Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

CV-voormannen ooit met VPN tegen 'Rome'

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

CV-voormannen ooit met VPN tegen 'Rome'

Jubileumboekje over 140 jaar oude Confessionele Vereniging

15 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vorig jaar bestond een der oudste 'modaliteiten'-organisaties in de, toen nog, Nederlandse Hervormde Kerk, 140 jaar. Erg veel aandacht schonk deze Confessionele Vereniging (CV) toen niet aan zijn jubileum. Tenslotte was het geen mooi afgerond jaartal van 150 jaren. Toch kwam de CV - waaraan het door een aparte stichting uitgegeven veertiendaagse blad HW/Confessioneel nauw verwant is - in 2005 nog met een geïllustreerde 'jubileum'-brochure, 'Belijdend onderweg', met als ondertitel 'De Confessionele Vereniging 140 jaar samenbindend'.

Dat het mooie boekje dus wat aan de late kant is, wat maakt dat op bijna anderhalve eeuw CV-historie nog uit? Verder is het juist in 2005 wel 140 jaar geleden dat de vereniging voor het eerst landelijk vergaderde. In kort bestek verhaalt dit geschrift het wel en wee van deze periode die inmiddels drie eeuwen omspant... Heeft deze CV als vereniging op zich, of via het blad, dat voorheen 'Hervormd Weekblad' heette en nog eerder 'De Gereformeerde Kerk', ook iets te maken met de 'pas' in 1923 opgerichte Vereniging Protestants Nederland (VPN)? Ja en nee.

De CV en onze VPN
Formeel was en is een kerkelijke 'richtingen-organisatie' zoals de CV, evenals de Gereformeerde Bond of, ter andere zijde van het spectrum, de Vereniging van Vrijzinnige Hervormden, niet betrokken bij ons gesprek met de R-K Kerk of de vaderlandse bisdommen. Maar in de loop der jaren zijn er vele 'personele unies' geweest tussen 'kopstukken' uit de CV en de VPN. Tal van confessioneel getinte predikanten, al of niet lid of sympathisant van de CV, hebben hun plaats gehad in het bestuur van onze vereniging of ze spraken op onze jaarvergaderingen en hervormingsbijeenkomsten. Een enkele naam? Confessionelen als prof. dr. G.R van Ittzerzon, ds. L. Lagerweij, dr. C. Bezemer, prof. C. van Leeuwen, ds. L. de Ru, de ons ontvallen vorige voorzitter van de VPN, ds. J.L. Ravesloot, en vele anderen waren ook betrokken bij onze vereniging en/of dit blad.

Dat de CV - met een, enkele decennia jongere, andere 'modaliteit' in de vroegere Hervormde Kerk, de Gereformeerde Bond - al zolang mag bestaan is dank aan God en (ook) een gelukwens van onze vereniging waard. Dat het voor een organisatie als de CV in onze tijd niet zo gemakkelijk is beseffen wij zeker. Ook wij kampen met een vergrijzend en dalend ledental, afnemende abonnementen, problemen bij het bekend maken van onze doelstellingen aan een breder, steeds meer geseculariseerd, publiek. De CV heeft het, zo begrepen wij, niet gemakkelijk. Vermoedelijk ook, omdat de vereniging naar buiten toe geen echt krachtige en eenvormige indruk maakt. Men heeft geen min of meer hechte organisatie, zoals de Gereformeerde Bond, geen eigen kantoor, geen gemakkelijk aanwijsbaar karakter in de trant van: „dat is nu typisch confessioneel". Ook de Gereformeerde Bond had altijd, en heeft nog, 'vleugels' of 'stromingen', en dat gaat niet alleen over (niet-)ritmisch zingen, het gebruik van de, al dan niet herziene. Statenvertaling of zelfs het> lidmaatschap van een christelijke politieke partij. Maar de Bond lijkt extern toch homogener dan de Vereniging.

Kracht en zwakte
In de Nederlandse Hervormde Kerk trof je confessionelen aan, die om zo te zeggen dicht tegen de Gereformeerde Bond aanleunden. Anderen voelden zich nauwer verwant aan wat, naar het woord van prof. H. Berkhof, de 'midden-orthodoxie' heette. De ene confessionele predikant en kerkdienst is de andere niet. Je kunt overigens ook, om zogezegd, op twee paarden tegelijk wedden. Diverse gereformeerde bonders zijn ook lid van de CV, dan wel voorganger in confessionele gemeenten. Omgekeerd lijkt dat wat minder voor te komen. Die breedte en ruimte was en is mogelijk de kracht van de CV, maar tevens zijn zwakte. Eenparig een vuist maken tegen de boze buitenwereld is dan niet zo eenvoudig. Verschillen van inzicht zijn er intern voldoende, al leiden die meestal niet tot knallende ruzies of scheuring. Binnen de CV was men, bijvoorbeeld, niet eensgezind over de vorming van de Protestantse Kerk, maar anders dan in de Gereformeerde Bond leidde dat - op een enkele Katwijkse uitzondering na - niet tot een scheur in CV-gemeenten en het toetreden tot de Hersteld Hervormde Kerk. Die ietwat irenische, maar de kerk trouw blijvende, houding van de CV leverde nogal eens verwijten op van beginselloosheid, gebrek aan ruggengraat e.d.

Toch kan de CV niet bewuste slapte worden aangewreven. Men wil liever ook de 'andere schapen' bij de kudde zien te houden of te krijgen en men is beducht voor al te grote woorden van: zó zegt de Here, als het ernaar uitziet dat mensen teveel zelf aan het woord zijn. Trouw aan het belijden van de kerk der eeuwen staat voorop. Over het weren van alles wat dit belijden weerspreekt gaan de meningen - als die er al zijn - nog wel eens uiteen. Zaken als de vrouw in het ambt zijn voor confessionelen veelal geen vragen meer. Met de zegening van andere samenlevingsrelaties dan het huwelijk van man en vrouw ligt het al wat gecompliceerder.

'Onbekrompen beweging'
Ook over andere zaken, die sommigen middelmatig van aard vinden, wordt verschillend gedacht. De ene confessionele predikant houdt het soms nog bij de oude vertrouwde Statenvertaling; de ander loopt al weg met de, formeel nog niet vrijgegeven, Nieuwe Bijbelvertaling. Is de CV dan een samengeraapt 'allegaartje', zo'n beetje vlees noch vis? Dat wil de CV niet van zich gezegd hebben. Wat men altijd wilde en nog wil, is: getuigen. In de brochure noemt het hoofdbestuur, met een term van ds. J.P. van Roon, de CV „ondubbelzinnig en onbekrompen".

Men is, naar het woord van dr. C. Vermeulen, meer „een beweging van allemaal meelevende rechtzinnig hervormde mensen, die het confessionele gedachtegoed omhelzen". Daarvoor hoef je, zegt Confessioneel-redacteur Vermeulen, niet per se lid van de CV te zijn. Hij noemt als samenbindende zaken: het zich houden aan het gezag van Gods Woord en het belangrijk vinden van de belijdenis als het spreken van de kerk der eeuwen. Ook is volgens hem de confessionele denker enigszins gehecht aan de traditie, overigens wel met visie op de toekomst. Die visie houdt ook in, dat samensprekingen binnen de PKN met andere 'modaliteiten' niet wordt geschuwd: de Geref. Bond, het Evangelisch Werkverband (waarvan directeur ds. Hans Eschbach zo te zien een echte evangelische modaliteit of richting binnen de kerk wil maken, vA), het Confessioneel Gereformeerd Beraad. Van plannen voor een fusie is, door de vanouds aanwezige cultuurverschillen, nog geen sprake. Wel komen deze vier organisaties samen in een Appèlkring Belijden. Ook overweegt de CV het oude leerstoelenfonds te heractiveren en zo aan een der universiteiten een eigen confessionele leerstoel te stichten (zoals ook de Geref. Bond die al had en heeft; te Utrecht, Leiden en straks ook Kampen - Oudestraat).

Hoedemakers 'Gereformeerde Kerk'
De vereniging stelt zich kwetsbaar op, ook door kritische sprekers van buiten uit te nodigen. In discussies roept zelfs wel eens een CV-lid: Hef die CV op! Het is niet voor het eerst dat dit geluid weerklinkt, want juist een der mede-oprichters van de CV, de vermaarde dr. Ph.J. Hoedemaker, hoopte nog dat hij de opheffing zou meemaken. Dat zou immers betekenen dat de CV zijn taak, om de kerk te houden aan haar behjden, zou hebben voltooid. Hoedemaker overleed in 1910; hij maakte niet meer de opheffing van de CV mee, wel de oprichting van de Gereformeerde Bond. In het jubileumgeschrift levert drs. G. Doorn een bijdrage over het ontstaan en verloop van de CV. Doorn schreef al eerder een doctoraalstudie over 'Het kerk-ideaal bij de rechterflank van de Ned. Hervormde Kerk - De strijd over de belijdenis in (het blad) 'De Gereformeerde Kerk' (1888 - 1910').

Dat blad, de voorvader van 'HW/Confessioneel' nu, verscheen in 1888 voor het eerst, met Hoedemaker als hoofdredacteur. En de naam had alles te maken met de houding van Hoedemaker tegenover dr. Abr. Kuyper. De laatste onderscheidde de kerk als organisme en als instituut. Hoedemaker en een andere confessionele theoloog, G.J. Vos Azn., waren met Kuyper betrokken bij de oprichting van de Vrije Universiteit, maar Hoedemaker kon zich toch niet vinden in het partijbewustzijn en het federatief kerkverband dat Kuyper voorstond. Hoedemaker achtte het handhaven der belijdenis een zaak van de synode der gehele kerk, niet van afzonderlijke kerkenraden. De CV was al in 1864 mede opgericht door toedoen van mr. G. Groen van Prinsterer. Die wilde samen met zes andere 'Haagse Heren' de algemene synode van de, toen nog vaak als Nederduits Hervormde Kerk aangeduide, kerk met haar reglementenbundel bewegen om ernst te maken met het belijden der kerk.

Proponentsformule van 1816
De grondslag van de CV ligt eigenlijk al verder terug; in de sinds 1816 voorgeschreven Proponentsformule, waarvan de formulering ruimte liet voor het aannemen van de belijdenissen, 'voorzover' zij, en niet 'omdat' zij, met Gods Woord overeenstemmen. Bij dat 'voorzover' kon het van de persoonlijke inzichten van een predikant afhangen, of hij meende, de belijdenissen te moeten aanvaarden: voorzover ze althans naar zijn mening overeenstemden met Gods Woord. Groen van Prinsterer en anderen konden die ruimte niet aanvaarden en de in Utrecht opgerichte CV probeerde de orthodoxe gelovigen in de vaderlandse kerk samen te binden om de belijdenis weer tot centrum van het kerkzijn te maken, tegen de moderne stromingen in. Daarom bewandelen confessionelen volgens Doorn nog altijd de kerk(rechtelijk)e wegen. De strijd tussen Hoedemaker en de eveneens orthodoxe Kuyper werd onder meer gestreden in Kuypers blad 'De Heraut' en dat van Hoedemaker, 'De Gereformeerde Kerk'. Al spoedig kwam de CV in gesprek met Hoedemaker: zou zijn blad niet (ook) kunnen dienen ter verbreiding van de confessionele beginselen? Dat lukte in principe in sinds 1889/ 1890. Er bleken toen in de CV echter al twee hoofdstromen te bestaan: de ene was volgens Hoedemaker confessioneel, de andere gereformeerd. De eerste wilde reorganisatie door evangelisatie, maar dat achtte Hoedemaker een achterhaalde methode. Hij had ook moeite met het toetreden tot de CV, want die zou dan zijn gereformeerde beginselen moeten uitdragen. Pas in 1896 verscheen zijn 'De Gereformeerde Kerk' onder auspiciën van de CV. Maar al in 1897 trok hij, toen voorzitter, zich al uit de CV terug, omdat hij beducht was voor partijvorming in de kerk. Hij bedankte ook voor het lidmaatschap en hoopte dat de CV kon worden opgeheven. Ook zat het hem dwars dat er confessionele predikanten waren, tot in het hoofdbestuur, die zijn politieke opvattingen niet deelden. Tegenover de partijvorming van Kuyper en diens individualisme stelde Hoedemaker dat het Woord van God volstrekte alleenheerschappij moest hebben binnen de kerk en in de staatkunde.

Gehele Artikel 36 NGB
Hij hield dan ook, anders dan Kuyper, als theocraat vast aan het onverkorte artikel 36 van de Nederlandse
Geloofsbelijdenis („om te weren en uit te roeien...") en zocht het midden tussen een staatskerk en een kerkstaat. Dat leidde tot verwijdering tussen Hoedemaker en diverse confessionele leidslieden. Met Kuyper kwam het door diens Doleantie tot een volstrekte breuk; met de CV bleef Hoedemaker ook na zijn terugtreden wel vriendschappelijk verbonden, zegt Doorn. Hij wijdt vervolgens een aantal stukken aan de breuken en scheuren binnen de gereformeerde gezindte van de Ned. Hervormde Kerk omstreeks 1900. Vervolgens gaat hij in op de kwestie-ds. L.A. Bahler, die als zendeling zo ongeveer boeddhist werd en mede door zijn opvattingen indirect de stoot gaf tot oprichting van de Gereformeerde Bond, en op de relatie tussen de Confessionele Vereniging en die in 1906 opgerichte Bond. Tegenover de eenheid der kerk (en de vrijmaking van de bestuursorganisatie van 1816) door confessionele voormannen als dr. P.J. Kromsigt stond nu de latere Bonds-hoogleraar dr. Hugo Visscher, die juist een vrijmaking der kerken bepleitte. Tussen Kromsigt en een andere Bondsvoorman, dr. J.D. de Lindt van Wijngaarden, was de afstand echter niet groot.

Intussen ging de Bond de CV in zoverre achterna, dat H. Visscher al in 1908 bedankte voor het Bondsbestuur en dat het doel van de Geref. Bond, van vrijmaking der kerken, nu werd veranderd in het verbreiden en verdedigen der waarheid binnen de Nederlandse Hervormde (Gereformeerde) Kerk. Het CV-blad 'De Gereformeerde Kerk' hoopte, door in zijn kolommen de Bond niet te hard aan te vallen, te komen tot een uiteindelijke vereniging van CV en GB. Een eeuw later praten beide organisaties nog wel met elkaar, maar een fusie tussen vereniging en bond zit er niet in, en evenmin tussen hun bladen HW/Confessioneel en De Waarheidsvriend of het ooit 'andere Bondsblad', het 'Gereformeerd Weekblad'.

Kerkherstel en Kerkopbouw
In het volgende hoofdstukje van 'Belijdend onderweg' gaat mw. dr. mr. H. Oostenbrink-Evers, bij prof. W Balke gepromoveerd op de voorgeschiedenis van de Kerkorde van 1951 en nu gemeentepredikant, in op de historie van de CV in de eerste helft van de 20® eeuw. Daarbij komen andere organisaties om de kerk weer aan haar belijden te houden ook kort aan de orde. Zo is er sinds 1930 het 'Nederlandsch Verbond tot Kerkherstel', met bestuurders uit brede kerkelijke kring. Die omvat confessioneel (G.P. van Itterzon), en bonder (M. Jongebreur, G. van der Zee), de Kohlbrugge-man dr. G. Oorthuys, de ethische dr. J. Riemens en prof. Th.L Haitjema, de redacteur van het tijdschrift 'Onder Eigen Vaandel', dat naderhand zou veranderen in 'Kerk en Theologie'. Ook de latere hoogleraar A.A. van Ruler hoort bij die confessionelen rond Kerkherstel. Een jaar later is het alweer raak: dan wordt de Vereniging 'Kerkopbouw' opgericht, die zich, anders dan 'Kerkherstel', keert tegen een kerkorde- ontwerp uit 1929. Kerkherstel wil: eerst reorganisatie, dan belijdenis. Kerkopbouw daarentegen wenst: eerst waarheid, dan reorganisatie, en stelt een ontwerp op ter vervanging van het oude Algemeen Reglement der Nederlandse Hervormde Kerk. Ook bij Kerkopbouw komen we grote namen tegen, zoals de nieuw-testamenticus A.M. Brouwer, dr. Oepke Noordmans, de pedagoog Ph. Kohnstamm. Zij ijveren voor „de noodzaak, zich meer bewust te worden van de eenheid en oecumeniciteit der kerk als tak van de Apostolische en Katholieke Kerk. Prof. mr. Paul Scholten en dr. J. Koopmans stelden een, door de synode voor behandeling afgewezen, ontwerp op, maar binnen Kerkopbouw ontstonden interne spanningen.

CV-Stemmen en de 'Una Sancta'
Intussen gingen CV en Geref. Bond gewoon hun gang, voorzover dat bijvoorbeeld in oorlogstijd mogelijk was. Aan de CV verwant verscheen ook de prekenserie 'Stemmen uit Jeruzalem'. Redacteur was jarenlang de Kohlbruggiaan dr. G. Oorthuys in Amsterdam. In oktober 1941, midden in de 40® jaargang van de 'Stemmen', werd hen het zwijgen opgelegd door de bezetter, die weinig ophad met Jeruzalem! Ds. W. Oost in Raamsdonk was voorlopig de laatste scribent; zijn nogal tijdloze preek ging over de Aaronitische zegen aan de hand van Numeri 6 VS. 22 - 27. Na de oorlog ging men weer door, ook met de telling van de jaargangen. Zo verscheen de 63® jaargang in 1963. Een der redacteuren was toen de, vooral vanwege Kohlbrugge, bekende ds. D. van Heyst uit Ommen, samen met ds. Alb. ter Steege uit Burum. Op 15 november 1963 leverde ds. Van Heyst zelf een dooppreek over Psalm 90 vs. 16. De huidige redacteur ds. B.H. Weegink (Katwijk aan Zee) van de inmiddels 104 jaar oude prekenserie luidde recent de noodklok over die reeks; slechts zo'n 250 afnemers zijn nauwelijks voldoende om de preken nog langer gedrukt te laten verschijnen. Voorlopig kan de serie echter nog worden voortgezet. Mw. Oostenbrink benadrukt dat de CV altijd vasthield aan de visie van zichtbaar-wording der 'Una Sancta', de ene heilige algemene christelijke kerk binnen de zichtbare kerk. Een volkskerk naar vrijzinnig model: elke mening mag binnen de kerk verkondigd worden en heeft gelijke rechten, werd toen en wordt nu door de CV afgewezen. Over de hoge roeping van de kerk zei Van Ruler in 1934/35: „Het is de aard van de vogel om te vliegen en het is de aard van de kerk om Christus te belijden". Dat streeft, zegt ds. Oostenbrink, de CV nog altijd na. In 'Op zoek naar een belijdende kerk' gaat dr. G.W. Marchal uit Beekbergen, ook bestuurslid van de stichting 'Confessioneel' en redacteur van dat blad, in op zijn (sinds 1970) staan binnen de Hervormde Kerk (en de PKN) en binnen de CV Zijn uiteenzetting in vier punten verhaalt zijn eigen betrokkenheid, wat de kernwoorden 'kerk' en 'belijden' inhouden, hoe hij deze weg van het belijden nader markeert en wat zijn antwoord is op de vraag 'Hoe verder?'. Het valt buiten het bestek van een artikel in dit blad om daar uitvoeriger op in te gaan.

CV en relatie tot 'Rome'
Opmerkelijk in dit bescheiden jubileumboekje is het, dat organisaties als onze vereniging en vergelijkbare, zoals de 'Evangelische Maatschappij', 'Tot vrijheid geroepen', de 'Gustaaf Adolf Vereniging' niet genoemd worden, terwijl toch heel wat confessionele voorlieden zich via die organisaties met de kloof tussen de Reformatie en Rome hebben bemoeid. Ik wees er al op, hoeveel confessioneel-gezinden, onder wie ds. K.H.E. Gravemeyer, zich betrokken wisten bij die controverse. Mannen als Van Itterzon en Van Ruler schreven artikelen en brochures, deels voor Protestants Nederland, over het pausdom, het herstel van de hiërarchie, de r-k overdoop van prinses Irene en haar r-k huwelijk, en zo meer.

Het is toch een klein manco in dit boekje, dat overigens niet de pretentie heeft om heel de historie van 140 jaren CV nog eens dunnetjes te herschrijven. Daarvoor wordt verwezen naar o.a. enkele vroegere uitgaven van de CV, zoals dat van drs. G.M. Luteijn uit 1964 bij het eerste eeuwfeest van de vereniging.


'Belijdend onderweg' is voor de CV geredigeerd door Bureau Christa Keil in Heerde, dat ook de uitgave van het veertiendaagse 'HW/Confessioneel' verzorgt, terwijl de BDU in Barneveld het boekje met veel foto's drukte. Het telt 64 pagina's en kost 7,50 euro. Info: Bcr-nl(a)zonnet.nl of de secretaris van de CV, tevens hoofdredacteur van het blad, ds. D. van Duijvenbode op Urk, van.duiivenbode@hetnet.nl

Dit artikel werd u aangeboden door: Protestants Nederland

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 augustus 2005

Protestants Nederland | 44 Pagina's

CV-voormannen ooit met VPN tegen 'Rome'

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 augustus 2005

Protestants Nederland | 44 Pagina's