Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Is krankzinnigheid een grond voor echtscheiding?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Is krankzinnigheid een grond voor echtscheiding?

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De vorige week hebben we melding gemaakt van de beslissing van de Engelsche kerk aangaande het vraagstuk van huwelijk en echtscheiding. Men werkt van verschillende kant om de echtscheidingsgronden te verruimen. Daar het hier een belangrijke zaak geldt, is het noodig, dat ook door ons volk aan het probleem van het huwelijk en de daarmede samenhangende vragen aandacht wordt geschonken. Daarom geven we hier het verslag door van een rede, gehouden op de vergadering van de Vereeniging tot Chr. verzorging van krankzinnigen. Daar werd gesproken over de vraag of krankzinnigheid voor een christen een reden tot echtscheiding mag zijn. Het verslag luidt als volgt:
Na gewezen te hebben op de actualiteit van het vraagstuk der echtscheidingen, wil spr. thans speciaal spreken over echtscheiding op grond van krankzinnigheid, en ook in verband met gezinsconflicten, veroorzaakt door een wantrouwenden echtgenoot, een pathologischen fantast of leugenaar, een neurasthenica, een hysterica; aan de destructieve gevolgen ontstaan bij neurotische stoornissen bij den man of de vrouw.
Diep tragisch kan het lot der achterblijvenden zijn: Ontwrichting in het gezinsleven, in de opvoeding der kinderen, vooral in de minder bedeelde gezinnen; liefdesverhoudingen buiten de wettige.
We kunnen niet ontkennen, dat uit practische overwegingen voor personen en gezin in vele gevallen van krankzinnigheid echtscheiding een nuttig effect zou sorteeren.
In het Nederlandsch wetboek wordt onder de gronden voor echtscheiding of voor scheiding tusschen tafel en bed krankzinnigheid niet aangetroffen. Sinds 1935 kan een vordering tot echtscheiding worden ingesteld tegen den curator van den krankzinnigen echtgenoot op grond van een daad genoemd in het B. W. (meestal overspel) gepleegd voor zijn ziekte. In vele andere landen is krankzinnigheid een grond voor echtscheiding.
In de buitenlandsche medische en juridische literatuur wordt voor dit vraagstuk veel aandacht gevraagd (Bumke, Schulze, Martini, Kreuser, Jaquelier, Paraut, Vaillant, Carpentier).
In de Nederlandsche: Prof. v. Walsen in 1918, Dr. Valkhoff (1932), Mr. de Vrieze (1937), Dr. van den Esch (1937), Mr. van Andel (1938).
Daar elke oplossing, als ongeneeslijke krankzinnigheid als eisch wordt gesteld, practisch uitgesloten is, wordt geformuleerd: „Geen redelijke kans op genezing".
Van de na 5 jaar nog aanwezige gehuwde patiënten in een gesticht blijken ongeveer 6 pCt. nog hersteld en pCt. nog niet hersteld te zullen worden ontslagen. Ook al neemt men 5 jaar als limiet dan kan zich in 6 pCt. der gevallen na herstel en terugkomst tehuis, als de echtgenoot weer is hertrouwd, een droevig drama ontwikkelen!
Doch er zijn meer bezwaren. Slechts een kleine groep van personen en gezinnen was er mee gebaat. Het huwelijks- en gezinsleven wordt juist verwoest door de geestelijk abnormale echtgenooten, die in de maatschappij konden blijven en niet krankzinnig werden verklaard. Het zou een onbillijkheid bevatten voor hen, die in een gesticht worden verpleegd.
Een ander bezwaar: Leed zou worden toegebracht buiten eigen schuld. (Ook in het B. W. zijn alle gronden voor echtscheiding gebaseerd op de gedachte van schuld). Voorts: Waarom het verschil tusschen geestesziekte en langdurig lichamelijk lijden?
Op ethische gronden moeten we krankzinnigheid als grond voor echtscheiding afwijzen.

Het standpunt van Schrift en Kerken.
Welke weg van handelen wordt ons in de Schrift gegeven? Niet alle Christenen denken hierover gelijk.
De Pauselijke Encycliek „over het Christelijk huwelijk" (1930) spreekt over de altijd durende onverbreekbaarheid van het huwelijk (Matth. 19:6).
De Anglicaansche Kerk bevestigde de vorige week de onontbindbaarheid van het huwelijk.
In Gereformeerde kringen wordt echtscheiding door sommigen alleen geoorloofd geacht, wanneer door een der echtgenooten een zoodanige zonde wordt gepleegd, waardoor de huwelijkstrouw wordt geschonden (overspel) en de huwelijksgemeenschap feitelijk wordt verbroken (kwaadwillige verlating) (Echtscheidingrapport Generale Synode Geref. Kerken 1920; Prof. Anema); door anderen alleen bij overspel (Prof. Ridderbos; Mr. Bouman).
Als psychiater gaat ons niet alleen ter harte het lijden van onzen patiënt, maar worden we ook betrokken in het lijden van hen, die achterblijven.
Als Christen blijven echter eenerzijds ook in die ellende en nood Gods beproeving zien, die heiligend kan werken; anderzijds blijven we verbreking van den huwelijksband met hem of haar, die God met ziekte tegenkwam en die zonder eigen schuld buiten de gemeenschap werd gesloten, op grond van Gods Woord, ontoelaatbaar achten.
De voorzitter dankte Drs. Hamer voor zijn voordracht.
Nadat Ds. D. Sikkel. Geref. predikant te Amsterdam-C. en lid van het centraal bestuur, een slotwoord gesproken had, sloot hij de vergadering met dankgebed.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 8 oktober 1938

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Is krankzinnigheid een grond voor echtscheiding?

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 8 oktober 1938

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's