TOEKOMST VAN HET CHRISTENDOM
G. Puchinger, TOEKOMST VAN HET CHRISTENDOM, 322 blz., ƒ 19, 75, uitg. W. D.Meinema, Delft, 1974.
Deze negen interviews (met Spijkerboer. Gruijters, Van Agt, Barnard, Schille-
beecks, mevr. De Vogel, Bakker, Mulder en Bonman) zijn gehouden ter voorbereiding van een congres van reünisten van S.S.R. Zij lopen allen uit op de vraag: hoe ziet u de toekomst van het Christendom; wat verwacht u ervan? Het is van grote betekenis deze intrigerende vraag aan figuren, die een bijzondere rol spelen in „kerk, staat en maatschappij" voorgelegd te zien, wetende dat ook deze gevraagden mensen zijn van hun tijd, ergens exponenten van geestelijke stromingen in deze tijd.
Daarbij komt nog iets anders. Deze geinterviewden zijn ons bekend uit hun publicaties en als wij iets weten van de vorming en lie ontwikkeling, van de denkwijze en de levensbeschouwing uit de eigen mond van de betrokkene, dan leest zijn werk gemakkelijker, directer; de auteur is niet geheel een vreemde meer; hij heeft zich blootgegeven - écrire, c'est se délivrer - en achter deze zegswijze zetten wij: een beetje.
Het boek geeft allerlei biografische informatie over de gesprekspartners, vertelt van hun leven en van hun werk. Het geheel is vol van rake opmerkingen, gewaagde stellingen, flitsende aforismen en het is altijd actueel.
Ik geef enige - weinige - citaten. Ik kan niet geloven, dat een bron, waaruit zoveel goedheid is voortgekomen ooit zou kunnen opdrogen. De Heer slaat steeds opnieuw water uit de steenrots - Het (de kerkgang) is in het woelige leven, waar ik kopje onder ga, bijna de enige mogelijkheid van religieuze bezinning (Van Agt).
Als ik kies voor volstrekte toewending naar Schriftstudie, dan weet ik, dat ik eraan meehelp, dat de geschiedenis in een cataraktische stroomversnelling geraakt. Ik geloof niet in de populariseringspogingen. Wel geloof ik in de mogelijkheid, dat het Woord (dat immers „vlees" wou worden!) in mensenlevens vertaald wordt en dat zo het Verhaal weer voortgang vindt (Barnard).
Preken is allereerst tegen de hardheid, concreetheid en volstrekte vreemdheid van het evangelie, van de tekst oplopen (Bakker). - Anders dan in 1935 (In de schaduwen van morgen) schrijft Huizinga in '43: Het louter aardse is hier ter genezing niet genoeg.
Ik besloot een poging te doen om een stuk geschiedenis te beschrijven met voldoende plaats voor deze drie elementen: het tragische, het absurde, en het paradoxale ... Dit werd het boek Revolutie der eenzamen (Bouman).
Het is een boek waarvan iets uitgaat.
H.
Bt.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 maart 1975
Theologia Reformata | 92 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 maart 1975
Theologia Reformata | 92 Pagina's