Eindtijd laat zich nooit berekenen

Over de komst van de Messias en het aanbreken van de Messiaanse tijd is er „een boek in de joodse Bijbel dat zeer duidelijke uitspraken doet. Dat boek werd geschreven door de profeet Daniël die leefde in de zesde eeuw voor onze jaartelling” (22).

Op grond van de bestudering van Daniël komt de schrijver tot de conclusie dat in het jaar 1844 de „tijd van het einde” een aanvang moet hebben genomen (59). Op grond van de perioden genoemd in Daniël 12:11-12 komt de schrijver tot de conclusie dat de vestiging van de staat Israël in 1948 vanuit die profetieën aangetoond kan worden. Dat zou ook gelden voor het jaar 1993, toen de eerste schreden werden gezet op weg naar vrede in het Midden-Oosten. En in datzelfde jaar heeft het Vaticaan het bestaansrecht van de staat Israël erkend. Een gebeurtenis die verstrekkende betekenis kan hebben voor de joden in Israël en de diaspora (86).

Betekent dat dan dat wij nu in de allerlaatste fase van de eindtijd gekomen zijn? Voor deze allerlaatste gebeurtenissen geeft Jezus Messias (!) ons inzicht door het visioen aan Johannes in het bijbelboek Openbaring (87).

Zeven tijden

Volgens de schrijver wordt in de eerste elf hoofdstukken van de Openbaring de periode van groei, rijping en oogst in de natuur aangegeven. Dat komt overeen met de zeven tijden tussen de eerste komst en de wederkomst van de Messias. De mensheid rijpt voor de oogst, het laatste oordeel. In de hoofdstukken 12 tot en met 22 wordt aangegeven dat Gods volk vervolgd zal worden en wat er zal gebeuren voor de komst van het laatste oordeel en de komst van de nieuwe hemel en aarde. Dit bijbelgedeelte zou aansluiten bij Daniël (93).

De zeven gemeenten zouden de kerkhistorische fasen aangeven. Sinds 1844, „Het door de profeet Daniël voorzegde keerpunt in de geschiedenis der mensheid, tot op heden kunnen we spreken van de periode van wereldzending” (147).

Verder zou 1844 het einde aangeven van de periode van het beest uit de zee en het begin van de wereldlijke macht van het beest uit de aarde, de tijd van het einde (141).

Pausdom

Het beest uit de aarde wordt aangeduid als het pausdom (122). Het pausdom wordt samen met het misleide protestantisme en het spiritisme aangeduid als het geestelijk Babylon, als de doodsvijanden van de kinderen Gods (125).

Babylon, als wereldomspannende macht die vlak voor de wederkomst van de Messias de mensen met religieuze drogredenen in geestelijke verwarring zal brengen, probeert Gods kinderen afvallig te maken en daarvoor dienen alle middelen (128/129),

Op grond van verdere gegevens uit het laatste bijbelboek komt Kooren tot de conclusie dat de gemeente tot de herfst van 1994 de gelegenheid zou hebben om de boodschap van Gods Rijk in volle vrijheid te brengen en dat daarna de „belemmering van de boodschap een aanvang zou nemen”. Het beest uit.

Hoe het ook zij, het einde is het nog niet. De vijfde bazuin is slechts het eerste wee, nog twee weeën komen hierna (Openbaring 9:12) (165).

Ten aanzien van het duizendjarig rijk is de visie dat aan het begin van die periode, de eerste opstanding, de opstanding plaats zal vinden van al de rechtvaardigen en dat aan het eind van de duizend jaren een tweede opstanding plaatsvindt. Dat is de opstanding van de ongelovigen en de godloochenaars (191/192).

Dag niet bekend

Het bovenstaande geeft een idee van de hoofdzaken die in het boek aan de orde komen. Bij het kennis nemen van deze publikatie moet je oppassen om niet apathisch te worden vanuit de gedachte: Het is de zoveelste poging om achter de geheimen van het Woord te komen ten aanzien van de profetieën over de eindtijd.

Het is duidelijk uit het bovenstaande dat de schrijver niet zo gedetailleerd alles beschrijft als Hal Lindsey in diverse publikaties. Veel van de inhoud van het boek is ook in andere publikaties te vinden. De dag en ure van de wederkomst is niet bekend, maar laten we de tekenen der tijden niet negeren, want we moeten waakzaam blijven. Is er olie genoeg in de lamp? Want de Heere komt onverwachts.

Van belang zou ook zijn om aan de schrijver te vragen wat hij bedoelt met de opmerking: Het boek handelt over de Messiasverwachting die leeft zowel bij de joden als christenen. Het leidt tot één conclusie. Kooren geeft dan een citaat van de jood Lapide: „Als slotsom van ons gesprek zou ik willen zeggen, dat wij joden en christenen beiden leven uit de hoop. Wij pelgrimeren een en dezelfde Messias tegemoet, wiens identiteit wij vermoeden, maar niet kunnen weten, en wij bouwen rotsvast op een en dezelfde genadevolle liefde van God, zonder wie ons bestaan zinloos zou zijn” (14).

De Schrift zegt duidelijk dat Jezus de Borg en Zaligmaker is voor jood en heiden (Efeze 2:11 e.v.). Hij is de Weg, de Waarheid en het Leven (Johannes 14:6).

N.a.v. ”Het Messias Mysterie. Trilogie over het komende Godsrijk”, door ds. N. Kooren M.A.; Uitgeverij Prospect Publikaties, Apeldoorn, 1994,- ƒ 24,50.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen