Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bejaarden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bejaarden

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Deze week hield de Kamer in een Openbare Commissievergadering zich bezig met de enige tijd geleden verschenen Nota Bejaardenbeleid 1975. Om precies te zijn 13 juni 1975. De bejaarden kunnen niet klagen over gebrek aan belangstelling bij Regering en Parlement. Immers in 1970 verscheen eveneens een Nota Bejaardenbeleid. Het zou mogelijk een goede traditie zijn elke vijf jaar een Nota het licht te doen zien over dit onderwerp. In de materiële sfeer zijn er sedert 1970 een aantal verbeteringen bereikt. De AOW is structureel gewijzigd. Er zijn een aantal bejaardenwoningen gebouwd. Er zijn meer parttime gezinshelpsters aangetrokken, alsook meer ziekenverzorgsters. Voorts zijn er een aantal projecten opgezet en dienstencentra geopend. Meer verpleegtehuizen dat wil ook zeggen meer beddencapaciteit voor somatische en demente bejaarden. De taakstelling was 10 duizend bedden meer in 1975. Het zullen er bijna 20 duizend meer zijn. De Regering wenste voor de bejaardentehuizen minder snelle uitgroei, omdat de gedachte leefde dat een aantal bejaarden sneller dan gewenst en noodzakelijk in een tehuis terecht kwam. Tenslotte een wijziging van de Wet op de Bejaardenoorden.

In 1970 was de aandacht vooral gespitst op de meest kwetsbaren onder de bejaarden. De Regering meent dat in de noden van deze groep redelijk is tegemoet gekomen. Daarom is in Nota 1975 de schijnwerper gericht op de veel grotere groep van zelfstandig wonenden. Het gaat derhalve om een veel grotere groep en om een veel breder armslag voor het beleid. Wat dit aangaat kunnen we rustig vaststellen dat, als zoveel werk, ook de arbeid van de Regering nimmer klaar komt. Zodra doelen zijn bereikt ziet men nieuwe opgaven. Het is wel plezierig dat beide Nota's Nota Bejaardenbeleid heten. Gelukkig gaat het niet over een bejaardenprobleem. Dat zou bijzonder verdrietig wezen. De bejaarden een probleem nogal liefst. Want er bestaat natuurlijk wel zoiets. Ik herinner slechts aan de bekende uitspraak dat • een ouderpaar gemakkelijker tien kinderen kan groot brengen dan dat tien kinderen een vader of moeder kunnen verzorgen. Wij herinneren ons de wrange wijsheid uit voorbije tijden, toen de voorzieningen nog lang niet waren als thans. Wanneer wij van problemen gaan spreken of in ieder geval daar toch wel aan denken zonder het nog hardop te uiten, mogen wij ons wel afvragen of wij in het goede spoor ons bevinden, namelijk het spoor dat de Schrift ons wijst.

De Bijbel leert ons immers dat wij de ouden zullen eren. Het feit evenwel dat in die zin geboden zijn geformuleerd en vermaningen verwoord, bewijst dat hier niet van een vanzelfsprekendheid sprake is. Wat vanzelf gaat hoeft niet gezegd te worden. De trouw waarover de catechismus spreekt in de uitleg van het vijfde gebod blijkt ongetwijfeld ook in de bijstand in allerlei vorm die wij onze ouders bewijzen, wanneer zij hoog op jaren kwamen en hulp behoefden.

De nota heet Nota Bejaardenbeleid. Het woord bejaardenbeleid is voor tweeërlei uitleg vatbaar. De bejaarden namelijk kunnen het onderwerp en zij kunnen het voorwerp van het beleid zijn. Met andere woorden: Zij kunnen het beleid voeren en zij kunnen door het beleid opgevangen worden. Wij hoeven ons niet het hoofd te breken aan welke situatie van de beide genoemde we moeten denken. In de bijbelse tijden en ook in andere vroegere perioden was de maatschappelijke waardering van de bejaarde groter. Wanneer wij leren van oudsten en van ouderlingen die het beleid bepalen, begrijpen we tevens dat in samenlevingen waar de rollen op deze wijze verdeeld waren en waar de bestuurstaak de bedaagden toeviel de waardering voor de ouderdom als zodanig beduidend groter was. Toen hoefden geen nota's gemaakt te worden over de vraag welke aanpak aanbeveling verdiende. De ouden wisten het zelf wel.

Het is te begrijpen dat de mondige mens van deze tijd niet al te best weet wat hij met de ouderdom en derhalve ook met de bejaarde moet doen. Er zijn verschillende benaderingen. Nota Bejaardenbeleid 1975 noemt er enkele. Bijvoorbeeld de stelling dat bejaarden in een levensfase verkeren van losmaking. Zij treden uit het arbeidsproces en verliezen zodoende ongemerkt een heleboel contacten. Een andere theorie ontkent niet het waarheidselement van de voorafgaande, doch legt de nadruk op andere te weten nieuwe activiteiten die zeer wel kunnen worden ontplooid, wanneer gewone activiteiten vanwege de leeftijd ophouden. Het gaat er om dat de bejaarde zich niet verveelt, doch dat hij zinvolle bezigheden ter hand neemt om actief te blijven. Ook deze opvatting vond zijn bestrijders. Vandaar nog een andere benadering, die beide tot dusver genoemde probeert samen te vatten. Deze beweert dat nadat een proces van losmaking en zodoende van aanvaarding van de eindi^eid is doorgemaakt, de mens kin komen tot een hernieuwde verbondenheid met de maatschappij. Men doet als voorheen mee, en men leeft mee als tevoren, doch men doet mee op een afstand en men leeft mee op een afstand. Tenslotte memoreert de nota nog een vierde opvatting, die de maatschappijkritische heet en die een min of meer marxistische visie wordt genoemd. In deze opvatting komen de bejaarden er niet zo best af. Wanneer alles draait om produceren is er in feite geen ruimte meer voor bejaarden. Wij moeten hen maar zo voordelig mogelijk opbergen. Slechts voor bejaarden, die er financieel goed aan toe zijn bestaan er minder problemen. De bejaarden zijn door de bank genomen een lage en zwaldce klasse.

Wanneer wij de samenleving niet meer onder het licht van de eeuwigheid zien moeten beschouwingen als weergegeven oi^eld doen. De Apostel zegt dat de gelovigen de ellendigste mensen waren, indien zij alleen in dit leven hun hoop op de Heer e Jezus hadden gevestigd. De moderne leringen, die als christelijk de ronde doen, hebben zich niet bijster gestoord aan deze woorden van Paul us. Want wanneer wij de theologie van vandaag goed begrijpen lijkt het er toch wel op dat de betekenis van Christus alleen maar voor het leven hier en nu bestaat. Men sluit zich op in het gesloten cirkeltje van de wereld hier en van dit leven. In dat kader zijn de bejaarden de groep die op het punt staan voorgoed te verdwijnen. De wegwerp-mentaliteit, die om redenen van efficiency en economie velen in de greep kreeg, ziet niet veel meer in de ouderdom.

De Bijbel spreekt van losmaking. Ook van de geestelijke en lichamelijke achteruitgang. Prediker weet van kwade dagen die komen. De vermogens van de bejaarde nemen af. Zien en horen wordt minder . De benen worden krom en de handen beginnen te beven. Moeheid en matheid maken zich meester. Wij ontmoeten de uitdrukking: oud en der dagen zat.

Het kan echter ook anders. Zeer wel is mogelijk om in de grijze ouderdom nog vrucht te dragen. Het gaat er maar om dat wij, eer de kwade dagen ons als gewapende mannen schielijk overvallen, onze Schepper hebben gezocht. Jong gezocht is oud gevonden. God gevonden te hebben en veelmeer van God gevonden te wezen maakt de oude dag ondanks vele gebreken en bezwaren zonnig. In de grijze ouderdom dragen zij nog vruchten. Let op het woordeke nog. Het zijn rijpe, gerijpte vruchten die zij dragen. Van deze bejaarden gaat invloed uit. Al hebben ze geen officiële taken en aanstellingen leiding komt van hen voort.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 april 1976

De Banier | 8 Pagina's

Bejaarden

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 april 1976

De Banier | 8 Pagina's