Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Zalig hij die voorleest

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zalig hij die voorleest

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Elke week weer gaan predikanten voor in de kerkdiensten. Dat is niet vanzelfsprekend, maar bewijs van Gods genade: Hij spreekt tot ons. Soms is er geen predikant beschikbaar. Er staat dan vaak aangegeven dat broeder die-en-die voorgaat in een ‘leesdienst’. Ik gebruik dit woord bij gebrek aan beter, ondanks het tweederangs-gevoel dat velen erbij hebben. Maar laat het duidelijk zijn: ook in een leesdienst ontmoet de Here zijn gemeente, ook dan is er bediening van het Goddelijke Woord – niet minder dan wanneer er een predikant voorgaat.

Wie de kerkorde naslaat op leesdiensten is snel klaar. In de artikelen staat er niets over. In de bijlagen van de kerkorde blijft het beperkt tot het reglement voor de kerkvisitatie. Daarin staan drie vragen over leesdiensten (zie kader). Nu zijn de bijlagen ook door de synode vastgesteld, dus ze hebben kerkelijk gezag, hoewel het niet altijd duidelijk is of de kerkvisitatievragen bindende regels of slechts informatieve vragen zijn.

Bij een nogal zwijgzame kerkorde is het niet vreemd en in feite ook niet erg dat er in de kerken verschillende gewoonten gevormd zijn met betrekking tot de leesdiensten. In de praktijk blijkt echter niet alles even duidelijk te zijn en er komen van tijd tot tijd o.a. bij deputaten eredienst vragen hierover binnen. Bovendien kan een beginnende preeklezer allerlei vragen hebben over hoe hij zijn taak aanpakt. In dit artikel vind je mogelijk antwoorden. Als er meer vragen zijn, stel ze maar. Dit artikel wordt door een predikant geschreven. Die heeft wel enige ervaring met preken maar niet met preeklezen. Ik heb daarom ouderling Kees Prins uit Den Haag gevraagd om zijn ervaren blik erover te laten gaan en bedank hem voor zijn opmerkingen!

Wie mag lezen?

In veel gemeenten wordt het preeklezen door de ouderlingen gedaan en velen doen dat met vreugde en vrucht. Preeklezen behoort echter niet tot het vaste takenpakket van de ouderling. En niet iedere ouderling heeft de gave om dit te doen. Sommigen zien er huizenhoog tegen op. Natuurlijk brengt het voorgaan in de eredienst altijd spanning met zich mee, zelfs bij doorgewinterde predikanten, maar er zijn broeders die er een week niet van slapen – spaar hen!

Het is daarom aan te raden om een aantal broeders met een gave daarvoor als preeklezers aan te wijzen. Wie hebben die gave? Van beproefde preeklezers is dat meestal duidelijk. Maar wie het nog nooit gedaan heeft zou het gewoon eens kunnen proberen. Het helpt als je een of meer keer ‘droog’ oefent, op een doordeweeks moment voor een (bijna) lege kerk.

Kan een kerkenraad ook iemand aanwijzen die geen ambtsdrager (meer) is, maar wel de gaven heeft? Ja zeker, dat kan; mits het een belijdend lid is want verwacht mag worden dat de brenger achter zijn boodschap staat. In vraag 26 van het kerkvisitatiereglement wordt gesuggereerd dat ingeval een niet-ambtsdrager de preek leest, de ouderling de dienst moet leiden. Daarmee wordt de ambtelijke bediening van de gemeente onderstreept. Toch heb ik het gevoel dat op veel plaatsen waar een niet-ambtsdrager de preek leest, deze ook de hele dienst leidt, inclusief de gebeden. De kerkenraad kan hem die verantwoordelijkheid geven. Datzelfde gebeurt ook wanneer een student of kandidaat voorgaat: die gaat in de hele liturgie voor, terwijl hij geen ambtsdrager is. Mag ook een zuster met gaven preeklezen? Daarover zullen de meningen verschillen. Het is aan de kerkenraad om dat te bepalen.

Hoe bereid je je voor?

Allereerst is het belangrijk om de tijd te nemen. Soms kan dat niet, bijvoorbeeld wanneer de dienstdoende predikant kort van te voren verhinderd raakt. Maar de regel is: begin op tijd met de voorbereidingen en plan in je agenda ruimte in. Dus als je voorziet dat je tot zaterdagavond over de oren in het werk zit, vraag dan iemand anders om voor te gaan.

In de voorbereiding is gebed hoofdzaak. In een dienst voorgaan is een verantwoordelijke taak: je bent een belangrijk instrument in de hand van de Here om zijn werk te doen. Leg de taak die je wacht voor de Here neer. Vraag de houding van een dienaar, word leeg en bid om leiding van de Heilige Geest, voor het moment van de dienst en het voorafgaande proces. Neem ook bewust de gemeente die je horen zal, in je hart. Gebed blijft overigens niet beperkt tot het begin, maar begeleidt heel het proces.

Vervolgens zijn er een aantal stappen:

De keuze van de preek

Het je eigen maken van de preek

Het ‘oefenen’ van de preek

Het opstellen en de voorbereiding van de liturgie

Het voorgaan zelf.

Hieronder volgt een uitwerking van enkele stappen. Ik verwijs daarbij graag naar het artikel van Nynke Duijzer-Algra in deze AC, vooral voor de tweede, derde en vijfde stap.

Welke preek?

Een van de eerste dingen waarvoor je komt te staan, is: welke preek ga ik houden? Vraag 25 van het kerkvisitatiereglement laat doorschemeren dat alleen preken van predikanten uit de CGK gelezen mogen worden, met nog twee kleine toevoegingen. Uit de Levensbron wordt in ons kerkverband al vele decennia speciaal uitgegeven voor de leesdiensten. Verder zijn er preekbundels van predikanten uit onze kerken uitgegeven. En tegenwoordig kun je op internet heel wat vinden. Niet al die preken zijn bedoeld voor leesdiensten: kijk of vraag dat even na. Het is verder best aardig als je een predikant vooraf of achteraf meldt dat je zijn preek gebruikt.

Op deze manier hebt je al heel wat keuze, maar misschien mag het nog iets breder. Als je in je gemeente kanselruil hebt met bijvoorbeeld de NGK of met de HHK, is het mogelijk om ook uit die prekenvijvers een preek op te vissen. Geluid van elders horen we op andere zondagen immers ook.

Verder, let bij het kiezen van een preek op de kerkelijke kalender. Dus houd in advent een adventspreek en het is mooi als je op de laatste zondagen van het kerkelijk jaar een preek met de thematiek van de toekomst leest. Uit de Levensbron voorziet in preken voor de tijd van het kerkelijk jaar.

Een ander criterium voor de preekkeuze is subjectief: laat het een preek zijn die je op een of andere manier aanspreekt. De thematiek van de preek, de specifieke boodschap kan je raken; ook kan de taal en de stijl van de preek meespelen. Het zal je eigen enthousiasme vergroten, en het zal de overdracht op de hoorders ten goede komen. Natuurlijk is het de Heilige Geest die de harten raakt, maar de mensen merken het vaak wel op als het hart van de spreker erin mee klopt.

Sommige preeklezers vragen bij de preekkeuze ook: wat is goed voor onze gemeente, wat past in de actualiteit van onze gemeente? Zeker in vacante gemeenten, waar geen eigen predikant zijn tekstkeuze en verkondiging daarop afstelt, is dit een legitieme vraag om mee te nemen. Laat een preeklezer er echter voor waken zijn eigen stok-paardje via het preeklezen te berijden, in de zin van: ik zal het ze eens even goed laten horen!

Mag je iets veranderen?

De predikant maakt zijn preek en die preek ga je als preeklezer voorlezen. In principe houd je je dan ook aan die preektekst. Daar heb je je handen vaak al vol aan.

Mocht er een predikant zijn die dit artikel leest, dan wil ik oproepen om de preek ook zo te maken dat het een spreekklare tekst is, niet alleen voor jezelf maar ook voor een ander. Zeker als je niet meer gewend bent om je preek helemaal uit te schrijven, moet je even een stap extra zetten en je afvragen: is wat ik nu heb opgeschreven ook voor een willekeurige preeklezer uit te spreken op de kansel?

Toch denk ik dat een preeklezer niet zo aan de letter van de preektekst gebonden is dat er geen jota of tittel verloren gaat. Het is immers niet Gods Woord zelf. Het is echt niet verkeerd om het voor jezelf en je hoorders aangenamer te maken, bijvoorbeeld door lange zinnen te knippen in kortere. Ouderwetse woordkeus mag je aanpassen aan hedendaags taalgebruik. Ieder voelt dat zelf wel aan: de ene gemeente is gewend aan een ander taalkleed dan de andere. Allicht speelt dit ook met betrekking tot de lengte van de preek. Soms kun je woorden of zinnen schrappen zonder dat de boodschap verloren gaat. Dominees vallen namelijk best wel eens onnodig in herhaling.

De actualiteit kan een aanleiding zijn iets te veranderen. Een preek is geschreven op een bepaald moment. Voorbeelden en toepassingen kunnen uit de tijd raken. Dat op zich kan een reden zijn om niet al te oude preken uit de kast te halen of van het internet te plukken. Als er een oud voorbeeld in staat, vervang het gerust door een actueler. Het spreekt voor zich: als in een preek van vóór 2013 ‘onze koningin’ genoemd wordt kun je dat gemakkelijk veranderen in ‘onze koning’, mits het gezegde ook op onze koning van toepassing is natuurlijk. In de jaren na de Al Qaida-aanslagen kwam je veel verwijzingen daarnaar tegen. Maar je moet je afvragen of dat nu nog even sprekend is en begrepen wordt, vooral door jongeren: het instorten van de Twin Towers al weer ruim twintig jaar geleden. Natuurlijk trekt het nog steeds sporen, maar misschien kun je een recenter voorbeeld kiezen.

Bovengenoemde zaken betreffen geen al te grote veranderingen. Met omvangrijker en ingrijpender veranderingen zou ik terughoudend zijn. Zeg op zijn minst tegen de gemeente dat u wat veranderd hebt, maar liever: doe het niet. Het is niet gepast is om de uitleg van een Bijbeltekst aan te passen naar eigen goeddunken, of een heel andere richting met de toepassing op te gaan. Het blijft in zo’n geval ook niet de preek van dominee die-en-die, maar het is een beetje van hem en een beetje van jezelf. Kies dan liever een andere preek. Of vraag preekconsent aan zodat je je eigen preken mag houden.

De liturgie: liederen

Bij preken in Uit de Levensbron, en ook bij veel internetpreken, is een liturgie opgenomen. De laatste tijd vind je in plaats van of naast een uitgewerkte liturgie suggesties voor geschikte psalmen en liederen uit verschillende bundels. Dat laatste is fijn, want er zijn in onze kerken nogal verschillen in liturgische gebruiken.

Het is vanzelfsprekend dat je bij het opstellen van de liturgie de liturgische setting van je eigen gemeente volgt. Vraag zo nodig hulp van een organist, pianist of comboleider, of van iemand met ervaring.

Het samenstellen van de liturgie is niet een wormvormig aanhangsel bij de preek. Geef er ruim aandacht aan. Het is misschien niet zo moeilijk om een aantal mooie versjes op te geven, maar het gaat erom dat de eredienst een geheel wordt, waarin de teksten en liederen op hun plek staan. Laat de gemeente niet beginnen met een heel onbekend lied, dat is geen fijne ‘binnenkomer’. Het laatste lied van de dienst zingen we trouwens ook liever niet stamelend en stuntelend. Probeer na de verkondiging een antwoordlied te vinden en zoek een gepast lied na de Tien Woorden of de geloofsbelijdenis. Heb aandacht voor lofprijzing in de dienst. Er valt veel meer hierover te zeggen, maar daarvoor is dit artikel te kort.

De liturgie: gebeden en zegen

Heb aandacht voor de gebeden en bereid die goed voor. Voorgaan in de gebeden is voor velen nog wel zo spannend als een preek lezen. Het is voor een beginnende preeklezer het beste om de gebeden helemaal uit te schrijven. Voor een meer ervaren is het wellicht voldoende om wat namen en zaken te noteren. Maak gerust gebruik van bestaande, verantwoorde gebeden, die in gebedenboeken en op internet te vinden zijn. Inventariseer welke voorbeden gevraagd worden. Kortom, besef dat het voorgaan in de gebeden een verantwoordelijke taak is!

Mag een preeklezer de groet aan het begin en de zegen aan het einde van de dienst uitspreken? Daarover staat, opnieuw, niets in de kerkorde. Voorheen sprak de preeklezer de groet niet uit en werd de zegen een gebed, de laatste decennia hoor je steeds meer groet en zegen uit zijn mond. Achterliggende gedachte is, m.i. terecht, dat er sprake is van ambtelijke bediening, zeker als een ouderling voorgaat. En vooral: de Here wil zijn volk toch niet ongezegend laten gaan? In opdracht van de generale synode hebben deputaten eredienst hierop gestudeerd en geconcludeerd dat het Bijbels gezien geoorloofd is. De synode van 2016 heeft die conclusie overgenomen, maar wilde nog wat bredere studie; dat rapport ligt momenteel ter tafel.

Tenslotte

Moet je ook melden van wiens hand de gelezen preek is? Als je het al doet, doe het achteraf. Het noemen van een naam vooraf kan zomaar de onbevangenheid van de hoorder verhinderen. Laat het Woord maar komen en de Heilige Geest zijn werk doen!

De taak van een preeklezer is niet een geringe. Als je er, opnieuw of voor het eerst, toe geroepen wordt, wens ik dat je er veel vreugde aan mag beleven en zelf een dubbele zegen ervan mag ontvangen.

M. Groen


25. Worden, indien geen predikant voorgaat, uitsluitend preken gelezen van predikanten die tot de dienst des Woords in de Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland wettig geroepen zijn, respectievelijk van predikanten die gediend hebben in de kerken welker wettige voortzetting zij zijn, of van predikanten uit kerken in het buitenland waarmee wij in correspondentie staan? 26. Worden, indien geen predikant voorgaat, de preken gelezen door een ambtsdrager of door een ander gemeentelid? Leidt in het laatste geval een ouderling de dienst en gaat hij voor in de gebeden? 27. Besteedt u ook aandacht aan de behandeling van de Catechismus?

Reglement kerkvisitatie, kerkorde bijlage 28

Dit artikel werd u aangeboden door: Christelijk Gereformeerde Kerken

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 maart 2022

Ambtelijk Contact | 20 Pagina's

Zalig hij die voorleest

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 maart 2022

Ambtelijk Contact | 20 Pagina's