Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

OP DE WACHTTOREN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

OP DE WACHTTOREN

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

7

Een blik in het hart.

Het hart van de mens is boos van zijn jeugd af aan.

Wat er zoal in het hart leven kan, lezen wij duidelijk in Matth. 15 : 29. Wij lezen daar: „Want uit het hart komen voort boze bedenkingen, doodslagen, overspelen, hoererijen, dieverijen, valse gëtuigenissen, lasteringen”. De mens is zondig van binnen uit, zó zelfs, dat het wezen van ons bestaan is vijandschap tegen God en de naaste! Zou God het niet verhoeden, dan is de mens tot alles in staat.

Nu heeft de Heere, naar Zijn algemene genade, nog remmen op ons zondig leven gesteld. De zondeuitleving wordt door deze remmen nog wat weerhouden.

Kenmerkend voor het laatst der dagen is echter, dat deze remmen al meer en meer los zullen raken. Door kuituur, techniek, en zelfverheffing, maakt de mens zich los van God, en God geeft de mens over aan zichzelf.

Dan zal ook naar buiten uit gaan komen wat er zoal in het hart van de mens leeft, en dat tot zijn eigen ondergang.

Van betekenis is in dit verband wat wij lezen in 2 Tim. 3 : 1 v.v. „En weet dit, dat in de laatste dagen ontstaan zullen zware tijden. Want de mensen zullen zijn liefhebbers van zichzelf, geldgierig, laatdunkend, hovaardig, lasteraars, de ouderen ongehoorzaam, ondankbaar, onheilig, zonder natuurlijke liefde, onverzoenlijk, achterklappers, onmatig, wreed, zonder liefde tot de goeden, verraders, roekeloos, opgeblazen, meer liefhebbers der wellusten dan liefhebbers Gods. Hebbende een gedaante van Godzaligheid, maar die de kracht derzelve verloochend hebben”.

Hier leest ge de mens dus in het hart!

Gaat het over de tekenen der tijden, dan spreken wij vaak over oorlogen, geruchten van oorlogen, hongersnoden, pestilentiën, enz., maar dit alles, zo zegt Christus, is nog maar een beginsel der smarten! ’t Zal veel erger worden als de zondemens al de remmen van het zondig hart zal verbreken, en als tenslotte DE mens der zonde, de Antichrist, zal worden geopenbaard!

Hoe moeilijk zal het dan voor de kerk des Heeren worden.

„Alsdan - zo lezen wij - zullen zij u overleveren in verdrukking, en zullen u doden, en gij zult gehaat worden van alle volken, om Mijns naams wil. En dan zullen er velen geërgerd worden, en zullen elkander overleveren, en elkander haten. En vele valse profeten zullen opstaan, en zullen velen verleiden. En omdat de ongerechtigheid vermenigvuldigd zal worden, zo zal de liefde van velen verkouden”.

Dit laatste is vooral een kenmerk van de hel op aarde!

De liefde verkoud!

De zielen bevroren!

De ongerechtigheid vermenigvuldigd!

In de Griekse tekst lezen wij dan ook in 2 Tim. 3: De mensen zullen zijn „diaboloi”, d.w.z. duivelen! Zo zal de aarde een copie vertonen van de hel, en de mensen zullen op duivelen gelijken!

Dit alles dient zich aan als het in systeem gebrachte grofste egoïsme! De innerlijke structuur van het mensenleven zal dan zijn een leven buiten God, een leven alleen voor zichzelf!

Zware tijden.

Breken zo de remmen los, dan zullen wij verstaan, dat de Schrift spreekt over „zware tijden”. De zonde maakt de tijden zwaar, d.w.z. moeilijk, drukkend om daarin televen. Als ieder alleen maar denkt aan zichzelf, dan is er geen plaats meer voor een ander, geen plaats meer voor het denken aan God, voor het leven naar de wet van God!

Hoe zien wij dit alles in vervulling gaan in onze tijd.

Wij zien het persoonlijk egoïsme.

Het groepsegoïsme.

Het nationaal egoïsme.

Het partij-politiek egoïsme.

Het kerkelijk egoïsme.

Ga zo maar voort, het leven beweegt zich in geen andere banen, het is niet anders dan egocentrisch denken, egocentrisch handelen. Een dringen met de ellebogen om zelf maar vooraan te staan. Corruptie op corruptie! Zelfs grootscheepse hulpakties kunnen dit „zichzelf zoeken” vaak niet camoefleren.

Wat in ieder geval het ergste is, deze zondeuitleving zal in een fijne, gecamoefleerde vorm zich ook openbaren in de kerk!

Lees het maar in 2 Tim 3.

Als Paulus spreekt over al die zonde-wortelen van ’s mensen hart, dan zegt hij: „hebbende een gedaante van godzaligheid, maar die de kracht derzelve verloochend hebben”.

Al die zonde-wortelen, al die zonde-uitleving zal in het laatst der dagen dus naar voren treden in het godsdienstig kleed!

Vooral dit maakt de tijd dan ook zo zwaar, om in ware godzaligheid te kunnen leven! Als de ware christen in een hoek zal worden gedrongen, als achterlijk en conservatief aan de kant zal worden gezet. De apostel Paulus vergelijkt deze gecamoefleerde duivelse kerkgangers met Jannes en Jambres, die Mozes eenmaal tegenstonden. Alzo - zo zegt hij - staan ook dezen de waarheid tegen; mensen, verdorven zijnde van verstand, verwerpelijk aangaande het geloof!

Hoe moet de wachter op de wachttoren daarom op de bazuin blazen, niet alleen met het oog op de brute zondige wereld, maar vooral met het oog op de gecamoefleerde, kerkelijk godsdienstige wereld!

Spotters in de kerk.

Dat dit gevaar heus niet denkbeeldig is, blijkt wel hieruit, dat de Schrift ons zegt, dat er in het laatst der dagen ook spotters zullen komen. In 2 Petr. 2 lezen wij over valse leraars, die verderfelijke ketterijen bedektelijk invoeren zullen. Lees vooral dat woord: bedektelijk! Ongemerkt dus, zullen de wezenswaardigheden worden verkracht en verderfelijke ketterijen zullen daarvoor in de plaats worden gesteld.

Wie denkt hier niet met huivering in de ziel aan die professor, die tot op de dag van vandaag in één der kerken de kansels mag beklimmen, maar die zelfs durfde spotten met Jezus’ verzoenend bloed! Die in een spottende vergelijking durfde zeggen: niet gaarne door het bloed van een ander behouden te willen worden!

En dan al die spot met het geestelijk, bevindelijk leven van Gods volk. Wat ligt het woord „ziekelijk” menig prediker vaak voor in de mond.

De Schrift noemt deze mensen, al zijn ze dan ook honderdmaal in de kerk: „mensen die de Geest niet hebben”! maar wandelen naar hun eigen inbeelding, naar hun eigen goddeloze begeerlijkheden!

Hoe groot is daarom het gevaar voor jong en oud, klein en groot, in de eindtijd. Vooral voor onze jeugd!

Hoe groot is vooral het gevaar van de aanpassing! Wij moeten toch mee, zo zegt men, de tijd staat niet stil, en onze kinderen leven nu eenmaal in deze tijd, zo gans anders dan vroeger! En dan brengen zelfs onze christelijke scholen, christelijke jeugdorganisaties onze kinderen naar dans en cabaret! De wachter blaast ook hier maar weer op de bazuin en leest met u, wat staat in Ps. 1 : 1: „Welgelukzalig is de man, die niet wandeltin de raad der goddelozen, noch staat op de weg der zondaren, noch zit in het gestoelte des spotters”.

„Haat ook de rok, die van het vlees bevlekt is” (Jud. 23).

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 juli 1967

Bewaar het pand | 4 Pagina's

OP DE WACHTTOREN

Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 juli 1967

Bewaar het pand | 4 Pagina's