Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het is wetenschappelijk bewezen dat...

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het is wetenschappelijk bewezen dat...

Twee opmerkelijke boeken

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

”Dominee, wat doen we hier eigenlijk? We verdoen hier onze tijd! God bestaat niet, dat is wetenschappelijk bewezen." Met deze opmerking van zijn catechisanten kon de dominee het doen. Immers, wanneer in onze samenleving iets 'wetenschappelijk bewezen' heet te zijn, lijkt alle verdere diskussie zinloos. Het staat dan vast. "Hoe kan ik mij tegen deze kritiek verdedigen? ", zo vroeg hij zijn broer, hoogleraar in de natuurkunde. Deze beloofde een en ander op papier te zetten. De publikatie van het boekje 'De dingen hebben hun geheim - gedachten over natuurkunde, mens en God' (1990) was het gevolg.

Het boekje bracht veel monden en pennen in beweging. Ook binnen de rechterflank van de Gereformeerde Gezindte. De schrijver, A. van den Beukei kreeg zoveel vragen, op-en aanmerkingen dat hij besloot een vervolg te schrijven: 'Met andere ogen - over wetenschap en het zoeken naar zin' (1994). Opnieuw twee boeken waarin de verhouding tussen geloven en weten centraal staat. Boeken die het alleen daarom al waard zijn om besproken te worden.

De schrijver

Arie van den Beukei (1933) groeide op in een eenvoudig, gereformeerd gezin. In het leven van zijn inmiddels overleden ouders stond de dienst des Heeren centraal. Zij leidden een 'voorbeeldig' leven, dat eerbied opriep bij de kinderen. Dit blijkt duidelijk uit de achting die doorklinkt uit die delen van de boeken waarin hij het leven en sterven van zijn ouders beschrijft.

Arie bleek een bijzondere aanleg voor exacte vakken te hebben. Hij mocht, ondanks de armoede thuis, doorleren. Eerst het gymnasium, daarna de Technische Universiteit in Delft. Na zijn promotie werd hij daar benoemd tot hoogleraar in de natuurkunde.

Van den Beukei komt in deze boeken naar voren als een integer mens, die zijn wetenschappelijk bedrijf en zijn christelijk geloof op een harmonieuze manier samen kan houden. Die zich ook niet schaamt om voor zijn christelijke geloof uit te komen. En dat in de 'wetenschappelijke wereld' waarin het christelijk geloof, zo dit al niet als belachelijk wordt afgedaan, dan toch wel als een private hobby wordt beschouwd, waarover men niet praat.

De dingen hebben hun geheim

In dit boek denkt Van den Beukei na over de grenzen van zijn eigen vak, de natuurkunde, en de zin hiervan voor het bestaan van de mens. In het eerste deel beschrijft hij het enigszins 'ontmenselijkte', kille karakter van het pure wetenschappelijke bedrijf. Naast vele integere wetenschappers komt hij ook uitwassen van arrogantie tegen. De fysici die menen dat de natuurkunde, en daarmee de volledige kennis van de werkelijkheid, binnen enkele jaren voltooid zal zijn.

En daarmee ook de kennis van God. "Dan zullen we 'alles' begrijpen", zo menen zij. "Als God van dat 'alles' deel uitmaakt, komt hij vanzelf te voorschijn". Of, zoals een beroemd natuurkundige beweert: "Dan kennen wij de geest van God". De natuurkunde als volstrekte kenbron van God!

Mateloze arrogantie van een aantal fysici, zo stelt Van de Beukei vast.

Met veel citaten en voorbeelden weet hij de beweringen van deze goeroe's van de natuurkunde te relativeren. Hij beschrijft indringend de beperktheid en de gevaren van een natuurwetenschappelijk wereldbeeld, dat uitspraken meent te kunnen doen over de zin van het leven en het bestaan van God.

Het tweede deel van het boek heeft op mij de meeste indruk gemaakt. Hieruit wordt duidelijk waarom Van den Beukei, in tegenstelling tot zoveel anderen uit de Gereformeer-

de Kerken, de kerk en zijn gereformeerde milieu niet de rug heeft toegekeerd. De reden? "Deze: (Om)dat in die omgeving mensen te vinden waren, en niet zo weinig, die - voor mij - herkenbaar waren als kinderen van God. Die met Hem omgingen, Zijn woorden opvingen, Zijn daden deden. In wie ik de Rabbi van Nazareth terugzag. Die, zoals de Bijbel dat uitdrukt, 'wandelen als kinderen van het licht'. Door hen ben ik gebleven" (pag 1 38).

Vervolgens geeft hij een beschrijving van enkele van deze 'getuigen', die hij in zijn leven ontmoette. Zoals meester Bergsma, die, nadat zijn zoon door de Duitsers was gefusilleerd, toch de kracht en het geloof had om diens lievelingslied op het bord te schrijven. En de indruk die het afscheidscollege van dr. De Bruin op de schrijver maakte. Als laatste getuige volgt een beschrijving van het leven van zijn vader. Een indrukwekkend getuigenis, dat het waard is door ieder zelf gelezen te worden!

Met andere ogen

Stond in het eerste boek de natuurkunde centraal, in het boek 'Met andere ogen'gaat Van den Beukei dieper in op de biologie en de biochemie. Ook binnen deze takken van de wetenschap blijken onderzoekers zich te buiten te gaan aan verabsolutering van hun eigen kennis en denken. Met enige verbazing bekijkt Van den Beukei de '(bio)logica' die op deze terreinen wordt gehanteerd.

Hij houdt passages uit geschriften van enkele 'hogepriesters' uit deze vakgebieden tegen het licht om op overtuigende wijze de onzinnigheid ervan aan te tonen. Tenslotte komt hij uit op de konklusie, die een kundig bioloog reeds eerder verwoordde "dat de evolutietheorie een daad van geloof vereist die groter is dan nodig voor wat wij, arme christenen, geloven".

In het laatste deel van het boek gaat Van den Beukei in op de vraag naar de zin van het leven. Hij konkludeert dat de wetenschap hierop geen antwoorden kan geven. Hij zoekt dit antwoord in een persoonlijk geloof in de God van de Bijbel.

De zin van het lijden en de dood bespreekt Van den Beukei in het laatste hoofdstuk. Evenals in het andere boek komen er 'getuigen' ter sprake, zijn schoonzus en zijn moeder. Ook dit zijn tere hoofdstukken, die men zelf moet lezen om ze op waarde te schatten.

Waardering

Ik ben me ervan bewust slechts een beperkt deel van deze boeken besproken te hebben. Ze bevatten veel meer passages die tot nadenken stemmen. De ruimte voor bespreking is echter beperkt. Tenslotte nog enkele opmerkingen over de 'zwakten' en de 'sterkten' van deze boeken. De 'zwakten' eerst.

Wie bij de schrijver een theologische visie uit rechterflank van de Gereformeerde Gezindte denkt aan te treffen, komt bedrogen uit. Prof. dr. ir. A. van den Beukei neemt met overtuiging zijn plaats in binnen de Gereformeerde Kerken (synodaal).

Dit blijkt ook uit zijn uitleg van bepaalde Schriftgedeelten en zijn voorkeur voor bepaalde theologen en hun visies. Ons omgaan met en verstaan van de Bijbel zal hij in een aantal gevallen als 'fundamentalistisch' afwijzen. Dit komt verder naar voren in zijn mijns inziens wel erg ongenuanceerde afwijzing van al het 'kreationisme'. Op deze punten is mijns inziens terechte kritiek op de boeken mogelijk.

Anderzijds bieden de boeken veel 'sterke' passages. De overtuigende manier waarop Van den Beukei zijn verontrusting over de totalitaire uitstraling van de wetenschap in onze samenleving beschrijft, heeft mij zeer aangesproken. Wetenschap maakt deel uit van ons bestaan, maar is bij lange na niet het belangrijkste aspekt daarvan, en zeker niet het enige. Het geeft geen antwoord op levensvragen. Wetenschap geeft bovendien niet aan hoe tot het heil in Christus is te komen. Daarnaast heeft Van den Beukels waardering voor en verstaan van verschillende vormen van kunst - gedichten, muziek, schilderkunst - mij sterk geboeid. Voor hen die er oog voor hebben, zijn dat ook waardevolle aspekten van het bestaan. Het zijn echter bovenal zijn beschrijvingen van de 'getuigen', die de boeken een grote waarde geven. In dit opzicht vind ik overigens het eerste boek sterker dan het tweede.

Kan ik deze boeken iedereen aanbevelen? Ik vrees dat beide boeken toch wel enige voorkennis vergen.

Dit ondanks de eenvoudige manier waarop Van den Beukei verschillende gebieden uit de natuurkunde en de biologie/biochemie beschrijft. Iemand die weinig van deze vakgebieden afweet, zal in het eerste deel van beide boeken een aantal zaken missen. Echter, voor studerenden lijkt me het kritisch lezen van deze boeken zeer nuttig. Voor degenen die zich bezighouden met exacte wetenschappen zijn de boeken zelfs 'verplichte kost'.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 maart 1995

Daniel | 32 Pagina's

Het is wetenschappelijk bewezen dat...

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 maart 1995

Daniel | 32 Pagina's