Uit de Bron (6b)

De geboorte van de Heere Jezus Christus

En zij baarde haar eerstgeboren Zoon en wond Hem in doeken en legde Hem neder in de kribbe, omdat voor henlieden geen plaats was in de herberg. (Lukas 2:7)

Nu was vervuld wat eens de profeet Micha had voorzegd: n gij Bethlehem Efratha, zijt gij klein om te wezen onder de duizenden van Juda? Uit u zal Mij voortkomen, Die een Heerser zal zijn in Israël, en Wiens uitgangen zijn vanouds, van de dagen der eeuwigheid (Micha 5:1).

Was die voorzegging niet precies uitgekomen?

Micha voorzegde in die tekst dat de Heere Jezus in Bethlehem Efratha zou worden geboren. Als het aan Jozef en Maria had gelegen, was Hij in Nazareth geboren. Maar dan zou de belofte van Micha niet vervuld zijn. Om die woorden van de Heere in vervulling te doen gaan, had keizer Augustus dat gebod moeten geven. Die machtige heerser dacht alleen maar aan roem, macht en eer. Daarom liet hij dat gebod uitgaan! Maar niet keizer Augustus maakte het wereldbestuur uit. De Heere regeert! Hij bestuurde het zo dat Jozef en Maria de voor hen onbegrepen weg naar Bethlehem moesten maken. In de Davidsstad Bethlehem, gelegen in de stam van Juda, moest de Heere als een Nakomeling van David geboren worden. Had de stervende Jakob niet uitgeroepen: uda, gij zijt het (Genesis 49:8).

Zó was het voorzegd en zó moest het gebeuren. Het blijft waar, wat wij zingen:

Maar d' altoos wijze raad des HEEREN Houdt eeuwig stand, heeft altoos kracht; Niets kan Zijn hoog besluit ooit keren; 't Blijft van geslachte tot geslacht. (Psalm 33:6)

De naam Bethlehem betekent ”broodhuis.”

Daarom moest de Heere Jezus, Die het ”Brood des levens” is, in deze plaats geboren worden. Later zou Hij Zelf getuigen het Brood des levens te zijn, nedergedaald om Zijn kinderen te voeden (Johannes 6:33 en 35). Op Hem had het manna gewezen dat uit de hemel was gevallen om de Israëlieten in de woestijn van eten te voorzien.

Maar wie zag in dit Kindeke de lang verwachte Zaligmaker?

Hij, de Schepper van hemel en aarde, lag als een hulpeloos Schepsel in een kribbe. De Heere Jezus, de Bezitter van hemel en aarde, had niet eens een wieg om in te liggen!

De Zoon des Vaders verliet Zijn hemels paleis en vernederde Zich zó diep, dat Hij als Mens in een beestenstal werd geboren en in een kribbe gelegd wilde worden. Is dat niet onbegrijpelijk? Waarom was dat? Waarom moest de Heere Jezus Zich zó diep vernederen?

Luisteren jullie naar wat de apostel Paulus hiervan zegt. Hij schrijft aan Gods kinderen: ant gij weet de genade van onzen Heere Jezus Christus, dat Hij om uwentwil is arm geworden, daar Hij rijk was, opdat gij door Zijn armoede zoudt rijk worden (2 Korinthe 8:9).

Horen jullie wat de apostel zegt?

De Heere Jezus wilde Zijn kinderen door Zijn armoede eeuwig rijk maken! Laten wij niet vergeten, dat de Heere Jezus Gods troon verliet en Mens werd om te kunnen lijden en sterven. Het hulpeloos Kindeke, Dat daar in de kribbe lag, was een heilig Kind, zonder zonde! Het zou straks voor de zonden van Zijn kinderen sterven en zó de eeuwige zaligheid voor hen verdienen. Was de Heere Jezus niet geboren, dan zou niemand ooit een nieuw hart hebben kunnen krijgen. Was Hij niet op aarde gekomen, dan was het onmogelijk geweest dat er ooit een mens in de hemel had kunnen komen. Daarom krijgen al Gods kinderen Zijn komst in deze wereld onuitsprekelijk lief. Zij zingen van Hem:

Beminlijk Vorst, Uw schoonheid, hoog te loven, Gaat al het schoon der mensen ver te boven. (Psalm 45:1)

(vervolg op pag. 266)

(Vervolg 'Uit de Bron')

Het was heel erg, dat er voor Maria, en dus ook voor haar Kind, geen plaats was in de herberg. Daarom moest de Heere in een stal geboren worden.

Maar, jongens en meisjes, bedenk dat er ook in ons hart geen plaats is voor de Heere Jezus. Van nature heeft geen mens behoefte aan de Zaligmaker. Hij leeft rustig verder zonder Jezus en vindt de dingen van de wereld veel belangrijker. In het boek Job staat: Maar niemand zegt: aar is God, mijn Maker ( )” (Job 34:10). Dat is het allerergste! We durven zonder de Heere te leven en te sterven.

Smeek de Heere daarom om een nieuw hart. Dan krijg je berouw over je zonden en zie je dat je hart een vuile en zondige plaats is. Zou de Heere in zo'n plaats willen wonen? Je gaat roepen om de Heere Jezus en Hij Die in een beestenstal wilde geboren worden, zal ook intrek in je hart nemen. Dan wordt het Kerstfeest voor je en zul je met Zacharias kunnen zingen:

Dus wordt des Heeren volk geleid, Door 't licht, dat nu ontstoken is, Tot kennis van de zaligheid, In hunnen schuldvergiffenis. (Lofzang van Zacharias:4)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen