Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het is mij goed

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het is mij goed

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

“Het is mij goed, dat ik verdrukt ben geweest, opdat ik Uw inzettingen leerde” (Psalm 119:71).

Het bovenstaande woord is wel een van de opmerkelijkste uit de zo kostelijke honderdnegentiende Psalm. De dichter is verdrukt geweest. Op wat voor verdrukking hij doelt, weten wij niet. Er zijn om onze zonden immers zoveel verdrukkingen in het leven gekomen. Naaman had zijn melaatse lichaam, Job had zijn vijandige vrouw, Eli had goddeloze zonen, Abigail had haar Nabal, David had zijn Absalom, Paulus had zijn doorn in het vlees.

Zo zou ik verder kunnen gaan. Zelfs de wereld weet dat elk huis zijn kruis heeft en elk hart zijn smart, soms openbaar, soms verborgen. Hoe draagt nu de mens al die verdrukkingen? Soms is hij bitter vijandig en opstandig, zoals de vrouw van Job. Soms werpt een mens in wegen van druk de gehele godsdienst weg, waarin hij was opgevoed, en verandert hij in een briesende vijand. Soms draagt hij zijn kruis gelaten, en zegt: “Het wordt mij van geen mens aangedaan.”

Ook onder zulke schijnbaar berustende woorden kan echter een wereld van vijandschap en opstand schuil gaan. Maar een ding ontbreekt de natuurlijke mens: hij vraagt nooit naar de oorzaak van zijn kommer. Hij zucht onder het kruis, maar weent niet over de zonde.

En Gods kinderen? Hoe dragen zij wegen van druk en moeite? De Heere leidt juist Zijn lieve kinderen menig- maal in verdrukkingen, opdat zij zouden leren, erin te roemen, wetende, dat de verdrukking lijdzaamheid werkt, en de bevinding hoop, en de hoop beschaamt niet, omdat de liefde Gods in hun harten uitgestort is.

Maar denk niet, geliefde lezer, dat de verdrukking zelf lijdzaamheid werkt. Daarom moeten wij maar nooit vragen om diepe en zware wegen. O, als God een Asaf in de diepte voert, is hij nijdig op de dwazen, ziende der goddelozen vrede. En David spreekt in Psalm 39 van een tijd, dat hij verstomd was door stilzwijgen en zweeg van het goede, terwijl zijn hart heet werd in zijn binnenste en een vuur ontbrandde in zijn overdenking.

Toch mag David zeggen: “Het is mij goed, dat ik verdrukt ben geweest.” Onze natuur zal dat nooit zeggen. Hoogstens berust zij soms in de wegen van druk. Maar de dichter mag Gods doen goedkeuren.

Geliefde lezer, wanneer ge mij vraagt naar een der voornaamste kenmerken van het door God gewerkte leven, dan zeg ik: Gods doen goed te keuren. Niet anders te willen dan de Heere wil, al gaat Zijn weg in de dood. Zo ging Jona overboord.

Kent ge dat oprecht billijken van God, dat toevallen van Hem? Dit zijn de zoetste en onvergetelijkste plaatsen in het leven van Gods kinderen. In de verdrukking vallen zij Hem toe, hartelijk en onvoor- waardelijk. Vordert de ere Gods hun ondergang? Hij is recht in al Zijn weg en werk. Zie, daarom zegt de dichter: “Het is goed voor mij dat ik verdrukt ben geweest.” Er volgt nog iets: “opdat ik Uw inzettingen leerde!”

In drukwegen doen Gods kinderen meer ondervinding aangaande het geestelijke leven op dan in andere tijden. David leerde het goddelijk recht niet uit boeken of op een school, maar in tijden van druk en kastijding.

Uw inzettingen! Ach, wat worden die inzettingen, wat wordt dat Woord Gods toch dierbaar in tijden van benauwdheid. Bijzonder indien de Heilige Geest het behaagt, onze ogen te openen voor Hem, Die naar het Woord van Jesaja 53 van God geslagen en verdrukt was.

O, die tijden, dat de Heere wegen van druk gebruikt en heiligt om onze ogen te ontsluiten voor Hem, Die geen zonde gekend of gedaan heeft, maar Die onder de last van de zonde Zijns volks zo zwaar werd geslagen en verdrukt!

Dan mag Gods Kerk in waarheid betuigen: “Het is mij goed, dat ik verdrukt ben geweest, opdat ik Uw inzettingen leerde.” Geliefde lezers, wij hebben allen wel een kruis of smart in ons leven, hetzij zwaarder of lichter, hetzij verborgen of openbaar. Bijt niet in de roede die u slaat. Smeekt God of Hij de drukweg heiligt opdat ge aan Zijn voeten zoetigheid smaken mocht van hartelijke zielsvereniging met God en met Zijn doen.

‘t Is goed voor mij, verdrukt te zijn geweest,
Opdat ik dus Uw Godd’lijk recht zou leren;
Sinds heeft mijn hart voor hovaardij gevreesd.
Ai, doe mij steeds Uw wil als heilig eren;
Ver boven goud en zilver, en wat meest
De mens bekoort zal ik Uw wet waarderen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 februari 1997

The Banner of Truth | 28 Pagina's

Het is mij goed

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 februari 1997

The Banner of Truth | 28 Pagina's