Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

1. Kerkorganisatie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

1. Kerkorganisatie

16 minuten leestijd Arcering uitzetten

Waar hebben we het eigenlijk over, als het gaat over kerkorganisatie? Het gaat over de manier waarop alles in ons kerkelijk leven geregeld is: welke kerkelijke vergaderingen er zijn, welke ambten er zijn en wat de taken van ambtsdragers zijn. Kerkorganisatie hangt nauw samen met het kerkrecht, dus met de regels die er in de kerk gelden. Want hoe kan je een kerk organiseren zonder dat je regels hebt waaraan iedereen zich moet houden? Kerkorganisatie heeft ook alles te maken met de manier waarop de kerk 'geregeerd' wordt, dus wie welke bevoegdheid heeft om wat te doen. In deze schets zullen de begrippen kerkorganisatie en kerkregering daarom door elkaar gebruikt worden.

Het begint plaatselijk

Als je lid of dooplid bent van de Gereformeerde Gemeente, ben je lid van de plaatselijke gemeente, je bent geen lid van de Gereformeerde Gemeenten als landelijke kerk. Je naam staat niet in een centraal register samen met meer dan ïoo.ooo andere namen, maar je naam staat in het register van de plaatselijke gemeente. Daarmee hebben we gelijk de kern van de kerkorganisatie te pakken. Bij de organisatie van ons kerkverband draait het om de gemeente en de gemeenteleden; de organisatie is er ten dienste van de gemeenten en de gemeenteleden. Dat betekent dat elk gemeentelid ook met de regels van de kerk te maken heeft, met de rechten en plichten. Lid zijn van de gemeente betekent niet dat je achterover kunt leunen en niets hoeft te doen. Binnen onze kerk is een actieve rol weggelegd voor de gemeenteleden. Waar moet je dan zoal aan denken?

De gemeenteleden hebben een opdracht bij het kiezen van ambtsdragers. Als er ouderlingen, diakenen of een predikant gekozen moet worden, wordt er een ledenvergadering gehouden, waarbij de mannelijke leden hun stem uitbrengen.

Daarnaast hebben gemeenteleden een taak bij het toelaten van gekozen ambtsdragers, bij het toelaten van doopleden die belijdenis willen doen. Het is bedoeld om gelegenheid te geven wettige bezwaren in te dienen, meestal bij de kerkenraad maar in bepaalde situaties bij kerkvisitatie. Kijk maar wat er bijvoorbeeld in het formulier om predikanten te bevestigen staat: "Geliefde broeders, het is u bekend hoe wij nu ... de naam van onze medebroeder... openlijk voorgesteld hebben, om te vernemen of iemand wat had, hetzij zijn leer of zijn leven aangaande, waarom hij niet zou mogen bevestigd worden."

Gemeenteleden hebben ook de opdracht om voor de ambtsdragers te bidden. Om te vragen of ze wijsheid mogen ontvangen om de gemeente te regeren en om het Woord te preken.

En tenslotte hebben gemeenteleden een taak ten opzichte van elkaar. Als wij met de Twaalf Artikelen 'de gemeenschap der heiligen' belijden, belijden we dat we schuldig zijn onze gaven te besteden tot nut en zaligheid van de andere gemeenteleden (Heidelbergse Catechismus, vraag en antwoord 55). Concreet betekent dat bijvoorbeeld elkaar helpen als dat nodig is. Het betekent de diakenen van middelen voorzien, zodat zij degenen die het minder breed hebben kunnen helpen. Maar het omvat ook de moeilijke taak om een ander te vermanen als hij of zij een weg gaat die niet naar Gods Woord is (Mattheüs 18).

Kerkenraad en gemeente

De individuele gemeenteleden zijn lid van de plaatselijke gemeente. De gemeente wordt geregeerd en vertegenwoordigd door de kerkenraad. De plaatselijke gemeenten van de Gereformeerde Gemeenten zijn geen onderafdeling van een groter geheel, maar zijn zelfstandig. Alles wat er bij de regering van de gemeente komt kijken, wordt dan ook door de kerkenraad gedaan, al dan niet in samenwerking met de gemeente. Er is niet zoiets als een hoger orgaan dat van alles voor de gemeenten vaststelt en regelt. Een predikant wordt bijvoorbeeld niet van bovenaf aangesteld, maar de gemeente verkiest en beroept zelf haar predikant. De gemeente heeft zelf de bevoegdheid om de hoogte van het salaris (het traktement) vast te stellen, om ambtsdragers te verkiezen, om de tucht uit te oefenen.

Kortom, de gemeente is in feite een complete kerk en de kerkenraad heeft het hoogste gezag in de kerk. Binnen de grenzen van de kerkorde kunnen er dan ook best onderling verschillen zijn. In de meeste gemeenten zal tijdens een leesdienst de preek altijd door een ouderling worden gelezen, in sommige andere gemeenten doen ook de diakenen dat. In de ene gemeente zal de Doopsbediening vóór de preek plaatsvinden, in andere gemeenten na de preek. Die vrijheid is er. Maar toch betekent dat niet dat de gemeenten als los zand naast elkaar leven. Gemeenten komen bij elkaar in vergaderingen, waar zaken besproken kunnen worden daar een gemeente zelf niet uit komt en waar gezamenlijk afspraken gemaakt kunnen worden. Er zijn drie soorten van deze vergaderingen, waarbij telkens méér gemeenten vertegenwoordigd zijn: de classis (12), de Particuliere Synode (4) en de Generale Synode (1).

Classis

Misschien heb je in de Saambinder wel eens een verslag van een classisvergadering gezien. Maar wat is 'de classis'? Het is een vergadering van na-burige gemeenten. De classis bestaat uit 10 tot 18 gemeenten en vergadert in de regel twee keer per jaar. Zo'n vergadering wordt een 'meerdere vergadering' genoemd. 'Meerder' betekent niet: 'hoger', maar het betekent dat er meerdere kerkenraden aanwezig zijn. Beter gezegd, meerdere gemeenten die vertegenwoordigd worden door de afvaardiging van de kerkenraad.

De classisvergadering wordt om de beurt door één van de gemeenten georgani seerd. De gemeente die dat doet, heet 'de roepende kerk'. Het dagelijks bestuur van deze vergadering, in de Dordtse Kerkorde moderamen genoemd, wordt aan het begin van de vergadering gekozen. Er is geen vaste preses, deze wordt per toerbeurt aangewezen. En aan het eind van de vergadering houdt het weer op te bestaan. Er is dus niet zoiets als een permanent classisbestuur. Elke gemeente vaardigt de predikant en een ouderling af, of in geval van een vacante gemeente twee ouderlingen. Deze afgevaardigden moeten natuurlijk wel kunnen bewijzen dat zij afgevaardigd zijn, anders kan iedereen dat wel zeggen. Daarom krijgen zij een zogenaamde 'lastbrief' (volmacht) mee. Daarin staat dat iemand wettig afgevaardigd is, met daarbij de handtekening van de voorzitter en de scriba van de kerkenraad en welke punten de afgevaardigden in de vergadering mogen brengen. Deze afgevaardigden krijgen de 'keurstem'. Soms krijgen ook diakenen de keurstem als dat nodig is. De 'keurstem' betekent dat zij een beslissende stem hebben, dus dat hun mening of hun stem mede bepalend is bij het nemen van beslissingen. Aanwezigen die niet zijn afgevaardigd, hebben hooguit een adviserende stem.

Wat doet de classis?

Het doel van de classisvergadering is om elkaar als gemeenten waar nodig raad te geven ofte helpen, en om de onderlinge eenheid in belijdenis en orde te bevorderen. Zaken die de kerkenraad zelf niet heeft kunnen afhandelen, kunnen door de classis worden behandeld. Naast deze meer algemene taken, doet de classis ook nog een aantal specifieke zaken. Ten eerste is dat het toezicht houden op het beroepen en het vertrekken van een predikant: de consulent tekent namens de classis de beroepsbrief, en bij het komen krijgt de predikant van de classis een zogenoemde 'lastbrief' en bij het vertrekken een 'acte van ontslag'. Ook bij de toelating van de kandidaten die voor het eerst in een gemeente bevestigd worden, heeft de classis een taak. Misschien heb je altijd gedacht dat een student examen doet aan de Theologische School en dat het daarna een kwestie is van een beroep aannemen en verhuizen. Maar zo is het niet. Als een kandidaat een beroep (peremptoir) examen in de classis. Degene die heeft aangenomen, volgt nog het beslissende classis, zodat ook de hele classis daarover moet examen moet doen, wordt predikant in de hele oordelen. Er zijn zelfs afgevaardigden van de Particuliere Synoden, dus feitelijk uit het hele land aanwezig, omdat iemand niet alleen binnen de classis predikant wordt, maar binnen het hele kerkverband. Het is dus uiteindelijk de classis die iemand toelaat tot het predikambt en die predikanten toelaat of laat vertrekken.

Ook stelt de classis de consulenten van de gemeenten aan. Consulenten van een vacante gemeenten hebben onder andere als taak om erop toe te zien dat de gemeente regelmatig een predikant beroept en dat de sacramenten worden bediend. Maar de consulent heeft niet meer dan een adviserende rol, hij kan geen beslissingen afdwingen. Dat lijkt misschien vanzelfsprekend en onbelangrijk, maar heeft wel alles te maken met de manier waarop we tegen de kerkregering aankijken, zoals we in hoofdstuk 2 zullen zien.

Ten derde heeft de classis nog een taak bij de kerkvisitatie. Als het goed is, wordt elke twee of drie jaar afgelezen dat er kerkvisitatie wordt gehouden. De classis stelt twee predikanten of een predikant en een ouderling aan die alle gemeenten in de classis bezoeken. Het doel van dit bezoek is om te vragen hoe het met de gemeente en met de jeugd ambtsdragers hun taak uitvoeren. gaat. Of er vrucht is op de prediking en hoe de

De particuliere synode

Zoals de gemeenten verenigd zijn in een classis, zo zijn de classes weer verenigd in Particuliere Synoden. Een Particuliere Synode bestaat uit drie classes en vergadert elk jaar. Elke classis vaardigt acht ambtsdragers af: vier predikanten en vier ouderlingen.

De Particuliere Synode heeft als taak om de classes te helpen en van advies te voorzien, en om zaken af te handelen waar de classis niet uit komt.

Daarnaast heeft deze synode een rol bij het examen van kandidaten in de classis. Zoals hierboven al is genoemd, zijn bij dit examen afgevaardigden van de verschillende Particuliere Synode aanwezig. Vanuit deze synode worden enkele predikanten aangewezen, die in de tijd tussen de synodevergaderingen de opdracht hebben om bij deze examens aanwezig te zijn. Ook komen zij de classis adviseren als er iets omtrent een predikant aan de orde is, bijvoorbeeld over zijn leer of leven.

De generale synode

De Generale Synode is de meest brede kerkelijke vergadering. Hierin zijn alle gemeenten vertegenwoordigd. De Generale Synode vergadert elke drie jaar, meestal in Utrecht. De vergadering wordt meestal in september gehouden en duurt twee dagen, met nog twee vervolgvergaderingen in januari en een in maart. De Synodeleden zijn vijf predikanten en vijf ouderlingen uit elk van de vier Particuliere Synoden, dus veertig afgevaardigden in totaal. Daarnaast zijn er ook afgevaardigden uit de gemeenten uit Amerika en Canada aanwezig en een Nigeriaanse predikant van het zendingsveld. Het is de bedoeling dat in de toekomst ook de predikant van de gemeente in Nieuw-Zeeland aanwezig zal zijn. Net als bij de Particuliere Synode zijn ook hier evenveel ouderlingen als predikanten aanwezig. Alle voorbereidingen voor de vergadering wor den gedaan door de 'roepende kerk', in samenwerking met het Kerkelijk Bureau. De Generale Synode is een belangrijke vergadering. Daarom wordt de avond voor de vergadering een bidstond gehouden, waarin wordt gevraagd of de Heere Zijn leiding en wijsheid wil geven bij alles wat de komende dagen behandeld wordt. En wat behandelt de Synode dan zoal in deze vergaderingen?

Inde eerste plaats worden er zaken behandeld die het hele kerkverband aangaan, zoals bijvoorbeeld de leer of de kerkregering. De Generale Synode heeft bijvoor beeld een aantal jaar geleden een commissie ingesteld die een voortgaande bezinning moest doen betreffende de moderne media, om daarmee alle gemeenteleden te kunnen helpen om hierin goede keuzes te maken. Maar ook onderwerpen zoals zending, evangelisatie en de opleiding tot predikant horen thuis bij de Synode. Het klinkt misschien ver van je bed, zo'n synodevergadering. Toch valt dat best mee. Gemeenteleden zijn namelijk welkom om deze synodevergaderingen bij te wonen.

Net als bij de classis en de Particuliere Synode, bestaat het moderamen alleen zolang de zitting van de Synode duurt. Maar hoeft er in de tussenliggende drie jaar dan niets gedaan te worden? Want wie zou dat dan moeten doen als er geen bestuur is? Er valt in de tijd tussen de Synodevergaderingen in genoeg te doen, en daarom worden er deputaten aangesteld. Per onderwerp waar aan gewerkt wordt, wordt een aantal deputaten aangesteld die samen een Deputaatschap vormen. Je kent misschien wel een aantal Deputaatschappen, van de extra collectes die gehouden worden: het Deputaatschap voor de Zending, de Theologische School, Diaconale en Maatschappelijke Zorg.

Deze deputaten staan onder het gezag van de Synode en krijgen een duidelijk omschreven taak mee, het 'mandaat' genoemd. Op de volgende vergadering moeten ze dan verslag uitbrengen van wat ze de afgelopen drie jaar gedaan hebben. Vervolgens wordt de opdracht voor de volgende drie jaar gegeven en meestal worden de deputaten daarvoor herbenoemd.

Recht van appèl

In de krant kun je regelmatig lezen dat iemand in hoger beroep gaat, omdat hij het niet eens is met een beslissing van de rechter. Hoe zit dat eigenlijk in de kerk? Kan dat in de kerk ook, of moet je je gewoon aan het kerkelijk gezag onderwerpen? De Heere heeft de ambtsdragers gezag gegeven, en daarom moet je je in principe aan hun gezag onderwerpen. Toch zijn er wel grenzen. Er kunnen beslissingen door de kerkenraad worden genomen waar iemand het om gegronde redenen echt niet mee eens is. Bijvoorbeeld als iemand vindt dat hij onjuist is behandeld in geval van censuur. Of dat men vindt dat de kerkenraad in strijd met Gods Woord heeft gehandeld. Dan heeft iemand het recht om dat met hen te bespreken. Sterker nog, in het laatste geval heeft iemand de plicht om dat te bespreken omdat dat het welzijn van de gemeente dient. Als er geen oplossing wordt gevonden, mag iemand zijn bezwaren tijdens de kerkvisitatie naar voren brengen. Wellicht kunnen de visitatoren nog een wijze raad geven, waardoor het probleem alsnog wordt opgelost. Maar iemand kan ook een beroep doen op de classis. Dat heet het 'appèlrecht'. Daarmee doet iemand een appèl, een beroep, op de classis of zij de zaak eens wil beoordelen en een uitspraak doen. Een appèl kan doorgaan tot op de Generale Synode toe. Om je bezwaren tijdens kerkvisitatie of op een

Om je bezwaren tijdens kerkvisitatie of op een classisvergadering kenbaar te maken, moet je natuurlijk wel weten wanneer er visitatie en classisvergadering gehouden wordt. Daarom moet dit bekend gemaakt worden in de gemeente. Dat wordt dus niet zomaar gedaan, alteen om de gemeente op de hoogte te brengen wat de kerkenraad de komende week weer gaat doen. Het heeft een duidelijke reden, namelijk om de gemeente de gelegenheid te geven eventuele problemen waar men met de kerkenraad niet uit komt te kunnen bespreken. Wel zal een eventueel bezoek aan visitatoren tijdig aangevraagd moeten worden. En een appèl op de classis moet eveneens tijdig en ook met redenen omkleed, schriftelijk ingediend worden.

Met het appèlrecht wordt voorkomen dat kerkenraden op een verkeerde manier heerschappij gaan voeren. Blijkbaar heeft deze regel die we in de kerk hebben dus een duidelijk doel. Geldt dat misschien ook voor de andere regels? Wat zit er eigenlijk achter al deze regels die in dit hoofdstuk zijn beschreven?


Protestantse kerk in nederland

De kerkorganisatie van-de PKN wijkt op een belangrijk punt af van zoals wij die binnen de Gereformeerde Gemeenten kennen. De PKN heeft niet de DKO als kerkorde. Bij de 'oprichting' van de Hervormde Kerk na de Franse overheersing in 1816 claimde de koning het gezag in de kerk. Bij Koninklijk Besluit werd vervolgens de DKO vervangen door het Algemeen Reglement. De kerk kreeg daarmee de structuur van een vereniging: een landelijke kerk met besturen die in hiërarchie boven de gemeenten staan. Gemeenten zijn niet zelfstandig, maar een onderafdeling zijn van een groter geheel. De gemeenten zijn niet het hoogste orgaan, het hoogste orgaan is de Algemene Synode, die een permanent bestuur heeft.

Zaken die bij ons onder verantwoordelijkheid van de plaatselijke gemeenten vallen, worden in de PKN door de hogere kerkelijke organen geregeld. Gemeenten stellen niet zelf de hoogte van het traktement van een predikant vast. En als er bepaalde problemen in de gemeente zijn, kan het de gemeente verboden worden een predikant te beroepen. Ook zijn bijvoorbeeld de gebouwen geen eigendom van de gemeente, maar van de landelijke kerk. En verder staan de namen van de gemeenteleden niet in een register van de plaatselijke gemeente ingeschreven, maar in een centraal register.


"Om de goede orde in de gemeente van Christus te onderhouden, zijn daarin nodig de diensten, samenkomsten (is: vergaderingen van kerkenraad tot en met Generale Synode), opzicht der leer, sacramenten en ceremoniën, en christelijke straf: waarvan hierna ordelijk zal gehandeld worden."

Artikel 1 DKO


Gezag van de 'meerdere' vergaderingen

geen meerdere vergadering. Er is geen blijvend bestuur dat zonder dat de gemeenten erbij zijn, vergadert en besluiten neemt en die aan de gemeenten oplegt. Vanuit dat oogpunt gezien staat een meerdere vergadering dus niet in hiërarchie boven de gemeente, maar is de gemeente zelf een onderdeel van de vergadering.

Toch heeft de meerdere vergadering wel gezag over de gemeenten. Vanwege het simpele feit dat er met meerderen tegelijk een beslissing wordt genomen. Aan de besluiten die in een vergadering met meerdere gemeenten worden genomen, dient een individuele gemeente zich te houden. Het zou immers tegenstrijdig zijn als er meerdere vergaderingen in het leven worden geroepen om de eenheid en het welzijn van de gemeenten te dienen, terwijl vervolgens iedereen de besluiten van deze vergaderingen zomaar naast zich neer kan leggen.


"De classicale vergaderingen zullen bestaan uit genabuurde kerken, dewelke elk een dienaar en een ouderling...daar henen... afvaardigen zullen..."

Artikel 41 DKO


"Zal ook de classis enige van haar dienaren, ten minste twee van de oudste, ervarenste en geschiktste autoriseren, om in alle kerken...visitatie te doen en toe te zien, of de leraars, kerkenraden en schoolmeesters hun ambt trouwelijk waarnemen, bij de zuiverheid der leer verblijven, de aangenomen orde in alles onderhouden en de stichting van de gemeente, mitsgaders der jonge jeugd naar behoren... bevorderen, teneinde zij diegenen, die nalatig in het een of ander bevonden worden intijds mogen broederlijk vermanen, en met raad en daad alles tot vrede, opbouwing...helpen dirigeren..."

Artikel 44 DKO


De deputaatschappen van de generale synode:

Deputaatschap Algemene Kerkelijke zaken

Deputaatschap Bijbelverspreiding

Deputaatschap Buitenlandse Kerken

Deputaatschap tot behartiging van de belangen van de landelijke georganiseerde Bonden en Verenigingen

Deputaatschap Curatorium Theologische School

Deputaatschap Diaconale Maatschappelijke Zorg

Deputaatschap Emerituskas

Deputaatschap voor de Evangelisatie in Nederland en België

Deputaatschap bij de Hoge Overheid

Deputaatschap tot Hulpverlening in Bijzondere Noden

Deputaatschap tot vestiging van Internaten voor Schippersjeugd

Deputaatschap voor Israël, voor Evangelieverkondiging en Diaconale Hulpverlening

Deputaatschap Kerkrecht

Deputaatschap ter behartiging van de belangen van de Saambinder

Deputaatschap voor Studerenden

Deputaatschap Vertegenwoordiging en Voorlichting

Deputaatschap voor de Zending

(Bron: Kerkelijk Jaarboek 2004)


"Zo iemand zich beklaagt door de uitspraak der mindere vergadering verongelijkt te zijn, dezelve zal zich tot een meerdere kerkelijke vergadering beroepen mogen; en hetgeen door de meeste stemmen goed gevonden is, zal voor vast en bondig gehouden worden, tenzij dat het bewezen worde te strijden tegen het Woord Gods...."

Artikel 31 DKO

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2006

AanZet | 70 Pagina's

1. Kerkorganisatie

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2006

AanZet | 70 Pagina's