Aflossingsblij

Een slim gekozen term doet wonderen voor de promotie van een product of dienst. Daarom gebruiken financiële aanbieders graag woordentrucs om producten aan de man te brengen. Denk maar eens terug aan de woekerpolissen. Die gingen over de toonbank met hebzucht opwekkende namen als Toekomstzeker Plan, Hollands Welvaren Select of studieverzekering - alsof het je kind verzekerde van een diploma. Ook de term “aflossingsvrije hypotheek” heeft talloze Nederlanders verleid. Eind 2012 hadden bijna zes op de tien woningbezitters er een lopen. Vanaf 2013 werd zo’n schuld fiscaal onaantrekkelijk. Toch bestaat nog altijd meer dan de helft van de Nederlandse hypotheekschuld uit aflossingsvrije en beleggingshypotheken waarop niet of nauwelijks wordt afbetaald.

Zo’n aflossingsvrije hypotheek kan een tikkende tijdbom zijn. Dat aflossingsvrije geldt namelijk alleen „tijdens de contractduur.” De meeste banken willen dat je aan het einde van de looptijd -meestal dertig jaar- de hele hoofdsom terugbetaalt. Alleen de aflossingsvrije hypotheken van de Rabobank lopen na dertig jaar op dezelfde voorwaarden door, blijkt uit onderzoek. En bij ING krijg je, onder voorwaarden, aan het einde van de looptijd nog tien jaar tijd om af te lossen. Alle andere banken willen gewoon hun geld terug.

Misschien denk je nu: ach, dan sluit ik toch gewoon een nieuwe hypotheek af? Maar het is de vraag of je die tegen die tijd krijgt. Vóórdat een bank geld uitleent, beoordeelt men je (pensioen)inkomen, overwaarde, een eventuele BKR-registratie, het type lening dat je wenst, en de benodigde looptijd. Bovendien maak je met een nieuwe hypotheek ook advies-, notaris- en taxatiekosten, totaal snel 2 mille. En verder is de hypotheekrente op zo’n hypotheek fiscaal doorgaans niet meer aftrekbaar. Dat belastingcadeautje krijg je sinds 2001 namelijk hooguit dertig jaar. En zodra die fiscale subsidie vervalt, kan je rentelast flink omhoogschieten.

Als je bank je niets wil (blijven) lenen, en je de aflossingsvrije schuld niet kan terugbetalen, dan moet je de woning verkopen. Dit probleem is zo dreigend dat de banken ervoor zijn gaan waarschuwen. Onder het motto “aflossingsblij” sporen ze klanten met een aflossingsvrije hypotheek sinds kort aan om af te lossen of voor aflossing te sparen. Dat werd hoog tijd.

Kijk dus vandaag zelf eens na in welk jaar jouw ‘aflossingsvrije’ tijdbom op ontploffen staat (meestal dertig jaar na het afsluiten). En ga aflossen. Het rekenprogramma “aflossingsvrije hypotheek aflossen” op berekenhet.nl toont het (enorme) effect daarvan op termijn.

Stel, in 2001 sloot je een aflossingsvrije hypotheek van een ton met een looptijd van dertig jaar tegen nu 5 procent rente. Je lost nu niets af, maar boetevrij mag dat tot bijvoorbeeld 10.000 euro per jaar. Stel dat je vanaf nu maandelijks 250 euro zou gaan aflossen, en dat je de door die aflossingen uitgespaarde rente steeds zou inzetten om je aflosbedrag te verhogen. Uit de rekenmodule op berekenhet.nl blijkt dan dat je hypotheek eind 2031 naar 44.270 euro is gezakt. Zou je vanaf nu maandelijks 445 euro aflossen, dan heb je eind 2031 zelfs de hele hypotheek weggewerkt.

Los dus af met spaargeld, een belastingteruggave, een besparing, een bijverdienste, een schenking, erfenis of vakantiegeld, totaal tot hooguit het boetevrije bedrag per jaar. Zo demonteer je de tijdbom waarin je woont tijdig. En kun je rustig blijven slapen.

Erica Verdegaal is econoom, werkzaam als journalist en auteur van diverse boeken.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen