Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit de praktijk 65

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de praktijk 65

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het gaat het volk des Heeren in de wereld niet naar het vlees. Wij lezen in het Woord, dat de tegenspoeden des rechtvaardigen vele zijn, tegenspoeden inwendig en uitwendig, zodat de dichter in de Psalmen getuigt, dat hij de tegenheden zat was. Een mens van nature is het doorgaans niet met God eens. Hij heeft veelal wat op de leidingen des Heeren aan te merken. Later moet men over zichzelf zeggen: ik ben niet zo lief als ik er wel uitzie, want tegenheden in het leven vallen niet mee. Als die verdrukkingen tegenwoordig zijn is het geen zaak van vreugde, schrijft de apostel, en dat wordt ondervonden. Dan komen de waaroms op en dan doet de Heere het niet goed. Wat heeft de Heere veel werk om Zijn volk te leren en te bewaren, zodat zij des Heeren doen en leiding mogen goed en recht keuren, en de hand op de mond leggen, en betuigen: Uw doen is wijs en rechtvaardig. Als zij daar achter mogen komen mogen zij de zoete vrucht wel eens ervaren. Paulus schrijft: dat werkt een vreedzame vrucht der gerechtigheid. De Heere gebruikt de uitwendige toestanden wel eens tot lering of bevestiging van de inwendige. Als men daar een weinig kennis van verkregen heeft mag men opmerken: hoe eenvoudig werkt de Heere om een mens op de rechte plaats te brengen en de leiding des Heeren door duistere en moeilijke wegen goed te keuren. In de crisis-jaren vóór de tweede wereldoorlog was het voor onze vriend een moeilijk leven, zoals voor zovelen in die jaren, die werkloos heel krap door de tijd moesten. Hij mocht met zijn omstandigheden de toevlucht nemen tot die God, die het in zijn leven boven bidden en verwachting zo menig maal wel gemaakt had. Daar werd hem werk aange-boden in het noorden des lands, vier weken van huis en voor een zeer laag loon. Hij besloot daar heen te gaan.

’s Morgens voor zijn vertrek las hij in opvolging een gedeelte uit het Woord, waar in stond, dat de Heere zou spijzigen met brood der bedruktheid en water der bedruktheid. Toen hij dat zo las sloeg dat zo op hem in, dat hij geloofde, dat hem een moeilijke tijd te wachten stond.

Op de plaats van bestemming aangekomen viel het hem bitter tegen. Hij moest zeer schraal door de tijd en wat het ergste was, hij was het in het minst niet eens met de wegen des Heeren. Waarom moet het nu zo ? Het was een en al opstand van binnen. De Heere deed het niet goed. Dit duurde acht dagen. Geen lichtpuntje werd hij gewaar. Totdat op die onvergetelijke dinsdagmorgen zijn oog als geboeid werd, ziende de schone natuur door God zo wijs en goed geschapen. Het werd in hem als een onderhandeling, waarom het de Heere behaagd had het gras een groene kleur te geven en de bloemen rood, geel of blauw. O, welk een gezicht kreeg hij hier in de vrijmacht van God in de natuur. En de Heere heeft daarvan gezegd, dat alles goed was, wat Hij gemaakt had. En nu beliefde het des Heeren Geest dit toe te passen op het geestelijk leven van onze vriend. Hoe het nu des Heeren beschikking was hem te leiden in wegen tegen vlees en bloed in, waarin het openbaar wordt wat er in een mens huisvest, al is het dat men van genade mag spreken, en ook beleeft wat genade inhoudt. O als de verdorvenheden de boventoon voeren, waartoe is men dan niet in staat ?

Maar om op onze vriend terug te keren, dit onderwijs deed hem laag en diep buigen voor de Heere. Zijn opstandigheid was voor die tijd weg. Hij kreeg die wegen van tegenspoed goed te keuren en hoewel hij naar het uitwendige in dezelfde omstandigheden bleef verkeren, hij mocht het eens zijn met des Heeren handelingen en ondervinden dat de Heere met hem was.

Op zondagmorgen bezocht hij de kerk. Daar werd voorbereiding voor het Heilig Avondmaal gepredikt over het onwaardigheidsgeloof van de hoofdman. Daar beliefde het de Heere zo duidelijk en krachtig het Woord te gebruiken tot zijn onderwijzing en bevestiging, dat hij na vele jaren vertelde maar zelden zulk een voorbereidingspreek gehoord te hebben.

’s Middags vroeg in de kerk zijnde, maakte de koster een praatje met hem, want hij was in die plaats een vreemdeling en hij kende daar ook niemand. Nu sprak hij enkele woorden uit de volheid van zijn gemoed. Daar hoorde een man iets van die juist de kerk inkwam en naast onze vriend ging zitten en hem uitnodigde om na de dienst met hem mee te gaan naar zijn huis. Daar ontmoette hij vijf mensen die allen mochten vertellen van de handelingen des Heeren in hun leven. Het was een zeer aangename ontmoeting. De vader van dat gezin zeide: toen ik u een paar woorden hoorde spreken tot de koster, gevoelde ik een band en zeide: die man spreekt een bekende taal. Zijn taal maakt hem openbaar.

Toen de Heere onze vriend had overgebogen, zodat hij de leidingen des Heeren mocht goedkeuren, was alles goed wat de Heere deed en mocht hij ondervinden, dat de Heere zeer groot van goedertierenheid is voor degenen die Hem vrezen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 april 1981

Bewaar het pand | 6 Pagina's

Uit de praktijk 65

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 april 1981

Bewaar het pand | 6 Pagina's