Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

„Werkt God niet meer in deze tijd van verharding, en is dat een teken van het konnende oordeel?"

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Werkt God niet meer in deze tijd van verharding, en is dat een teken van het konnende oordeel?"

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Mensen die zeggen dat God niet bestaat, 'bewijzen' dat nogal eens met de opmerking: „Je ziet immers helemaal niet dat God werkt?" Maar ook als je wel in de Godsregering gelooft, kun je je soms afvragen of de Heere nog wel werkt. Christus is echter een Koning die niet zonder onderdanen kan zijn!

In deze tijd hoort men vaak over de wereldgelijkvormigheid, en dat God niet meer (of bijna) niet meer werkt. Heeft dit allemaal al met het komende oordeel te maken? Want in de Bijbel staat toch ook dat de mens zal verharden?
Een 16-jarige

Eigenlijk snijd jij in jouw vraag verschillende punten aan. Wereldgelijkvormigheid; het komende oordeel; de vraag of het waar is dat God niet of weinig meer werkt; de verharding van de mens. 'k Heb het gevoel dat je over deze dingen wat meer wilt weten met betrekking tot de eindtijd. Misschien zou ik jouw vraag zo mogen weergeven: zijn wereldgelijkvormigheid, het (bijna) niet meer werken van God, de verharding van de mens tekenen dat de oordeelsdag dichtbij is? Op al deze punten breedvoerig ingaan is denk ik niet de bedoeling van deze rubriek. Daarom wil ik (vanuit enkele bijbelgedeelten) wat gedachten neerschrijven.

Tekenen van de eindtijd
In Lukas 17 vanaf vers 20 kun je lezen over de eindtijd. De Heere Jezus vergelijkt daar de eindtijd met de tijd van Noach kort voor de zondvloed kwam en met de tijd van Lot kort voor Sodom verwoest werd. En dan zegt de Heere Jezus: „Alzo zal Mensen die zeggen dat God niet bestaat, 'bewijzen' dat nogal eens met de opmerking: „Je ziet immers helemaal niet dat God werkt?" Maar ook als je wel in de Godsregering gelooft, kun je je soms afvragen of de Heere nog wel werkt. Christus is echter een Koning die niet zonder onderdanen kan zijn! het ook zijn in de dagen van de Zoon des mensen", dus in de tijd juist voorafgaand aan Zijn wederkomst. Wat valt nu op als het gaat over de tijd van Noach en de tijd van Lot? Laat ik slechts enkele van de belangrijkste punten noemen. Ten aanzien van Sodom valt de verschrikkelijke zedeloosheid op. Het huwelijk wordt in Luk. 17:28 ook niet meer genoemd. Wel weten we uit Gen. 18 van de gruwelijke praktijk der zonde in Sodom. En die verschrikkelijke wetteloosheid en zedeloosheid roept Gods toorn op.

Onze tijd
Lijkt onze tijd niet beangstigend veel op die tijd, juist waar het gaat over het naar buiten komen van de zedeloosheid op allerlei terrein en het wegdrukken van het door God ingestelde huwelijk? Als je leest in Luk. 17:27 hoe de tijd van Noach beschreven wordt, lijkt het op het eerste gezicht wel mee te vallen. Misschien zou je haast denken: Wat is er niet goed aan? Maar als je er verder over nadenkt, merk je hoe het hele leven blijkbaar draait om het hier en nu, om het aardse en materiële, het genot en het nut. Deze tijd zouden we kunnen kenmerken als geestelijk volstrekt zorgeloos. Is dat ook niet juist een typering van onze tijd? Volstrekt geestelijk zorgeloos. Wie stelt zich nog de vraag: „Hoe komt God aan Zijn eer?" of „Hoe zal ik rechtvaardig verschijnen voor God?"

Werelds
Verharding. Die merken we inderdaad op ten aanzien van God en goddelijke zaken. Maar ook zullen de laatste dagen er door gekenmerkt worden dat de mensen zullen zijn liefliebbers van zichzelf en zonder natuurlijke liefde (2 Tim. 3:1-4). Wereldgelijkvormigheid. Dat is een breed onderwerp, waaraan ik nu verder voorbij ga. Laat ik uit de beschrijving van de tijd van Noach in dit verband een punt mogen noemen. In Gen. 6:2 lezen we „dat Gods zonen de dochteren der mensen aanzagen dat ze schoon waren en zij namen zich vrouwen uit allen die ze verkozen hadden." Daar heb je een duidelijke uiting van wereldgelijkvormigheid. Gods zonen, wij zouden zeggen de jongens van de kerk, kijken naar wereldse vrouwen en begeren hen. Als je hier verder over doordenkt, komen veel dingen ook uit onze tijd op je af Laat ik alleen dit noemen. De jeugd van de kerk kijkt naar de wereld en wil daar een en ander (veel) van over nemen. Wil er ook een beetje aan mee doen. Sport, muziek, auto's, leefwijze, omgang met het andere geslacht, huwelijksmoraal, enz. Of dit tekenen van de eindtijd zijn en of we die beleven, is geen vraag, dunkt mij.

Werkt God nog?
Op een punt zou ik nog kort wat willen ingaan. Werkt God nog? Zoals jij de vraag opwerpt, is deze wel erg algemeen. Want God werkt niet alleen zaligmakend door Zijn Woord en Geest (dat bedoel jij waarschijnlijk). Maar God werkt ook in de onderhouding van alle dingen, in het weer laten komen van het nieuwe leven in de lente bijvoorbeeld, in het regeren (besturend en toelatend) van alle dingen. In deze algemene betekenis zal God altijd blijven werken, dat zal duidelijk zijn. Toch is er ook ten aanzien van de algemene werkingen van Gods Geest onderscheid aan te brengen. Er is de algemene werking van Gods Geest in de onderhouding en voorzienigheid (zoals boven aangeduid). Maar er is ook de algemene werking van Gods Geest in het weerhouden van de totale openbaring van zonde en goddeloosheid. Het is een algemene goedheid van God dat mensen nog in tamelijke vrede met elkaar (willen) leven, er nog enig besef van goed en kwaad is, en (veelal) schaamtegevoel, dat er gezag is, dat er in het algemeen nog wat uitgaat van Gods Woord.

Wetten
Nu kunnen we uit 1 Thess. 2 opmaken dat er een tijd zal komen dat de Weerhouder Zich terug gaat trekken. Dan zal de mens der zonde zich al meer openbaren. Wie is deze Weerhouder? Zou daarmee niet bedoeld kunnen zijn de Heilige Geest in Zijn algemene werking in deze betekenis? Als de overheid geen goede, dat is zonde tegenhoudende, wetten geeft en het algemene besef van de normen Gods wegebt, komt de mens der zonde inderdaad al driester openbaar. Dan gaat de mens in zijn zondige wil en lust al brutaler naar buiten treden. Dat zien we toch duidelijk in onze tijd in ons land gebeuren.

Zaligmakend
Wat het andere betreft ^de werking van Gods Geest bij de verkondiging van Zijn Woord- zien we helaas om ons heen dat het er met de Kerk niet zo best voorstaat. Wat is de christenheid in Nederland verwaterd en slap in vergelijking met bij voorbeeld 60 of 100 jaar geleden. Wat zijn er in vergelijking met wat we van vroegere tijden lezen en horen weinig leesbare brieven van Christus meer. Zo moeten we helaas wel opmerken dat de werking van Gods Geest minder is dan voorheen. Dat hangt ook zeker samen met de verharding van de mens; ook van de kerkmens.

Zeer klein
Het kan er wel eens heel slecht voorstaan met de Kerk, die „soms een tijdlang zeer klein en als tot niet schijnt gekomen te zijn" (NGB. art. 27). Het kan ook zijn dat de Heere Zijn kandelaar verplaatst naar een ander werelddeel (in Korea bijv. zijn grote orthodoxe kerken). Dat is in de geschiedenis vaker gebeurd. In de eerste eeuwen was de Kerk er vooral in Klein-Azië en Noord-Afrika; in later eeuwen vooral in Europa en Noord-Amerika. Maar over de gehele wereld genomen zal de kerk er altijd blijven, want „Christus is een Koning Die niet zonder onderdanen zijn kan", zegt datzelfde artikel 27.

En wij?
En als we dan in Lukas 18 lezen: „Doch de Zoon des mensen als Hij komt, zal Hij ook geloof vinden op de aarde?", dan komt daarin een klemmende vraag naar ons persoonlijk toe. Want hoe zal het dan met ons zijn? Daarom mogen we de raad uit dat zelfde hoofdstuk wel ter harte nemen: „dat men altijd bidden moet en niet vertragen." Want in de ure van onze Godsontmoeting (en dat is zeker bij ons sterven) zullen we vanuit onszelf nooit voor het gericht van God kunnen bestaan vanwege onze zonde. Dat zal alleen kunnen als we in Christus geborgen zijn. Daartoe is ons het zaligmakend geloof onmisbaar nodig. De Heere werke genadig dat door Zijn Geest en Woord. Voor ons geldt: „Haast u, spoedt u om uws levens wil." Want van die dag en die ure weet niemand. Racisme Ds. Driessen en ds. Zippro schrijven over de Doop, ds. C. Harinck over belijdenis doen en ds. W Harinck over het Avondmaal.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 27 juli 1994

Terdege | 68 Pagina's

„Werkt God niet meer in deze tijd van verharding, en is dat een teken van het konnende oordeel?

Bekijk de hele uitgave van woensdag 27 juli 1994

Terdege | 68 Pagina's