Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Op zoek naar de bevindelijke dichter

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Op zoek naar de bevindelijke dichter

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Weg wereld' Weg schonen! Gij kunt niet bevatten, hoe rijk of ik ben. a) Lodenstein; b) Groenewegen; c) Ledeboer; d) Van Alphen. Wat denk je van deze meerkeuzevraag? Als ik zou vragen: geef de volgende drie regels van het gedicht, zou het voor de meesten van jullie heel wat gemakkelijker zijn. Trouwens, ook mensen die de dichtregels regelmatig aanhalen, Indien zich nog wel eens in uitspraken als: ..Een zeker dichter zei....". Ook wordt zo'n gedichtje vaak aan een verkeerde dichter toegeschreven. Het is dus zo gek niet om de vraag naar de herkomst van dit soort gedichtjes te stellen.

Pieter Boddaert

Middelburg 1707. Het was woensdagavond. De catechisatie die in de Gasthuiskerk werd gehouden, was juist afgelopen en in drommen kwam de jeugd naar buiten zetten. Een groepje opgeschoten jongelui bleef wat hangen rond de kerk.

Kijk. daar komt de elfjarige Pieter Boddaert naar buiten. De aandacht van het groepje richt zich meteen op hem. Dat vrome ventje, dat zoveel van dc Bijbel wist. dat zo graag in 'goede boeken' zat te snuffelen!

De pijlen van spot (uit de koker van de duivel, overigens) troffen perfekt doel. Wie wil er nu buiten dc groep staan'? Pieter Boddaert in ieder geval niet! Hij deed zijn boeken aan de kant en vermaakte zich met zijn leeftijdgenoten, later met zijn medestudenten in I.eiden. nog later in de klub van advokaten. die in Middelburg regelmatig bij elkaar kwam om te feesten. Hij bemoeide zich niet met de 'fijnen', of het moest al zijn om met hen tc spotten.

En toen hij op zaterdagavond 4 februari 1719 door een kind van God. die evenals Boddaert gedichten schreef, uitgenodigd werd om over hun hobby te komen praten, had hij daar dan ook absoluut geen zin in. Het zou zoals altijd wel weer uitlopen op ccn geestelijk praatje. Hij kon evenwel met de beste wil van de wereld geen aanvaardbaar exkuus bedenken. En het liep die zaterdagavond uit op een geestelijke gesprek. Nou ja. gesprek. Pieter Boddaert luisterde en Willem Swankc (want zo heette hij) sprak erover hoe goed het is om de Heere te dienen.

Dit gesprek wilde de Heere gebruiken om die onwillige Pieter Boddaert tc bekeren. Nu kun je wel begrijpen, dat de dichter Boddaert. toen hij terugdacht aan de weg die de Heere met hem gegaan was. verwonderd schreef:

Waarom hebt Gij mij verkoren Waarom was 't op mij gemunt Daar er duizend gaan verloren Die Gij geen ontferming gunt: Schoon Gij ruim zo orote zonden Hebt in ntij als hen gevonden?

Barentsonius

Misschien heeft de jonge Boddaert nog wel catechisatie gehad van ds. Smytegelt. die in die tijd in Middelburg stond. Smytegelt zélf heeft in Goes catechisatie gehad van ds. Nicolaus Barentsonius. Deze schreef een lang gedicht (19 strofen) 'Niet dan Jezus'.

Daarin komen de regels voor: Heer, wat zou Gij mij toch geven? Geef mij Jezus of ik sterf Zonder lezits is geen leven Maar een eeuwig zielsverderf

Dit gedicht van Barentsonius is opgenomen in een veel verkochte bloemlezing uit de achttiende eeuw: 'Een nieuw bundeltje uitgeknipte (uitgezochte) geestelijke gezangen'. In andere gedichten uit deze bundel kom je ook bekende passages tegen. Uit een gedicht van Herman Witsius. een andere predikant te Goes: Zijt Gij met mijn doem gediend Zoek Uw eer, ik heb 't verdiend.

En in een gedicht uit dezelfde bundel, waar geen naam onder staat, lees ik:

Zonder U kun ik niet zuchten Niet van hier naar hoven vluchten.

Zoals deze twee regels al laten zien. ervaart de dichter in dit ontroerende berijmde gebed, dat hij uit zichzelf nu nooit meer in kontakt kan komen met God. Dat is wel andere taal dan de volgende - vaak geciteerde - versregels:

Daar moet veel strijds gestreden zijn; Daar moet veel leeds geleden zijn; En veel gebeds gebeden zijn; En Christelijke zeilen zijn; Een nauwe weg betreden zijn; Zolang wij hier beneden zijn; Zo zal 'l hierna in vreile zijn.

Dit versje heeft Dirk Camphuysen geschreven in het Album Amicorum (een soort poesie-album voor volwassenen) van zijn vriend en kollega Rudolf van Zijl. Kollega. je kunt beter zeggen: ambtsbroeder. want Camphuysen was predikant. Overtuigd Remonstrants predikant! Wie in onze kringen het gedicht citeert, kan zich afvragen of hij de betekenis van het gedicht wel goed inschat. Gaat het in het gedicht nu om dc vruchten van de wedergeboorte, of om de voorwaarden voor dc eeuwige vrede. Ik vrees het laatste.

Hieronymus van Alphen

Je weet nu nog steeds niet wat het antwoord is op de meerkeuzevraag aan het begin van dit artikel. Het antwoord moet zijn: d) Van Alphen. Hieronymus van Alphen. Inderdaad, die van Jantjes pruimen. Niet verwacht? Ik ook niet. Want onmiskenbaar is deze Van Alphen - zeker op latere leeftijd - onder de invloed gekomen van de Verlichting, die Gods genade preekte voor deugdzame mensen. i

In zijn eerste bundel 'Stichtelijke Mengelpoczij' staat het gedicht 'De rijke Bedelaar'. Dc aangehaalde strofe is een beetje veranderd in de loop der tijden:

Roem, Wereld! uw schallen Gij kunt niet bevallen Hoe rijk ik wel ben. 'k Heb alles verloren, Maar Jezus verkoren, Wiens rijkdom ik ken.

De laatste regel wordt vaak aangehaald als: 'wiens eigen ik ben'. Misschien is dat wel onder invloed van de eerstvolgende regel in het gedicht, die luidt: Nu ben ik de Zijne. Je komt in andere gedichten van Van Alphen ook bekende passages tegen, bijvoorbeeld in het gedicht 'De vrolijke i reiziger", met strofen die beginnen met Wijk werelds gewemel / Ik moet naar den Hemel en Hoe dichter ik nader / Aan 't huis van mijn Vader. De volgende regels van Van Alphen lijken niet helemaal in overeenstemming met het wat negatieve beeld, dat ik jullie zojuist heb voorgeschoteld:

Eigen krachten te verachten wordt in Jezus' school geleerd.

Groenewegen

In Werkendam woonden in dc achttiende eeuw de gebroeders Groenewegen. Johannes was dominee en Jacobus was waarschijnlijk iets van dijkwerker of molenbouwer. Uit hun bundel 'De lofzangen Israëls' komen nogal wat bekende citaten:

Zoete banden die mij binden Aan des Heeren lieve volk Wis zij zijn mijn liartevrinden Hunne laai mijn liarletolk.

Enkele strofen verder staat: Al was 'l volk van verre landen 'l Harte smolt toch samen in. Ook de bekende zinnetjes: Ik dacht niet dal mijn tere ziel Zoveel van 'l aardse overhiel'. en Ik vrees dal ik nog alles mis En nog mijn werk geen waarheid is. komen uit deze bundel, die hoofdzakelijk volgeschreven is door Johannes.

Slot

Zo, je kent nu weer wat dichternamen bij bekende citaten. Maar ken je de citaten zelf ook? Echt? Vanuit dc ervaring van jc leven? De beleving van je zonde, dc hang naar het aardse, de verbondenheid met Gods volk. het verlangen naar de gemeenschap met God? Weet dan. dat de bevinding van Gods kinderen eeuwen overspant. Daarom zijn de dichtregels ook blijven bestaan. Maar weet bovenal, dat Hij dc eeuwen door Dezelfde blijft. De God die de onverschillige Pieter Boddaert te sterk werd. leeft nog!

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 december 1991

Daniel | 40 Pagina's

Op zoek naar de bevindelijke dichter

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 december 1991

Daniel | 40 Pagina's