Bittere armoede in Nicaragua

MANAGUA — Een mager jongetje met een kruk onder z'n rechterarm komt op me af, net als ik de auto uitstap. Hij houdt z'n hand op. Ik zie dat zijn rechtervoet misvormd is en wat hij aan kleren aan heeft stelt niet veel voor. Tien, hooguit twaalf jaar zal het jongetje zijn. En bij het Intercontinental hotel probeert een meisje van dezelfde leeftijd wanhopig kaarten van Managua tcverkopen. Als ik zeg: „Die heb ik al", blijft ze aandringen. „Ik heb honger", zegt ze.