Rijk bezit aan kerken, states en stinsen in Ferwerderadeel
Eerste deel Friese monumenten verschenen
FERWERDERADEEL — Bethlehem en Nazareth hebben vroeger vlak bij elkaar gelegen; niet in Palestina, maar in Friesland in de buurt van Hallum. Daar lag namelijk ooit het klooster Nazareth, ook wel Genezareth geheten, ergens tussen de abdij van Mariëngaarde en het klooster Bethlehem waaraan nu nog slechts de naam van een gehucht Bartlehiem herinnert.
Deze vroegere klopsters en nog bestaande kerken zijn maar één voorbeeld van „De Monumenten van Geschiedenis en Kunst", te vinden in de Noordelijke Óostergo van Friesland, in de gemeente Ferwerderadeel. De Rijksdienst voor de Monumentenzorg geeft al een tijdlang de mooi verzorgde serie „De Nederlandse Monumenten van Geschiedenis en Kunst"' uit en „Noordelijk Oostergo - Ferwerderadeel" in deze reeks is geschreven door mevr. drs. Hetma M. van den Berg.
Monumentenreeks
Het is een uitgave vanwege de Rijkscommissie voor de Monumentenbeschrijving, uitgebracht door de'Staatsuitgeverij Omslag van „Ferwerderadeel" uit de serie ,,De monumenten van Geschiedenis en Kunst",-een uitgave van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg. Links de Hervormde kerk van Hallum. Rechtsboven de Hervormde kerk van Wanswerd met zijn voor Friesland typerende zadeldaktoren. Rechtsmidden de poldermolen in de Zuidermiedpolder. in Den Haag. Het boek - luxe band, stofonüaag, groot formaat - telt 330 pagina's, bevat bijna vierhonderd zwartwitfoto's en een viertal losse kaarten van de grietenij en latere gemeente Ferwerderadeel en het kost tachtig gulden. Dat lijkt veel, maar men moet wel beseffen dat zo'n officiële uitgave, wetenschappelijk aangepakt, geen vlot verkochte topper zal zijn als allerlei kijkboeken en plaatwerken over (delen van) ons land.
Deze reeks is geen toeristische wegwijzer, ook niet in aparte delen die bijv. gewijd zijn aan de Utrechtse Dom of het Amsterdamse Burgerweeshuis.
Voorgeschiedenis
Het eerste deel dat nu aan Friesland is gewijd, bevat een viertal inleidende artikelen tot Noordelijk Oostergo, onder meer geschreven door prof. mr. dr. W. Jappe Alberts uit Voorst, emeritus Utrechts hoogleraar in de interregionale geschiedenis. Hij bespreekt het gebied tijdens de Middeleeuwen: Friesland en het water, de Friese vrijheid, de periodisering van de strijd tegen het water en een groot aantal zaken, die voor niet-Friezen min of meer een gesloten boek zijn.
Zo las ik bijv. een goede uiteenzetting over de vermoedelijke betekenis{sen) van het woord „go". Het betekent in elk geval niet gouw, gebied van een graafschap, zoals men vroeger acht. Alberts pleit voor „go" in de zin van „gea": een of meer dorpen en hun omstreken; landstreek zonder vaste grenzen. Misschien ook, zoals de historicus I. H. Gosses suggereerde, „kerspel", een kerkelijk district met een aantal kerkdorpen en een hoofdkerk. Ook de term „deel" in namen als Dantumadeel, Idaarderadeel wordt verklaard, terwijl we wijzer worden over de Grietmannen en de Grietenijen.
Kloosters
Dat is,aardig voor rechts- en bestuurlijke historici, maar boeiender vond ik zijn paragrafen over de kloosters en hun intellectuele activiteiten. Namen van Liudger en Bonifacius vallen en kloosternamen van Fulda, Werden, Echternach en Prüm in de Eifel, die alle grondgebied bezaten in Friesland.
Ook de geschiedenis na de Middeleeuwen wordt behandeld, door J. J. Spahr van der Hoe, terwijl L. Prins de nederzettingsgeschiedenis beschrijft. Maar nu het voordeel: dat bestaat uit een zeer grondige alfabetische beschrijving en illustratie van de monumenten, die de elf dorpen van de gemeente Ferwerderadeel kennen.
Nooit las ik indrukwekkender wetenschappelijke beschrijving van de voet van een al in 1972 afgebrande molen als die van de achtkante stellingmolen „De Zwaluw" bij de Mounewei 17 te Birdaard. Literatuur, geschiedenis, het staande werk, het gaande werk enz., vergezeld van het speciale proza uit de mulderswereld: stiepen of klippen, zelfzrwichtig der vweken met Oudhollandse voorzoom, kruibare kap met steunders enz., het staat er allemaal.
Maar het gaat niet alleen om molens. Van Blija wordt bijv. de meeste ruimte besteed aan de Hervormde kerk. De tekst in dit boek is uiteraard nogal specialistisch, maar de illustraties maken ook niet-ingewijden veel duidelijk. Dat zijn o.m. luchtfoto's, kadasterkaarten, plattegronden, tekeningen en architecten, historische opnamen enz. Van één kerkje vinden we soms wel tien of meer illustraties: van diverse buitenzijden, het interieur, onderdelen als de kansel, het orgelfront, een opvallende grafzerk. •
•I Voorzover ik het als niet-inboorling van Ferwerd ca. kan bekijken is de beschrijving van oude molens, boerderijen, kerkinterieurs en kerkmeubilair zeer volledig; rouwkassen en zelfs twee witte aardewerken kannetjes uit de kerk van Hallum krijgen alle aandacht in tekst en foto's. Kortom, wat niet in dit boek staat is wellicht historisch volstrekt niet waardevol in Genum, Hogebeintum, Lichtaard, Marrum of Wanswerd (niet te verwarren met Wanswerd aan de Streek!). En de kerk en het Vrijhof van Ferwerd zelf zijn een toeristische trip meer dan waard, maar dat geldt voor veel oude Friese kerken en (voormalige) kloosters, states en stinsen.
Slechts één ding zou dit boel? weer onvolledig kunnen maken i voortgaand archeologisch on-^ derzoek. Maar ik neem aan, dat de Rijksdienst voor de Monumentenzorg de Rijksdienst voor Oudheidkundig Bodemonderzoek niet zal toestaan, zijn ievrein te betreden...
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 22 augustus 1981
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 22 augustus 1981
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's