Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Groene Kerk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Groene Kerk

Lezing ambtsdragersconferentie

21 minuten leestijd Arcering uitzetten

We komen samen in roerige tijden. De wereld staat voor grote uitdagingen. Je zou je kunnen afvragen is het dan wel relevant om nu met elkaar na te denken over ‘De Groene Kerk’? Hebben we momenteel niet veel belangrijkere zaken aan ons hoofd, zoals rondom de wereldvrede, de wereldhandel, en humanitaire rampen die zich voltrekken of dreigen te voltrekken? Dat zijn op zich legitieme vragen. Voor de antwoorden zal veel afhangen van onze invulling van het thema ‘De Groene Kerk’. Dan kon wel eens blijken dat het juist nu heel relevant is om over dat thema intensief na te denken.

A. Bijbels-Theologisch Fundament

Het mag wel duidelijk zijn, dat met de Bijbelse gegevens alleen al een lezing gevuld zou kunnen worden, of zelfs een uitvoerige studie. Oud en Nieuw Testament bevatten veel materiaal dat verbindingslijnen heeft met Gods scheppingswerk. Denk niet alleen aan Genesis, maar ook aan de Psalmen, de Wijsheidsliteratuur en de Profeten. Het profetisch spreken over redding, gebeurt vaak in beeldtaal. Veel van die beelden zijn ontleend aan Gods scheppend handelen, de natuur, het landschap en het heelal. Binnen dit kader gaan we niet uitvoerig de Schriftplaatsen na die onze aandacht vragen voor Gods scheppingswerk. Wel wil ik u allereerst wijzen op de relatie tussen Gods eeuwige regering (Koninkrijk) en de schepping zoals die vertolkt wordt in Openbaring 4. Bij de climax van dit tafereel leggen de 24 ouderlingen hun kronen voor de troon met de belijdenis: ‘U bent het waard, Heere, te ontvangen de heerlijkheid, de eer en de kracht, want U hebt alle dingen geschapen, en door Uw wil bestaan zij en zijn zij geschapen.’ (Openbaring 4:11). Hier beluisteren we de bevestiging van het Oude Testament aangaande Gods scheppingswerk. Het gaat om de integriteit van het universum! Jezus getuigt van Gods zorg voor de vogels van de hemel en het gras op het veld (Matth. 6:26-30; 10:29-31 en Lucas 12:6-7) en geeft zo uitdrukking aan een eerbiedige benadering van de schepping. In 1 Cor. 10:26 citeert Paulus Psalm 24:1 ‘Van de Heere immers is de aarde en haar volheid.’ Het is van groot belang er notitie van te nemen dat Christus, de Verlosser, een kosmische rol speelt.

We concentreren ons nu op enkele hoofdaspecten van de Bijbelse boodschap in dezen.

Gods koninkrijk en de toekomstige ‘restoration’ vragen de aandacht. Dit raakt waarschijnlijk een van de meest belangrijke aspecten van het koninkrijk van God en wel ‘de nieuwe orde in de toekomende eeuw waarin de verlosten mogen delen’! Die orde wordt nergens exact beschreven, maar de basale contouren ervan vallen wel te onderscheiden. Die orde is verbonden met de hoop bij de profeten. Het koninkrijk behelst restauratie van het gehele universum in de oorspronkelijke staat. Het is een vernieuwing van de schepping, waarbij Gods koninkrijk uiteindelijk volkomen gerealiseerd wordt. Het betreft een nieuwe orde van gerechtigheid, vrede en harmonie. Er zal zich een vernieuwing van de natuur voltrekken ( 1 Cor. 15:24-28). Dan is het doel bereikt: ‘opdat God alles in allen zal zijn.’ De nauwe verbintenis tussen hemel en aarde is dan weer tot stand gebracht. Deze grote transformatie die voortkomt uit Gods finale overwinning is alomvattend. Dat ultieme gebeuren omvat persoonlijke, sociale en kosmische aspecten. Dan is de gebrokenheid voorgoed voorbij en de Satan definitief verslagen.

Dat heeft persoonlijke implicaties. Te denken valt aan het menselijk opstandingslichaam (1 Cor. 15:42-44). Dat wordt getypeerd door onvergankelijkheid, heerlijkheid, kracht. Het is een geestelijk lichaam. Meer en anders dan de eerste Adam, want nu geldt: ‘... zo zullen wij ook het beeld van de Hemelse dragen.’ (1 Cor. 15:49; Vgl. 2 Cor. 4:11). Het leven van Jezus gaat dan ten volle in ons doorwerken! Dan is de laatste vijand ‘de dood teniet gedaan’ (1 Cor. 15:26). Leven was het scheppingsdoel en dat wordt nu gerealiseerd.

Er zijn ook sociale implicaties verbonden aan de realisatie van het Koninkrijk van God.

Zo lezen we in Romeinen 14:17b als wezenlijke kenmerken van dat Koninkrijk, dat het bestaat uit ‘gerechtigheid en vrede en blijdschap in de Heilige Geest.’ Alles komt weer in de juiste verhoudingen en verzoende relaties te staan. In vrede klinkt het veelomvattende shalom door. Daarin gaat het om vrede, harmonie en heil. De dingen zijn weer heel en er is welvaart en welzijn. Het raakt de relatie tot God, de naaste en de schepping. Dat allesomvattende heil veroorzaakt een intense blijdschap: ‘verheugd in God!’.

Het heil van het Koninkrijk omvat heel de kosmos. Dat horen we al bij Jesaja 65 en 66 doorklinken. Het Nieuwe Testament resoneert dat in de termen ‘nieuwe hemel en nieuwe aarde’. De ultieme doorbraak van Gods koninkrijk wordt bezongen in Openbaring 11:15-18.

Openbaring 21:1-22:5 tekent dan de nieuwe hemel en de nieuwe aarde. Het klinkt vanaf de troon: ‘Zie, Ik maak alle dingen nieuw.’ (Openb. 21:5m). De kleuren van de hof van Eden schitteren weer aan het einde van het boek Openbaring. Petrus mocht die grote toekomst verkondigen in 2 Petrus 3:13: ‘Maar wij verwachten, overeenkomstig Zijn belofte, nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, waar gerechtigheid woont.’ Binnen dit kader is van het allergrootste belang wat we lezen in Romeinen 8:18-25. De toekomstige glorie, heerlijkheid wordt daar beschreven. Die glorie is karakteristiek voor het koninkrijk van God. Dat heil raakt heel de schepping. Mens en kosmos worden bevrijd van de banden van het kwaad en het lijden. De relatie tussen mens en kosmos wordt hier sterk benadrukt. Dat geldt het lijden onder de gevolgen van de zonde, maar zal evenzeer gelden voor de doorbraak van het verlossend handelen van God in Zijn koningsheerschappij.

Als tegenwerping hoor je wel: Waarom zouden we ons zo inzetten voor de schepping? De huidige wereld gaat toch voorbij. In Jesaja 51 vers 6 lezen we immers ‘de aarde zal verslijten als een kleed’. Het komt er dan wel op aan hoe men dat hele proces ziet. Is het totale vernietiging of restauratie (Rom. 8:17-23 en 2 Cor. 5:17)? Hoe vat men 1 Corinthe 7:31 ‘Immers de gedaante van deze wereld gaat voorbij.’ op?

Het is goed te bedenken dat het probleem niet in de materiële schepping zit, maar in de zonde, de wijze waarop wij mensen ermee omgaan, de invloed van kwade machten en krachten. In dat licht zijn zuivering en vernieuwing noodzakelijk, geen algehele vernietiging. Wie de aarde vernietigen, worden zelf vernietigd (Openb. 11:18 en 19:2). Al is de aarde nog niet gezuiverd, dat betekent niet dat we geen zorg voor haar dragen. Een voorbeeld: we hebben nog geen vernieuwd lichaam, maar we verwaarlozen de zorg voor ons lichaam nu toch niet!

We mogen het heil niet versmallen tot zuiver geestelijke, hemelse proporties. Dan doen we echt tekort aan het concrete karakter van het koninkrijk van God. Dan verwaarlozen we ‘het reeds’ van het koninkrijk ten gunste van het ‘nog niet’ ten volle. In Christus is dat Rijk in beginsel doorgebroken, al staat de volle realisering van die overwinning nog open tot de jongste Dag. De Opstanding van Jezus Christus is het beslissende keerpunt dat in het hier en nu reeds veranderingen voltrekt (2 Cor. 5:17 en 19; Gal. 6:15; Col. 1:20). Het begrip ‘nieuw’ krijgt vanuit de opstanding van Jezus Christus een bijzondere en verstrekkende lading.

B. Hoe Groen Zijn Onze Kerken?

Allereerst moeten we in alle bescheidenheid zeggen dat we het geheel niet kunnen overzien. We kunnen dan ook niet op detailniveau ingaan op de historie van onze vraagstelling in de christelijke gereformeerde kerken. Daarom moeten we volstaan met enkele (theologische) grondgedachten.

Iets voor de linkse kerk

Mogelijk hebben we binnen de CGK te lang gedacht dat aandacht voor schepping en milieu vooral een zaak is van de ‘linkse kerk’. Een kleine illustratie hierbij. Toen ik in Apeldoorn op de colleges aandacht besteedde aan deze thematiek en de consequenties tastbaar maakte voor economie en ecologie, vroeg een student zich hardop af of ik socialistisch was. Vervolgens heb ik geprobeerd hem uit te leggen dat ik ook op deze terreinen van het christenleven de Bijbelse boodschap werkelijk door wilde vertalen naar de praktijk van alle dag. Daar hoorde aandacht voor duurzaamheid en gerechtigheid toch werkelijk bij.

Voor velen gold waarschijnlijk geruime tijd dat aandacht voor CO2 uitstoot en roofbouw van de schepping eigenlijk botste met de aandacht voor de persoonlijke verzoening met God.

De kerk moet zich vooral concentreren op de missionaire boodschap in deze wereld. Het accent moet vrijwel uitsluitend op het behoud van mensen liggen. De verantwoordelijkheid voor het milieu is veel meer een zaak van de politiek en van de wetenschappers dan van de kerken. In de kerk moet het persoonlijk zielenheil centraal staan. De CGK probeert recht te doen aan de boodschap van het evangelie zoals o.a. verwoord in Lucas 19 vers 10 waar Jezus zegt, dat De Zoon des mensen gekomen is om het verlorene te zoeken en te redden. Dat betreft een kernzaak uit het Lucasevangelie! Die redding raakt bij Zacheüs overigens ook niet alleen zijn hart en ziel, maar raakt tevens zijn beurs en heeft effect voor heel zijn huis! Echt leven met Jezus is een leven in alle dimensies op Hem betrokken. Dat overstijgt het antropocentrisch denken en neemt het christologische aspect in de ruimste zin serieus.

Het is wel te verklaren dat men zich wilde wachten voor een welhaast uitsluitend horizontalistisch evangelie. Men vreesde voor een gevaarlijke reactie in de zin van: De kerk heeft zich in het verleden veel te druk gemaakt om het persoonlijk zielenheil, het is nu de hoogste tijd, gezien de enorme crisis, om vooral (en vrijwel uitsluitend) mondiaal te denken. Dan zijn aspecten als rechtvaardiging en persoonlijke redding (vrijwel geheel) naar de achtergrond geschoven en gaat het nu in de 21 ste eeuw vooral om participatie in de breedste zin van het woord. Dan wordt het heil vrijwel uitsluitend ‘groen’ gekleurd. Zo valt te vrezen dat wij onze eigen filter hanteren om ecologie e.d. tot het criterium te maken. Dan lijdt de theologie aan ernstige bloedarmoede. We mogen in de huidige discussies persoonlijke noties van het heil als bijvoorbeeld de rechtvaardiging niet veronachtzamen. Door het verlossend werk van Jezus Christus worden vijanden met God verzoend, zodat er door genade sprake is van een herstelde persoonlijke relatie met God. Maar dat is niet het enige aspect. Er groeit zo ook een nieuwe relatie met Gods schepping en met mijn medeschepselen. Die samenhang verdient blijvend de aandacht.

Tussenstand:

Enerzijds lopen we het gevaar dat we het heil te veel versmallen en de brede Bijbelse verbanden uit het oog verliezen. Anderzijds dreigt het misverstand het heil wel te verbreden, maar de wezenlijke diepgang en fundering ervan te verliezen. In beide gevallen doen we geen recht aan de Bijbelse boodschap.

C. Kerkgebouwen

Als voorzitter van Deputaten voor contact met de overheid viel het me destijds wel op dat ook bij CIO-kerkgebouwen de ‘groene’ thematiek nog niet hoog genoteerd stond op de aandachtspuntenlijst. Het stimulerende werk van Groene Kerken verdient zeker onze aandacht en steun. Vermoedelijk valt hier voor onze kerken nog een hele slag te maken. Zo kun je elkaar informeren, stimuleren en eventueel ook helpen om op dit terrein van het kerkgebouw en kerk-zijn in de wijk serieus stappen voorwaarts te maken.

Dat vraagt van een kerkenraad en commissie van beheer dat er planmatig en beleidsmatig gewerkt wordt aan belangrijke thema’s als isolatie, energiezuinigheid, alternatief en verantwoord gebouwbeheer. Dan zijn vergroening en verduurzaming niet slechts kreten, maar horen ze echt bij de kern van het kerk-zijn. Dat vraagt geestelijk en financieel draagvlak binnen de gemeente. Het loont de moeite om daarin bij jong en oud te investeren, zodat het voor velen herkenbaar wordt en zij zich in willen zetten. Het is prachtig als de verschillende gaven en geledingen daarbij ingeschakeld kunnen worden. Met een goed ‘klimaat- en duurzaamheidsbeleid’ kan de gemeente ook op andere terreinen meer gaan floreren. Daarbij kan het kerkverband ook een zegen zijn. Om met elkaar en van elkaar te leren door uitwisseling van ervaringen. Sommige zaken zijn lokaal gekleurd en beperkt, maar andere zijn ook elders goed toepasbaar. Je kunt in breder verband elkaar ook behoeden voor valkuilen die dreigen op deze terreinen.

We moeten breder gaan denken. Het huidige prijspeil van de energie zal ook voor de kerkgebouwen de nodige financiële struikelblokken opleveren, maar tevens kansen bieden om versneld vorm te geven aan een zinvolle energietransitie. Het wordt mede door de mondiale omstandigheden steeds duidelijker dat we werkelijk ernst moeten (gaan) maken met alternatieve vormen van energie en inzetbaarheid van de kerkelijke gebouwen.

Dat kan met zich meebrengen dat we verder na gaan denken over het multifunctionele karakter van onze gebouwen, zodat dienstbaarheid aan de buurt meer concreet in beeld komt. Dan blijft de zondagse eredienst het kloppend hart. Maar het licht van het Woord van God straalt verder door in de werkweek, juist ook in en om de kerkelijke gebouwen. Wanneer we ter plaatse van het gebouw gezegend zijn met veel buitenruimte biedt die weer andere mogelijkheden van inzetbaarheid, zoals bijvoorbeeld een kerktuin. Dan blijkt hier opnieuw hoe belangrijk het is dat er draagvlak is om als kerk in de buurt te (gaan) functioneren.

Je moet het kunnen bemensen met enthousiaste krachten. Het is van het groot belang dat (onkerkelijke) buurtgenoten een warm welkom krijgen. Dring niet op, maar leef voor hoe goed het is om de Heere te dienen in het concrete leven van iedere dag. Bied een luisterend oor in een tijd waar eenzaamheid zo’n enorm probleem is geworden. Een goed functionerende gemeente kan voor een buurt tot grote zegen zijn en op een eigen wijze samenbindend werken. Een van de bedreigingen van onze samenleving is het vaak te veel ontbreken van sociale cohesie. Er is te weinig sociale samenhang. Ieder leeft vooral in zijn eigen bubbel. We moeten de kerk en het kerkgebouw niet schetsen als een optimale oplossing voor de huidige sociale en maatschappelijke problemen. De kerk is geen soort ‘alternatief bubbelbad’. Maar als de kerk op haar plaats is, heeft ze veel in huis! Niet in haar zelf, maar in haar Heere en Heiland. Dan kan de kerk functioneren als ark!

Tussenstand: keuzes maken is essentieel:

Beleidsmatig denken en handelen als Groene Kerk vraagt om zicht op de heilsfeiten. Wat betekenen schepping, zondeval, verlossing en voleinding in dit kader? Dan is aandacht voor de schepping toen, thans en in de toekomst essentieel.

D. De Fundamentele Heilsfeiten Raken De Schepping

Uitgangspositie

Met een uitsluitend accent op het persoonlijk heil doen we tekort aan de draagwijdte van de boodschap die ons is toevertrouwd. De kerk moet gezien haar missionaire roeping in deze wereld oog hebben voor alle levensverbanden, dichtbij en ver weg, lokaal, landelijk en mondiaal. Dan kan en mag zij zich in haar beleid en verkondiging niet onttrekken aan haar verantwoordelijkheid voor het klimaat en milieu.

Van groot belang is de Oudtestamentische en Jesajaanse achtergrond en kleuring van het heil ook in het Nieuwe Testament. Jezus’ preek in de synagoge van Nazareth (Lucas 4) is bijvoorbeeld ‘programmatisch’ voor Zijn hele optreden. Wij hebben mogelijk veel te lang over de brede contouren van het heil heen gelezen! De profetische boodschap heeft niet alleen diepgang, maar ook breedte. Juist vanuit de oproep tot bekering en de herstelde verhouding tot God is er aandacht voor vele levensterreinen en dus zeker ook voor Gods schepping. In Exodus 19 vers 5 lezen we immers ook duidelijk: ‘want heel de aarde is van Mij’. Wij zijn als rentmeester verantwoording schuldig aan de Eigenaar.

De Groene Kerk heeft een deugdelijk theologisch fundament!

Daar heeft Peter Stuhlmacher materiaal voor opgesomd: ‘De bijbelse theologie van Oud en Nieuw Testament wordt geconstitueerd door het kerygmatisch getuigenis van de Ene God, Die de wereld geschapen heeft, Israël tot Zijn eigendomsvolk verkoren heeft en in de zending van Jezus als Christus voor het heil van Joden en heidenen genoeg gedaan heeft.’ Met het Oude Testament en het vroege Jodendom is ook Jezus ervan uitgegaan dat de gehele schepping, en bijzonder Israël, onder Gods aanspraak staat. God heeft de wereld in een heilzame orde geschapen. Hij heeft Zijn wil bekend gemaakt, oudtijds aan Israël. Nu - in de tijd van de in Jezus Christus gekomen Koningsheerschappij van God - klinkt de oproep tot omkeer (Marcus1:15). Het nieuwe leven in de gemeenschap met God wordt enerzijds gestempeld door ‘vreugde en vrijheid’ en staat anderzijds onder de verplichting nu nieuw te leven overeenkomstig de wil van de goede God. Dan kun en wil je niet om Gods bedoeling met Zijn schepping heen!

Samenhang met de christologie

Aandacht voor de schepping is wezenlijk voor het Oude Testament, het vroege Jodendom en het Nieuwe Testament. De Torah en de wijsheid heeft de hele wereld in beeld. Paulus geeft geen abstracte reflectie over de mens op zich. Mens en wereld horen bij elkaar en hebben verlossing nodig. De hoop op verlossing voor zondaren en de schepping richt zich alleen op Christus en Zijn verlossingswerk. Ondanks het feit dat Paulus de doorwerking van de zonde diep peilt en de gestalte/gedaante van deze wereld vergaat (1 Cor. 7:31), is de schepping bestemd om van de dood bevrijd en verheerlijkt te worden (door het werk van de Heere Jezus Christus). Te denken valt daarbij o.a. aan 1 Corinthe 15:25-26; 50-57 en Romeinen 8:18-25.

Schepping en verlossing

De schepping is geen pro memorie post, zoiets als achteraf mooi meegenomen. De schepping is wezenlijk voor het christelijk geloof. Dat hangt heel nauw samen met de bijbelse reikwijdte van het heil van God in Christus. Het heilsgebeuren en -werk van de ene God in en door Christus betreft Joden, heidenen en de schepping gezamenlijk (1 Cor. 15:23-28; Rom. 8:18-39; 11: 25-32). Jezus Christus is de Messiaanse Zoon van God en Verzoener, Die het heil en de heilbrengende orde van Gods gerechtigheid voor Israël, de heidenen en de hele schepping doorzet. God bewerkt midden in de geschiedenis de menswording van Jezus Christus. Deze incarnatie is essentieel voor de doorbraak van Gods heil in de tijd en stempelt deze dan ook tot nieuwe tijd van het heil. Hierbij valt te denken aan Galaten 4:4-5; Efeze 1:10 en Hebreeën 9:26.

E. Praktische Handvatten

De prediking is het hart van het kerk-zijn. Wanneer we ons in de prediking verliezen in eenzijdigheden zal dat snel leiden tot een verschraling. Als de prediking een gezonde bijbelse diepgang en breedte houdt, zal de gemeente geoefend worden voor haar taak in deze wereld. Dan leert zij met nieuwe ogen te kijken naar de bergen, de bomen, de bossen. Dan leert zij met nieuwe oren te luisteren naar het zuchten van de schepping. Dan vullen haar ogen zich met tranen van diep verlangen naar de volkomen doorbraak van het Koninkrijk van God. Haar hart gaat sneller kloppen om een middel te mogen zijn in Gods hand om als rentmeester in de schepping te staan. De Heilige Geest spoort haar aan, inspireert en instrueert haar om vanuit dat perspectief in een nieuw leven te staan.

De jeugd

Vorming is juist voor de Groene Kerk van het allergrootste belang. Zelf had ik het voorrecht om aan de rand van de bebouwing in Sliedrecht mijn eerste acht levensjaren door te brengen.

Met de boer in de naaste omgeving trok ik mee de weilanden in als hij de koeien ging melken.

Voor mij was dat een heerlijke tijd van eindeloos ronddwalen in een weide toen nog vol bloemen tussen Sliedrecht en Wijngaarden. Thuis hadden we allerlei huisdieren en dat vroeg onze aandacht en zorg, maar je bouwde ook een band op. Verantwoordelijkheid voor de schepping kregen we vroeg mee. Het ouderlijk huis is van zo groot belang als we praten over De Groene Kerk.

De catechese

Naast de prediking en de opvoeding thuis mogen we het belang van de catechese beslist niet onderschatten. Bijbels onderwijs inzake de schepping en onze omgang ermee zal vormend werken voor de jeugd van onze kerken. Wat is het belangrijk dat we proberen onze jonge mensen liefde tot en aandacht voor de kosmos bij te brengen. De visie die dr. Jac. P. Thijsse doorgeeft in wijze lessen over onderwijs in de natuur e.d. is voor ons nog steeds van belang. Hij neemt het op voor aanschouwelijk onderwijs en kiest voor het adagium: ‘wanneer ik de koe niet in de klas kan brengen bij het kind, dan breng ik het kind naar de koe.’ Zo gingen jonge Amsterdamse onderwijzers met hun klas ‘schoolwandelingen’ houden. Ze kregen destijds de steun van wethouder Mr. Willem van Lennep. Ze trokken erop uit met Jordaankinderen. Op weg naar Vondelpark, Willemspark en Amstelveenseweg. Kinderen zagen en hoorden in de praktijk de vogels, de polderscheiding, de vijzelmolen etc. Vaak waren de kinderen sjofel gekleed, slecht geschoeid, velen op klompen ‘maar de koning te rijk’ door die uitstapjes. Je moet ermee al vroeg beginnen. Dat vraagt bezieling en kennis bij de leerkrachten door eigen waarneming.

De catechese kan die bezieling wakker roepen, versterken als de catecheet niet alleen met kennis van zaken, maar ook met passie de levende natuur en cultuur ter sprake weet te brengen. Thijsse breekt een lans voor het belang van ‘eenvoudige vreugdevolle natuurbeschouwing’ voor kinderen. Ze leren dan genieten van het mooie en krijgen oog voor de waarde en waardigheid van de natuur. Ze krijgen besef van de plicht om te behoeden tegen ontluistering en verval. Onvergetelijke ervaringen aan natuurgenot verschaffen, liefst ongedwongen en met een grote mate van spontaniteit, is heel belangrijk!

Het belang van relaties in de breedste zin

In een tijd van het ‘dikke ik’ is dat niet alleen buiten de kerk maar ook binnen de kerk van belang. We worden allemaal, jong en oud, grotendeels ‘met hetzelfde sop overgoten’. We moeten vooral dicht bij onszelf blijven, authentiek zijn en voor onszelf op durven komen Assertiviteit is een must. Dit doorgeslagen denken vanuit het ego botst op allerlei manieren met echte ecologische belangstelling en verhindert vaak het maken van de juiste keuzes. Er zou al veel gewonnen zijn als we meer Bijbels over relaties leren denken. Wat is onze verantwoordelijkheid ten opzichte van onze Schepper en Formeerder? Wat is onze relatie tot onze medemens, dichtbij en veraf? Hoe zien we in Bijbels licht de plaats van de mens ten opzichte van de medeschepselen?

Men heeft het christendom als de meest antropocentrische religie wel verantwoordelijk gesteld voor een negatieve houding ten opzichte van het milieu. Dat betreft de zogenaamde White thesis. Daar is beslist wel het een en ander op af te dingen.

In de antropocentrische visie staan mensen buiten en boven de natuur. De natuur is instrumenteel voor de voordelen van de mensen. Daar ligt het doel van de historie en de evolutie. De mens heeft het recht de natuurlijke (hulp)bronnen te beheren en beheersen.

In het New Ecological Paradigm (NEP) verwerpt men die visie van exemptie en distantie en evenzeer het streven naar continue economische groei. NEP stelt dat iedere progressie zorgvuldig aandacht moet besteden aan de beperkingen die de natuur zelf ons oplegt en aan de wijze waarop mens en natuur op elkaar reageren. Alle levensvormen zijn gelijk, van elkaar afhankelijk en waardevol. Mensen representeren slechts één levensvorm van de vele. Dan klinken diverse waarschuwingen. Als de mens eigen belangrijkheid overschat en hij verwaarloost de plicht tot empathie en voorzichtigheid ten opzichte van andere soorten en levensvormen, dan ontstaan milieuproblemen. Als de grenzen aan de groei ten onrechte ontkend worden is dat desastreus. De mens matigt zich het recht aan om de natuurlijke omgeving verregaand aan te passen met het oog op eigen behoeften (met veronachtzaming van planten en dieren). Zo wordt de balans in de natuur verstoord. Vaak klinkt dan een onterecht/ ongefundeerd beroep op (toekomstige) menselijke vindingrijkheid. Bij de antropocentrische en optimistische visie stelt men: we zullen nog veel leren om de controle over de natuur te houden of te herwinnen. Dat het later wel weer goed zal komen, is dan het doekje voor het bloeden, terwijl men anderen verwijt de klimaatproblematiek te overdrijven.

Dat kost dan ten onrechte economische groei, zo stelt men. En dat alles ondanks de alarmerende klimaatrapporten en in weerwil van de harde feiten die zich aan ons opdringen.

Het ongefundeerde optimisme heeft de kleur van egoïsme en/of egocentrisme aangenomen. Het dictaat van de marktwerking is onmiskenbaar op de lange duur funest voor de kosmos.

Het recht struikelt op de straten. Dat aspect heb ik geprobeerd te belichten in mijn recente studie: Arm en rijk in crises. Armoede, uitsluiting, ongelijkheid en onrecht komen daar redelijk scherp en actueel in beeld. Mogelijk vraagt u zich af, maar de Groene Kerk gaat voor duurzaamheid? Wat moet je dan met gerechtigheid binnen dit kader? Bij een consequent groen beleid zal steeds meer duidelijk worden dat duurzaamheid onlosmakelijk verbonden is met aandacht voor recht, gerechtigheid, eerlijke verdeling en gelijke kansen voor allen. Mogelijk zijn dit in onze gereformeerde gezindte evenzeer te lang verwaarloosde thema’s. We zijn het zicht kwijt geraakt op de beide assen van gerechtigheid. Gerechtigheid raakt niet alleen onze relatie tot God (verticaal), maar evenzeer en niet minder onze relatie tot de (mede)mens en de schepping (horizontaal). Samen vormen die assen het kruispunt van het christenleven.

Tot Slot

Een Groene Kerk omvat meer dan alleen aandacht voor groene stroom, het milieu en de schepping! De Groene Kerk is ook een priesterlijk en diaconaal bewogen kerk! Dat zegt dan ook veel over de plaats van zo’n kerk in de breedte van de samenleving. Juist een Groene Kerk heeft en krijgt oog voor allerlei relaties, verticaal en horizontaal. De Groene Kerk wil voluit Bijbels leven en werken dan komen de schepping en de medeschepselen in allerlei facetten in beeld als een kostbaar sieraad, dat ons door de Schepper is toevertrouwd.

T.M. Hofman


Prof. Dr. Hofman is emeritus hoogleraar aan de TUA.

Dit artikel werd u aangeboden door: Christelijk Gereformeerde Kerken

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 juli 2022

Ambtelijk Contact | 20 Pagina's

De Groene Kerk

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 juli 2022

Ambtelijk Contact | 20 Pagina's