Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VERMANINGEN EN RAADGEVINGEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VERMANINGEN EN RAADGEVINGEN

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

BIJBELSTUDIE OVEK 1 TIMOTHEUS 6 : 1 - 10

BIJBELSTUDIE OVEK 1 TIMOTHEUS 6 : 1 - 10

Knecliten en keren (vers 1 en 2)

De eerste woorden in dit hoofdstuk zijn gericht tot de slaven die christen zijn geworden, Hoewel de slavernij nu gelukkig is afgeschaft, valt er toch veel uit te leren. De christenen tot wie Paulus het woord richt, waren onvrij en. Ze waren het eigendom van hun heer. Maar hun was de vrijheid van Christus geschonken. Maar die christelijke vrijheid betekent geen plotselinge verandering, in hun maatschappelijke positie. Het was door het Evangelie niet ineens afgelopen met de slavernij. Ze bleven slaven, Paulus stelt nadrukkelijk, dat ze hun heren alle eer waardig moeten achten. Ze moesten zich niet door eigen begeerten naar vrijheid laten leiden. Nee, zij moesten rekening houden met de Naam van God en met de leer van het Evangelie: „opdat zo de Naam: van God en de leer niet gelasterd worde".

Stel dat alle slaven, die tot het christendom overgingen, van hun meesters wegliepen. Dan zou de indruk gewekt kunnen worden dat Paulus niets anders dan rebellie tegen het gezag en omkering van de maatschappelijke verhoudingen leerde. Natuurlijk heeft het Woord van God grote betekenis voor het maatschappelijk leven en de onderlinge verhoudingen, maar het geeft geen vrijheid voor revolutie en vernieuwingen zoals bijvoorbeeld het marxisme wil. Het is geen leer van maatschappijhervormingen.

Wel stelt het Evangelie de gelovigen van welke maatschappelijke positie en rang ook, in een geheel nieuw verband. Het stelt het oude in een nieuwe situatie. Het oude wordt geheiligd door de liefde, door de nieuwe gehoorzaamheid aan Christus, door het leven uit Christus.

Vanuit Hem is de heer broeder van de slaaf en dat betekent hem behandelen als een broeder, met weldoen. Anderzijds zal de slaaf zijn heer alle eer waardig achten. Calvijn vergelijkt de maatschappelijke situatie met een gezin, waarin orde en gezag is, V/aar de band van de liefde samenbindt. Waarin rechten en plichten harmonisch samengaan. Ddt zijn zaken die we ook vandaag wel mogen onthouden. Er verschijnt een stroom theologische lektuur, waarin voorgedragen wordt dat het Evangelie niet anders bedoelt dan een hervorming van de maatschappij.

Opgeblazenen en niets-weters (vers 3-5)

Paulus veroordeelt niet alleen dwaalleer, die met het Evangelie strijdt, maar alle nutteloze praatzucht. Dus al dat spreken over de zaken van de godsdienst, waar niet Christus, maar de mens het middelpunt van is. Deze woorden gelden hier in het bijzonder onbetrouwbare en onheilige leraars, die door hun eerzucht en hebzucht het onderricht in het Woord ontsieren.

Want uiterlijk vertoon en woordenpraal vervalst de prediking. Deze prediking komt niet overeen met de gezonde woorden van de Heere Jezus Christus. De macht van de woorden van de predikers ligt niet in hun kunstzinnigheid, in de zwaarte van de termen, maar in het feit dat ze gezond zijn. En dat zijn woorden die gezondheid aanbrengen en bevorderen. Het gaat er in de prediking altijd om, dat we van de ziekte der zonde genezen worden. Er is maar een. Woord in de wereld dat gezond maakt, dat is het Evangelie der verzoening door Christus. Dat is het Woord, dat Jezus. Christus in de wereld gekomen is om zondaren zalig te maken. Dat houdt natuurlijk tegelijk in dat ook dit de gezonde woorden zijn, die de mens aan zijn schuld en zonde ontdekken en zijn in-zichzelf-verloren-zijn aanwijzen, opdat er voor Christus plaats zal zijn. Ook verstrekken deze gezonde Vv^'oorden voedsel voor het geestelijk leven, al naar de stand van het leven. Het gaat dus niet om. een mooie prediking maar een goede.

Daarom is ook vereist dat ze overeenkomstig de godsvrucht is, nl. de vreze des Heeren. Tussen godsvrucht en de leer is een dubbele verhouding. Enerzijds is de ware godsvrucht overeenkomstig de leer, want ze heeft deze leer tot bron en zegel. Anderzijds zal, waar ware. godsvrucht openbaar is gekomen en gekend wordt, elke leer ook daaraan weer getoetst moeten worden. Calvijn zegt hiervan: het onderricht is noch godvruchtig, noch gezond, met welke gleed het ook schittert, als het zich niet richt op de vordering des hoorders. Daarom zal in iedere prediking de ontvouwing, van het Woord plaats moeten vinden, waardoor nieuwe en oude schatten voortgebracht worden.

Velen hebben een zwak voor twistvragen en woordenstrijd, waarin nijd, twist, verkeerde krakelingen enz. voortkomen. En hiermee worden die: strijdvragen bedoeld, die uiteindelijk leiden tot vitterijen. Deze worden door Paulus bestreden. Ook de hebzucht van deze predikers stelt hij aan de kaak; ze maken van de zogenaamde godzaligheid een winstgevend zaakje, voor hun wijsheid lieten ze zich goed betalen.

Een groot gewin (vers 6)

De ware godzaligheid brengt wel gewin. Maar die winst is van andere aard dan winst in geld. Door de ware godzaligheid worden we niet alleen erfgenamen van de wereld, maar bovenal van Christus en al Zijn goederen. Het profijt wordt aangewezen met het woordje: vergenoeging". Wat dit inhoudt komt het best uit in het voorbeeld van Paulus in Filipp. 4:11-13. Daar schrijft hij van zichzelf: Ik heb geleerd vergenoegd te zijn in hetgeen ik ben. En ik weet vernederd te worden, ik weet ook overvloed te hebben; alleszins en in alles ben ik onderwezen, beide verzadigd te zijn en gebrek te lijden. Ik vermag alle dingen door Christus, die mij kracht geeft". Daar zit dus niets in van jagen naar winst. En om toch vergenoegd te zijn al moet men armoede lijden, is een winst die de dwaalleraars niet kennen.

Niets in de wereHd gebracht (vers 7)

Om de begeerten naar de materie af te remmen, wijst Paulus erop, dat we niets in de wereld gebracht hebben en er ook niets daaruit kunnen dragen. De begeerte is veelal groter dan de behoefte. Wat behoeven we om te leven? Eten, drinken en een dak boven ons hoofd. We verlangen zóveel meer en zijn vaak zo bezorgd alsof we duizend levens hebben in plaats van één. Christus zegt: één ding is nodig. En: zoek eerst het Koninkrijk van God. Hoeveel aardse dingen we hebben, bij onze dood kunnen we niets meenemen.

Verderf en ondergang (vers 8 - 10)

Dat zijn de woorden waarmee de apostel aangeeft, waartoe de geldzucht leidt. Men zinkt er in weg als in een moeras. Wie zich voorgenomen heeft, rijk te worden, geeft zich als gevangene over aan de duivel. Geldgierigheid is een van de wortels waaruit allerlei kwaad kan voortkomen. Er is geen kwaad dat er niet uit kan ontstaan: belastingfraude, meineden, misleiding, omkoperij, zelfs moord. De Heere Jezus waarschuwt ernstig tegen het dienen van de Mammon.

Het verschrikkelijkste kwaad dat er is, is de afval van het geloof d.w.z. van de gezonde leer van het geloof. Men doorboort zich met vele smarten. Hierbij denken we aan de smarten die in het geweten geleden worden, als ook in de bezetenheid die deze arme mens voortdrijft.

Het gewone, het nodige, de eenvoud zij ons genoeg. Wat zou het ons baten als we de gehele wereld zouden gewinnen en aan onze ziel schade zouden lijden? De godzaligheid geeft eeuwige winst.

Vragen:

1. Op welke wijze trachtten sommigen het broederschap te misbruiken?

2. Wat betekent het dat de dwaalleraars niets weten?

3. Welke houding moet Timotheus t.o.v. de dwaalleraars innemen?

4. Lees Matth. 6 : 33. Wat wordt bedoeld met: l deze dingen?

5. Wat houdt geldgierigheid in vers 10 in? Zie kanttekeningen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 september 1980

Daniel | 28 Pagina's

VERMANINGEN EN RAADGEVINGEN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 september 1980

Daniel | 28 Pagina's