Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VERTROUWEN IN DE KERK

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VERTROUWEN IN DE KERK

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een recente mededeling gisteravond in de krant van enkele weken geleden trok onweerstaanbaar mijn aandacht. De kerken schijnen niet veel vertrouwen te genieten bij haar leden. Dat lijkt me een ernstige zaak. Evenzeer als er gestaan had dat mensen weinig vertrouwen zouden hebben in ziekenhuizen.

De hoofdredactie gaf aan dat kerken hier wel iets mee moeten doen, zoals bezinning en zelfonderzoek. Daar ben ik het ook absoluut mee eens. Het lijkt een fundamenteel probleem. Er werd nog een stukje onvrede gesignaleerd. Het betreft de Pers. Opmerkelijk dat de redactie daar geen gelijkwaardige conclusie aan verbond…..

Ik zou zelf enkele signalen kunnen noemen, die tot nu toe tot mij doordrongen. Op de eerste plaats zal staan dat de preken te moeilijk zijn. Jonge mensen noemen dat wel eens. Ik ga in dit artikel bewust niet in de verdediging. Ik speur naar redenen die ons tot inkeer en zelfonderzoek moeten brengen. Dus ik geef toe dat preken moeilijk kunnen zijn. Een collega zei pas nog: een preek waar je het meeste tijd en werk in hebt gestoken, komt meestal het minste over bij de gemeente. Omdat zo’n preek exegetisch (te) diep gaat bijvoorbeeld. Te veel details. Een kerkganger die onvoorbereid zo’n diepgravende preek hoort, maakt dat waarschijnlijk niet mee.

Bovendien heeft niet ieder de stijl van Spurgeon. Hij kon eenvoudig spreken over moeilijke dingen. Zulke voorgangers zijn er meer. Maar er zijn er ook genoeg, die dat niet kunnen. Hun stijl kan omslachtig en breedsprakig zijn. Als predikant ben ik de eerste om medelijden te hebben met eenvoudige mensen onder moeilijke woorden en zinnen gezeten. Zelfs van Paulus zou je kunnen zeggen dat hij een niet alledaagse stijl hanteert. U begrijpt natuurlijk dat ik hier nu niet spreek vanuit de invalshoek van God uit. Ik bekijk de zaken even menselijk. Net als de ondervraagden. Preken kunnen ook geestelijk wel ingewikkeld zijn. Er zijn mooie geestelijke aanduidingen, die echter iedereen niet kent of verstaat. Ik noem als voorbeeld het verschil tussen staat en stand. Of: zien is nog geen hebben (er bestaat van deze woorden een verkeerde uitleg en ook wel een goede). Het hoeft echt niet te gaan over een systeembekering; als geestelijke dingen met geestelijke worden samengevoegd, begrijpt de natuurlijke mens dat niet. Niettemin moet het toch ook mogelijk zijn dat we, zoals Paulus op de Areopagus, een geestelijke werkelijkheid bedoelen over te brengen bij de hoorders. In Athene lukte dat niet. We zijn met elkaar in enkele jaren tijds weggegroeid bij de belevingswereld en de taal van kinderen Gods. Ook bij de kanseltaal. Woorden als ontdekking, kenmerken, mishagen, aanvechting enz. kunnen vreemd overkomen. Het gebeurt me soms dat, als ik tekstcorrectie toepas op een document, het taalveld van Word, geen enkele voorstelling heeft bij bepaalde geestelijke begrippen. Het zou kunnen dat bijvoorbeeld het woord “doel” je zo maar zou verplaatsen naar een voetbalwedstrijd. Bijbelse begrippen zoals rechtvaardiging en heiliging moeten al uitgelegd worden, waardoor de preek langer wordt.

Daar hebben we mee te rekenen. We moeten onszelf de eis stellen om met al deze factoren en oneffenheden rekening te houden. Gaven en talenten spelen hier een grote rol. We moeten eerlijk erkennen dat we dat allemaal niet in huis hebben. Dit onderdeel vraagt een uitvoerige behandeling. Ik ga dat hier nu niet doen. Ik signaleer alleen. Maar het vraagt wel om nadere aandacht.

Ik noem verder de beperkingen van een dienaar. Kunt u zich indenken dat hij op de kansel staat, terwijl hij tegelijk sterk het gevoel heeft dat het niet gaat? Dat gebeurt en het kan zijn terugslag hebben op de gemeente. Maar hij kan er ook staan met een schijn van “eigenwijsheid” en dat wil natuurlijk ook niet goed werken. Kanselmanieren en domineesgewoonten kunnen irritatie bij de hoorders opwekken.

Gelukkig kunnen Gods dienaren ook spreken in betoning van Geest en kracht en dat merkt de gemeente dan ook. Maar dat hebben zij zelf niet in de hand.

Ik benader nu bewust de dingen eenzijdig en van een kant bekeken. Er is ook een andere kant, er zijn meer factoren. Daar is bijvoorbeeld de kerkganger. Gelukkig geloof ik dat er werkelijk mensen in de kerk komen met heilbegeerte, die snakken naar een woord van de Heere. Het zijn zij die door onweders worden voortgedreven, de ongetroosten. Zij zijn niet kritisch en kunnen het al doen met de brokjes onder de tafel. Zij komen met de bede: “Zeg Gij tot mijn ziel: Ik ben Uw heil”.

Maar…… er zijn ook anderen. Er zijn er ook die verzet tegen het Woord uitleven. De een doet dat vanuit het moderne levensgevoel. De prediking moet eigentijds zijn en moet vooral de moderne mens strelen en pamperen. Of het gebeurt vanuit kille en koude onbekeerlijkheid en dode rechtzinnigheid.

Er is nog een allesbepalende factor. Dat is de bediening van Gods Geest. Als Gods Geest niet meer in beeld komt, gaan we het over de mens hebben. Over die dominee, die over de hoofden heen preekt, over de gemeente die zich ontoegankelijk opstelt. Maar als Gods Geest gaat werken, houden al die argumenten en beschouwingen op. Dan begrijp je ineens alles, dan geniet je in de kerk, dan leef je op op de kansel, dan zien we niemand meer dan Jezus alleen. Zou dat niet de beste bezinning zijn?

En tenslotte: U mag weten dat ik ook mijn problemen wel heb met dominees. Zonder namen te noemen heb ik een van hen in gedachten, die het naar mijn mening lang niet altijd er goed van afbrengt. Ik zeg dat heel vaak tegen hem maar hij vervalt vaak weer in dezelfde kwalen. En ik kan het echt wel weten want ik hoor hem elke zondag tweemaal. Toch is hij een dienaar des Woords en dat is ook zijn oprechte bedoeling. Maar of hij het ooit echt zal leren?

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 21 augustus 2018

Bewaar het pand | 12 Pagina's

VERTROUWEN IN DE KERK

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 21 augustus 2018

Bewaar het pand | 12 Pagina's