5. Verwerking

Bijbelstudie

In het boek Habakuk gaat het veel over oordelen: het oordeel over Juda als straf op de zonde, maar ook het oordeel over de Chaldeeën. God komt echter niet zomaar met zijn oordelen, maar is 'lankmoedig', geduldig.

ï. Lees Genesis 18: 22-33, het pleidooi van Abraham voor Sodom en Gomorra.

2. Bespreek de tekst in een groepje. Ga vers voor vers na wat de betekenis is. Geef aan welke dingen je niet begrijpt of welke dingen je opvallen.

3. Waarom houdt Abraham pleidooi?

4. Wat zegt het bijbelgedeelte over God?

5. Wat zegt de Heere in dit stukje tot jou?

6. Wat vraagt de Heere van jou?

7. Stelling: De ergste straf is, als de Heere niet meer waarschuwt.

a. Ben je het eens met deze uitspraak?

b. Lees Lukas 23: 8-12. Wat heeft deze tekst met de stelling te maken?

c. Wat heeft deze tekst jou te zeggen?

d. Hoe klinkt Gods waarschuwing vandaag in deze wereld?

e. En in jouw leven?

3. Habakuk riep het 'wee' uit over de volken (zie (hoofdstuk 2: 5-20). Met dat 'wee' worden verschillende zonden aangewezen:

- hebzucht en machtswellust

- begeerte

- wreedheid

- drank en seks

- afgodendienst

a. Herken je iets van deze zonden?

b. Als we deze profetie zouden doortrekken naar vandaag, welk 'wee' zou er dan over het Nederlandse volk moeten worden uitgeroepen?

c. In Habakuk 3: 16 is te lezen dat de profeet lijdt onder de zonden van het volk.

- Bij welke profeet was dan ook het geval?

- Hoe staat het met deze 'houding' in deze tijd?

c. Wat heeft het wee over deze zonden jou te zeggen?

4. De bekende dr. H.F. Kohlbrugge zei "Geloof, dat is het onmogelijkste, dat zich laat denken, dat op de menselijke akker niet kan groeien. Ach, wie geloof heeft, slechts als een mosterdzaad, die zegt met de profeet Habakuk, al gaan ook alle noden over hem heen: Ik zal in de Heere van vreugde opspringen, ik zal mij verheugen in de God mijns heils."

a. Wat vind je van deze uitspraak?

b. Zegt Kohlbrugge daarmee dat een ware gelovige altijd blij is en vol vertrouwen?

c. Wat lees je daarover bij Abraham (Genesis 12: 11-20), Johannes de Doper (Mattheüs 11: 3) en Petrus (johannes 18: 16-27)

d. Hoe vind je in dat verband het antwoord van Habakuk in hoofdstuk 1: 12-17?

e. Lees 1 Samuël 31. Welk verband zie je tussen dit hoofdstuk en de vreugde van Habakuk?

f. In Hebreeën 12: 2 gaat het over de vreugde die Jezus was voorgesteld: Ziende op den oversten Leidsman en Voleinder des geloofs, Jezus, Dewelke, voor de vreugde, die Hem voorgesteld was, het kruis heeft verdragen, en schande veracht, en is gezeten aan de rechter hand des troons van God. Wat heeft deze tekst met Habakuk's opspringen van vreugde te maken?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen