Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kiesrecht voor de vrouw in de kerk?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kiesrecht voor de vrouw in de kerk?

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

5.

Gods Woord en het kiesrecht.

Dezer dagen kregen we een brief van een ouderling uit één van onze gemeenten in het oosten van het land over de zaak, die ons bezig houdt. Met instemming hebben we zijn schrijven gelezen. Het is niet mogelijk om altijd op de brieven in te gaan in ons blad, die ons bereiken in verbandmetdezeartikelen of andere artikelen. Uiteraard zijn we dankbaar voor de instemmende reakties, die we mogen ontvangen. Deze brief vertolkt echter de mening van velen in onze kerken en sluit aan bij de vraag, die wethans wensente gaan bespreken, nl. of het in overeenstemming is met Gods Woord, dat de vrouw deel neemt aan de verkiezing van ambtsdragers.

Aan het begin van deze brief wijst de briefschrijver op de drang naar vernieuwing en verandering op het kerkelijk terrein, dievoorbijgaat aan de vernieuwing en verandering van het innerlijke leven. Wij weten, dat vele eenvoudigen uit alle delen van ons land zich dit uiteraard afvragen: waarom toch al die veranderingen, terwijl toch zo weinigdenoodzaak van de innerlijke reformatie naar voren komt?

Daarbij vraagt deze broeder zich af waarom toch zo’n drukte gemaakt wordt over een zaak, waarin Gods Woord toch duidelijk genoeg spreekt. En ook daarin vertolkt hij het gevoelen van vele eenvoudigen: Gods Woord is duidelijk genoeg. Trouwens, dit is het gevoelen vanenkeleeeuwengeweest. Reeds Voetius heeft zich beroepen op Gods Woord. Uitgaande van het verkiezen als een daad van regeren, heeft hij het recht tot verkiezen voor de vrouw verworpen op grond van die plaatsen in de Heilige Schrift, die de regeermacht in de kerk aan haar ontzeggen. En in feite heeft men op het gereformeerde erf — op een enkele uitzondering na — tot voor kort deze gronden erkend.

We noemen hier nu niet al de tekstenuit Gods Woord waarom ook wij menen, dat het recht tot de verkiezing van ambtsdragers niet toekomt aan de vrouw. SlechtseentweetalSchriftplaatsen uit het Nieuwe Testament vermelden we hier. Allereerst 1 Korinthe 14 : 34, 35: „Dat uw vrouwen in de gemeenten zwijgen; want het is haar niet toegelaten te spreken, maar bevolen onderworpen te zijn, gelijkook de Wet zegt. En zo zij iets willen leren, laat ze tehuis haar eigen mannen vragen. Want het staat lelijk voor de vrouwen dat zij in de gemeente spreken”.

En dan 1 Timotheiis 2:11, 12: „Een vrouw late zich leren in stilheid, in alle onderdanigheid. Doch ik laat de vrouw niet toe, dat zij lere, noch over de man heerse, maar wil, dat zij in stilheid zij”.

Het zal duideliik zijn wat hier de eeuwendoor in gelezen is, nl. dat een vrouw vanwegehaar bijzondere positie van onderworpenheid het regeren in de kerk ontzegd wordt. We komen er weer op terug. Echter mogen we het niet zonder meer voorbijgaan dat zo lange tijd in deze teksten het niet deelnemen aan de verkiezing door de vrouwelijke lidmaten gelezen is. Zonder dit nu te beoordelen, staat het toch vast, dat alleen ernstig onderzoek van betreffende Schriftplaatsen en daarmee ook van de verklaring die steeds gegeven is, tot verandering van inzicht kan leiden.

Van harte willen we hetonderschrijven, datde traditie niet beslissen mag, maar Gods Woord. We zijn niet rooms en wensen ons ook niet onder het gezag vantraditioneleverklaringen te brengen. lets anders is het eerbied voor de overgeleverde verklaringen — we denkenhier aan b.v. de kanttekeningen van de Statenvertaling — te hebben.

Nu doet zich een wonderlijke zaak voor. De voorstanders van het kiesrecht voor de vrouw erkennen zelf, dat er geen direkte aanwijzing bestaat in Gods Woord voor dit kiesrecht. In de reeds vaker genoemde toelichting worden wel zwakke pogingen gedaan in die richting. Althans de mogelijkheid wordt gesteld, dat bij de verkiezing van Matthias, in Hand. 1 beschreven, vrouwen meegestemd hebben. Ook wordt beweerd, dat de aanspraak„broeders” in Hand. 6 bij de verkiezing der diakenenniets zegt: hiermee wordt heel de gemeente bedoeld. A. M. Lindeboom ging in een „ Recht van eeuwen her” zelfs zover, dat hij schreef, biz. 55 ......„dat vrijwel als vaststaand kan worden

aangenomen, dat de zusters der gemeente in Jeruzalem hebben meegewerkt aan de verkiezing der diakenen”.

Ondanks al deze pogingen moet men toch schrijven: „De Schrift geeft in de onderhavige kwestie geen rechtstreeks gebod of verbod”. Het eerste: geen rechtstreeks gebod, willen we hier graag overnemen. Hetlaatste: geen rechtstreeks verbod, nemen we niet over. En we kunnen alleen maar zeggen, dat het duidelijk is, hoe onduidelijk deze zaak voor de voorstanders is!

Wat doen zij nu? De teksten, die op de geestelijke eenheid en gelijkwaardigheid in Christus wijzen, worden breed behandeld, b.v. Galaten 3 : 28: ......„daarin is geen man en vrouw.

Want gij zijt alien één in Christus Jezus”. Waar gaat het hier anders over dan over de geestelijke gemeenschap in Christus Jezus? Als de Heere door Zijn Geest het wonder van genade verheerlijkt in het hart van een man of vrouw, dan is er geen verschil. We zouden het alleen maar begeren, dat het eens meer gevonden werd in onze tijd. Alleen, doet dit de eigen positie van de vrouw in deze bedeling teniet?

Graag erkennen we de bijzondere genade, die de Heere soms juist aan vrouwen schenken wil. De vrouwen op de Paasmorgen werden v66r het ambt beweldadigd. Zelfs dienden zij het ambt door de boodschap, die zij aan de discipelen brengen mochten. Echter, wie kan en mag uit al deze bijzondere genadeweldaden redeneren tot het kiesrecht van de vrouw? Wij kunnen het niet anders zien dan dat in Gods Woord een duidelijk verbod ligt tot het regeren voor de vrouw in deze zin in de kerk. En wel in de aangehaalde Schriftplaatsen, mede om hun verband met wat de Heere in de eerste hoofdstukken van Genesis openbaart.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 april 1968

Bewaar het pand | 4 Pagina's

Kiesrecht voor de vrouw in de kerk?

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 april 1968

Bewaar het pand | 4 Pagina's