Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bijbel, christendom en politiek

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bijbel, christendom en politiek

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

Gusztdv Bökskei*

Bijbel, christendom en politiek: dit zijn drie woorden, drie begrippen, die in ieder geval met elkaar te maken hebben.' Het ene vloeit voort uit het andere, het andere veronderstelt het ene. Het is niet zeker dat het altijd zo gaat zoals het in de kerk of in de politiek gebeurt. Het is niet zeker dal de meest gelukkige relatie tussen Bijbel en politiek is, als politici zo vaak mogelijk de Bijbel citeren, in het parlement of daarbuiten. Of als een maaltijd de plechtige benaming "gebedsontbijt" krijgt.

Maar het gebied dat in het middelpunt van onze conferentie' staat, is voor christenen die met de Bijbel leven en zich daarmee bezighouden een onvermijdbaar terrein. Het lijkt wel een cliché wat ik zeg, het spreekt eigenlijk vanzelf, maar soms kan het geen kwaad over dingen na te denken die vanzelfsprekend zijn.

Het is u weUicht bekend dat volgens de grote Griekse filosoof Plato het menselijk denken begon toen de mens zich voor de eerste keer verbaasde dat de zon 's morgens op-en 's avonds onderging. De volgende dag ging hij weer naar buiten en zag opnieuw dat de zon op-en onderging. De derde dag eveneens. Toen zei-ie: Hee! En dit "hee" was het begin van het denken, dat er een bepaalde samenhang, een bepaald verband tussen de dingen is.Laten wij kijken wat voor samenhang er tussen de begrippen Bijbel, christendom en politiek bestaat.

1. DE BIJBEL IS OOK EEN BOEK VOOR DE POLITIEK

Niet alleen en niet in de eerste plaats, maar toch! Omdat de belangrijkste boodschap en inhoud van de Bijbel is dat God uit genade de mens vrijheid schenkt en dat deze vrijheid en waardigheid hem door niemand en niets kan worden betwist of ontnomen. Het heeft ook een politieke betekenis. Met andere woorden, de Bijbel is van haar eerste tot en met laatste pagina ook een geweldig protest tegen ieder soort absolutisme, niet alleen als dat door een absolute monarchie of een totalitaire staat, maar ook als dat door de kerk wordt uitgeoefend.

U kent zeker de dialoog tussen de inquisiteur en Jezus Christus uit de roman van Dostojevski. De inquisiteur verwijt Jezus Christus en roept Hem ter verantwoording waarom hij dingen leerde die de mensen tot zelfstandigheid en vrijheid aanzetten. Vanuit deze dialoog, deze discussie, is er maar één weg voor de daar verschenen Christus, net als op Goede Vrijdag, als niet naar het kruis, maar wellicht naar de brandstapel!

Aan de andere kant, de Bijbel protesteert altijd, en de christenen kunnen en moeten op Bijbelse grondslag altijd protesteren, als de politiek die eer die God toekomt, wil korten. Dat is een legitieme eis waarmee God de mens en de wereld tegemoet treedt. Als we de geschiedenis doorlopen, wordt het duidelijk dat deze kritische lading van de Bijbelse boodschap door elk despotisch en totalitair regime heel goed werd begrepen. Het is geen toeval dat totalitaire systemen het drukken en de verspreiding van de Bijbel op een of andere manier wilden verhinderen (voorbeelden hiervoor zouden we ook uit de Hongaarse geschiedenis kunnen noemen). Ook is het geen toeval dat deze kritische lading van het Evangelie met een heel breed scala van machtsmiddelen - met geweld, corruptie, contraselectie - kan worden onderdrukt, zoals "praat over wat er in het hiernamaals is, blijf daarmee bezig, en laat deze aarde en deze wereld aan ons over, die pakken wij aan."

2. DE BIJBEL ALS GRONDSLAG VOOR POLITIEK HANDELEN

Voor alle uitingen van het christelijke geloof en het christelijke handelen geldt dat de Bijbel als grondslag en richtlijn dient. Maar dit betekent in ons geval ook dat de Bijbel geen concrete bevelen en/of opdrachten geeft: Doe wel of niet aan politiek! De Bijbel biedt geen recept: neem een beetje hiervan, een vleugje daarvan. Als je recepten wilt lezen, dan moet je andere boeken dan de Bijbel openslaan. De Bijbel geeft dan ook geen beschrijving van wat christelijke politiek inhoudt. Maar alles wat met ons en om ons heen gebeurt, ook de door mensen gemaakte politiek, moet en dient gemeten te worden aan wat Gods Woord verkondigt.

3. TWEEËRLEI KLOOF TUSSEN GELOOF EN POLITIEK

3.1 Voor het christendom is het een gevaarlijke en fatale onderneming om de politiek uit het leven, uit het gezichtsveld te houden. De opvatting dat we in de kerk niet aan politiek doen en dat de kerk niet aan politiek doet, is - volgens mij - een onhoudbare en ook andersom leugenachtige opvatting.

Denk aan de martelaar-theoloog van de 20e eeuw D. Bonhoeffer die in de jaren '30, tijdens de deportaties in het Derde Rijk, het geweten van de kerk wilde wakker schudden: "Alleen diegene zou in de kerk gregoriaanse gezangen durven zingen, die tegelijk zijn woord verheft omwille van de joden." Gregoriaanse gezangen te zingen en te zwijgen als er buiten misdaden tegen medemensen worden begaan, is ook een soort politiek. Maar wat voor een verschrikkelijke politiek ...! Mocht iemand de verantwoordelijkheid niet willen dragen en beweren dat dit ons niet aangaat, laat mij nog iets van een andere belijdende figuur van on/e eeuw, M. Niemöller, citeren: "Toen de communisten naar de kampen werden afgevoerd, protesteerde ik niet, omdat ik geen communist was. Toen de joden werden afgevoerd, protesteerde ik niet omdat ik geen jood was. Toen de sociaal-democraten werden afgevoerd, protesteerde ik niet, omdat ik geen sociaal-democraat was. Toen ik werd afgevoerd, was er niemand meer om te protesteren."

Als er tussen geloof en politiek een scherpe scheidingslijn wordt getrokken en beweerd wordt dat het geloof zich met het persoonlijke zieleheil moet bezighouden, en de wereld wordt beschouwd als een werkelijkheid die ons persoonlijke zieleheil bedreigt, dan is dat onvermijdelijk koren op de molen van diegenen die een in negatieve zin conservatieve politiek willen voeren en daardoor onvermijdelijk steunpilaren van de bestaande orde of staat worden. 3.2 Aan de andere kant kan een scheuring ook worden veroorzaakt door het feit dat we ons zo diep in de dagelijkse politiek verdiepen dat ons hele bestaan erdoor wordt bepaald en geleid en dat we niet eens er aan denken wat het betekent, alleen naar God te luisteren en alleen Hem te gehoorzamen. Op deze manier, net als in het andere geval, ligt een diepe kloof tussen het christelijk geloof en de dagelijkse werkelijkheid.

4. CHRISTELIJKE POLITIEKE VERANTWOORDELIJKHEID

Het gereformeerd christelijke geloof kan en moet op Bijbelse grondslagen de nadruk erop leggen dat de verbinding, de relatie met God, nooit zonder een relatie met de mensen kan bestaan. Als we naar de Heere Jezus kijken zien we in Zijn persoon dat deze intiemste relatie met de Vader volkomen vanzelfsprekend is; zonder te worden verstoord door de buitenwereld. Als de slimme volwassenen rondom Jezus denken dat de kinderen die ongevraagd bij Hem kwamen. Hem storen en hen willen wegsturen, beschaamt Jezus deze volwassenen: Laat de kinderkens tot Mij komen en verhindert ze niet; want derzulken is het Koninkrijk Gods" (Markus 10:14).

De visie dat de wereld het toneel van Gods glorie ('theatrum gloriae Dei') is, wortelt in de gereformeerde christelijke traditie.

Daarom kan uitgaande van de gereformeerde christelijke grondslag tegen alle soorten benauwende en eenzijdige op\'attingen worden opgetreden. Hetzij dat het een opvatting is, die zegt: materie is alles, er bestaat niets buiten materie. Hetzij een geestelijke stroming, die zegt: er bestaat niets buiten dit, ik wil van niets anders weten. Hetzij het een ideologische, economische visie die enz ...

Aan de andere kant weet de christelijke verantwoordelijkheid ook dat het van de menselijke politiek niet kan worden vervvacht hier en nu het absoluut goede en het absoluut ware te verwezenlijken.

Om door niemand van adoratie van het buitenland te kunnen worden beschuldigd - wil ik een Hongaars voorbeeld noemen wat voor ons de authentieke aanvaarding van een gereformeerd christelijke politieke \'erantwoordelijkheid is. Ik wil u herinneren aan een Hongaarse gereformeerde dominee wiens naam imre Szabó was.

De herinnering aan hem en de herdenking \an hem zijn volgens mij ook daarom op hun plaats en noodzakelijk, omdat we in de tegenwoordige kerkelijke, kerkpolitieke en politieke situatie personen nodig hebben, die ons het opsporen van die levensstijl mogelijk maken die in de nieuwste geschiedenis van de kerk bestaat en in een tijd bestond toen de mening om zich greep en onze kerk steeds meer verlamde, dat de Hongaarse Gereformeerde Kerk de afgelopen decennia alleen de rol van collaborateur vervulde. Het is weer noodzakelijk eraan te herinneren dat de kerk nooit identiek is met haar leiding. Dit betekent echter niet dat diegenen die niet bij de kerkelijke leiding behoren, de zgn. "gewone christenen", zich in een gemakkelijker situatie bevinden en dat ze de verantwoordelijkheid van zich kunnen schudden. Maar juist dat ze altijd medeverantwoordelijk zijn, zij het niet in gelijke mate als de kerkelijke leiding. Het is altijd tragisch als de ene of de andere zijde met de geestelijke, politieke exclusiviteit optreedt. Maar laten wij naar het voorbeeld kijken.

Imre Szabó (1881-1955; was een markante gereformeerde persoonlijkheid van de eerste helft van onze eeuw. De geestelijke werker die niet alleen preekte, maar ook actief was op het gebied van kerk-en gemeenteopbouvv. Na 1945 begon hij met dezelfde morele verantwoordelijkheid - toen als scriba der classis Boedapest-Gorkij fasor - aan de organisatie van het nieuwe leven van de kerk te werken. Szabó, die tijdens het voorafgaande regime, dat door de nieuwe machthebbers verwerpelijk werd genoemd, over de sociale leer van de Heilige Schrift praatte en hulpacties organiseerde om proletariërsgezinnen en armen die in ellende leefden te ondersteunen, zei: ook nu zijn er van die mensen, ze heten nu bannelingen, ze wonen op de poesta, nu moeten we ons over hen erbarmen. - Dit was de aanleiding dat de toenmalige politieke leiding hem op korte termijn uit zijn ambt in Boedapest zette. In 1952 werd hij overgeplaatst naar een klein dorp Buj. Het is een karakteristiek detail dat ook bij zijn verhaal hoort dat er naar aanleiding van zijn begrafenis een verordening door een hoge kerkelijke leider werd afgegeven dat de kerkklokken in dat dorp tijdens de begrafenis niet mochten worden geluid. De beheerdster van het postkantoor, die het telegram ontving, liet het aan de voorzitter van de kerkeraad zien en zei tegen hem: "Moet je horen, dit telegram is nu aangekomen, maar wordt pas over twee uur bezorgd".

Het is de in tijd uitgeoefende en in tijd aanvaarde verantwoordelijkheid die er geen rekening meehoudt wie dan aan de macht is, maar zich alleen naar God richt; voor wie het diepste en het meest intensieve geloof en de aanvaarding van verantwoordelijkheid voor de kleinsten van Christus niet tegenstrijdig zijn. De persoon van Imre Szabó is voor mij een lichtend voorbeeld hiervoor.

5. KARAKTERISTIEKEN VAN GELOOFWAARDIG GEDRAG

Het vertrouwen in God en de tijdens dit leven uitgeoefende verantwoordelijkheid horen bij elkaar. Hieruit volgt een belijdend en geloofwaardig gedrag waarvan ik enkele karakteristieken hier wil noemen:

1. Doel van een politiek gemotiveerde activiteit mag nooit de overwinning op de politieke of theologische tegenstander zijn, maar alleen het zoeken naar vrede en verzoening op grond van rechtvaardigheid; dit is een doel dat je ook van al je tegenstanders mag verwachten.

2. Deze verantwoordelijkheid is geen onpartijdige verantwoordelijkheid, die boven de wereld zweeft en zegt dat je je er niet mee moet bemoeien, maar is juist partijdig omdat die altijd voor de onderworpenen en vernederden kiest.

3. Durf rechteloosheid en onrechtvaardigheid bij hun naam te noemen. Ook als dit lastig is en met spanningen gepaard gaat.

4. Bereid afstand te doen van persoonlijke voordelen.

5. Kan al zijn politieke daden vrijwaren van haat. Kan onderscheid maken tussen de persoon en een door hem vertegenwoordigde zaak.

6. Heeft een uitgesproken en duidelijke mening, maar wordt geen fanaticus.

7. Is bereid zijn eigen fouten in te zien en van anderen te leren.

8. Kan tegen teleurstellingen, ook dan als hij herhaaldelijk wordt tegengewerkt, en weerstaat de verzoeking van resignatie en wanhoop.

9. Is zich ervan bewust dat al het slagen van zijn pogingen van Gods genade afhankelijk is.

10. Houdt de rechten van minderheden in eer.

1 ]. Weet dat hij erg veel tijd moet investeren en elke situatie, elk plan en elke activiteit in het licht van Christus dient te stellen.

12. Ten slotte, diegenen die dit doen, weten dat ze mede-arbeiders mogen zijn in Gods Koninkrijk.

6. ENKELE DISCUSSIEVRAGEN

Ten slotte wil ik een paar vragen stellen ter verdere discussie:

a. Wat betekent het tegenwoordig in Hongarije deel te nemen aan het poHtieke gebeuren? Hoe wordt dit gerealiseerd?

b. Hoe kan je een democratie opbouwen zonder democraten?

c. Wat betekent de realistische opvatting over politiek, staat, maatschappij op Bijbelse grondslag die de politiek noch verafgoodt, noch vervloekt?

(Ik zie twee tendensen in deze situatie, met elkaar wedijveren; de ene wijst de politiek als ideologie af en wil zich terugtrekken in een soort innerlijkheid, de andere is geneigd politiek als wil van de tegenwoordige machthebbers op te vatten en zich aan te passen of aan te sluiten.)

d.Wat betekent het beladen verleden, laten wij maar aan de geschiedenis van de laatste decennia denken, voor de zgn. historische kerken in deze situatie wanneer we naast ons én om ons heen nieuwe religieuze gemeenschappen zien, die in ieder geval in Hongarije noch geen beladen verleden hebben? Wat zou deze dualiteit betekenen en hoe kunnen we die oplossen?

NOTEN (VAN DE REDACTIE)

1. Dit artikel is een vertaling van zijn - in het Hongaars - geschreven bijdrage aan het congres. Wellicht is het dienstig op te merken dat zijn bijdrage gezien moet worden tegen de achtergrond van de huidige Hongaarse situatie en de geschiedenis van kerk en staat van de laatste veertig jaar.

2. De lezing werd gehouden op 23 april 1992 in het Oratorium van het Reformatus Kollégiuma tijdens een door de Staatkundig Gereformeerde Partij georganiseerd congres. Op dat congres waren zo'n 250 studenten aanwezig. Op 11 mei 1992 heeft hij de tekst uitgesproken op een Bijbelstudiebijeenkomst voor jongeren.

Dit artikel werd u aangeboden door: Wetenschappelijk Instituut voor de Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 oktober 1992

Zicht | 44 Pagina's

Bijbel, christendom en politiek

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 oktober 1992

Zicht | 44 Pagina's