Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Karakter en bekering

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Karakter en bekering

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Men hoort wel eens de uitdrukking: „Het karakter wordt niet bekeerd" of,, een mens houdt zijn natuur." Is dat waar? En in hoeverre speelt het karakter van een mens een rol als hij bekeerd wordt en blijft het een rol spelen?

Verschil
Er is natuurlijk een enorm verschil in karakter onder de mensen. Ook hierin blijkt de veelvuldige wijsheid Gods, dat ook in dit opzicht geen mens gelijk is. Maar wat heeft ook de zonde ingewerkt op de karakters van de mensen. Daardoor worden de verschillen nog meer geaccentueerd. De één is rechtschapen en eerlijk, maar laat zich daar niet zelden op voorstaan. De ander is bedriegelijk, listig en draaierig en noemt dat voorzichtigheid. De één is gelijkmatig, onverstoorbaar, zelden bewogen. De anderis emotioneel en wispelturig. Zo in de wolken, dan in de kolken. De één is openhartig, de ander gesloten. De één heeft de neiging zich op te dringen, de ander juist om zich terug te trekken. Wat een verschil is er niet in dit opzicht onder de mensen.

Invloed
Als iemand tot bekering komt, speelt zijn of haar karakter dan ook een rol in de wijze waarop hij of zij de dingen beleeft? Ik meen van wel. De Heere werkt niet in ons alsof we stokken en blokken zijn. Heel onze persoonlijkheid wordt erin betrokken, maar ook van doortrokken, als Gods Geest gaat werken. Zijn wij erg wisselvallig van karakter, dan zal dat in ons geestelijk leven doorgaans ook merkbaar zijn. Zijn wij gelijkmatig en standvastig, dan zal dat ook zeker van invloed zijn. Sommigen kunnen hun geestelijke werkzaamheden lang verbergen, omdat zij van nature gesloten zijn en niet spoedig bewogen. Anderen ^schreien zeeën van tranen. Maar ook in het natuurlijke leven zijn ze bij het minste of geringste bewogen. Sommigen zijn goed van vertrouwen, hebben weinig onderscheidingsvermogen en leggen daarom niet zelden haastig de handen op. Anderen daarentegen zijn van nature voorzichtig en zelfs wantrouwend en lopen daarom gevaar al te spoedig het werk Gods in anderen verdacht te maken. Het is goed dat we ons deze dingen bewustzijn. Want juist omdat Gods kinderen zo verschillend zijn van karakter dreigen vele gevaren.

Gevaren
Een groot gevaar is dat men zijn eigen bekeringsweg, die zonder dat men daar erg in heeft ook door karakter en persoonlijkheid bepaald is, tot norm verheft. Een ander moet het net zo beleven als ik en anders vertrouw ik het niet. Men kan zichzelf en eigen weg niet relativeren en weer voortdurend toetsen aan de Schrift. Al gauw dreigt dan het gevaar van geestelijke hoogmoed. We beseffen dan te weinig hoezeer alles ten dele is, wat we ook zelf van de Heere mogen ontvangen. We doorzien zo weinig dat we zelf er weer zo gauw tussen zitten. Natuurlijk is er een diepe eenheid in het werk van God in een zondaar. Allen worden overtuigd van zonde en schuld, worden verootmoedigd en verbroken voor Gods Aangezicht. Maar niet allen in dezelfde mate en niet alleen uiten het op dezelfde wijze. Juist daarin spelen karakter en aanleg een grote rol. Allen worden er toe gebracht hun zaligheid buiten zichzelf te zoeken in Christus. ,,A1 wat Mij de Vader geeft zal tot Mij komen en wie tot Mij komt zal Ik geenszins uitwerpen." Allen krijgen dus een levende liefdesbetrekking op de Heere Jezus. Maar niet allen in dezelfde mate en ook allen uiten het niet op dezelfde wijze. Laten we daarom zeer voorzichtig zijn in het beoordelen en nog meer in het veroordelen van elkaar. En laat ons oordeel dan een oordeel der liefde zijn, anders is het zeker onjuist. Allen die tot bekering komen krijgen een hartelijke lust en liefde om naar Gods geboden te leven, een inneriijke honger en dorst om God te kennen en Hem welbehagelijk te wezen. Maar sommigen hebben een zwaardere strijd tegen hun moeilij ke karakter en zondige hartstochten dan anderen. Denk eens aan David. Welk een zware strijd had hij te voeren en hoe menigmaal is hij diep gevallen. Als hij in onze dagen had geleefd, zouden we hem niet allen eenparig hebben veroordeeld? En toch, de wortel der zaak werd in hem gevonden. En het leven dat uit God is overwon.

Goedpraten
Een ander gevaar dat ons bedreigt is, dat we de karakterzonden goedpraten door te zeggen: ,,Het karakter wordt nu eenmaal niet bekeerd'' en ,,een mens houdt zijn natuur". Dan worden het geestelijke leven dat iemand zou kennen en de vrucht die dat zou moeten hebben, uiteengerukt. Nooit hebben wij vrede te sluiten met onze karakterzonden en met onze zondige natuurlijke aanleg. Daarom zegt onze catechismus dat we ons leven lang tegen onze zondige aard hebben te strijden. En het hart dat waarlijk verenigd is met de ware Wijnstok, Jezus Christus, kan en wil niet anders. Dat kent toch de begeerte om aller zonde van harte vijand te zijn. Daarom worden we opgeroepen tot de heilige ooriog, tegen alles wat nog in ons is overgebleven en in strijd is met Gods heilige wil. Als wij door het geloof in Christus die goede strijd mogen strijden, zal die strijd niet tevergeefs gevoerd worden. Dan zal daardoor ons karakter worden geheiligd.

Geheiligd karakter
We zien daarvan zo'n duidelijk voorbeeld in het leven van Mozes, de man Gods. Wat was hij driftig toen hij de Egyptenaar in één keer doodsloeg. Maar wat lezen we van Mozes in de Schrift? Dat hij zachtmoediger was dan iemand op de aarde. Dat hij bad voor zijn volk, dat het zo verdorven had: ,, Delg mij maar uit Uw boek". Zo had genade getriomfeerd en hem gelijkvormig gemaakt aan het heerlijk Beeld van Christus. Al had hij zijn leven lang de strijd te voeren. Al kwam de oude drift ook weer boven toen hij sloeg op de steenrots. Hoe inniger de vereniging is met de ware Wijnstok, Die geen zonden gekend of gedaan heeft, des te meer zal ook ons karakter worden geadeld en zullen we Zijn Beeld vertonen. En dat is het innige zieleheimwee van allen die Hem waariijk toebehoren. Daarin zijn ze allen hetzelfde. Is dat ook uw en jouw verlangen?

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 14 mei 1986

Terdege | 64 Pagina's

Karakter en bekering

Bekijk de hele uitgave van woensdag 14 mei 1986

Terdege | 64 Pagina's