Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Tin is zilverwit, maar  "de mensen zien graag donker tin"

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Tin is zilverwit, maar "de mensen zien graag donker tin"

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Tinnen voorwerpen werden vroeger veel gebruikt, maar staan tegenwoordig meer voor de sier in huis. Toch kan tin heel goed tegen dagelijks gebruik en afwassen; het blijft er zelfs mooi van. Op de tingieterij in Tiel weten ze er alles over te vertellen. Kannetjes, lampevoeten, koffiepotten, kandelaars, borden, miniaturen, dienbladen, enz. worden er vervaardigd; ook ideeën en ontwerpen van particulieren zijn er welkom.

Wie aan tinnen voorwerpen denkt, heeft meestal donker,grijze, ietwat doffe spullen in gedachten. Tin is van zichzelf echter een blank materiaal met een zekere glans. Het verkleurt op den duur wel naar donker, onder invloed van lucht, rook en dergelijke, verklaart Henk Zwartebol, voorlichter bij tingieterij Zwartebol van der Leeden te Tiel (Kapel-Avezaath). „Maar wij versnellen dat verkleuringsproces hier door het tin in een chemische samenstelling te dompelen. Omdat de mensen graag donker tin zien. Bovendien past een nieuw voorwerp zo beter bij het oudere tin in huis, dat al verkleurd is." Wijkt het nieuwe tin toch af, dan kun je het met de uitwrijfdoek voor de eiken meubels (waar nog een vleugje was aan zit) "op kleur" krijgen. Volgens Zwartebol wordt blank tin in Holland en in Frankrijk nauwelijks verkocht. „In Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland verkoopt men wel blank tin. Tin kleurt altijd door, maar wordt nooit helemaal zwart. Meer grijsgroenig." Blank tin blijft blank door het gebruik. Wel moet het na het afwassen direct gedroogd worden, omdat er anders kringetjes op het poreuze materiaal komen. Opwrijven met het zilverpoetsdoekje helpt ook om blank tin mooi te houden. In de tinfabriek staan zelfs voorwerpen die wel van zilver lijken. Een koffiekan met suikerpot en melkkannetje op een dienblad, zo glanzend dat je je erin kunt spiegelen. „Dat is gepolijst tin", verklaart de voorlichter. „Hoogglans. Die glans is blijvend; je moet het net als zilver behandelen, alleen niet zo vaak."

Kraantjeskan
Tin is zacht. Bij ongeveer 200 °C begint het te smelten. Toch staan er in de ontvangstruimten van de tinfabriek („tussen april en eind juni krijgen we zo'n vier bussen per dag") waxinelichtjes onder de kraantjeskannen te branden. Smelt er geen gat in de bodem? Zwartebol wijst op de kraantjes: die zitten een stukje boven de bodem, zodat de kan nooit geheel leeggetapt kan worden. En zolang er iets in de kan zit, smelt het tin niet. Overigens is de plaats van de kraantjes niet daarop gebaseerd. Dat ze iets hoger dan de bodem zitten heeft meer te maken met de ouderwetse manier van koffie zetten, met koffiedrab in de pot. Die bleef zo mooi op de bodem liggen en kwam niet in de kopjes. Tin is een materiaal dat onder andere in Indonesië, China en Bolivia wordt gevonden. Tingieterij Zwartebol van der Leeden betrekt zijn spullen van een metaalgroothandel in Utrecht en van Billiton in Naarden. De naam "tingieterij" is niet helemaal correct, want een deel van het tin wordt niet gegoten maar uit platen geperst. Dat noemt Henk Zwartebol "geforceerd materiaal". Een tinnen voorwerp kan uit gegoten en geperste onderdelen bestaan. De kraantjeskannen op zijn stropdas-met-tinnen-dasspeld bestaan uit stof.

Ideeën
In de tinfabriek werken zo'n dertig mensen en daarmee is de Tielse tingieterij de grootste in ons land. „Er zijn nog wel wat tingieters met maar een paar mensen in dienst", weet Henk. Zwartebol van der Leeden maakt ongeveer tweeduizend verschillende artikelen, van miniatuurbeestjes tot de voet van een grote staande schemerlamp. Die laatste wordt uiteraard in minder grote aantallen geproduceerd dan het eerste. „Artikelen in de prijsklasse van een gulden of vijf lopen vanzelf beter. We bekijken gewoon hoeveel we in voorraad hebben en wat er weer bij moet komen." Welke dingen gemaakt worden, is een beetje willekeurig. „Voor nieuwe dingen krijgen we meestal opdrachten van bedrijven. We kijken ook vaak naar t> gebruiksvoorwerpen van vroeger, bij voorbeeld een melkbus. Maar we maken ook moderne dingen, zoals al die soorten houders voor waxinelichtjes, dat zie je nu weer heel veel." De detaillist, via wie het tin verkocht wordt, doet ook wel suggesties voor artikelen. „Uit Zeeland vroeg een winkelier om een vlaskloppertje, hij stuurde een foto mee. En de VYV van Ede vroeg of we een schaapherder en -scheerder wilden maken. Ook relatiegeschenken maken we veel."

Centrifugaal
„Dit noemen we het vormgietwerk", wijst de voorlichter in de fabriek. Een man schept een lepel vloeibaar tin in een metalen vorm. Tin stolt snel, want algauw kan het tin uit de vorm gehaald worden. Het is de pot voor een inktstel. Kleinere voorwerpen, zoals handgrepen voor kandelaars en kannetjes, worden centrifugaal gegoten. Er is een metalen ring waaraan verschillende mallen voor handvatten zijn bevestigd. Er komt een passende ring bovenop en samen gaan ze tussen schijven. Dan giet men een beetje tin in de vorm. Vervolgens draait een machine de vorm snel rond, zodat het tin in alle hoekjes komt. De zogenaamde braampjes worden van de voorwerpen gehaald en dan moet de giethuid verwijderd worden. Ook dat gebeurt machinaal. Een soort pennetje 'leest' de vorm en precies op die lijnen draait de machine langs het tinnen voorwerp, zodat het blank wordt. Sommige artikelen kunnen niet goed machinaal gedraaid worden; daar wordt de giethuid „met de hand" verwijderd, bij voorbeeld als er een voetje onder gesoldeerd is. De soldeerrand geeft op de machine wel een problemen. Deksels en bodems worden uit platen tin getrokken. Dat gaat niet in één keer; steeds weer wordt het tin wat verder uitgetrokken.

Beschilderen
De volgende bewerking is het kleuren. Daarvoor moet het tin eerst ontvet worden, om het soldeervet te verwijderen. Dan gaat het in een kleurbad. Na het afspoelen wordt het snel afgedroogd. De laatste handeling is het in de was zetten. Deze laatste twee bewerkingen zijn niet nodig als het tin beschilderd wordt. Ook dat heeft plaats in de tinfabriek. Het wordt bij voorbeeld gedaan met kraantjeskannen, al tekent Zwartebol wel aan dat beschilderde kraantjeskannen vooral in de noordelijke provincies verkocht worden. Aan zo'n overigens fraai beschilderde kan zie je helemaal niet meer dat je met een tinnen voorwerp te maken hebt. Dat vindt de voorlichter ook en daarom probeert men nu alleen een afbeelding te schilderen en de kan verder vrij van verf te laten. Beschilderde tinnen borden zijn veelgevraagde relatie- en afscheidsgeschenken. Daarbij blijft de rand meestal ongeschilderd. Ook particulieren kunnen zoiets laten doen; ze hoeven alleen maar een foto te leveren van wat ze op het bord willen hebben. Een 'algemeen' plaatje is voor de schilder veel eenvoudiger dan een 'eigen' afbeelding. „De mensen herkennen dat laatste", verduidelijkt Zwartebol. „Kijk, als hier een schaap achterstevoren staat zien ze het niet, maar bij hun eigen huis wel."

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 5 mei 1993

Terdege | 80 Pagina's

Tin is zilverwit, maar

Bekijk de hele uitgave van woensdag 5 mei 1993

Terdege | 80 Pagina's