Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Niet vergeten

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Niet vergeten

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vrijdag 15 december was er een contact met jongens en meisjes van de Groenewegenschool te Werkendam. Vijf en tachtig kinderen van groep 5 van de basisschool. Het verzoek was om die middag iets te vertellen van de vijf oorlogsjaren doorgebracht in Rotterdam. Graag wilde ik dit. Temeer daar die jaren niet vergeten zijn en dat bijzonder door de leiding, de bewaring en het onderwijs door de Heere. De jaren ’40 – ’45 spreken van de tegenwoordigheid van de Heere. In de donkere jaren was de Heere een steun en sterkte. De Heere heeft in de loop der jaren bevestigd: wat ik nu doe weet gij niet, maar gij zult het na dezen verstaan, namelijk om dominee te worden? Nee, om te dienen in het ambt. Als knecht bijzonder op de zondag.

Het contact met het onderwijzend personeel en zo met de kinderen trof me en het werd me gegeven een duidelijk verhaal door te geven.

De vrijdagmorgen 10 mei 1940 liet zien en horen dat het oorlog was. Vliegtuigen beschoten elkaar en stortten brandend neer. Het werd dezelfde morgen gehoord dat het vliegveld Waalhaven door gelande parachutisten al was ingenomen en bij de Maasbruggen dreven watervliegtuigen gevuld met gewapende militairen. Er zijn wat gegevens aan de vijand doorgegeven.

De aanvallen gebeurden volgens berekening. Toch mislukte het. De tegenstand van Hollandse zijde was sterk. Onze soldaten, waaronder ook mariniers, vochten als leeuwen bij de Maasbruggen. In de middag van dinsdag 14 mei werd onderhandeld tot overgave van Rotterdam. Echter, de opperbevelhebber van de Luftwaffe, Herman Göring, gaf opdracht tot een zwaar oppervlakte bombardement.

Dat bombardement moest leiden tot overgave van Rotterdam, tot

Niemand is teruggekomen. Iets doen tegen wegvoering was uitgesloten. Een overvalwagen stopte. Vier soldaten stelden zich op met het geweer in de hand. Onder begeleiding gingen de Joden als een stel criminelen de overvalwagen in. Dit gebeurde ’s avonds of ’s nachts. Het geziene wordt nooit vergeten. In de goede dagen voor de oorlog heb ik in de gemaakte loofhut gezeten en was er goed contact. De dolle dinsdag 5 september 1944 en de tijd daarna staan in het geheugen gegrift. Er werd wat gezien. Men dacht op 5 september: nog een enkele dag en wij zijn ook bevrijd. Maar wat werd er bemerkt? Gewapend verzet nam toe. Het naziregime was grimmig.

De voedselvoorziening werd minder. De hongerwinter brak aan en velen werden geveld. Er werd gegrepen naar koolstronken, suikerbieten en bloembollen. Er was gebrek aan gas, kolen en hout om te koken. Letterlijk en figuurlijk werd het nacht en zelfs zeer donker door de onverwachte razzia op donderdag 10 en vrijdag 11 november 1944. De Duitsers gingen van het ene huis naar het andere. Er was jacht op de manspersonen van 17 jaar tot 40 jaar. Twee en vijftig duizend werden er weggevoerd. Ik heb het wegtrekken gezien en gehoord wat het deed in de gezinnen. Honderden stierven ook van honger. Het was nacht. Maar er mocht meer zijn in de onvergetelijke winter ’44- ’45.

De Heere was er met Zijn Woord, de zondag was er met Zijn dienst. Aangrijpend was zondagmorgen 13 november 1944 in de kerk. Droefheid. Vele plaatsen waren leeg. Ds. Laman sprak het votum uit. In ons is geen kracht tegen deze grote menigte en we weten niet wat we doen moeten Doch onze ogen zijn op U. Gezongen werd Psalm 86 vers 4. De tekst was 2 Koningen 19:14. Indringend, onderwijzend, vertroostend was de prediking. Gelovig in God de Heere en Zijn trouw kon de dominee na de dienst het uitspreken: Geliefden, God de Heere brengt alle mannen thuis.

Ik mag het geloven. En het is gebeurd. Maar in de fel koude hongerwinter was er nog meer. In een koud kerkgebouw, bij 6 à 8 graden vorst, werd de dienst gehouden. Vanzelf korter. Twee diensten. De Heere gaf dienstvrucht. Laten we de jaren ’40 – ’45 niet vergeten. Met een blijvende vraag. Hoe is het met ons spreken en luisteren? Is er Woordvrucht?

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 20 februari 2018

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Niet vergeten

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 20 februari 2018

Bewaar het pand | 12 Pagina's