Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

5. Omgaan met lichamelijke beperkingen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

5. Omgaan met lichamelijke beperkingen

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

leder persoon is anders gemaakt en uniek. Alle talenten die gegeven zijn, zijn van evenveel waarde, iedereen heeft talenten, ook mensen met een lichamelijke beperking. Zij bezitten juist vaak gaven die hen aangenaam en geliefd maken bij andere mensen. Ook als iemand steeds zieker wordt, blijft de unieke persoon bestaan.

Voor iemand die gezond is, is het vaak zo normaal dat hij kan gaan waar hij wil, kan zeggen wat hij wil, kan doen wat hij wil. Gezond-zijn is echter een geschenk. Voor mensen met een lichamelijke of verstandelijke beperking is het niet vanzelfsprekend om over hun lichaam te kunnen beschikken. Deze mensen moeten dagelijks ervaren dat hun lichaam niet zo goed functioneert als zij graag zouden willen. Opvallend is dan dat juist andere en unieke eigenschappen van zo iemand naar voren komen. Zo kan bijvoorbeeld iemand die moeizaam armen en benen kan gebruiken juist heel invoelend en sociaal richting anderen zijn. Hij kan extra 'voelsprieten' hebben voor gevoelens van een ander.

Een handicap kan een gevolg zijn van een ongeval. Een bedrijfsongeluk of verkeersongeluk kan blijvende schade geven. Een beperking kan ontstaan omdat het lichaam beschadigd is. Een ongeval kan ook hersenbeschadiging tot gevolg hebben. Dit kan dan leiden tot een verstandelijke beperking, maar ook tot een lichamelijke beperking omdat de hersengebieden, die de spieren of werking van organen aansturen, beschadiging hebben opgelopen. Zo kan iemand bijvoorbeeld spastisch of verlamd worden, niet meer uit zijn woorden kunnen komen of blind worden.

Een andere oorzaak van een handicap kan ouderdom of een ziekte zijn. Reuma geeft bijvoorbeeld pijnlijke gewrichten en vergroeiingen. Een handicap kan ook aangeboren zijn. Er kan bij de groei voor de geboorte iets misgaan. Ook kan iemand met een erfelijke aandoening, zoals een spierziekte, geboren worden. Ook een verstandelijke handicap kan lichamelijke beperkingen tot gevolg hebben. Bij het syndroom van Down komen vaak motoriekproblemen en een hart- of oogafwijking voor.

Als het lichaam door een handicap moeilijker functioneert, heeft iemand zorg en verzorging van zijn omgeving nodig. Een handicap geeft afhankelijkheid van anderen.

 

Een lichaam dat anders is

De omgang met mensen met een beperking wordt vaak geschuwd. Medemensen kunnen soms onbedoeld krampachtig of onbehouwen en grof reageren. Er bestaan veel vooroordelen over hen zoals:

- Zij zijn zielig, kinderlijk of griezelig

- Hun lichaam is eng

- Ze moeten overal mee geholpen worden

- Ze kunnen niet zelf beslissen

- Ze kunnen niet zelf in hun levensonderhoud voorzien.

Zulke vooroordelen kunnen nooit een goede basis zijn voor contact met hen. Als iemand bewust of onbewust bevooroordeeld tegemoet getreden wordt, krijgt hij geen eerlijke kans om zichzelf te zijn. Vooroordelen doen iemand tekort. Ook een lichaam met beperkingen heeft mogelijkheden tot contact.

Een blijvende beperking of chronische ziekte kan grote impact hebben op het dagelijks functioneren. Acceptatie van de eigen beperking en van het eigen lichaam kan het hele leven door moeilijk blijven en veel innerlijke strijd geven. Angst voor de toekomst, gevoelens van eenzaamheid en machteloosheid kunnen een grote rol spelen. Juist dan is oprecht meeleven en begrip erg belangrijk. Oprecht meeleven begint met luisteren en je proberen in te leven in de situatie van de ander.

 


Verlamd

Het blijft confronterend voor Stefan: De verkoopster scant zijn boodschappen. Hij houdt zijn portemonnee al gereed, maar ze kijkt zijn moeder aan terwijl ze het bedrag noemt. Alsof hij al zittend in zijn rolstoel verder niet capabel zou zijn om af te rekenen. Hij is alleen verlamd aan zijn benen, niet aan zijn verstand! Het overkomt hem zo vaak, maar wennen zal het nooit. Dan maar uitdagend zijn, pinpas tevoorschijn halen en stevig van repliek dienen: 'Ik wil graag pinnen!'


 

In de omgang moet de nadruk niet in de eerste plaats op de handicap liggen. De gehandicapte is in de eerste plaats mens met eigen gaven en mogelijkheden. Daarom kan er liefde tot de ander zijn, belangstelling voor de ander en ook begrip voor de beperkingen. De Bijbel leert ons een ieder volwaardig te benaderen. 'Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf' is een gebod voor de omgang met iedereen. Volwaardig benaderen betekent geen betuttelen of alles uit handen nemen. Ook met overbezorgdheid of onmogelijke uitspraken als 'Het komt wel weer goed' of 'Je voelt je straks wel weer beter' laat je geen waardering voor de ander blijken. Een opmerking kan snel kleinerend of bagatelliserend zijn.

 

Zelf een handicap?

Iedere jongere heeft zijn eigen doelen en idealen. In de puberteit maken zij zich los van hun ouders tot ze een bepaalde mate van zelfstandigheid hebben. Ook jongeren met een beperking ontwikkelen hun eigen normen en waarden en willen zelfstandig worden. Lichamelijk gebeurt er echter vaak iets anders. Kinderen die van jongs af aan een lichamelijke beperking hebben, zijn min of meer gewend aan hulp van ouders en eventuele anderen bij de dagelijkse verzorging en bezigheden. Om zich heen zien zij echter hun vrienden of broertjes en zusjes steeds onafhankelijker worden, terwijl zij zelf aan hulp gebonden blijven. Door de afhankelijkheid van anderen heeft de jongere vaak minder privacy. Het is belangrijk om juist in de puberteit ook in zo'n levenssituatie voldoende privacy te bieden en te vragen.

Voor een jongere bij wie een chronische ziekte zich op latere leeftijd openbaart, zoals bijvoorbeeld een spierziekte, en die duidelijk gewend is geweest zichzelf te verzorgen, is de overgang zo mogelijk nog groter. Het proces van zelfredzaamheid wordt ineens omgekeerd. De ziekte dwingt ineens om wel weer meer hulp van anderen te moeten aanvaarden. Dit past niet in het beeld dat een jongere heeft van 'volwassen worden'. Hij kan niet altijd aan zijn eigen verwachtingen voldoen en ook niet aan die van anderen. Verwachtingen van leeftijdsgenoten hebben juist in de puberteit een belangrijke invloed op de eigen ontwikkeling en meningsvorming. De jongere kan zich dan onzeker voelen omdat het uiterlijk en het beeld dat anderen van hem hebben zo zwaar wegen.

Op pad gaan met vrienden of het uitoefenen van hobby's met vrienden is niet (meer) zo vanzelfsprekend. Het is moeilijk om hiervoor uit te komen. Sommigen vinden zichzelf een blok aan het been van hun vrienden of denken dat vrienden hen saai vinden. Het is beter om eerlijk te zijn over de mogelijkheden en tijdig te zoeken naar alternatieven om wel met elkaar dingen te kunnen ondernemen.

Contacten blijven heel belangrijk. Niet alleen met vrienden maar ook in een werkkring. Ook als de toekomst onzeker is en niet duidelijk is of een baan ooit mogelijk is of wordt, is het belangrijk een opleiding te volgen en te zoeken naar een geschikte baan of vrijwilligerswerk. Dit om de dagelijkse contacten op te bouwen en deel uit te maken van het sociale leven.

Ook seksuele gevoelens ontwikkelen zich. Vaak komt de jongere er dan achter dat zijn ouders het moeilijk vinden om de vragen over de seksuele gevoelens te beantwoorden, omdat ze de toekomst voor hun kind met betrekking tot een relatie zo onzeker vinden. Toch is het belangrijk dat ze voldoende informatie over seksualiteit krijgen.

De conclusie is dat openheid over de beperkingen en voldoende voorlichting belangrijk is. Sociale contacten en vrienden zijn voor deze jongeren net zo belangrijk als voor ieder ander. De jongeren die in staat zijn om zelf keuzes te maken, kunnen dit zeker zelf.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 2009

AanZet | 79 Pagina's

5. Omgaan met lichamelijke beperkingen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 2009

AanZet | 79 Pagina's