Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

In het spoor van de radioactieve wolk van Tsjernobil

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In het spoor van de radioactieve wolk van Tsjernobil

"Iedereen plukt weer gewoon fruit; je kunt je overal wel druk om maken"

15 minuten leestijd Arcering uitzetten

<br />In de nacht van donderdag op vrijdag 25 april 1986 vond er in de Russische kerncentrale Tjsernobil, 120 kilometer noordelijk van Kiev, een ernstig ongeluk plaats. Een combinatie van menselijk falen en ontwerpfouten veroorzaakte een ontploffing in de centrale. Grote hoeveelheden radioactieve elementen als cesium en jodium kwamen vrij. Een gedeelte sloeg neer in de nabijheid van de reactor, de rest trok in noordwestelijke richting. Radioactieve deeltjes besmetten grote delen van Wit-Rusland en trokken daarna via Oost-Polen naar Scandinavië. Vervolgens waaierden ze alle richtingen uit, waarbij vooral Zuid-Duitsland, Oostenrijk en de Oekraïne ernstig besmet raakten. Pas rond 10 december 1986, toen de reactor geheel in beton was gegoten, hield de uitstoot van radioactieve stoffen op. Volgens officiële cijfers zijn er tot nu toe enige tientallen mensen gestorven. Amerikaanse schattingen spreken over 5.000 tot 140.000 doden ten gevolge van kanker, in de komende 50 jaar, alleen al in de Sowjet-Unie. Het Nederlandse Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne heeft berekend dat er in ons land ten gevolge van Tjsernobil de komende jaren enige honderden mensen 'extra' aan kanker zullen sterven. Hoe is de situatie in de besmette gebieden momenteel? Waar worden de schattingen over mogelijke toekomstige slachtoffers op gebaseerd? Zijn degenen die de normen voor straling vaststellen zelf niet al te nauw bij de kernenergielobby betrokken? Waarom gelden de normen alleen voor volwassenen, terwijl kinderen honderd maal gevoeliger zijn voor straling? Vragen te over; de antwoorden blijven vaak onbevredigend. In het Oostblok lijkt men zich niet meer druk te maken om de gevolgen van Tsjernobil. Moet het Westen dat voorbeeld volgen? Een reportage in het spoor van de onzichtbare wolk, die nog heel lang zijn sporen na zal blijven laten.

Terwijl in Nederland de dagbladen volstonden met berichten over de kernramp en de gevolgen, vooral voor Nederland, kwam er betrekkelijk weinig nieuws over de zwaarst getroffen landen. Ja, in Warschau en andere steden werden jodiumtabletten uitgedeeld. Het'volk' reageerde met angst en woede, maar er was geen gevaar voor de volksgezondheid. En nu, anderhalf jaar later, is men Tsjernobil vergeten? Warschau, augustus 1987.

Een verkoopster: „Tjsernobil? Dat is toch al lang voorbij. De eerste dagen, ja, toen was er paniek. De dag dat de wolk overtrok had ik last van een branderig gezicht en uitslag. Toen ik later hoorde dat er iets met een kerncentrale was ben ik wel even bang geweest. Maar ach, alles is toch weer ondercontrole..." Inderdaad, daar lijkt het veel op. Op de schappen in de winkels staan potjes jam en compote met aalbessen, aardbeien en kruisbessen, die nog geen drie maanden na passage van de radioactieve wolk zijn ingemaakt. Is dit fruit op straling gecontroleerd? Walen Salemski, geoloog en lid van een Poolse milieuorganisatie, draait het potje heen en weer en haalt z'n schouders op. ,, Ik zou het niet weten. De regering is niet zo geïnteresseerd in het verstrekken van informatie. Ze kwam twee dagen te laat met jodiumtabletten en adviezen. Daarna mochten de kinderen niet meer in de zandbak spelen, werd de > melkproduktie een maand stilgelegd en mocht er geen fruit gegeten worden. Ook moest je vaak je haar en je kleren wassen en thuis andere schoenen aantrekken." Maar het fruit wordt nu weer gegeten. Radioactieve stoffen als cesium-137en strontium-90 hebben een halfwaardetijd (de tijd waarin de activiteit halveert) van ongeveerSO jaar. Hoe weet ik of deze stoffen eralof n iet zitten ? „Dat kun je ook niet weten, want niemand meet het. Er is aan alles gebrek in dit land, dus ook aan meetapparatuur. Daar kunnen we natuurlijk wel wat van zeggen, maar dan krijgen we last met de politie, die ons voor paniekzaaiers aanziet." Hij zet het potje kwaad terug op de plank.,, Ik kan het fruit en de groente laten staan, maar ik woon hier in Polen. Wat blijft er dan over? Dit is Holland niet, waar je twintig soorten kaas hebt; hier heb je er maar twee. Als we hier fruit hebben, dan hebben we alleen appels, peren, pruimen, wat aardbeien en allerlei bessen. Dus die worden gegeten."

Certificaten...
Brest, net over de Poolse grens. De gids van het Russische reisbureau vraagt mij of ik wat geld wil wisselen. Dat wil ik wel, ik stap uit de trein en volg haar naar het kantoortje in het bombastische stationsgebouw. De wielstellen worden verwisseld. Er is dus wat tijd en ik begin plompverloren over Tsjemobil. Of er nu weer fruit en paddestoelen gegeten worden in deze streek? De vrouw lijkt even uit het lood geslagen, maar heeft toch onmiddellijk een antwoord gereed. ,,Natuurlijk, want alles wordt goed gecontroleerd. In de winkels en op de markt zijn er 'certificaten' waarop je kunt lezen dat alles gecontroleerd en goed bevonden is." En in de bossen dan? ,, Iedereen plukt weer fruit. Ik ook." Ze begint nu druk het geld te tellen.,,Overal?", vraag ik met stijgende verbazing. Brest ligt oostelijk van de Pripyatmoerassen, waarde wolk in eerste instantie en in alle radioactieve hevigheid overheen trok. ,, Er zijn een paar gebieden als Stolin en Droyichin waar restricties bestaan. Daar moet men oppassen voor melk en kan men beter geen fruit eten." Bent u niet bang? ,,Je kunt je overal wel druk ommaken."

Luchtdicht
Ze drukt me het geld in de handen, draait zich om en wil weglopen. Opeens komt ze terug en gaat glimlachend voor me staan. ,, Jullie maken je daar druk over, hè. Weetje waar wij ons druk over maken? Over aids, die bij jullie vandaan komt." Ze prikteen vinger in mijn richting en draait zich nu definitief om. Later op de avond kijk ik vanuit de rijdende trein naar buiten. In de schemer zie ik hoe een boerz'n tractor naar de schuur rijdt. Zou die man zich druk maken? Vorig jaar moesten de boeren in de 'besmette gebieden' in luchtdicht geïsoleerde cabines rijden. Hoe speelden ze dat klaar? Met zuurstofflessen? Minsk. Twee uur 's nachts. De stad slaapt. Op het station geeft iemand op monotone toon bericht door. De trein rijdt weer. Vanuit sommige vensters schijnt een zwak geelachtig licht. Daarna akkers, velden met korenschoven, af en toe een huisje. Wat is er in deze prachtige omgeving allemaal neergeslagen? Hoe veel mensen zullen hier straks sterven?

Catastrofe
Ik moet daar maar eens meteen wetenschapper over praten. Iemand die er flink op gestudeerd heeft en die liever niet het overheidsstandpunt verkondigt. Want dan worden het toch weer sussende Intouristverhalen. Zo'n man is Waleri Soyfer, professor in de moleculaire biologie en genetica. In onmin levend met de meeste vooraanstaande Russische wetenschapsmensen en bezorgd, heel erg bezorgd. Soyfer: ,,We weten niet wat er allemaal vrijgekomen is en wat er allemaal gaat gebeuren. In ieder geval wijzen onderzoeken op een catastrofe voor de mensheid. Daarom moeten de wetenschappers voorop lopen om hier wat van te zeggen, want wij zijn verantwoordelijk." Waleri Soyfer, grondlegger van het instituut voor toegepaste moleculaire biologie en genetica in Moskou, heeft zich beziggehouden met de vorming van enzymen in het menselijk lichaam. „Na de ramp van Tsjernobil heeft de Sowjet-Unie een rapport uitgebracht bij de lAEA (het atoomenergie-agentschap) in Wenen. Het is een lijvig boekwerk geworden van honderden pagina's met tabellen en grafieken."

Niets klopte
,, Dit rapport is echter niet in de Sowjet-Unie verschenen. Ja, een vijftien pagina's dik uittreksel heeft in het wetenschappelijke blaadje "Atomic Energy" gestaan. Er stond alleen wat algemene informatie in over de situatie en niets, helemaal niets klopte. Dat heeft niet alleen wetenschappelijke, maar vooral politieke redenen. De Russische wetenschap had altijd het volste vertrouwen in de kernenergie. Ze meende dat geld voor veiligheidsmaatregelen beter ergens anders voor gebruikt kon worden, want kernenergie was veilig. Legassov, leider van het Russische kernenergieprogramma en lid van de wetenschappelijke raad, publiceerde artikelen in "Energia", waar hij de kans op een ongeluk in een kerncentrale vergeleek met de kans om door een meteoriet getroffen te worden. Kerncentrales zouden zo veilig zijn dat ,,de bevolking zowel onder gewone omstandigheden als onder buitengewone omstandigheden (bijv. een neerstortend vliegtuig op de koepel ) er geen enkele schade van zou ondervinden.'' Deze Legassov heeft het Tsjernobilrapportaan de lAEA gegeven. Wat deugde er niet aan het rapport? Soyfer: ,,Men dacht dat 80 procent van alle elementen bestond uit jodium-131. Ik heb ontdekt dat dat niet waar was. Jodium maakte slechts 7 tot 12 procent van de totale uitstoot uit. Het grootste gedeelte was cesium-137, met daarnaast nog onder meer strontium enrutheen." Plutonium? ,, Hierover werd in het Russische rapport niets vermeld. Misschien hebben ze verkeerd gemeten, misschien verkeerd gedrukt... Verder was de totale hoeveelheid vrijgekomen stoffen berekend op ongeveer 100 miljoen curie. Fout. Volgens mijn berekening moet dat veel meer zijn geweest, misschien wel het dubbele."

'Radiofobia'
,,De gevolgen van Tsjernobil zullen zeer ingrijpend zijn. Volgens de laatste cijfers van dr. Gale uit de USA zullen er 5.000 tot 70.000 doden vallen ten gevolge van kanker. Ik heb bestudeerd hoe groot de schade zal zijn voor de komende generaties. Het aantal slachtoffers zal waarschijnlijk tien maal het aantal kankerslachtoffers bedragen. En dat betreft de komende zeven of acht generaties en in het bijzonder de laatste generaties. Ik heb er een artikel over geschreven en het naar het secretariaat van de communistische partij in Moskou gestuurd. Na een maand kreeg ik een verzoek tot een gesprek met dr. Sjewtsjenka (hoofd afd. stralingsveiligheid van het ministerie van volksgezondheid) en twee leden van de medisch-wetenschappelijkeraad. Die twee leden, prof. Krisjnik en Boeldakev, waren verantwoordelijk voor de medische begeleiding in Tsjernobil. Ze waren het niet met het artikel eens. Ze vonden dat ik te veel dramatiseerde en volgens Boeldakev was het Russische volk hier niet mee gediend, omdat ik hiermee alleen maar 'radiofobia' schiep. Bovendien zou mijn informatie kunnen leiden tot een toename van hart- en vaatziekten en abortussen. Ze wezen mijn kritiek af. Ik kreeg mijn rapport, voorzien van hun commentaren in de kantlijn, niet meer terug. Ik probeerde ze duidelijk te maken dat dit niet alleen ons probleem was, maar het probleem van miljoenen mensen, die in een tijd van 'glasnost' recht hebben op informatie. Maar de discussie was gesloten. Ik kon naar huis. Hoe veel ongelukken moeten er nog plaats hebben voor de wetenschap wat doet, inzicht krijgt..."

Andersom mag wel...
Inzicht of niet, de gevestigde wetenschappelijke instituten hebben geen enkele moeite met de kernenergie. Het vertrouwen in de atoomtechnologie is zo groot dat er zelfs naast kerncentrales gebouwd wordt. Officieel mogen ze niet binnen een zone van 25 kilometer rond een stad gebouwd worden, maar nergens staat geschreven dat het andersom niet mag. Dus wordt er vier kilometer naast een centrale in aanbouw (bij Odessa) een complete nieuwe stad voor 60.000 mensen uit de grond gestampt. Een andere stad (40.000 inwoners) wordt in de schaduw van de kerncentrale Zaporohze gebouwd. Ze zal Energograd heten. Ondertussen wijst niets erop dat de Sowjet-Unie haar energieplannen zal wijzigen. Integendeel. Tot 1995 wil het land de elektriciteit uit kernenergie verdrievoudigen. Elf centrales zijn in aanbouw, waaronder ook snelle kweekreactoren.

Verhuisd
Tsjernobil was niet meer dan een incident. ,,Een vreemde loop van omstandigheden", zoals Legassov het na de ramp uitdrukte. Officieel zijn er 35 doden gevallen. ,,In de toekomst zijn er nog enige duizenden doden ten gevolge van kanker te verwachten.'' In Leningrad ontmoet ik ï> een man uit een dorpje noordelijk van Dnejpropetrowsk (Oekraïne). In juni 1986, zo vertelde hij, vielen de bladeren in zijn dorp en in andere dorpen in de buurt spontaan van de bomen. In Tallinn (Estland) ben ik de weg kwijt en spreek een vrouw aan. Ze moet zich verontschuldigen, want ze komt niet uit deze stad, maar uit Kiev. Ze is net verhuisd. Als ik vraag waarom, valt haar mond een stukje open en zakt haar blik van m' n ogen omlaag naar m'n schoenen. Ze kijkt me weer aan en draait zich om.

Cesiumkaart
Pas een week nadat de radioactieve wolk ook over grote delen van Finland was uitgewaaierd, kwam de overheid met maatregelen. Met name in Zuid- en Zuidwest-Finland werd de bevolking geadviseerd geen regenwater te drinken, de kinderen niet met modder te laten spelen en de koeien in de stallen te laten. Tractorbestuurders moesten met stofmaskers werken. Het Nucleair Veiligheidscentrum in Helsinki publiceerde in september 1986 een cesiumkaart, waarbij Finland in drie zones werd verdeeld. Zone 3 (Lapland, Oost-Finland) ontving volgens dit instituut een straling aan cesium-137, minder dan 3000 becquerel/m^. Zone 2 (grote delen van Zuidwest-Finland) ontving 3000 tot 20.000 bq/m^. Zone 1 kreeg een besmetting met 20.000 tot 60.000 bq/m^. In zone 1 werden vissen aangetroffen met hoge radioactieve waarden: 14010.000 bq. cesium in snoek en 700-13.000 bq.cesium inbaars. (Tervergelijking; de maximumnorm die de Nederlandse overheid tijdens de weken na Tsjernobil aanhield was 500 bq per liter melk.) Er bestond volgens de Finse overheid ,,geen onmiddellijk gevaar voor de volksgezondheid''.

Te gevaarlijk
EeroPeltonen, cultureel werker, woont diep in de bossen niet ver van Hameenlinna. Middenin zone 1. Peltonen; ,,De avond dat het radioactief regende stond ik buiten. Ik verbrandde wat hout en daar maak ik me zorgen over. Hete lucht trekt stof aan. Wat heb ik ingeademd, wat heb ik op m' n huid gekregen? Volgens de overheid lagen de gemiddelde waarden onder de kritieke limiet. Maar wat zijn gemiddelde waarden?In sommige delen van Finland is niets gemeten, in andere delen, met name hier, hoge doses. Vlakbij in een meertje hebben ze 33.000 bq/kg cesium-137 in een snoek aangetroffen. We eten hier dus geen vis meer. Ook paddestoelen en bessen plukken we niet meer. Het is te gevaarlijk." Er zijn berichten over geconcentreerde, radioactieue deeltjes (hotparticles) in Zuid-Finland. ,,Datis in Kotka gemeten. Nadat de radioactiviteit langzaam daalde, nam de meetapparatuur plotseling hoge concentraties waar. De stoffen kunnen bestaan uitrutheen of zirconium en zijn zo heet (duizenden bq per deeltje) dat ze gaatjes in je huid branden. Gevaarlijker is het wanneer je ze inademt. Dan kunnen ze onherstelbare schade in de longen aanrichten." Finland beschikt over vier kerncentrales. Na Tsjernobil is de regering er zeer onduidelijk over of de vijfde centrale al of niet gebouwd zal worden. Volgens Peltonen wacht de regering tot Tsjernobil vergeten is en gaan de voorbereidingen voor de bouw gewoon door.

Weinig risico
Als er een land is in Europa dat veel ervaring heeft op het gebied van kernenergie, dan is het wel Zweden. Er staan twaalf kerncentrales, verspreid over het hele land. Nadat meetapparatuur in Zweden hoge radioactiviteit uit het Zuidoosten had geregistreerd, dacht men allereerst dat er een ongeluk in een eigen kerncentrale had plaatsgevonden. Het bleek van over de grens te komen. Onmiddellijk werd het SSI (Nationaal instituut voor Stralingsbeveiliging) gealarmeerd. Het hoofd van dit instituut is Gunnar Bengtsson. Het bleek allemaal reuze mee te vallen. Bengtsson:,,Tsjernobil zal niet meer dan ongeveer 110 extra gevallen aan kanker opleveren voor de komende 50 jaar, terwijl andere factoren (zoals bijv. zonnebrand) ongeveer 1 miljoen slachtoffers in dezelfde periode zullen treffen. Het risico dat een inwoner van Zweden loopt door besmetting via radioactief voedsel schat ik op het roken van één sigaret perjaar." Maar in de omgeving van Sundsvallen Gavlezijn hoge concentraties radioactiviteit gemeten. Op sommige plaatsen alsEskön meer dan 200.000 bq/m^ aanjodium en cesium-137. ,, Dat weet ik niet precies. Ik schat dat er in de SowjetUnie zo' n 10.000 extra gevallen aan kanker zullen komen. Daarbuiten zijn de doses erg laag. We hebben een schatting in millisievert gemaakt. Zweden ontvangt de komende vij f tig j aar een gemiddelde dosis van een mSv. Finland bijna twee, Oostenrijk en Griekenland twee mSv. De Sowjet-Unie zal waarschijnlijk zo'n vijf mSv voor de komende vijftig jaar ontvangen."

Vreemde stemming
In Gavle, het zwaarst besmette gebied van Zweden, woont Inga Michaeli, milieuactiviste. Michaeli: ,,Ik heb zojuist in en rond m'n huis de radioactiviteit gemeten. Men zegt dat het meeste al weer verdwenen is, maar ik meet waarden in het huis die het dubbele van de normale waarden bedragen. In het gras vijf maal, op de stoep zeven maal en in de bermen meet ik zelfs 25 maal de normale waarden. Hoe waren de reacties toen Gavle één van de meest besmette gebieden bleek? ,,Sommigen herinnerden zich dat ze die dag in het gras gelegen hadden. Ze hadden daarna last van branderigheid in het gezicht en huiduitslag. Er ontstond een vreemde stemming. Het was prachtig weer, om ons heen kwamen de bloemen en de bomen uit, maar de natuur was ineens anders voor ons geworden. Ze was van onze vriend nu ineens onze vijand..."

Geen gemiddelden
Veel straling, weinig straling. Cesium, becquerellen. sieverts, ik word er dol van. Ik leg de vergelijking met de sigaret aan radiofysicus Lars Lindskog voor. Lindskog:,,Er bestaan geen gemiddelden. Zo kun je niet praten. Sommige mensen krijgen veel naar binnen, anderen weer weinig. Bovendien verschilt de gevoeligheid voor radioactiviteit nogal per persoon en ze weten momenteel erg weinig over de toekomstige gevolgen van lage straling. Het enige dat we weten is dat lage radioactieve straling zich vast zet in ons lichaam en dat we hier steeds meer van binnen krijgen. Lage straling kan schadelijke gevolgen voor de cellen hebben. Onderzoeken hebben uitgewezen dat de celwanden beschadigd kunnen worden, terwijl de cel zelf in leven blijft. Maar hierdoor is de kans groter dat de cel zich splitst en verandert in een kankercel. Vooral inheemsen zijn zeer gevoelig en dat zullen volgende generaties merken. De Samen (Lappen) eten regelmatig grote hoeveelheden besmet rendiervlees en wilde bessen. Wetenschappers weten er niets van af. Hun schattingen zijn gebaseerd op dierproeven, maar dan heb je te weinig tijd. Diercellen leven niet zo lang en dit onderzoek vraagt 15 tot 20 jaar. Wat onderzoek op mensen betreft, veel informatie hebben we van de slachtoffers van Hiroshima. Maar na de atoombom zijn de kwetsbare mensen snel gestorven, de sterkeren bleven over en die zijn onderzocht. Dus dat onderzoek kan niet als gemiddelde genomen worden, de berekeningen zijn op de sterksten gebaseerd. Tsjernobil is nog maar het begin. Er staan in de wereld 350 commerciële en ongeveer 400 militaire kerncentrales in bij voorbeeld onderzeeboten en satellieten. Die lozen dag en nacht. In de lucht en in het water, meestal weinig, dat wel, maar die dagelijkse uitstoot hoopt zich 6p in het milieu. Dan gebeurt er weer een ongelukje, een lekkage en ondertussen neemt het afval toe. En het lekt. Het lekt overal!"

Ignalina
Inderdaad, het lekt. Ik ga naar het Zweeds Instituut voor Defensieonderzoek (FOA). In Grindsjon, het meetstation, zijn de laatste jaren regelmatig uitstoten geregistreerd vanuit zuidoostelijke richting. Waar komt die radioactiviteit vandaan? Ingmar Vintersvid, een van de onderzoekers, durft zich niet aan een uitspraak te wagen, maar bij een zuidoostenwind kom je gauw bij de Russische kerncentrale Ignalina in Litauwen terecht. De Zweedse regering heeft dat ook al in de gaten gekregen en bij de Sowjet-Unie haar bezorgdheid uitgesproken. Lekt Ignalina? De Russische autoriteiten hebben nog niet geantwoord. Wel heb ik in de Sowjet-Unie inwoners uit het dorpje Palanga gesproken. Het dorpje ligt niet ver van de centrale. Er is iets aan de hand. Verschillende keren per maand halen de ouders hun kinderen plotseling van de scholen en sluiten zich een of twee dagen op, waarbij de ramen gesloten worden. Er wordt niet over gepraat, maar iedereen weet dat er dan iets met de kerncentrale is.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 25 november 1987

Terdege | 64 Pagina's

In het spoor van de radioactieve wolk van Tsjernobil

Bekijk de hele uitgave van woensdag 25 november 1987

Terdege | 64 Pagina's