Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Verlustiging

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Verlustiging

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

“Dan zult gij u verlustigen in de HEERE” (Jes. 58:14a)

Dat is wel het hoogste goed: verlustiging in de HEE- RE. Het woord heeft te maken met diepe vreugde en groots vergenoegen. Iemand die dit voelt, is gelukkig. Het staat op één lijn met wat de dichter zong: “Ik Heere, die al mijn blijdschap in U vind”.

Het heeft alles te maken met een nauwe wandel als van Henoch.

We vinden deze verlustiging terug bij veel meer psalmdichters. Het is niet alleen zich verlost weten en deelgenoot zijn van de zaligheid, het gaat vooral om de HEERE Zelf. Ik ben zeer vrolijk in de Heere, zo riep de profeet ooit uit.

Hoe groot is het als we de Heere mogen kennen als een verzoend God en Vader. God heeft een weg ter verlossing uitgedacht. Geen van Zijn deugden is daarbij gekrenkt. Zijn recht en genade vinden hun harmonie in de Persoon en het werk van de Heere Jezus Christus. Het is Gods Geest Die deze weg verklaart aan het hart.

Als we deze hoogte betreden, kan de vraag ons bestormen of de Heere zoveel, ja alles voor ons betekent. We moeten onszelf aanklagen dat onze harten, ook als we iets van Gods genade hebben leren kennen, zich zo vaak ophouden in de dalen…..

Er kunnen immers zoveel wolken voor de zon drijven en er doen zich zoveel belemmeringen voor. De harpen hangen aan de wilgen en we hebben geen kracht en zien geen reden om een van de liederen Sions te zingen in een vreemd land. Er kan verder zelfs bij Gods kinderen een gewenning optreden, zodat de eerste liefde verlaten en bijna vergeten is. Dan zijn er andere dingen waarnaar onze lust uitgaat.

Zo was het ook met Israël. Jesaja spreekt driemaal over hun lust (of verlustiging). In vers 3 zegt de Heere dat zij hun lust vinden, als zij vasten (ten dage, wanneer gijlieden vast, zo vindt gij uw lust). Vers 13 herhaalt dit nog eens. Uiterlijk was het volk wel doende met hun godsdienst, maar ondertussen deden ze waar ze zelf zin in hadden. Ze waren op de sabbat bezig met hun zaken, ze droomden van aardse schatten, ze zagen de wereld als een grote etalage, waar zoveel moois te vinden was. Onze natuurlijk begeerte gaat daar immers naar uit. Deze lust zien we bij alle mensen van nature. U vindt het zeker ook terug in uw eigen hart. We rennen door de supers van deze tijd om maar zoveel mogelijk te genieten van alles. Het viel mij laatst op dat het woord “genieten” een modewoord is: Lekker genieten! Van die vakantie of van dat uitje. Lang niet altijd verkeerde dingen trouwens, maar als we niet meer hebben?

Laag bij de gronds? Eigenlijk wel. Het is de zucht naar een verloren paradijs en een hunkering naar onbereikbare idealen. Nu konden er echter ook betere dingen van het volk gezegd worden. Opnieuw valt het woord “lust”.

Daarover gaat het in vers 2: “Hoewel zij Mij dagelijks zoeken, en een lust hebben aan de kennis Mijner wegen, als een volk, dat gerechtigheid doet en het recht zijns Gods niet verlaat, vragen zij Mij naar de rechten der gerechtigheid; zij hebben een lust tot God te naderen”. Israël kende ook wel betere momenten. Ze konden ook genieten van de tempel en van hun zoeken van God. Dat is het tweede niveau. Het eerste is hun natuurlijke lust. Het tweede waar het nu over gaat. Is hun vrome lust. Een lust hebben zij om tot God te naderen. Dat is heel wat. Dat komt heel dichtbij. Ze voelen zich thuis in de kerk, ze genieten van hun favoriete dominees, ze zingen hun psalmen uit volle borst. Daar ziet u hem staan, voor in de kerk en hij looft en dankt zijn God. Het is heel ontdekkend wat hier gezegd wordt. Er kan hel veel zijn wat het niet is. Waar ontbreekt het hen dan aan? Wel, zij hebben een verdeeld hart. Zij voelen zich in de kerk evengoed thuis als in de kroeg of de dansvloer. De Heere zegt het zo: “Ziet, ten dage, wanneer gijlieden vast, zo vindt gij uw lust”. Hun vroomheid is een uiterlijk gewaad dat ze gebruiken als het hen uitkomt. Het is een ticket waarmee zij denken de hemel binnen te gaan.

Al deze dingen leven in ons aller hart. Maar Gods volk komt door genade verder. Zij bereiken het derde niveau: “Dan zult gij u verlustigen in den HEERE! Bereiken zij het? O nee, het staat hier als een belofte, een garantie. Het komt als een gave van God. Maar deze wordt verkregen op voorwaarde van het opgeven van de eigen lusten. Zo spoort dit hoofdstuk ons aan onszelf te onderzoeken en de weg naar de ware vreugde te vinden. Blijf niet staan bij de schatten van de wereld, heb niet genoeg aan een vrome verlustiging, maar zoek en vind uw ware verlustiging in de Heere. Dat vraagt bekering. Maar deze heeft een rijke vrucht!

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 31 juli 2018

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Verlustiging

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 31 juli 2018

Bewaar het pand | 12 Pagina's