Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Koninklijke wet

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Koninklijke wet

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Stelt u zich eens voor, dat H.M. Koningin Beatrix met haar man en kinderen op een zondag zomaar een kerkdienst bij u in de plaatselijke gemeenten bijwoonde... Ik denk, dat de kerkgangers na afloop van de dienst met elkaar zouden spreken over deze bijzondere bezoekers. En de meesten zouden wel trots zijn, dat de koninklijke familie bij hén in de kerk was geweest.

Trots: We tellen als kerk, als christenen toch nog mee!" Maar ook dankbaar en dat lijkt mij volkomen terecht. Dankbaar mogen we zijn, wanneer de hooggeplaatsten, de regeringsfunctionarissen en de topfiguren uit onze maatschappij openlijk willen uitkomen voor hun geloof en luisteren naar Gods Woord. We moeten trouwens zeggen, dat het de groten van deze wereld ook past zich te buigen voor de Koning der koningen. „Alles moet Hem eren!" (Psalm 32 : 2 ber.).

Maar nu de andere kant van de médaille: denkt u zich in, dat er een arme sloeber de kerk binnenloopt. Een schooier, in lompen gekleed. Misschien wel iemand, die berucht is doordat hij van tijd tot tijd stomdronken over de straat zwalkt. De kerkgangers praten wat achter hun hand: wat moet die kerel hier? Onwillekeurig ga je dan wat meer breeduit zitten, of je legt je tas of je psalmboek naast je op de bank. Als hij maar niet naast mij komt zitten... dat lijkt me niet zo fris.

In jakobus 2 tekent de apostel precies zo'n tegenstelling: enerzijds een rijk en aanzienlijk man — goudgevingerd, duur gekleed. Met alle égards wordt hij behandeld. De koster snelt toe om hem de beste stoel aan te bieden. Anderzijds een arme, die op een kruk mag zitten — per gratie! — of met een staanplaats achterin genoegen kan nemen. Ja, zo gaat dat... „O ja? " zegt Jakobus, „gaat dat zo? " Maar in de gemeente van Jezus Christus kan dat niet en mag dat niet, als we tenminste écht iets van het evangelie hebben verstaan, als we tenminste geleerd hebben wat vrije genade is..."

Jakobus trekt hier direkt de lijn door naar het hart van de bijbelse boodschap. Leest u maar mee in Jakobus 2:5: Hoort, mijn geliefde broeders! Heeft God niet uitverkoren de armen in deze wereld om rijk te zijn in het geloof en erfgenamen van het Koninkrijk, dat Hij belooft aan hen, die Hem liefhebben? "

Kijk, wij moeten het er allemaal van hebben, dat God niet discrimineert. God discrimineert niet — dat is de koninklijke wet van de liefde! De wet, waar de Koning der koningen Zich aan houdt.

De wet, die Koning Jezus heeft vervuld. De Heiland zocht de verloren schapen op. De Heere Jezus verkeerde in het „slecht gezelschap" van hoeren en tollenaars. Uiteindelijk hing Hij aan het kruis tussen de moordenaars — Gods eigen Zoon op één lijn gesteld met twee ordinaire straatschuimers.

De apostel Paulus wijst erop, dat Gods verkiezende liefde voorbij gaat aan wijzen, aan machtigen en aan edelen, maar dat Gods verkiezende liefde zich keert tot het dwaze van deze wereld, tot het zwakke, het onedele en het verachte (1 Kor. 1 : 2.6—31).

Ik zei: „Daar moeten we het allemaal van hebben". Van het feit, dat God niet .discrimineert. Stel je voor, dat je niet als Zijn kind kon worden aangenomen als je niet eerst een diploma had behaald, of als je niet over een stevige bankrekening kon beschikken om zo de toegangsprijs te bepalen voor het Koninkrijk. Of dat je je hele leven lang jezelf in allerlei bochten moest wringen om zo een bepaalde voorkeurspositie bij God te verkrijgen. Als je aan die en die voorwaarden voldoet, dan sta je in een goed blaadje bij de Heere!

Maar zó is het niet! Integendeel!

Onze prestaties en onze pretenties, onze rijkdom en onze macht, onze status en onze stand staan ons juist in de weg.

Wat ik moet leren zien door Woord en Geest is, dat ik voor Gods aangezicht zondaar ben, ellendige, goddeloze en niets meer.

Weet u, op menselijk niveau zijn er allerlei verschillen. Verschillen, die zomaar niet genivelleerd mogen worden.

Wanneer we het spreekwoord „gelijke monniken, gelijke kappen" aanhalen, dan dienen we ook te bedenken, dat de 'monniken' niet allemaal gelijk zijn en dat daarom de 'kappen' niet allemaal gelijk kunnen zijn!

We kunnen nu eenmaal het onderscheid niet weg-nivelleren tussen (om maar iets te noemen) de gevangene en de officier van justitie, de oplichter en de minister van financiën, de godloochenaar en de bezielde evangelist. Een lampje van 25 Watt schijnt niet zo helder als een lamp van 120 Watt. In een donkere kamer is het onderscheid duidelijk te zien, maar zet nu die beide lampen eens buiten in het helle zonlicht... daar valt het onderscheid weg! Vat u het?

In de ontmoeting met God staan wij mensen allen tezamen op één lijn: de doodslijn! In de laatste ernst, waar het oordeel Gods over ons leven gaat, blijft er voor u en voor mij (wie en wat we ook zijn) slechts de schreeuw om genade over.

„Gena, o God, gena — hoor hoe een boeteling pleit".

Floris B. Bakels schrijft ergens in zijn boek „Nacht und Nebel" over de volstrekte gelijkschakeling in de concentratiekampen, waar men de eigen kleding moest afgeven en iedereen dezelfde gevangenisplunje aankreeg.

Welnu, voor Gods heilige ogen dragen wij allemaal hetzelfde gestreepte gevangenispak. En nu is dit de koninklijke wet van Gods liefde, dat Hij goddelozen rechtvaardigt om niet, alleen door het geloof in Jezus Christus, de Gekruisigde.

We hebben een Woord voor de wereld! De boodschap, dat Gods genade rijk en vrij is. Al bent u letterlijk de grootste zondaar, die op deze wereld rondloopt, de liefde van God in de Heere Jezus Christus wil ook in uw leven, in jouw leven doorbreken als de zon door de dichte wolken.

Al hebt u nooit naar God gevraagd... Al kent u de naam van Jezus slechts als een stopwoord...

Al sprak u tot nog toe over de bijbel slechts spottend...

Al zag u nooit de kerk van binnen... Kom als een verloren zoon, als een verloren dochter tot God terug. Stel niet uit Hem aan te roepen om genade. Doe het vanavond nog! In uw kamer of in uw cel, op uw ziekbed of in uw auto. Jezus neemt de zondaars aan!

Weet u, weet jij daarvan? Kennen we het wonder van Gods genade? Dan heeft Jacobus vanavond nog een boodschap voor ons! We lezen in vers acht van Jacobus 2: „Indien gij dan de Koninklijke wet volbrengt naar de Schrift: 'Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf', zo doet gij wel".

Staat u met lege handen voor God? Ga je telkens weer als een goddeloze door het nulpunt van Gods vonnis heen? Leef je erbij, dat Jezus als 'een koopman in oud roest' Zich over het afgedankte en afgekeurde ontfermt; dan leren we iets van de Koninklijke wet om de naaste lief te hebben als onszelf!

God discrimineert niet. We hebben onze naaste lief zonder enige discriminatie. Want er staat niet: „uw sympathieke naaste" of „uw westerse naaste", maar zondermeer „üw naaste!" Dus ook mijn gevangen naaste, mijn communistische naaste, mijn homofiele naaste, mijn zwarte naaste.

Als ik zondaar voor God ben, hoe kan ik dan met stenen werpen? Hoe kan ik anderen minderwaardig vinden, de neus voor hen ophalen en hen met de nek aankijken?

Dat betekent niet, dat we zonde geen zonde meer mogen noemen. En het betekent evenmin, dat we de duisternis licht mogen noemen, of het kwade goed mogen heten!

We zullen bijvoorbeeld homosexuele praktijken op grond van de Schrift als zonde aanmerken, maar we discrimineren de homofielen niet!

We zullen zij aan zij met hen staan in de strijd. We willen naast hen en mèt hen schuld belijden, als zij in die strijd een nederlaag moesten lijden.

We verwerpen abortus provocatus als kindermoord, maar we stoten de vrouw niet af, die in haar wanhoop die abortus liet verrichten.

We gaan mensen niet doodverven met gezegdes als: wie eenmaal steelt is altijd een dief, of de appel valt niet ver van de boom.

We ontworstelen ons aan etiketjesplakkerij en discriminerende vooroordelen over 'die zwarten' of 'die Zuid-Afrikaners', over 'die werkelozen' of 'die direkteuren', over 'die jeugd van tegenwoordig' of 'die ouden van dagen'.

En waarom? Omdat we de Koning hebben leren kennen, Die — naar Psalm 72 — „aan armen uit gena, Zijn hulp ter verlossing wil tonen, Hij slaat hun zielen ga".

Van Hem leren we de Koninklijke wet om onze naaste lief te hebben als onszelf, zonder discriminatie.

Amen.

Naschrift

In deze meditatie, uitgesproken voor de E.O.-microfoon op zaterdagavond 23 januari j.1. heb ik het in deze maanden extra zwaar belaste woord 'discriminatie' gebruikt. Van

harte ben ik het eens met het krachtig verzet dat óók door de E.O. wordt aangetekend tegen het voorontwerp wet gelijke behandeling (de zogenaamde 'anti-discriminatie wet'). Het lijkt mij echter nodig telkens te beklemtonen dat geen christen het pleit mag voeren voor discriminatie van ménsen, ook niet op grond van hun afwijkende sexuele geaardheid. Van fundamentele betekenis is het verschil tussen homifilie als geaardheid en anderzijds homosexualiteit als uitleving van die geaardheid. Alleen op grond van die uitleving en praktisering kan iemand ontslagen of in een sollicitatieprocedure afgewezen worden. Er valt geen bezwaar in te\ brengen tegen het aanstellen van een homofiel die in onthouding leeft. Een enkele luisteraar had deze bedoeling niet begrepen.

Vandaar dit naschrijft.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 februari 1982

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

De Koninklijke wet

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 februari 1982

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's