Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Heb omgang met Mijn Naam!

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Heb omgang met Mijn Naam!

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

HET DERDE GEBOD

(1)

Bij eik van de tien geboden worden we allereerst bepaald bij een geschenk. De gave gaat telkens w 7 eer aan de opgave vooraf. Het eerste gebod wijst er op hoe de HEERE Zichzelf wegschenkt als de God van het verbond, het predikt dat Zijn hand naar ons is uitgestoken. Bij het tweede gebod blijkt dat Hij ook Zijn ware gezicht aan ons toont. Hij geeft ons Zijn Woord-beeld en rekent op die wijze af met alle denkbeelden en voorstellingen van God die mensen er op na houden en die in feite het zicht op Hem slechtts verduisteren. De gehoorzaamheid aan de beide eerste geboden houdt dus in dat wij de HEERE onze God-laten zijn door te wandelen aan Zijn hand en dat wij Hem zullen dienen naar Zijn Woord. Nu steekt het derde gebod nog een stap verder af in de diepte. God geeft Zijn Naam. Daarmee legt Hij Zijn hart bloot en doet Zijn hartslag horen. Hij roept ons op omgang te hebben met Zijn Naam, dat is te wandelen met Hem in de verborgen omgang. Er is een zeer nauwe samenhang met de vorige geboden. Toch is er een voortgang naar het centrum van het leven met de HEERE en het staan in de waarachtige vrijheid.

God heeft een Naam! 'Dat alleen reeds is een heilsfeit zonder wedergade.' (H. J. de Groot). Het is een heilsfeit dat God niet de grote X is, de grote Onbekende, de ongevulde Algemeenheid. Eigenlijk liggen alle heilsfeiten samengebundeld in de Naam. Terecht noemde M'iskotte de Naam de A van het bijbels abc en de alles dragende hoeksteen in het gebouw van de schriftuurlijke woordenschat. Het is een wonder van Gods nederbuigende goedheid dat Hij een Naam heeft. Voor Zichzelf heeft de HEERE geen naam nodig. Hij is immers de Enige, de volstrekt Unieke, en behoeft daarom niet middels 'n naam van anderen onderscheiden te worden. Wij mensen hebben behoefte aan een naam om voor elkaar aanspreekbaar te zijn. Iemand die op een onbewoond eiland verblijft verliest eigenlijk zijn naam omdat hij nooit meer bij zijn naam genoemd wordt. Dat zal hem uiteindelijk krankzinnig kunnen maken. Als mensen kunnen we niet tegen naamloosheid, we willen toch in elk geval voor sommigen een naam zijn en niet een nummer. Maar stel daar nu de HEERE tegenover. Hij is de Volzalige in Zichzelf. Hij is nooit alleen, want als de drie-enige God is Hij in Zichzelf een overstromende volheid van liefde en gemeenschap. Maar nu heeft het Hem van eeuwigheid behaagd een God van mensen te zijn. Daarom openbaarde Hij Zich. Hij drukte Zijn wezen uit in de Naam. Hij keerde Zijn hart naar ons toe in de Naam.

Wanneer we zo telkens spreken van dé Naam, is daarmee toch allereerst we! bedoeld de wondere naam JHWH, waarschijnlijk uit te spreken als Jahwe en door onze Staten-Vertalers weergegeven met het woord HEERE, geschreven met vijf hoofdletters. Bij alle veranderingen waaraan ook het nederlands als levende taal onderhevig is, lijkt het mij toch een goede gewoonte aan deze schrijfwijze en in elk geval aan het gebruik van de stomme e in de spreektaal vast te houden. Zo langzamerhand heeft 'HEERE' als aanspraak en eerbiedige aanduiding de kracht van een eigennaam gekregen. Het zal nodig zijn daarbij altijd weer de betekenis van de Naam Jahwe hierin te horen doorklinken. Wat is het een geweldig gebeuren geweest waarvan ons Exodus 3 verhaalt. Mozes kreeg bij het brandende braambos de hoge roeping en opdracht het volk Israël te gaan uitleiden uit Egypte. Maar zullen de Israëlieten hem als leider accepteren? Mozes kan wel zeggen: 'de God van de vaderen, van Abraham, Izaak en Jakob heeft mij gezonden' — maar daar zullen ze geen genoegen mee nemen. Ze zullen vragen: Hoe is Zijn Naam? Het is een stoutmoedige vraag die Mozes hiermee aan God voorlegt. Maak mij Uw geheim bekend, Wie zijt Gij, o God?

En dan is er het wonder van de stem uit het vuur. IK ZAL.ZIJN DIE IK ZIJN ZAL. Of: Ik zal met u zijn zoals Ik met u zal zijn. Zonder Mij aan u uit te leveren ben Ik toch helemaal bij u. Jahwe — deze Naam gaat zwanger van heil en is boordevol belofte. Deze Naam is uitdrukking van Gods verbondsliefde en trouw. Hierin ben Ik u nabij. Hierin betoon Ik Mij niet een verre en onvindbare God, maar Eén Die woont temidden van Zijn volk. Trekken we de lijnen door van het O.T. naar het N.T., dan zien we dat de HEERE nóg verder is gegaan met het ooenleggen van Zijn hart. Is de Naam Jahwe de knop van de bloem, in de namen Jezus, Christus, Immanuël bloeit de roos helemaal open. De Heere Jezus heeft de Naam gespeld en uitgelegd van kribbe tot kruis en Hij doet het van Pasen en Pinksteren tot de voleinding. In Christus heeft de Naam gestalte aangenomen in een mensenleven.

IJdel gebruik van de Naam

De openbaring van de Naam des HEEREN is een geschenk van Zijn neerbuigende goedheid, zo zagen we. Dat spreekt nog des te meer wanneer we bedenken dat God voorzien heeft dat mensen misbruik zouden maken van Zijn Naam, dat ze het Heilige zouden aantasten en daarmee de HEERE krenken en tergen. Denkt u zich dat eens in: de HEERE heeft het geweten dat Zijn Naam ontheiligd zou worden (een zaak die hij zéér hoog. opneemt) — maar dat heeft Hem er tóch niet van kunnen weerhouden Zijn Naam te openbaren. Wat blinkt Gods goedertierenheid daarin uit! Maar ook: wat steekt onze goddeloosheid daartegen af. Hoe beschamend dat het nodig was bij de Sinaï dat de HEERE Zijn eigen Naam tegen ons in bescherming nam!

Het derde gebod 'Gij zult de Naam des HEEREN, uws Gods, niet ijdel gebruiken' is letterlijker te vertalen als volgt: 'ge zult de Naam van Jahwe , uw God, niet tot ijdelheid opheffen.' Niet optillen voor een nietig doel. Niet in verbinding brengen met verkeerde zaken. Volgens de exegeet Fensham zou allereerst gedacht moeten worden aan meineed, vals zweren in de Naam van Jahwe — dan ook aan bepaalde magische spreuken om door het hanteren van de Naam, God voor eigen belangen te willen gebruiken en medemensen schade te berokkenen. P. A. H. de Boer schrijft 'het gaat hier om het Godbetrekken-bij-verkeerde zaken om die daardoor aannemelijk te maken bij onze medemens.' Naar mijn besef kunnen we inderdaad als het gaat over misbruik maken van de Naam ons vertrekpunt kiezen bij meineed en magie. Maar dan ligt er — als bij alle geboden — een weids terrein achter en omheen. Wanneer het derde gebod ons vermaant de Naam niet tot enige ijdele zaak op te heffen, dan is ons daarmee tevens positief geboden de Naam wèl op de rechte wijze op te heffen. Tegelijkertijd is ons dan ook vèrboden om de Naam helemaal niet op te heffen en dus Gods openbaring te negeren. Het is duidelijk dat dit derde gebod ons weer ruime stof tot overdenking geeft. De Heidclberger helpt ons weer uitstekend bij het uitzetten van wat grenspalen. Volgens antwoord 99 dienen we ons èn voor een verkeerd spreken èn voor een verkeerd zwijgen te wachten — maar de rechte omgang met de Naam te betrachten: 'dat wij de heilige Naam van God met vreze en eerbied gebruiken, opdat wij Zijn Naam op de goede wijze belijden, Hem aanroepen en Hem loven in al onze woorden en werken.'

Veenendaal.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 november 1979

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Heb omgang met Mijn Naam!

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 november 1979

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's