Sprekend Verleden / Smytegelt

Er wordt in de Bijbel niet veel over wanhoop gesproken. Wanhoop moet er zijn als iemand de zonde tegen de Heilige Geest heeft gedaan. Maar dat is een zeldzame zonde. Voor iemand die onbekeerlijk gestorven is, is er ook geen hoop. Maar zolang een mens leeft kan hij nog bekeerd worden. Wanhoop houdt in dat een zaak die men hoopte uit de gedachten wordt gezet. Het betekent ook ergens een walging van te hebben. Het is ook een met opzet verwerpen van alle genademiddelen. Met het volk was het zo “Wij hebben de bekering uit onze gedachten gezet en daarom, profeet, u mag het ook uit uw gedachten zetten. Wij zullen het toch niet doen.

Wij willen goddeloos zijn. Wij willen zondigen.” We walgen van uw raad. Wij zullen de middelen niet meer gebruiken. De profeet riep op tot bekering. Maar het volk zei dat het geen kracht had om zich te bekeren.

Daarom was het buiten hoop. Spreekt vers 11 niet over het oordeel van God dat komen gaat? Dat oordeel zou niet komen als er sprake zou zijn van bekering. Er kan een goede wanhoop zijn. Dat is wanhopen aan eigen kracht, eigengerechtigheid, aan alle schepselen, want zij kunnen niemand redden. Dat brengt tot de uitroep: wat zal ik doen om zalig te worden? De goede wanhoop leidt tot God en Christus. Een verkeerde wanhoop is in goddelozen aanwezig. Die verkeerde wanhoop houdt in dat God te onverzoenlijk en te onverbiddelijk is om genadig te zijn. Zij gebruiken geen middelen meer tot hun bekering. In kinderen van God kan ook verkeerde wanhoop zijn. Dat was zo bij David toen hij vreesde door de hand van Saul om te komen. Die verkeerde wanhoop kan lange tijd aanwezig zijn. Bij Heman heel zijn leven (Psalm 88). “Heman wanhoopte tot zijn dood toe.” Toch zijn Gods kinderen op een andere manier wanhopig dan de goddelozen. Het verschil is dat goddelozen graag de zonde doen, maar Gods kinderen niet. Er blijft liefde tot God in het hart. Gods kinderen blijven de genademiddelen gebruiken. Zij hebben geen zin in eten en drinken, in huiselijke zaken en in geestelijke zaken. Soms zijn er godslasterlijke gedachten in het hart. De satan wil soms brengen tot zelfmoord.

Wat zijn de oorzaken van verkeerde wanhoop in Gods kinderen? Langdurige bezoeking naar ziel of lichaam of naar beide. Vanwege zware zonden die bedreven zijn tegen beter weten in. Het zien van God als een verterend Vuur zonder de Middelaar te zien. Wanneer de Heere kastijdt na het begaan van zonden. Vanwege de vrees gezondigd te hebben tegen de Heilige Geest. De gedachte een verworpene te zijn. Vanwege gruwelijke gedachten in de ziel. Het geneesmiddel is te overdenken wat de Heere in het verleden gedaan heeft. De dag der kleine dingen mag niet veracht worden. De Heere zal het gekrookte riet niet verbreken. Bedenk dat de Heere lust heeft in het behoud van een zondaar. De verdienste van Christus is genoeg om grote zondaren te zaligen. De Heere Jezus heeft nog nooit een ziel weggestuurd die tot Hem kwam om geholpen te worden. De Heere wil alles om niet geven. Verricht uw taak in huis en op uw werk. Zie naar grote zondaren die door God bekeerd zijn. Bid ook om genade. Er zijn ook bijzondere geneesmiddelen tegen wanhoop. Bedenk dat Gods kinderen vaak veel tegenspoeden meemaken. Zij moeten door vele verdrukkingen ingaan in het Koninkrijk van God. Kijk naar andere kinderen van God die nog grotere verdrukking hebben meegemaakt zoals Job, David en Heman. Wie tegen beter weten in tegen God gezondigd heeft, moet gaan tot de barmhartige en ontfermende God. Zie op de algenoegzaamheid van de verdiensten van Christus voor de grootste zondaar. In Gods Woord staat dat grote zondaren genade kregen. Overdenk dat, laat het u moed mogen geven. Kijk naar hen die zwaar gezondigd hebben en toch weer genade ontvingen. Let op de zonden van Lot, David en Petrus. “Zie eens hoe de Heere toont dat Hij de ziel die zwaar van Hem is afgeweken weer wil aannemen. Dat zou geen mens doen. Ik zal het nochtans doen, zegt de HEERE Heere. Maar weder: Ik zal haarlieder afkering genezen, Hos. 14:5.” Als wanhoop voortkomt uit het zien van God als een verterend Vuur, is het nodig te zien hoe God in Zijn Zoon zondaren bemint. Als wanhoop voortkomt uit het feit dat de Heere Zijn ongenoegen toont over het bedreven kwaad, dient bedacht te worden dat dit Vaderliike kastijding is. Het is niet het werk van een rechter, maar het werk van een vader. Bent u bang de zonde tegen de Heilige Geest bedreven te hebben? Klaagt u over die zonde en treurt u daarover? Dan hebt u die zonde niet begaan. Bent u bang een verworpene te zijn? Bedenk dat de verborgen dingen voor de Heere zijn, Deut. 29:29. Wij weten Gods raad niet. Wie de zonde tegen de Heilige Geest begaat en wie onbekeerlijk sterft, is een verworpene. God is het waard om gediend en gevreesd te worden. Gaat u gebukt onder godslasterlijke gedachten? Zijn die gedachten u welkom of schrikt u ervan. Soms spreekt een kind van God God tegen. Denk aan Jona. De Heere bewees Jona genade. Daarom: “hoop op God, want ik zal Hem nog loven voor de verlossingen Zijns aangezichts, Ps. 42:6.”

Gebruik de genademiddelen. “Houd u dicht bij de Heere, bij Zijn Woord en bij de vromen. De duivel is toch zo listig. Het is er hem alleen maar om te doen hoe het met de ziel staat. En oordeel niet over uw staat, want u bent te bedwelmd. Laat een ander over u oordelen en geef u voor die tijd over. Als u tot stilte komt, zult u kunnen oordelen. En wees stil en zie het heil des Heeren aan.”

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen