Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Leven met Gods Woord

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Leven met Gods Woord

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Gods gave is groot en rijk. De Geschonkene, Jezus Christus, zegt Zelf: Alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe. Joh. 3:16. Nu is er nog meer en daaraan dienen we te denken en bij en met te leven. De Bijbel is Gods Woord.

Gods getuigenis. Het is in onze handen gelegd. De Heere wil dat wij het bezitten. Het lezen. Er naar luisteren. En onder het lezen bidden.

Daartoe spoort de Heere ook aan in Zijn Woord. Met de verzekering: Al de Schrift is van God ingegeven en is nuttig tot lering, tot wederlegging, tot verbetering, tot onderwijzing die in de rechtvaardigheid is. 2 Tim. 3:16. Enige toelichting kan voor ons van betekenis zijn. Weerlegging met het Woord des Heeren houdt in dat we dwalingen kunnen weerleggen.

Gevaren aantonen en de valse leer ontmaskeren. Verbetering. Het Woord brengt in het rechte spoor. Het Woord in samenwerking met de Heilige Geest leidt tot reformatie. Het geloven in het Woord, het vasthouden aan het Woord, het gaan met het Woord en zelfs het leven door het Woord.

Onderwijzing is in dit verband het opvoeden tot het juiste doen van Gods wil en zo het wandelen in de vreze des Heeren. Ambtsdragers dienen er bij te leven dat dit tot het Goddelijk levensdoel behoort. Dit houdt niet op als een predikant emeritaat wordt verleend. Ook al heeft men geen vaste ambtelijke standplaats meer.

Men mag de naamgeving V.D.M., Verbi Divini Minister, behouden. Dienaar van het Goddelijke Woord. Voor zover de gezondheid er mag zijn, behoort de liefde tot het Woord, tot de dienst, tot ouderen en jongeren er te zijn. Vanuit en gedreven door wat er in Psalm 27:4 staat ‘Eén ding heb ik van de HEERE begeerd, dat zal ik zoeken, dat ik al de dagen mijns levens mocht wonen in het huis des HEEREN, om de lieflijkheid des HEEREN te aanschouwen en te onderzoeken in Zijn tempel.’ De Heere wil het vermaak in Zijn dienst geven. Het is waar wat we zingen in de berijmde verzen 7, 8 en 9 van Psalm 119. Het wordt doorgegeven en overgenomen. Dit geldt ook wat wordt beleden in heel Psalm 119. Gaat het mee, ambtsdragers?

De gemeenten die gediend werden blijven spreken en de Kerk op zich is geen afgeschreven zaak. De Heere heeft daarin wonderen gedaan in het persoonlijk en ambtelijk leven. Onder het schrijven moet ik denken aan het contact met prof. v.d. Schuit, mijn leermeester. Het levenseinde naderde.

Hij mocht uit genade doorgeven wat zijn levensgrond en stervensgrond mocht zijn. Zo hoor ik de klacht: Mijn kerk, mijn kerk. Het gaat niet goed.

Het gaat niet goed. De zielsbevinding gaat wijken. Zelf mag ik nu een hoge leeftijd hebben. Wat zeer bedroeft: Het bevindelijke spreken vanuit de Schrift met de band aan het verleden wordt minder gehoord. We gaan toch niet voorbij aan het ‘er staat geschreven’? Nooit kan men in zijn Schriftgeloof in veiliger en dieper spoor gaan dan met Jezus Christus.

Hij is gezalfd in de eerste plaats tot Profeet. Jezus is de hoogste Profeet en Leraar. Jezus was Zich dit ook bewust. Het was ook Zijn leven. Zijn lust. Zijn begeerte om Profeet en Leraar te zijn. De evangeliën spreken er rijk van. Welmenend, oprecht, hartelijk klonk het op de sabbatmorgen in de Synagoge te Nazareth: Heden is deze Schrift in uw oren vervuld (Lukas 4:21). Het Messiaans, profetisch woord. Jesaja 61. Geprofeteerd in het verleden, maar nu vervuld. In Mij, door Mij. Zo kon en mocht Jezus spreken. Vaders moeten was des Zoons wil. Tot aan het kruis, zelfs in het stervensuur was Jezus de Christus der Schriften. Na Zijn opstanding uit de doden kwam Hij tot de Zijnen als Profeet en Leraar. Bij het open graf horen we Hem spreken. Op de weg naar Emmaüs sprak Jezus. Van de Emmaüsgangers lezen we: Jezus legde hun uit, in al de Schriften, hetgeen van Hem geschreven was. Lukas 24: 27. Welk een Schriftuurlijk, pastoraal onderwijs gaf Jezus aan Zijn discipelen op de Paasavond.

Woorden met een opdracht en niet tijdgebonden. Wat Jezus sprak behoort vandaag te leven in heel het dienstwerk. Hoe er ook aan gedacht wordt en hoe het ook wordt ingevuld, de woorden van Jezus zijn het einde van alle tegenspraak. In verband met de reformatieherdenking werd nogal eens gewezen op Luther. Terecht is gezegd: de theoloog Luther kan men leren kennen als men acht geeft op zijn bezig zijn met de Schrift. Luther had ook de gewoonte tweemaal per jaar de hele Schrift door te lezen. Zijn Psalmboek had hij altijd bij zich. Het was zijn gebedenboek. De waarde, de rijkdom en het doel van Gods Woord nam door kennis van het Woord en de werking van de Heilige Geest toe.

Vandaar dat zijn onderwijs steunde op het Woord van God. Wat hij in het Woord ontdekte gaf hem ook moed en kracht. Bijzonder wanneer er felle aanvechtingen waren. Luther hoorde in de Heilige Schrift de stem van God en de stem van Christus. Tijdens een college over de Psalmen zei Luther tegen zijn studenten: Dit houd ik voor de allergrootste genade en een zeer wonderlijke gunst van God wanneer het iemand gegeven is de woorden van de Schrift zo te lezen en te horen als hoort hij God Zelf spreken en onderwijzen. En hoe zou men dan niet naar lichaam en ziel heilig beven als men gewaar wordt dat een zo grote Majesteit tot hem spreekt. Toen Luther bij zijn promotie de doctorseed aflegde beloofde hij getrouw de Heilige Schrift te leren. Zijn levensdevies was: er staat geschreven. Het Woord zullen ze laten staan. Let er ook op hoe zijn levenseinde was. Wij zijn bedelaars.

Hoe verder op de dienstweg, hoe groter bedelaar voor God. Met Psalm 119 in hart en hand. Is dat zo bij ons als ambtsdragers?

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 6 februari 2018

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Leven met Gods Woord

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 6 februari 2018

Bewaar het pand | 12 Pagina's