Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

AMBT EN VROUW

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

AMBT EN VROUW

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De laatste weken heb ik mensen horen spreken over vrouwen in de Bijbel, die toch ook profeteerden. Wat moeten we hiervan denken? Ik merk dat er argumenten de ronde doen, die bij velen vragen oproepen. Ik zie noodzaak om hierover nu iets te zeggen.

Vrouwen mochten zeker profeteren. Denkt u maar aan Hulda in de dagen van koning Josia. We kunnen ook denken aan de vier dochters van Filippus, die eveneens profeteerden (Hand. 21:9). Is dit niet een bewijs dat vrouwen ook mogen dienen in de ambten? Denk ook aan 1 Corinthe 11:5.

Het is te begrijpen dat hier verwarring kan optreden. Als u in de Bijbel het verschijnsel van de profetie bestudeert, komt u er al snel achter dat deze gave niet specifiek aan de tempel gebonden was. Dat was in het OT al niet het geval. Profeten verrichten geen tempelhandelingen, zoals offers e.d. Zij traden op in het maatschappelijke domein. In het NT is dat niet veranderd. Profeten verrichten geen sacrale handelingen in tempelverband. Profetie is wel een ambt, maar niet gebonden aan het heiligdom. Het is naar mijn gedachte ook onjuist om te stellen dat een predikant vooral het profetisch ambt vertegenwoordigt. Zo wordt het soms voorgesteld: de ouderling is de koning, de diaken de priester en de dominee de profeet. Een predikant kan zeker profetische gaven hebben, maar de profetie is niet zijn ambt. Er is alles voor om te stellen dat de predikant de priester vertegenwoordigt. Zie bijvoorbeeld Maleachi 2:7; “Want de lippen der priesters zullen de wetenschap bewaren, en men zal uit zijn mond de wet zoeken; want hij is een engel des HEEREN der heirscharen”.

Het onderwijs inzake de wet en de verzoening berustte bij de priesters! Paulus spreekt over de bediening der verzoening als zijnde zijn arbeid (2 Cor. 5:18). Profeten zoals Jeremia en Jesaja kregen openbaringen betreffende actuele zaken.

Doordenkend over de gave der profetie, wordt gesteld dat er nu geen profeten meer zijn. Toch wil ik voorzichtig de gedachte in overweging geven dat er ook nu nog profeten kunnen zijn. Ik heb vrouwen in gemeenten ontmoet, die profetische gaven hadden. Conclusie: het optreden van vrouwen als profetessen is derhalve geen argument voor de vrouw in het ambt.

Nu verder over de strikt kerkelijke ambten. Wie heeft de Heere geroepen tot de priesterstand, tot het ambt zoals dat in de tempel functioneerde?

Door heel het OT heen kunt u opmerken dat er nimmer een vrouw in de tempel dienst deed. De Heere heeft het ambtelijke optreden in het heiligdom speciaal voorbehouden voor de man. Dat hangt ook samen met het onderscheid dat gemaakt wordt tussen mannen en vrouwen. De man wordt gezien als het hoofd der vrouw en dat heeft diep verankerde wortels in de verhouding tussen God en de mens. In 1 Cor. 11:7-10 wordt dit helder voorgesteld: “Want de man moet het hoofd niet dekken, overmits hij het beeld en de heerlijkheid Gods is; maar de vrouw is de heerlijkheid des mans”.

Geen priesteressen dus. Niet één enkele uitzondering in heel het OT.

En dan komen we tot het NT. Het nieuwe verbond is anders dan het oude. Er is veel veranderd. Denk aan het woord: “Daarin is noch Jood noch Griek; daarin is noch dienstbare noch vrije; daarin is geen man en vrouw; want gij allen zijt een in Christus Jezus” (Gal.3:28). Voor het deel krijgen aan de zaligheid maakt het niet uit of iemand man of vrouw is. Toch wordt deze tekst wel eens gebruikt om aan te geven dat dus ook ambtelijk er geen verschil meer kan bestaan. Maar dit beroep mist elke grond.

Vanwege het feit dat de gemeente in het NT “mondig” is geworden, zouden we de conclusie kunnen trekken dat vrouwen nu ook deel mogen hebben aan de volle ambtelijke bediening. Maar opnieuw: u ontmoet in het NT geen enkele vrouwelijke ambtsdrager. Als u wilt bedenken dat de Heere Jezus in gezelschap verkeerde van vrouwen die Hem volgden, terwijl deze op geen enkele wijze betrokken werden bij het apostolaat of iets dergelijks, dan spreekt dat toch boekdelen. Onder de apostelen of de evangelisten waren geen vrouwen te vinden. Dit zijn toch sprekende feiten!

Voeg daarbij dan nog de teksten die expliciet stellen dat de vrouw geen ambtelijke taak heeft in de gemeenten. Denk aan 1 Tim.2:11,12: “Doch ik laat de vrouw niet toe, dat zij lere, noch over den man heerse, maar wil, dat zij in stilheid zij.” Zie ook 1 Cor. 14:34,35.

Als dan toch het pleidooi wordt gevoerd voor de vrouw in het ambt, moet erkend worden dat we de Schrift niet aan onze zijde hebben. Er wordt wel gesproken over vrouwen die gemeentelijke diensten verrichten, maar dat wordt niet geduid als ambtelijke dienst. Dus komen deze ideeën uit de koker van de tijdgeest. En dat men deze dan laat heersen over de Schrift, is tendentieus.

Ook dat men de nieuwe hermeneutiek volgt, die erop neer komt dat we de Bijbel wisselend moeten inpassen in elk tijdsgewricht. Dat betekent: Gods Woord moet naadloos passen bij de wensen van de mens, wat deze ook maar zijn. Op die manier raken we de eigen boodschap van het Woord kwijt.

Wat men al niet doen kan om deze ideeën te overwegen…! Daar moest ik even aan denken toen er een lijn werd getrokken van Ds. Lamain naar dit onderwerp. Misschien toch wat suggestief?

Eveneens suggestief leek mij het artikel van Ds. D. Visser in het KvhN. Ik val hem helemaal bij dat onze kerken een zigzagbeleid hebben gevoerd. Dat hebben we ook al eerder aangegeven. Maar om nu te stellen: de kerken tolereren dat er voorstanders zijn van de vrouw in het ambt, dus…, dat is ook een grote sprong! En wat te denken van een kerkelijk orgaan dat soms grotendeels door zusters wordt volgeschreven?

Ik hoop een verantwoording op bescheiden schaal gegeven te hebben voor hen die soms in twijfel geraken.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 4 december 2018

Bewaar het pand | 12 Pagina's

AMBT EN VROUW

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 4 december 2018

Bewaar het pand | 12 Pagina's