Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Luther over de overdenking van de Heilige Schrift (6, slot)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Luther over de overdenking van de Heilige Schrift (6, slot)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In een aantal artikelen dachten we – zowel in het Reformatiejaar 2017 als in 2018 – na over wat Luther naar voren heeft gebracht over de overdenking (meditatio) van de Heilige Schrift. In deze laatste aflevering luisteren we bij wijze van terugblik nog één keer naar Luther zelf.

Afronding

We komen tot een afronding van deze korte artikelenserie. Verschillende keren hebben we geluisterd naar wat Luther schreef over de overdenking (meditatio) van de Heilige Schrift. Eigenlijk was het mijn voornemen om in deze laatste aflevering in te gaan op de vraag, wat we voor vandaag kunnen leren van Luther. Maar ik realiseer me dat ik tussendoor al heel wat ‘toepasselijke’ opmerkingen heb gemaakt. Daarom laat ik bij wijze van samenvattende terugblik nog één keer Luther zelf aan het woord.

Ik citeer uit Luthers ‘Voorrede op deel I van de Duitse geschriften’ (1539), in de vertaling van prof. dr. W. van ‘t Spijker. Kort geleden is die voorrede trouwens opnieuw in Nederlandse vertaling verschenen in de mooie tweedelige uitgave Luther Verzameld, onder redactie van prof. dr. H.J. Selderhuis. Deze twee banden zijn de aanschaf zeker waard. Natuurlijk, u vindt er ook stukjes uit Luthers werk die minder aanspreken. En u mist er Luthers verklaring van de Galatenbrief. En de vertaling is soms wel erg eigentijds; wij hechten toch wel aan een klassiekere verwoording. Maar toch… wat dacht u van de vertaling van ‘De vrijheid van een christen’? ‘Over de slaafse wil’? ‘De zeven boetepsalmen’? ‘Luthers uitleg van de lofzang van Maria’? ‘Hoe men bidden moet. Brief voor meester Peter Barbier’? ‘Een preek over de voorbereiding op het sterven’? U vindt ze allemaal terug in voornoemde uitgave.

Terug naar de Voorrede. Luther schrijft daar dat drie dingen nodig zijn als het gaat om onze omgang met het Woord: oratio (gebed), meditatio (overdenking) en tentatio (aanvechting). Deze drie zaken maken volgens Luther de ware theoloog.

Gebed

Het eerste wat nodig is in onze omgang met de Bijbel, is een ootmoedig en ernstig gebed om de verlichting door de Heilige Geest. Wie alleen met zijn verstand te werk gaat, komt volgens Luther bij dwaling terecht! Luther: ‘In de eerste plaats dient u te weten, dat de Heilige Schrift een zodanig boek is, dat alle andere boekenwijsheid tot dwaasheid maakt, omdat niet één ervan het eeuwige leven leert, behalve dit Boek. Daarom moet u onvoorwaardelijk uw zinnen en verstand terzijde stellen, want daarmee zal het niet lukken. Integendeel, met die vermetelheid zult u uzelf uit de hemel in de afgrond van de hel storten’.

‘Maar kniel in uw kamertje neer en bid met rechte ootmoed en ernst tot God, dat Hij door Zijn lieve Zoon Zijn Heilige Geest wil geven, om u te verlichten, te leiden en inzicht te geven. Doe dit, zoals u ziet, dat David in de bovengenoemde Psalm 119 telkens weer bidt: ‘Leer mij, Heere; onderwijs mij, leid mij en dergelijke woorden vele malen. Ofschoon hij de tekst van Mozes en de andere boeken goed kende, en dagelijks hoorde en las, wil hij niettemin de rechte Leermeester van de Schrift erbij hebben, opdat hij immers niet met zijn verstand te werk zou gaan en zijn eigen leermeester zou zijn. Want daar komen de sektegeesten uit voort, die zich aanmatigen, dat de Schrift aan hen onderworpen is en gemakkelijk met hun eigen verstand te bemachtigen … waarbij zij geen Heilige Geest en ook geen gebed nodig zouden hebben’.

Overdenking

In de tweede plaats wijst Luther op de noodzaak om het Woord hardop te lezen en steeds te herlezen en zo te overdenken. Niet te snel moeten we denken dat we de Schrift begrijpen, volgens hem: ‘In de tweede plaats moet u mediteren, dat wil zeggen niet alleen met het hart, maar ook met de mond sprekend, de woorden van het Boek letterlijk telkens maar weer herhalen, lezen en nog weer eens lezen, met een vlijtige opmerkzaamheid en nadenken over wat de Heilige Geest ermee bedoelt’.

‘Pas ervoor op, dat u het niet moe wordt, of dat u denkt, dat u het met tweemaal lezen wel genoeg gelezen, gehoord, gezegd hebt en dan meent dat u het alles wel fundamenteel begrijpt. Want daar groeit nooit een goede theoloog uit. Ze zijn als het onrijpe fruit, dat afvalt voordat het nog maar half rijp is’.

Aanvechting

Het Woord en de waarheid en troost daarvan moet echter ook bevonden worden. Dat gebeurt volgens Luther bij uitstek in de aanvechting. Het valt buiten het bestek van deze artikelenreeks om daar nu nog uitvoerig op in te gaan. Laat ik mogen volstaan met een kernachtige uitspraak van Luther hierover: ‘In de derde plaats is er de aanvechting. Zij vormt de toetssteen, die u niet alleen leert om te weten en te verstaan, maar ook om te ervaren, hoe recht en waarachtig, hoe zoet, hoe lieflijk, hoe machtig en troostrijk het Woord van God is: wijsheid boven alle wijsheid.’

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 6 februari 2018

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Luther over de overdenking van de Heilige Schrift (6, slot)

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 6 februari 2018

Bewaar het pand | 12 Pagina's