Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Hoe lief heb ik Uw dag

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hoe lief heb ik Uw dag

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

(5)

Na het wat meer beschouwende deel over de sabbat als rustdag en de zondag als sabbat, komt nu in het rapport van de synodale commissie de tijd waarin wij leven aan de orde. Geschetst wordt de aanval die op de zondag is ingezet. De maatschappelijke oorzaken passeren de aandacht en de betekenis van de zondag in onze tijd wordt getekend in het paragraajje over 'Een Godgewijde dag'. Het tweede deel van dit derde hoofdstuk zal in de volgende ajlevering worden afgedrukt. Daarin krijgt de zondag aandacht als dag van afzondering voor gezin en kerk ten opzichte van de wereld en het leven van alle dag.

3. De zondag in relatie tot gezin, kerk en maatschappij

Inleiding Zoals hiervoor al is gezegd in het slot van het vorige hoofdstuk bij het tweede punt heeft de onderhouding van de rustdag in ons land in godsdienstig en sociaal opzicht grote betekenis gehad. Echter thans is de aanval op de zondag ingezet: hij moet als bijzondere dag uit onze samenleving verdwijnen. Deze aanval is in alle hevigheid gaande in de maatschappij en gaat ook de kerk en het gezin niet voorbij.

De maatschappij verandert in hoog tempo. De waarde van Gods Woord en Wet als zegenrijk richtsnoer voor het maatschappelijk leven wordt niet meer gevoeld. Oude normen en waarden zijn niet meer vanzelfsprekend en moeten daarom veranderen. Daar hoort ook de zondag bij zoals die tot nu toe verankerd was in ons volksleven. Dat bedrijfseconomische motieven dit verwordingsproces alleen nog maar versnellen is goed te verklaren. Het vacuüm van de normloosheid wordt opgevuld door een nieuwe norm, die van de god van het geld, de Mammon. Geld is geen middel meer maar een doel op zichzelf geworden. Schriftuurlijk gefundeerde normen moeten wijken voor het materialisme en hedonisme. De toekomst doet het ergste vrezen als het gaat om de zondag.

Ook in de kerk staan de ontwikkelingen niet stil. De kerkgangers zijn immers allemaal mensen van deze tijd, meer of minder deelnemend aan het maatschappelijke leven. De kerk is geen eiland maar onderdeel van onze veranderende maatschappij. De maatschappelijke ontwikkelingen vragen om voortgaande bezinning. Hoe dient de kerk te staan en staande te blijven in een geseculariseerde samenleving? Het spreken van de kerk heeft niet meer zoals vroeger een maatschappelijk draagvlak. In de verhouding van kerk en maatschappij is de zondag een van de zichtbare en publieke speerpunten hoe de kerk naar buiten treedt. De invulling van de zondag is tegelijk ook een van de mogelijkheden om het staan van de kerk in deze tijd tastbaar en zichtbaar te maken. Niets is meer vanzelfsprekend, zoals dat in het verleden wel was. Hernieuwde bezinning op het gestalte geven aan de zondag als dag des Heeren is nodig. Niet om de oude paden te verzetten maar om de actualiteit en waarde van Gods heilzaam gebod te mogen bewaren ook in deze veelbewogen tijd.

De veranderende samenleving heeft ook grote invloed op het gezin. De normvervaging tast het gezin als hoeksteen aan maar ook het gewone gezinsleven.

Daarbij breken de onbegrensde mobiliteit en de communicatiemedia de gezinsstructuur open en bedreigen de onderlinge saamhorigheid van de gezinsleden doordeweeks.

Het gezinsleven dat vooral op de zondag een rustpunt mag, kan en moet vinden, wordt door al deze 'doordeweekse' invloeden bedreigd. Hoe zullen mobiele, uitwaaierende en wereldwijd communicerende gezinsleden invulling kunnen geven aan de zondag die daar eigenlijk haaks op staat? Het in ere houden van de zondag als dag des Heeren staat niet op zichzelf maar heeft alles te maken met ons leven doordeweeks. Zo heeft het doorbrengen van de zondag als dag des Heeren een relatie met het gezinsleven, het kerkelijk leven en het maatschappelijk leven. Tegelijk hebben deze drie verbanden een relatie tot elkaar en beïnvloeden ze elkaar.

De zondag als rustdag De rustdag is een bijzondere dag, een dag om te rusten van onze arbeid. Dit betekent nalaten waar we als levensinvulling zes dagen lang mee bezig zijn. Dit bezig zijn kan zijn werken met onze handen maar ook met ons hoofd. En nu mogen we dat werk op de zondag laten rusten om zo rust te vinden voor ons lichaam en onze geest. Het rusten heeft ook een werkzame, actieve kant. We rusten niet voor onszelf. Dan verwordt de zondag tot een dag alleen voor onszelf, tot een dag van vermaak, plezier, van dingen doen waar we anders niet aan toe komen.

De mens is als schepsel in oorsprong op Zijn Schepper aangelegd. Adam mocht zich op de zevende dag in het bijzonder verlustigen in Zijn Schepper en Zijn werken.

Door onze val in het paradijs is de mens dit kwijt geraakt. Maar de eis Gods is gebleven.

Door de rustdag stelt de Heere de mens in staat op een bijzondere wijze werkzaam te zijn met de dingen van Gods Koninkrijk. Hierin komt Gods bijzondere zorg openbaar die Hij heeft voor liet ware welzijn van de mens. Wat ontzettend is het dat de mens deze zorg van de Heere niet meer opmerkt. De mens die zich van nature niet bekommert om zijn eigen zahgheid krijgt van de Heere nog een rustdag om werkzaam te zijn met het heil van zijn kostelijke ziel.

Dit legt op ons een grote verantwoordelijkheid hoe we deze rustdag, die gekregen rust, doorbrengen. Door genade gaan Gods kinderen verstaan hoe groot het geschenk is van de zondag als rustdag. Als de Heere genade in het hart werkt, dan worden we blij met deze dag.

Het stuk der dankbaarheid heeft ook betrekking op de erkenning van de rustdag als een Godsgeschenk om die te besteden in de dienst des Heeren, persoonlijk en publiek.

De rustdag is dus een zegen. Vooral in deze jachtige tijd mag dat wel dubbel worden opgemerkt. Het grote knelpunt in ons aller leven is echter hoe we die zegen ons ten nutte maken. Helaas wordt zo vaak hetgeen als een lust ervaren zou moeten worden, gevoeld als een moeilijke of ondraaglijke last. Door ouderen en jongeren, door ouders en kinderen. Hoe komt dat? Daarvan ligt de schuld niet bij de Heere maar in ons hart. Dat hart dat wel rust wil, maar buiten God.

Een Godgewijde dag

Onze vaderen zagen ais middelpunt van de zondag de zondagse eredienst. De dienst des Heeren moet de zondag stempelen. De hele dag behoort te staan in het teken van het horen van het Woord, de bediening der sacramenten en der publieke gebeden. Dit betekent dat de zondag meer is dan de zondagse kerkgang. De rest van de dag moet in overeenstemming zijn met die kerkgang. Twee keer naar de kerk en verder doen wat ik zelf wil, dat is uitgesloten.

Dan scheiden we wat de Heere niet scheidt. Dan doen we, voor ons gevoel, onze plicht maar wijden ten diepste deze dag niet aan de Heere. Dan geven we de Heere wat en de rest van de dag is van onszelf. Deze zonde woekerde ook onder het oude Israël en wordt door de Heere streng veroordeeld en bestraft. Israël bracht wel de offers, voldeed aan de uiterlijke vorm maar leefde vervolgens zoals het zelf wilde. De Heere noemt dit in Jesaja 56 een ontheiligen van de sabbat, een verbreken van het Verbond. Bij het opgaan naar de kerk is niet onze behoefte bepalend maar Gods wet. De Heere wil de gemeente ontmoeten in Zijn huis.

De kerkgang, zeggen onze vaderen op grond van de Schrift, stempelt de verdere daginvulling. In het natuurlijke leven is ondervoeding slecht voor het lichaam. In het geestelijke geldt dit evenzeer. Ondervoeding in de kennis der waarheid heeft grote gevolgen voor onze geestelijke gezondheid. De apostel Paulus vermaant in 1 Timotheüs 5 vers 13 zijn geestelijke zoon Timotheüs met deze woorden: "Houd aan in het lezen, in het vermanen, in het leren, totdat ik kom ".

In Hosea 4 vers 6a horen we de Heere, bij monde van Zijn profeet, tot Israël zeggen: "Mijn volk is uitgeroeid, omdat het zonder kennis is; dewijl gij de kennis verworpen hebt, heb Ik u ook verworpen". Het kennis vergaren van Gods Woord, ons denken funderen in de Heilige Schrift is een opdracht van Godswege aan allen die leven onder de bediening van het genadeverbond. En is dan de zondag niet bij uitstek de dag om ons te voeden door het Woord?

Dit moeten we niet uitsluitend opvatten als verstandelijke kennis verzamelen. Nee, dit voeden door het Woord kan alleen maar met de bede of de Heere door Zijn Geest die kennis aan onze harten wil heiligen. Dat betekent tegelijk ook vragen om die wederbarende genade van Gods Geest Die alleen de kennis als geloofskennis kan brengen in ons hart. Zondag 38 wijst ons hierin duidelijk de weg. We lezen daar: "Dat ik, inzonderheid op de sabbat, dat is op de rustdag, tot de gemeente Gods naarstiglijk kome, om Gods Woord te horen".

Als we zo de zondag mogen besteden, dan kan de Heere de zondag onder Zijn zegen gebruiken tot vermeerdering van onze kennis, tot opwekking van de liefde voor Zijn inzettingen, tot vorming van ons geweten, tot toetsing van ons leven, tot zoeken van de dingen die boven zijn.

In het natuurlijke is het zo dat een ondervoed lichaam niet meer de meest kostelijke spijze verdraagt. Deze regel gaat ook op voor het geestelijke. Velen lijden aan ondervoeding en verdragen daardoor niet meer het gewone voedsel dat de Heere ons door middel van de prediking en het lezen van het Woord aanreikt. Dan hoor je allerlei uitspraken als 'de preek is zo onbegrijpelijk', 'moet het allemaal zo moeilijk', ' moeten we het allemaal zo zwaar opnemen'. Bij doorvragen blijkt dat men wel overal tijd voor heeft doordeweeks (en op zondag? ) maar dat voor het zich verdiepen in de Schrift en de grondwaarheden van onze belijdenis nooit plaats in de tijdsbesteding wordt ingeruimd. Men is dus geestelijk ondervoed.

Lezing en overdenking van en mediteren over het Woord en het lezen van verantwoorde geschriften zijn de middelen die onder de zegen des Heeren kunnen behoeden voor ondervoeding. Het gesprek na de preek over de preek kan alleen maar tot schade van onszelf en onze gezinsleden worden nagelaten. En wordt er in onze gezinnen nog wel gezongen of beperkt het zich alleen nog tot de kerkdienst, de zangavond, de zangvereniging? Zegt Psalm 92 niet: 'Laat ons de rustdag wijden met psalmen tot Gods eer'? We mogen en moeten dit niet beperken tot de zondagse eredienst alleen. In dit alles gaat het niet om onze behoefte maar om wat de Heere vraagt, wat Hem toekomt. Goede gewoontevorming is wat anders dan sleur. Dit betreft het persoonlijke leven, het gezinsleven en het gemeentelijke leven. De Heere Jezus Zelf is hierin ons voorgegaan door op de sabbat naar Zijn gewoonte (Lukas 4:16) op te gaan naar de synagoge.

(Wordt vervolgd)

De commissie, ingesteld door de Generale Synode betreffende de rustdag

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 augustus 1999

De Saambinder | 12 Pagina's

Hoe lief heb ik Uw dag

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 augustus 1999

De Saambinder | 12 Pagina's