Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

het oosterse Lanöschap

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

het oosterse Lanöschap

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het dal van de Jordaan 2.

NEDERZETTINGEN.

Het moest ons opvallen, dat er in de Jordaanvallei zo weinig steden hebben gelegen, terwijl de natuur er toch zo mooi is en water vlakbij. Drie redenen kunnen we daarvoor opgeven:

1. De hitte in het dal is groot. De Israëlieten bouwden daarom liever hun dorpen op de hoogten en daalden naar het dal af om te zaaien en te oogsten.

2. De vallei was in oude tijden onveilig door wilde dieren.

3. De veelvuldige invallen door „de kinderen van het oosten." Op een hoogte kan men zijn nederzetting gemakkelijker verdedigen dan in een dal.

Toch lagen er wel enkele nederzettingen in de Jordaan vallei, maar dan bij „de veren." We noemden reeds, gedeeltelijk in vorige artikelen, Beth-San, Sukkoth, Adam en Enon bij Salim, waar Johannes doopte.

Maar de stad in het Jordaandal is Jericho, de vesting, die de weg van het Jordaanveer naar Juda beheerste. We zouden een apart artikel aan deze stad kunnen wijden. We zullen dat echter nalaten, omdat we hierover uitvoerig geschreven hebben in de serie „Opgravingen." Men zie aldaar.

Ten noorden van de Dode Zee, oostelijk van de Jordaan monding, heeft de oudheidkundige afdeling van het Pauselijke Bijbelinstituut opgravingen verricht van de ruïneheuvels Teletat Ghassoel. Daarbij bleek, o.a. uit gevonden voorwerpen van gepolijste vuursteen, potscherven en werktuigen, dat hier een stad heeft gelegen uit de oudste bronstijd (tot 2000 v. Chr.) Uit een latere periode is niets aanwezig. Het is, alsof de geschiedenis daar plotseling eindigt in Abrahams tijd. Bovendien blijkt uit de opgravingen de mogelijkheid van een catastrofe. Er werden n.1. eigenaardige aslagen gevonden. Blijkens microscopisch onderzoek is deze as niet afkomstig van een vulkanische uitbarsting. Het is, alsof een felle brand, die op verschillende paatsen gelijktijdig woedde, een ganse stad heeft verwoest. Een vrij hoge beschaving moet er hebben geheerst. Daarvan getuigen de fraaie versieringen op het aardewerk en de muurschilderingen. De fundamenten der eeuwenoude huizen wekken bewondering door de soliede constructie. Men vond huizen met meerdere vertrekken, met ruime binnenplaatsen, met aarden vaten stevig in de grond geplant, vaten uit die tijd, en die waarschijnlijk gebruikt werden als bewaarplaatsen voor graan. Hebben we hier te doen met één der „steden der vlakte? " „Abraham dan woonde in het land Kanaan; en Lot woonde in de steden der vlakte en sloeg tenten tot aan Sodom toe." (Gen. 13 : 12). m.a.w. zou men hier kunnen denken aan de verwoeste steden Sodom en Gomorra, Adama of Zeboïm? We zullen er hier verder over zwijgen, maar er D.V. bij de behandeling van ons volgende onderwerp op terugkomen.

Een stad, waar we thans nog wel iets van willen zeggen, is Caesarea Philippi, helemaal in het noorden gelegen. Het lag daar tijdens Christus' omwandeling op aarde. Deze stad is waarschijnlijk zeer oud en misschien hetzelfde als Baal Gad of Baal Hermon uit het Oude Testament. Pbilippus de Viervorst verfraaide haar en noemde ze Caesarea. In de eerste eeuwen onzer jaartelling had de stad eigen munten, waarop men bij sommige afbeeldingen ziet van de Griekse god Pan, op andere die van verschillende romeinse keizers met hun titel Divus (de goddelijke). Hieruit blijkt, dat Pan er toen nog werd gediend en tevens goddelijke eer werd bewezen aan de keizer. Daar, waar zoveel heidense heiligdommen de schoonheid der natuur verstoorden, is Christus met Zijn discipelen geweest. „Het is daarom hoogst opmerkelijk, dat zij juist daar en juist toen huns Meesters recht op het geloof met zoveel nadruk beleden, en dat de belijdenis dat Christus de Zoon Gods is, hier werd uitgesproken nabij het altaar van een mens, die vergoddelijkt werd. Want hier heeft Simon Petrus op de vraag van zijn Meester geantwoord: „Gij zijt de Christus, de Zoon des levenden Gods." (v, Deursen).

Op het ogenblik heeft de Staat Israël het Jordaandal niet geheel in zijn bezit. Een gedeelte behoort aan Israëls vijanden, terwijl op andere plaatsen de Jordaan weer grensrivier is. In het Israëlische gebied liggen de moerassen bij het Iloele-ineer, waar de Jordaan dwars doorheenstroomt. Dit Iloelemoeras is een eigenaardige wildernis met ondiepe wateren tussen papyrus-wildernissen en ruigten van struiken. Dit moeras vormt een grenszoom of grensvlak. Nu is het een bekend feit, dat moerassen misschien wel de sterkste van alle natuurlijke grenzen vormen. Zo'n gebied is moeilijk toegankelijk en de bevolkingsgroepen ter weerszijden zijn gescheiden door een verraderlijke wildernis. Nu wil Israël deze moerassen gaan droogleg-

gen. Maar daarmee gaat de natuurlijke grenszoom verdwijnen en dan gaat de strijd ontbranden over de vraag, waar de grenslijn moet komen. Dan staat het nog te bezien of de sterkste zich niet in het bezit zal stellen van het drooggelegde. Zo wordt hier opnieuw een wrijvingspunt geschapen bij de vele, die er reeds zijn, tussen Israël en de Arabische landen. Grensincidenten, schietpartijen en artillerieduels, benevens patrouillegevechten zullen in de toekomst het gevolg zijn, als tenminste de wapenstilstand niet spoedig omgezet zal worden in een officiële vrede.

Thans is het Hoelemoeras nog voor 't grootste gedeelte in natuurlijke toestand. De papyrus wordt afgemaaid en van dit riet worden matten gevlochten en eenvoudige hutten gebouwd. Bovendien is dit gebied belangrijk voor de observatie van malaria, voor welk onderzoek een laboratorium werd gesticht. Maar zoals gezegd, heeft Israël nu besloten tot drooglegging. Dan zullen er vruchtbare akkers komen. Doch reeds in dit stadium wil men strijden over souvereiniteitsrecht en over de grens tussen de staten Israël en Syrië. Zo ontwikkelt zich hier niet alleen een nieuw land, maar ook een mensentype, dat gehard is in de strijd tegen de moeilijkheden, die de natuur biedt en in het gevecht met de bevolking, die aan de pionier vijandig is. Zo komt er spanning „aan de bovenste wateren."

Voor de toekomst is een fantastisch plan ontworpen door de Amerikaanse ingenieur Walter Clay Lowdermilk naar het voorbeeld van de Tennesse Vallei in zijn vaderland.

De voornaamste doeleinden van het project omvat het aftappen van het water van de Jordaan, de Jarmoek en de Jabbok in open kanalen of gesloten pijpleidingen over de hellingen van het Jordaandal. In een stout plan wil met dit water omhoogbrengen en dan daarmee de velden van Jizreël, Beisan en andere vlakten van Galilea bevloeien. Men schat dat daarmee 60.000 ha geirrigeerd kunnen worden. Daardoor zal er echter geen Jordaanwater meer naar de Dode Zee uitstromen. Lowdermilk wil nu water uit de Middellandse Zee naar het Dode Zeebekken brengen; deze stroom van zeewater zal dan tevens benut worden voor de opwekking van energie. Het zeewater zou dan van Haifa door een kanaal en een tunnel gebracht moeten worden naar de kloof van het Jordaandal. Dan zou er een val van ruim 300 m beschikbaar komen voor dc ontwikkeling van hydro-elektrische energie van ongeveer 1000 miljoen kilowatt-uur per jaar, welke gelegenheid tot arbeid zal bieden voor meer dan één miljoen nieuwe inwoners. De kosten zullen natuurlijk zeer hoog zijn en de technische moeilijkheden zullen enorm zijn. Er zal dan ook nog wel heel wat water door de Jordaan moeten stromen, voor deze stoute plannen verwezenlijkt zullen zijn. De koppige Joden zijn er echter juist cle mensen naar om het toch aan te pakken. Lowdermilk kwam op zijn idee, toen hij in 1939 een vliegtocht boven Palestina maakte en het hoogteverschil tussen het Jordaandal en de Middellandse Zee vanuit cle lucht waarnam.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 mei 1956

Daniel | 8 Pagina's

het oosterse Lanöschap

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 mei 1956

Daniel | 8 Pagina's