Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

LEVENS- VRAGEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

LEVENS- VRAGEN

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

“Er zijn allerlei redenen waarom (jong)volwassenen geen aansluiting meer vinden bij een kerkgenootschap en het daarom verlaten. Uit een onderzoek onder kerkverlaters blijkt dat 54% van de jongvolwassenen tussen de 20 en 35 jaar de kerk hebben verlaten, omdat er geen goede antwoorden op levensvragen worden gegeven. 43% ervaart in de kerk te weinig ruimte voor dialoog en 42% is teleurgesteld over hoe de kerk is omgegaan met persoonlijke omstandigheden”.

Aldus een veelzeggend bericht uit een recent onderzoek. Als het goed is, gaan we als voorgangers en als kerken hierover nadenken. Dat is ook de bedoeling. Ik wil een poging doen om te zoeken naar een antwoord.

Het kan zijn dat onze preken de eigentijdse vragen te veel laten liggen. We kunnen het niet alleen hebben over de troost in het sterven, maar het gaat ook over die voor het leven. Ongetwijfeld stelt het moderne leven voor vragen, die wachten op antwoorden uit Gods Woord. Eén van die vragen is bijvoorbeeld de recente wetswijziging over donorregistratie. En verder zullen vragen bedoeld zijn, die het Godsbestaan aan de orde stellen of de onfeilbaarheid van de Bijbel aangaan. Als het goed is, zullen predikers zich beraden op dit alles. Het zijn vragen die de actuele betekenis van Gods Woord aan de orde stellen.

Er is ook een andere kant. Verder doordenkend, merk ik op dat veel jonge mensen hoog inzetten. Die jeugd, die zich actief geeft in het gemeentelijke en geestelijke leven, heeft een stijl waar ouderen misschien jaloers op kunnen worden. Maar juist die hoge inzet kan uitlopen op teleurstellingen. Evenzeer als spectaculaire bekeringen later kunnen vervluchtigen, kan dit ook het geval zijn met jeugdig enthousiasme. Men is niet voldoende berekend op de kosten van de torenbouw. Dat kan ook weer een gevolg van een bepaald soort prediking zijn. Leeft misschien toch te veel de indruk dat de dienst van God enkel geluk en vrede brengt, terwijl te weinig duidelijk wordt dat het om een gevecht gaat?

Daarbij merk je soms dat jongeren meer zoeken naar een goed gevoel dan naar een redelijk inzicht. In dat geval kan het gevolg zo maar zijn dat we de weg verlaten en zelfs de Heere de rug toekeren.

Zou het ook niet kunnen zijn, dat de jeugd ándere vragen stelt dan de voorgaande geslachten? In ieder geval zou het toch moeten zijn dat jonge mensen, evenals wij allen, worstelen met de vraag van Luther, met een vraag als van de tollenaar. Door die hoge inzet beschouwt men deze vragen misschien als gepasseerd, of als niet aan de orde zijnde. En ook dit kan weer duiden op een gebrek in de prediking, maar het kan ook zo zijn dat kerkverlaters de antenne voor dit alles missen. Misschien omdat we zo mondig geworden zijn?

Is men ooit onbekeerd geworden in eigen oog en heeft men zichzelf leren kennen als een buitenstaander? Dat zou toch meer de rechte start moeten zijn in de loopbaan van het geloof. Deze vragen komen wel aan de orde in de rechte prediking. Maar we moeten ons dan ook weer afvragen of onze preken op die vragen het antwoord duidelijk maken. We moeten eerst begrip vragen voor de eigenlijke vragen om daarna de antwoorden te geven. Er is van veel kanten op gewezen dat onze preken te vlak zijn. Er worden allemaal dingen gezegd die iedereen wel weet. Terecht werd enige tijd geleden door de voorzitter van de gereformeerde Bond opgemerkt, dat een preek moet schuren en vonken. Ik weet verder van andere tijden dat de hoorders echt liepen met geestelijke vragen. Daarop werden dan in de preken knopen ontbonden en zielsvragen opgelost. Men kwam met die vragen naar de kerk, zoals de tollenaar. Is dat nu ook nog zo? Dus wat verstaan we onder levensvragen? Wat onder de dialoog?

Ik ben ervan overtuigd dat veel kerkgangers met vragen lopen, maar zijn het ook levensvragen? Nogmaals, de prediking moet midden in de tijd staan, maar de preek is niet de plaats om allerlei vragen, die de tijd aan de orde stelt, op de kansel te beantwoorden. We zijn geen artsen en geen therapeuten in die zin van het woord.

Maar de kerk wil op andere momenten, zoals tijdens de catechese en ander kringwerk, deze vragen wel bespreken. Veel catecheten zullen dat proberen met alle middelen die ons gegeven zijn.

Als ik zulke geluiden zoals hierboven hoor, bekruipt me steeds weer de vrees dat het uitloopt op allerlei pogingen van de kerk om tot aanpassing te komen. Een dialoog is goed, maar niet op de manier dat de waarheid van twee klanten komt. Het mag niet leiden tot een compromis, waarin we echt het Woord aanpassen. Die pogingen worden in deze tijd al meer dan genoeg ondernomen; en ik verbaas me er wel eens over dat deze dingen ook onze gezindte zo maar geruisloos binnen komen. Er lijkt geen haan naar te kraaien. Blijkt tenslotte uit zulke onderzoeken ook niet dat het Evangelie niet naar de mens is? Ik heb het vermoeden dat kerkverlaters van nu ook zouden hebben afgehaakt, toen de Heere Zijn discipelen hoorde zeggen dat Zijn rede hard is. Daar moeten wij ons allen op onderzoeken.

En tenslotte: ik hoor toch ook in allerlei vragen (denk aan Refoweb en aan jeugdpagina’s in het RD) dat er ook een groep jongeren is die wel rondloopt met de echte vragen. Er zijn toch ook tekenen van hoop, er zijn ritselingen des Geestes, ook bij jonge mensen. Het blijft dan toch waar dat het zaad Hem zal dienen. Dan kan het gebeuren dat jongeren ons als ouderen nog op sleeptouw nemen.

Zo hebben deze woorden ons heel wat te zeggen. Zowel de predikers alsook de hoorders. In de maalstroom van dit alles mocht Petrus zeggen: Heere, tot wie zullen we anders heengaan? Gij hebt de woorden des eeuwigen levens en wij hebben geloofd en bekénd dat Gij zijt de Christus, de Zoon van de levende God!

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 6 maart 2018

Bewaar het pand | 12 Pagina's

LEVENS- VRAGEN

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 6 maart 2018

Bewaar het pand | 12 Pagina's