogem is vrijdag voor de rechtbank in Den Haag voortgezet met de pleidooien van de gedaagden. Namens hen werd geconcludeerd tot afwijzing van de vorderingen.

Namens de Koeweitse maatschappij was vorige week vrijdag gepleit. „Kuwait" stelt de gedaagden aansprakelijk voor de schade van rond ƒ 5,5 miljoen, die zij geleden heeft door een lening aan en een deelname in het in koelapparatuur gespecialiseerde bedrijf in Nieuw-Vennep, kort voor dit moest worden gesloten. De president van de civiele kamer, mr. N. W. de Grooth, heeft de uitspraak bepaald op 18 februari.

Namens de eiseres had mr. A. G. Maris vorige week gesteld dat de lening verstrekt was en de aandelen gekocht wareA op grond van de begin mei 1968 verschenen jaarstukken over 1967 die echter een verkeerde voorstelling van de financiële positie van Mulder-Vogem zouden hebben gegeven.

Volgens mr. Maris hebben niet alleen de directie en de commissarissen van Mulder-Vogem zich aan een onrechtmatige daad schuldig gemaakt, maar ook het accountantskantoor Klynveld, Kraayenhof en Co, dat een goedkeurende verklaring voor de jaarrekening 1967 en het jaarverslag had afgegeven.

Namens de accountants stelde mr. Y. Scholten vrijdag dat de vordering van „Kuwait" moet worden afgewezen, omdat er geen oorzakelijk verband is tussen de accountantsverklaring, de jaarrekening en het jaarverslag enerzijds en de leningen deelname van „Kuwait" anderzijds. „De Arabische oliesjeiks hebben geheel op eigen risico hun lening verstrekt. Er was een mondeling aanbod gedaan op 26 maart 1968, op 10 april werd het per telex bevestigd en de dag erna door Mulder-Vogem geaccepteerd. Er was dus een volledige overeenstemming vóór begin mei de jaarstukken kwamen", adus mr. Scholten.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 14 december 1971

Reformatorisch Dagblad | 6 Pagina's

MILJOENENPROCES TEGEN ACCOUNTANTS EN BESTUUR VAN MULDER-VOGEM

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 14 december 1971

Reformatorisch Dagblad | 6 Pagina's